Duitschland zoekt „Ersatz"
De natuur in banen
geleid
NICOTINE-VRIJE TABAK EN VETHOU-
PENDE PLANTEN. ZOETE LUPINE
EN TEGEN DRUIFLUIS BESTANDE
WIJNSTOKKEN.
t :'1 door
Dr. L. W. G. JACOBS.
HOORT men van „gecorrigeerde na
tuur" en van opzienbarend teelt-
onderzoek in den landbouw, dan
herinnert men zich onwillekeurig
de pogingen van Californische planters,
perziken zonder pitten, bessen die geen
vlekken geven cn aan struiken zoo hoog
als kerktorens zouden moeten groeien,
enz., te kwreken! Maar men doet er ver
keerd aan, deze grootendeels op sensaties
en tot het verkrijgen van curiositeiten,
maar niet op qualiteit en nut voor den
landbouwer gebaseerde pogingen op ge
lijken trap te stellen met het streven van
Europeesche geleerden, door teeltkeuze en
teeltonderzoek den landbouw van dienst
te zijn.
Sojaboonen in voedings
waarde gelijk aan vleeseh!
Duitschland hoeft geen deviezen en
goudvoorraden meer om zijn behoeften
aan grondstoffen, die het moet invoeren,
te betalen. Koortsachtig zoekt men nu
naar middelen, om in eigen land produc
ten te verkrijgen, die, wat \roeger moest
worden ingevoerd, kunnen vervangen (z.
g. „Ersatz").
Niet onaardig is het eens na te gaan,
wat men al 7.00 gevonden heeft, om aan
de grondstoffen-behoefte tegemoet to ko
men.
Aan plautaardige vetten wordt in dit
land jaarlijks voor 700 millioen Mark in
gevoerd.
De onvermoeide geleerde heeft intus
schen in zijn laboratorium en op het
teeltveld kunnen vaststellen, dat ook in
zijn land zekere leguminoscsoorten zou
den kunnen worden aangekweekt, die
over een bijzonder hoog vetgehalte be
schikken, namelijk tot ongeveer 18 pet!
Al» voorbeeld heeft men de sojaboon
uit het verre oosten genomen. Men hoopt
sojaboonen te kunnen kweeken, die over
een zelfde vetgehalte en voedingswaarde
beschikken, als sojaboonen in Japan en
China: namelijk ongeveer 33 procent
eiwit en vet. Daaruit volgt dat een maal
tje groente hetzelfde voedselgehalte heeft
als een even groot portie vleeseh!
Lupinen in een geheel nieuw
licht.
Lupinen werden tot nu toe in den land
bouw slechts als stikstofverzamelanrs
aangekweekt men oogstte ze daarom
niet, maar ploegde ze als voortreffelijke
mest onder den bodem. De oogst zou zich
ook niet geloond hebben, want het zaad
was hitter en ongenietbaar en was zelfs
als veevoeder niet geschikt. Op het oogen-
hlik tracht met nu „zoet lupine" te kwee
ken, een plant, die boven de repds bo
vengenoemde goede hoedanigheden nog
liet voordeel heeft, als een uitstekend
krachtvoeder voor het vee te wordon ge
bruikt.
Hoe men hiertoe gekomen is, is een ty
pisch staaltjo van 'wetenschappelijke
„keur", in don zin van een teeltbouw:
Zooals zich onder duizenden mcnschen
wel eens éón of twee bevinden, die zich
door het ontbreken van pigment kenmer
ken als albino's, zoo vertoonen zich onder
millloenen lupine-planten ecnigc, die, als
liet ware door 0011 „hegrijpen van de na
tuur", het aan bedoelde bittere substantie
ontbreekt. Door zulke erfelijke mutaties
uit to zoeken en voor een zorgvuldige,
verder ontwikkeling van hun eigenaar
digheid te zorgen, hoopt de wetenschap
de „bittervrtje", dc „zoete" lupine tc kun
nen teelen
Hierna ast:
Tabaksoogst.
Nlcotine-vrije tabak voor Duit-
sche rookwaren.
Als men van „nicotine-vrije tabak hoort
spreken, dan denkt men onwillekeurig
aan de talrijke pogingen van tabaksfabri
kanten. die tabaksoorten door chemische
processen van hun vergif ontdoen. De
wetenschap echter bewandelt een anderen
weg zij wil het „kwaad" in den waren
zin van het woord bij den „wortel" aan
tasten en de tabaksplant teelen, die reeds
zonder eenigc bewerking de gevaarlijke
nicotine mist.
Reeds geruimen tijd geleden heeft men
•en uitstekend resultaat kunnen boeken
en daarmee de belangstelling voor deze
tabak opgewekt. In Duitschland verzweeg
men het graag, dat 30 procent van de
Duitsche sigarettenfabrieken en 70 pro
cent van de Duitsche sigarenfabrieken
reeds Duitsche tabakssoorten verwerken,
want men gaf dezen tabak, die zoo wei
nig „ver weg" kwam, heel weinig kans.
Tegenwoordig werkt dc Duitsche ta
bakscultuur reeds met een waarde van
rond 25 millioen mark. Men verbouwt ta
bak langs den Rijn, bij de Moezel, Werra,
in Thüringen, in Eichsfeld, in de Ucker-
mark en in verschillende andere gauwen.
In het tabak-instituut daagt regelmatig
een wetenschappelijk „tabakscollego" op,
dat nieuwe teeltpogingen uitwerkt, dat
verschillende soorten onderzoekt, afweegt,
mengt, en steeds maar weer nieuwe moge
lijkheden probeert, bruikbare, als qualiteit
uitstekende en voor dc markt geschikte
tabakssoorten voor den Duitschen grond
uit te teelen.
De nicotine-vrijo soorten, die voor de
eerste maal een jaar geleden geplant
werden, liggen nu voor verdere bewerking
in rollen in de opslagplaatsen en zullen
vermoedelijk in liet komende jaar op dc
Duitscho markt verschijnen.
De druiiluis uitgeroeid?
Hoe trots is men, als het den onderzoe
ker gelukte, in den strijd tegen schadelijke
dieren, nieuwe middelen gevonden te heb
ben. Hun activiteit beperkt de schade, die
de inheemschc landbouw ondervindt.
„Symptomenbehandeling" meent de
wetenschap en probeert in tegenstelling
daartoe niet den vorm, waarin het aan
gebrachte kwaad verschijnt, te bestrijden,
maar het kwaad zélf uit te roeien!
Om een voorbeeld te noemen: de druif-
luis: de bestrijding van dit schadelijk
diertje tesamen met de I'eronospora, kost
jaarlijks millioenen guldens. Waar de
druifluis zich niet laat uitroeien, heeft men
zich ten taak gesteld, wijnstokken tc tee
len, waarop dit schadelijk diertje geen
vat heeft! Men stelde vast, dat het een
Noord-Amerikaansche druivensoort is,
die tegen deze vernielers bestand is cn
die zich toch door hun qualiteit kenmer
ken. Het gaat nu daarom, door geschik
te, geduldige kruising, uit dc de Noord-
Amerikaansche soort, die bestand is tegen
vernieling, en een Europeesche druiven-
soort van hijzonder fijne druiven, een pro
duct te teelen, die heide voortreffelijk in
zich vereenigt, terwijl de nadeelen ont
breken.
Precies eender gesteld Is het met den
aardappel. De opwokker van de aardap
pelrotheid brengt den landbouw elk jaar
zware verliezen toe. Een aardappel van
beste kwaliteit, gekruist met een kleine,
onechte aardappel, die op de Boliviaansche
hoogvlakte groeit, belooft een product te
geven, dat den noodigen weestand aan
schadelijke invloeden kan bieden.
Een groot werk van de wetenschap is
in alle stilte aan het rijpen, ten nutte van
den landbouw ,ton nutte van de gezamen
lijke volksgezondheid cn volkshuishou
ding.
Het deskundige ophangen van de trossen
tabak in de droogschuren.
De langste spoorlijn ter
wereld»
EEN DOORGAANDE TREIN LONDEN—
HONKONG,
SPOORWEGVERKEERSDROOMEN.
door
H. NODING.
MET den grootsten ijver wordt er
aan het aanleggen van een
spoorweg tusschen Kanton en
Hankow gewerkt, want na de
voltooiing daarvan is het mogelijk, de
langste spoorbaan ter wereld te openen,
die meer dan 17.000 K.M. lang is cn prac-
tisch een verbinding tusschen Londen en
Honkong beteekent .Evenwel zijn met het
gereed komen van het laatste ontbreken
de stuk nog cenige maanden gemoeid.
Op het laatst in het jaar 1930 zal men
in de internationale spoorboeken een
doorgaancien trein kunnen vinden van
Londen naar Honkong cn wel'zoo, dat de
passagier, die in dezen trein stapt, slechts
eenmaal van plaats moet verwisselen om
op dc boot over te stappen. (Slechts de
afstand Hoek van HollandHarwich
moet over zee afgelegd worden).
De trein zal dan als volgt loopen:
HonkongKanton, over de Engelsche
liaan. Kanton—Hankow over de nieuwe
lijn, die /.ooals boven reeds gezegd
nog niet voltooid is. Mandsjoerije over
de befaamde Oost-Chineeschen spoorweg,
met de Trans Siherié-lijn naar Moskou, en
van daar door Duitschland en Nederland
daar Hoek van Holland, waar dan voor
den eersten keer de trein wordt verlaten,
om van de boot gebruik te maken. In
Harwich staat dan een nieuwe trein tc
wachten, die de reizigers naar Londen
brengt.
In den prijs is pension en verzorging
van de reizigers inbegrepen, om met de
scheepvaartmaatschappijen te kunnen
concurreeren, die intusschen toch nog
wel goedkoopcr zullen zijn. De duur van
Links:
Nicotine-vrijo tabak door teeltkeus
gewonnen.
Rechts:
Naast ritst het hoofdvoedsel voor den
Oosterling sojaboonen.
de reis is intusschen aanzienlijk korter
dan met de boot; meer dan 17 tot 21 da
gen zullen er niet door in beslag geno-
men worden. Dat is voor een trein, die
de halve wereld om stoomt, in verhouding
betrekkelijk kort.
De trein, van alle comfort voorzien, zal
zelfs met een bioscoop worden uitge
rust. Overigens zal het natuurlijk een D-
trein zijn, zoodat dc reizigers een wande
lingetje kunnen maken.
Met dezen spoorlijn wordt de eerste
groote droom verwezenlijkt, die de ver-
keersfantasten eenigc jaren geleden uit
dachten. Een andere verbinding in deze
soort 7-ou van Kaapstad naar Londen
loopen. Wel moet men daarvoor dan eerst
een tunnel onder de Straat van Gibraltar
bouwen, die bovendien door deskundigen
reeds naar het rijk der onmogelijkheden
is venvezen
Een andere „fantasielijn" zou eveneens
van Kaapstad over Suez, door Azië naar
de Beringstraat loopen. Volgt men de
droomers verder, dan zou daar onder ook
een tunnel gelegd worden, waardoor zon
der meer de mogelijkheid bestaat, door
Alaska, Canada, de Vereenigde Staten,
Midden- Zuid-Amerika tot in Vuurland
toe per trein te reizen.
Zou ook nog een tunnel onder het Ka
naal gelegd worden, dan zou men op een
goeden dag in de gelegenheid zijn, in
Londen in een doorgaanden trein te stap
pen (om bij dit uitgangspunt te blijven)
om vandaar zonder overstappen naar
Zuid-Amerika te reizen om vervolgens
door Amerika en Azië heen naar Zuid-
Afrika te trekken.
Dat een doorgaande trein van Noord-
naar Zuid-Amerika nog eens zal worden
aangelegd, is zoo goed als zeker. Ook be
staan er plannen om een autoweg van
het ijzige Noord-Amcrika naar het boven
genoemde Vuurland aan te leggen.
Intusschen schijnen de spoorwegingeni
eurs, die beweren, dat ondanks het vlieg
tuig, de trein toch nog een toekomst
heeft, gelijk te krijgen.
DE BRIEVENBESTELLER, HOOG OP
ZIJ KAMEEL GEZETEN....
De postmeester van Kothgur aan de Zui
delijke helling van het Iiimalaya-gebergte
en aan het begin van vele gewichtige berg
passen, verzorgde voorheen in het grootste
gebied met het hoogste gebergte ter we
reld de post.
Hij gold als een zeer harde werker! Mins
tens twee uur per dag bracht hij in zijn
bureau door, om de inkomende brieven en
andere postzendiqgen le openen, te lezen,
te becritiseeren en daarna, of zij zijn goed
keuring wegdroegen of niet, te laten bezor
gen of niet...
De aan hem ondergeschikte „postbodes"
waren halfnaakte inlanders, wier „uni
form" bestond uit een witte lendedoek, als
mede uit een bamboestaf, die aan den bo
venkant gespleten is. In deze drukte de
postdirecteur van Kothgur dc te bezorgen
brieven, beval ze nadrukkelijk aan den
zorg van de zindelijkheid van den bestel
ler aan en riep de genade des hemels aan.
Deze ceremonie sloot met een krachtigen
schop, die aan den postbode direct het ge-
wenschte tempo verleende. (Het spreekt
vanzelf, dat dit tempo zich in dalende lijn
ging bewegen, zoodat de ijverige besteller
buiten zicht van zijn heer en mecstor ge
raakte...)
De Britsch-Indischc postbode niet zijn
koelie-collega uit het bergland neen, de
Indische „staatspostbesteller" is meestal
een uitstekende talenkenner, d.w.z. hij
spreekt, schrijft cn leest een aantal van de
talen, die er in Hindoestan gesproken wor
den. Het zal hem anders ook onmogelijk
zijn, het moeilijke ambt uit te oefenen. De
„Tappil wallah" is daarom dan ook een
hooggeachte persoonlijkheid, hij draagt
trotsch de lange witte uniform met de
beenkappen en de kolossale tulband. Aan
zijn zijde hangt de brievenzak, in de hand
draagt hij den langen stok, die van een
flinken ijzeren punt is voorzien. Hij moet
dezen stok dikwijls als wapen gebruiken,
niet alleen tegen wilde honden, maar ook
tegen roofdieren. Nog voornamer is zijn
collega, de bereden expresbestcller. Booze
tongen beweren wel, dat hij nu niet be
paalt al te vlugge opvattingen van zijn be
roep heeft. Maar een feit blijft, dat de be
reden Britsch-Indische briefbesteller een
van de interessantste figuren van de
Oriënt is. Hij draagt een purper rooden
uniform en op het hoofd een reusachtige,
met goud omgorden tulhand. Aan zijn gor
del hangt een krom zwaard en een rijdier,
een zeer snelvoetige kameel, is prachtig
opgesierd met allerlei kwasten, doeken en
knoopen. De beido zware postzakken, die
links en rechts van den ruiter hangen zijn
zoo bevestigd, dat de postbode achter op
zijn kameel nog passagiers kan medene-
men. En waar flat. maar eenigszins moge
lijk is zijn belletjes aangebracht, zoodat de
Indische ijlpost zich reeds van verre aan
kondigt...
De Sojaplant
DE OCEAANVLUCHT VAN 12 OCT. 192L
De eerste met een luchtschip.
De groote luchtschiphangars te Frie-
drichshafen lagen reeds lang leeg en ver
laten, toen men in den zomer van 1922
onder leiding van Dr. pürr begon met da
constructie van de „Z.R. 111". Duitsch
land had n.1. zijn luchtschepen moeten uit
leveren of vernietigen en 't had de lucht-
schipswerf te Friedrichshafen alleen nog
maar mogen behouden, om een luchtschip
te bouwen voor dc Vereenigde Staten. En
dit luchtschip moest goed zijn, want de
prijs ervan zou slechts dan van het bedrag
der herstelbetalingen worden afgetrokken,
wanneer het behouden in Amerika was
aangekomen voor dien tijd een ontzag
lijke eisch. Doch te Friedrichshafen durfde
men het, 11a 25 jaar ervaring wel aan om
tc starten. Het had 'n inhoud van 700.000
M3. en kon een nuttige last van 41000 Kg.
vervoeren. De drie Dieselmotoren gaven
het een snelheid van 125 K.M. per uur. In
Augustus steeg het luchtschip te Ludwigs-
hafen op voor een rondvlucht onder lei
ding van Dr. Eckener. Overal werd het met
groot enthousiasme begroet. En op 12 Oc-
tober begon het zijn gedenkwaardige
vlucht over den Atlantischen Oceaan, die
in de geheele wereld met spanning werd
gevolgd. Zij verliep schitterend en duurde
slechts 3Vfc dag. Onbeschrijfelijk was de
geestdrift., toen het luchtschip te New-
York aankwam, alwoer onder leiding van
Dr. Eckener.
De „Z.R. 111" heeft bijna tien jaar lang
onder den naam „Los Angeles" trouw
dienst gedaan bij de Amerikaansche mari
ne. Het. is een der weinige Amerikaansche
luchtschepen, die niet door een ramp hun
bestaan hebben beëindigd. Zijn prestaties
zijn tot nu toe alleen overtroffen door die
van de „Graf Zeppelin".
BELANGRIJKE PLANNEN VAN
WILKINS.
Zenderstelsel in het Zuidpoolgebied,
voor verspreiding van weerberichten.
De poolonderzoeker Sir Hubert Wilkins,
die begin Augustus uit Sydney is vertrok
ken om zich aan te sluiten bij de Zuid-pool
expeditie van Ellsworth, heeft den raad
gegeven om in het Zuidpoolgebied mins
tens 7 zenders te bouwen voor het uitzen
den van meteorologische berichten naar
Australië. Op zijn laatste reis van Enge
land naar Australië had Wilkins reeds 'n
plan uitgewerkt voor een dergelijk zen
dernet; hij heeft het ook voorgebracht bij
de regeeringen van Zuid-Afrika en Voor-
Indië, die beide financieelen steun beloof
den. Wilkins verwacht ook steun van Ar
gentinië, Chili en misschien nog andere
Zuid-Amerikaansche staten, terwijl Austra
lië en Nieuw-Zeeland er zeker het hunne
toe zullen bijdragen, aangezien de ontwik
keling van den wereldhandel op het Zui
delijk halfrond voor een groot deel afhan
kelijk is van de mogelijkheid om betrouw
bare weersvoorspellingen op langen termijn
te doen. In Australië heeft men reeds er
varingen kunnen verzamelen over de betee-
kenis van de radio voor de meteorologie,
want tegenwoordig verspreidt een zender
op Willis Island (312 mijlen ten Oosten van
Queensland) dagelijks berichten over het
optreden van cyclonen.