B.K.C.-Schagen 2-1. Van de Alkmaarsche De eeuwige Kostschool. Sportvelden Maandag 15 October 1934. SCHAGER COURANT. Tweede blad. No. 9574 SPORT VAN ZONDAG Onproductieve Schagen voorhoede. Met één speler in de voorhoede, die over een be hoorlijk schot kan beschikken, had Schapen gister middag tegen B.K.C. niet verloren, want vooral na de rust waren de Spartanen in den aanval waar bij de voorhoede zich echter zeer onproductief toon de, dat B.K.C. zich met de 21 overwining gelukkig mag prijzen. De twee elftallen, zooals wij die hedep aan het werk zagen, behooren zecrr zeker tot de zwakste in hun afdeeling en er zal heel wat in beider opstel ling veranderd moeten worden, wil zoowel B.K.. als Schagen een eervolle plaats op de ranglijst gaan in nemen. De Spartanen leden aan hetzelfde euvel waar aan zij nu reeds zoo'n geruimen tijd mank gaan: een totaal onproductieve voorhoede. Men zie alleen maar eens Schapens voorhoede scoort in 4 wedstrijden slechts 6 goals. Nog niet eens twee per wedstrijd. Men had voor dezen wedstrijd Biersteker weer eens uit den aanval gehaald en op de rechtshalf plaats neergezet, waar hij beter thuis is dan op de linksbinnen plaats. Boontjes toonde zich gistermiddag weer behoorlijk de leider der voorhoede. Evenals voorheen kwam voor beide vleugelspelers bij Schagen het meeste ge vaar, want de binnenspelers de Vries en Petoom brachten er niet veel van terecht. Peetoom was nog de beste, doch zal eerst in een reserve-elftal de noo- dige routine op moeten doen. Heel veel moeite had de B.K.C. achterhoede met deze voorhoede dan ook niet, al ontstonden er meermalen door middel van Boontjes hachelijke posities voor het B.K.C. doel. Dit was echter meer te danken aan enkele zwakke mo menten van de B.K.C. backs, dan aan goed aanvals- spel der tegenpartij. De wedstrijd werd door den heer Anijas geleid. De wind staat dwars over het veld. De wedstrijd is nog geen vijf minuten oud of Boontjes ontsnapt aan de B.K.C. backs en schiet hoog over. Het spel wordt steeds op de oostzijde gespeeld. Maar zelden kregen we voor dé tribune een bal. Men kan begrijpen hoe gewel dig eentoonig een dcrgelijken wedstrijd is. Schagen scoort het eerst door mooi solospel van Boontjes, doch dit doelpunt wordt door den arbiter geannuleerd wegens buitenspel staan van Dekker. Volgens onze mcening absoluut geen buitenspel, daar Boontjes ge heel alleen de B.K.C. achterhoede verlakte en doel puntte. Dekker nam in het geheel geen deel aan het spel. Geen twee minuten later krijgt Schagen een penalty toegewezen, welke door Boontjes recht in de handen van Prins geschoten wordt. Direct daar op valt B.K.C. snel aan. Ilun rechtervleugel weet "Vlottes te passeeren, een hooge voorzet en de Schip per maakt van de hem door Arnoldus geboden kans gebruik, door onhoudbaar in te schieten, ,1Eenige Schagen aanvallen worden op resolute wijz^ door do B.K.C. achterhoede onderbroken. Vooral M. v. Teulïn- gen weert zich uitstekend. Na een B.K.C. aanval we ten ze een corner te forceeren, welke op buitenge woon goede wijze wordt genomen door Tromp Post De bal belande voor de voeten van van Wees, die in schiet. Vlottes weet vallende den bal te stoppen, van z'n voet springt de bal voor de Schipper, die zich niet bedenkt en onhoudbaar, van dichtbij inschiet, 2—0. Als dan de Schagen veste op wonderbaarlijke ma nier eenige malen aan een doorboring is ontkomen, is het rusten. Na de rust is het direct Schagen dat aanvalt. Dekker kogelt hard in, welk schot Prins corner stompt, die niets oplevert. Bij een snellen aanval der Spartanen weet Bus door te breken, een goede voor zet volgt. Prins zal de bal pakken, doch zoowat is Dekker hem voor. De bal springt echter terug, Is de bal de lijn gepasseerd.' Wij konden het niet consta- teeren, doch personen die achter den, goal stonden, zeiden van niet. Kortom, scheidsrechter wees naar het midden, 21. Als antwoord op dezen dubieuzen goal weet de Schipper een meter voor den goal nog langs te schieten. Huisman van B.K.C. gedraagt zich enkele malen op onsportieve manier, door na te trappen, wat hem, als hij het niet nalaat, zeker meer rust zal brengen. Boontjes breekt dan weer eens door. Hij komt alleen voor Prins. Deze schiet echter recht op Prins af. Na eenige wederzijdsche aanval len is het einde en heeft B.K.C. de twee eerste punt jes binnen. Scheidsrechter Anijas uit Den Helder kon ons niet bekoren! Het fluitje konden spelers en publiek bijna nooit hooren. Besumeerende zouden we kunnen schrijven dat de heer Anijas het wapen der Koninklijke niet waar dig is te dragen. SCHAGEN aH.R.C. b, 4—2. De Schagen adspiraten nemen door middel van den kleinen Annevcldt de leiding 1-0. Nog voor dat Racing van dit onverwachte Schagen doelpunt is b? komen, doelpunt Blaauboer opniemv, 20. De roodjes geven echter geen krimp en weten de achterstand te verkleinen, 2—1. Na do rust is het C. de Jager, die op goede wijze van een fout in de H.-achterhoede gebruik maakt en scoort, 3—1. Weer zijn het dan de roodjes die den achterstand verklei nen, 32. De kleine Anneveldt weert zich geducht en smaakt het genoegen opnieuw te scoren, 4—2, waar mede het einde komt. Scheidsrechter leidde goed. HELDER V—SCHAGEN II, 2—4. Het was een vlot gespeelde wedstrijd welke tot kort voor het einde, uiterst spannend verliep. Pas in het laatste kwartier viel de beslissing, nadat het Helder gelukt was den achterstand van 2—0 in een gelijk spel om te zetten en dus de mogelijkheid van een gelijk spel of zelfs van een Heldersche over winning nog zonder twijfel bestond. De eindspurt der Spartanen was echter van zulk een goed ge halte, dat de Helder verdediging overrompeld werd en twee doelpunten tot gevolg had. PaulUsma opende voor de Spartanen de score. Kort daarna was het weer Schagen dat een goal maakte, 20. Nog voor de rust verkleinden de wit- hemden den achterstand, 2—1. Na de rost weet de Helder linksbuiten op buitengewoon fraaie wijze de gelijkmaker te scoren. 2—2. Dit moedigt de wLthemdcn aan, doch juist in deze periode is het De Moor, die keihard aan de geelzwarten de leiding be zorgt, 2—3. Helder werkt weer voor den gelijkmaker doch Bijposi is niet. meer te passeeren., wat de Scha gen voorhoede dermate inspireert, dat ze opnieuw scoren, 2l. waarmede het einde komt. OUDKARSPEL. A.S.V. I—D.T.S. II 7-4) D.T.S. a—A.S.V. a S—0 Akersloot a—D T.S. b 10—0 Alkmaarsche BoysAssendelft 24. De Alkmaarders geheel buiten vorm. Al cm aria verovert twee kostbare puntjes in Hilversum. Wanneer men ons van te voren had gezggd, dat we vandaag de Alkmaarsche Boys tegen Assendelft zouden zien verliezen, we hadden de schouders op gehaald met een gebaar van: maak een ander iets wijs! Eens te meer is echtr bewezen dat voetbal een spel is vol verrassingen waar de sterkere op napier soms hopeloos faalt en degene, die volgens men- schelijkc berekening ver het onderspit behoort te delven, als overwinnaar uit den strijd komt. Tot de Boys, die zooveel malen in successsie zijn gepromo veerd, behoeven we geen wijze raadgevingen te richten. Dat om het kampioenschap te behalen niet te veel van dergelijke slippertjes mogen worden ge maakt, dat weten ze ten overvloede. Zijn onze rood- witten ditmaal tè zeker van de overwinning ge weest? We weten het niet, dch wc zouden het bijna denken. Want de Alkmaarsche Boys. die we in vroe gere wedstrijden hebben gezien en bewonderd, heb ben we vandaag geen oogenblik herkend. Het heilig vuur de wil om te winnen het enthousiasme het was zoek van het begin tot het einde. Helaas! Het leek ons of er over het elftal een zekere matheid lag, een gevoel van berusting en dat juist is het, wat we hadden gedacht, dat in het team der Alk maarsche Boys niet mogelijk was. Een competitie- spelen wil zeggen: vechten van het begin lot het einde. Ieder oogenblik van inzinking verkleint de kans op de hoogste eer. Nooit, nooit is het „genoeg" geweest. Er is slechts: strijd. En de rust komt eerst als de competitie ten einde is. Laten o nze rood- witten dat toch goed in hun geheugen prenten. Nóg is alles mogelijk, nóg hebben ze de kans, dat ze aan 't eind de kampioensvlag zullen kunnen hijschen. Maar dan moet het van nu af alleen nog zijn: Tem po-tempo! De wedstrijd. Het begin was bijna sensationeel. Assendelft, dat voor half time den storm in den rug had, verplaatste al dadelijk het spel op de helft der Boys. De links buiten van Assendelft bracht den bal op en de scheidsrechter meende in de wijze, waarop hem den bal werd afgenomen, een overtreding te zien. Hij kende er een strafschop voor toe. die uitstekend werd genomen en dóór één dët 'zfwart-witten keuHg werd ingekopt. Het spel was.nog geen minuut oud en de stand is 0—1! Een oogenblik meenden we, dat dit begin op de Boys de gebruikelijke uitwerking zou hebben,. Di rect na den aftrap gaven ze een schitterend staaltje van combineeren te zien, de bal werd van den rech tervleugel overgespeeld naar de Grand, die een on- houdbaren kogel op het doel inzond. De barbeland- de tot grootc vreugde der talrijke toeschouwers in .het net. doch de scheidsrechter had reeds voor buiten spel gefloten. Daarmee was het élan der Boys echter ten einde! Geholpen door den feilen wind, begon een vrijwel doorlooponde belegering van het Alkmaarsche doel, dat af en toe in groot gevaar verkeerde. Keesen echter weerde zich uitstekend. Ongeveer 9 minuten na het begin meenden we het tweede punt voor Assendelft te moeten noteoron, toen Licht bijna in het dool staande redde door den hal keurig achterover te halen. Het bleef echter uitstel van executie. Na twintig minuten zagen we Koster, die ver van vast was, een blunder maken, die het tweede punt voor Assen- delft ten gevolge had. 0.2. Nu scheen onze Westerwegclub toch langzamer hand wakker te worden. Niettegenstaande den wind wogen heide partijen een tijdlang tegen elkaar op. Do Boys verdienden inderdaad een tegenpuntje. En het kwam ook! Indri kreeg den hal mooi toegespeeld, passeerde één der Assendelftenaren, hij had den bal vrij en richtte een kanjer van een schot op het vij andelijk heiligdom. De zwart-witte doelman kreeg den hal in handen, maar vermocht hem niet te hou den. 1—2. Het publiek begon weer op te ademep. Het telde de minuten, die ons nog van het halftime scheidden. Want daarna, met den wind in den rug, dan zou het wel gaan! Intusschen miste Koster weer ont zettend gevaarlijk en wist Keesen slechts op het kantje af te redden. De minuten verstreken, nog één minuut, dan zou 't rust zijn. De vlugge rechtsbui ten van Assendelft brengt op, een voorzet en Kee sen vischt ten derde male. Naar onze meening een houdbaar schot. 13. Hierbij bleef het. Trouwens er waren nog slechts enkele seconden te spelen. Bij het begin van de tweede helft had vrijwel het hcele publiek zich opgesteld hij het Assendelftsche doel. Men was er zeker van, het zou nu goaltjes gaan regenen. Maar ze bleven uit! Wel werden gedurende de eerste tien minuten ver schillende kogels op het vijandelijke doel afgescho ten, doch zonder resultaat. Overigens met verre schoten bcheofd m enbij den Assendelftschen keeper hiet aan te komen. Daarmee had hij geen moeite. Toen deed het ongelooflijke zich voor: Assendelft was, met de storm tegen, niet de mindere. De Boys konden het verband niet vinden, de ploeg, die hij vorige gelegenheden sloot als een bus, rammelde (juin aW kanten'. Er werd nlot weggewerkt, er wer den bftllen gemist_v. d. Hilsl en Licht anders steunpunten van de roodwitten geraakten buiten vorm. Het wilde niet. De aanvallen van de voorhoe de dor Boys werden voortdurend in dc kiem ge smoord door de pootigc backs der bezoekers, dio met harde, laaggeplaatste ballen hun halfs en voor- hocdespelers aan het werk zetten. De gasten speel den uitstekend en met eenige verwondering vroegen we ons af, hoe dit team tot dusverre alleen nog maar twee nederlagen had weten le boeken. Het noodlot begon zich over dc Alkmaarders to voltrekken. Na een periode van geregeldon druk op het doel der gastheeren wisten, na een staaltje van uitmuntend samenspel, de zwart-wittcn deze tijdelij ke meerderheid uit te drukken in een verdiend doel punt. 14. Nog bleef een half uur te spelen. Dus, 't kon nog! Maar 't gebeurde niet. Wel was het met het Assen del ftsche overwicht weer afgeloopcn, maar de Boys wisten het slechts te brengen tot schoten van verren afstand, die niets opleverden. Tot overmant van ramp werd na 35 minuten Kwadijk het veld uitge stuurd. Met 10 man doorspelend en met nog 10 mi nuten voor de boeg. was de wedstrijd practisch ver loren. Het publiek begon het veld reeds tc verlaten, toen de Boys toch nog kans zagen tc scoren uit een worsteling voor het doel. 2—4. Maar 't bleef hopeloos. Er restten nog seconden. En zoo kwam het einde. De spelers. We willen ditmaal kort zijn. Het was voor do Boys nu eenmaal een zwarten dag. Keesen was goed. Had hij een beter stel backs voor zich gehad, de uit slag was een heel andere geweest. Vooral Koster was zeer onvast. De halfs waren veel minder goed dan in vorige wedstrijden vooral na half time. Dc Grant was heter dan de vorige maal ook Indri ver richtte goed werk. Maar het verhand ontbrak vrij wel doorloopend. 't Is jammer Boys, maar een vol gende keer beter! Een pleister op dc wonde was het bericht, dat Alcmaria te Hilversum had gewonnen met 52. Goed zoo, Alcmarianen- Het gevolg daarvan is, dat onze withemden een plaatsje zijn gestegen op de ranglijst en nu een eervolle tweede plaats bezetten. O.V.V.O. 5 4 1 0 9 13—6 Alcmaria Victrix 5 3 117 188 Blauw Wit 5 3 117 13—10 D.O.S. 4 3 0 1 6 11—7 Ga zoo door, witte leeuwen! Over vandaag zijn we tevreden, maar of we geheel voldaan zijn, dat zullen we eerst kunnen zeggen aan 't eind van het seizoen. Voorloopig rekent Alkmaar de volgende week getuige te mogen zijn van een nieuwe over winning! ST.. MAARTEN I—DIRKSHORN I. 1—3. In een wedstrijd, die veel afbreuk leed door do sterke, recht over 't veld staande wind, wist Dirks- horn te winnen met 13. Maar cadeau heeft ze het niet gekregen, integendeel, St. Maarten bood goed te genstand, vooral Stins toonde zich oen vertrouwd kee per. Bij Dirkshorn waren do heide backs goed op dreef, Dc scheidsrechter leidde matig; IN December vertrok meneer Durham eens klaps voor een zakenreis. Zooiets gebeurde nooit, doch het komt dan ook zelden voor, dat men een erfenis krijgt en, om allerlei zaken te rege len in verband daarmede, moest hij z'n beminde vrouwtje Lilan alleen laten. Dat was 2 jaren na hun huwelijk. Hoe zij het zonder hem zou stellen, was hem niet duidelijk ze kon eenvoudig niet zonder hem leven en telde de uren, dat hij op kantoor was tot zijn thuiskomst doch het moest. En het zou niet lang duren. Boven dien hield meneer Durham niet van noodeloos geld verspillen. En dan leek het hem wel opvoedkundig, zijn vrouwtje eens alleen te laten. Lilan nam teder af scheid van hem, keerde terug in, huis, zette zich aan het venster van de woonkamer en keek in den tuin, met een zonderling gevoel over zich. Ja, ze was wel verlaten, maar Fe- lix had gelijk, het duurde kort en het was zonde, geld uit te geven om mee te gaan, er was niets te zien in het vergeten nest, waar zijn tante of achternicht was ge storven. Lilan staarde in den tuin en vroeg zich af, wat ze zou gaan doen. Vele van de dingen, die anders gedaan moesten worden, zooals het ernstig opstellen van het menu, dat Felix zou kunnen bevallen en te vens niet te duur worden, of het verzenden van in vitaties voor een dinertje of opbellen naar beken den en dergelijke dingen meer, vervielen nu of le ken opeens iets van hun gewichtigheid te verliezen. Lilan besloot rustig thee te drinken en niets te doen. En al theedrinkend droomde ze zoo'n beetje. Ze was een heel gelukkig vrouwtje. Dat zei Felix, dat zeiden haar ouders en al haar familieleden. Wat een verrassing was het geweest, toen Felix haar vroeg. Niemand had het venvacht zij óók niet. Met een zuster naast zich, zoo knap, zoo intelligent, zoo aantrekkelijk als Myrian. Maar het was héér, kleine, onbeduidende Lilian, die hij koos. En wat een engel van een man was hij voor haar, zei tante Anna. Ze was zoo in haar voor deel veranderd! Bepaald knap geworden. Ze kleedde zich ook zooveel beter nu hij er op lette. Vroeger had ze een neiging voor vroolijke kleuren en voor „zigeunerachtige" kettingen. Felix had haar dat hcelcmaal afgeleerd. Een echte dame droeg zulke dingen niet. Lilian schrikte, ze merkte, dat ze.de beencn had opgetrokken en zoo in haar stoel had gezeten iets wat Felix haar toch zoo grondig meende afgeleerd te hebben. Wel hij zag het nu niet. Hij zou het ook niet zien, als ze ging winkelen. Dat deed ze zelden meer, tenminste niet écht. Boodschappen doen, nu ja maar doelloos geslenter langs winkels, dat moest een intelligente vrouw niet doen, zei Felix, Vreemd, dat hij haar voor intelligent scheen tc hou den, terwijl hij haar toch letterlijk alles moest uit leggen. Haar Fransch was nu eindelijk verbeterd, hoe geduldig had hij haar avond aan avond over hoord en lesjes laten maken. Ze stond op en ging zich kleeden. Even later wandelde ze naar de stad. Het, was een zachte, koele dag, zwemend naar regen, doch telkens brak de zon door. Ze bleef staan voor oen winkel, die Felix een „oord van smakeloosheid" placht' te noemen. Er waren zulke gezellige dingen. Nu ja, ze wist nu wel, dat die prent daar geen en kele waarde had Felix had haar naar allerlei ten toonstellingen gebracht, had werken met reproducties over beoremde meesters met haar doorgekeken en haar grondig uitgelegd wat mooi en wat niet mooi was, maar zij zou toch die prent wel willen hebben. Hoewel wat zou Felix zeggen als hij die zag han gen! Ze liep haastig door. Een uur later dronk ze thee met een oude kennis. Vroeger waren ze erg op elkaar gesteld, maar Felix vond het geen gezelschap voor haar. „En je bent zoo gelukkig, heb ik gehoord", zei de oude vriendin, „je man moet een engel zijn! En erg knap". O ja, dat kon Lilian bevestigen. En zoo de gelijk en goed. „Ik begrijp sêms niet, wat hij aan me vindt", bekende ze. „Ik ben zoo dom, wat ik weet, heeft hij. me geleerd in deze jaren. Hij moet wel dol op me zijn!" „Misschien", zei de vriendin, „intelligente mannen zijn vaak dol op vrouwen, die ze nog leeren kunnen. Heerlijk voor hun gevoel van meerderheid, weet je! Heb je nooit zulke mannen gekend, die kopschuw worden als ze een intelligente vrouw ontmoeten en woedend, als een vrouw op „hun" terrein iets pres- teerd?" Lilian knikte. Ja, Felix kon geëmancipeerde vrou wen niet uitstaan! „Maar hij kan het toch niet erg prettig vinden, Franschc lesjes met mc te doen", zei ze lachend. De andere haalde even de schouders op. „Wie weet weet je, er zijn vrouwen, dio bij voorkeur een of anderen half-verloopen man nemen, zoodat iedereen omvalt van verbazing. Dien man beginnen ze dan te bewerken, ze halen hem van den alcohol af en van teveel rooken, zo brengen hem er toe te gaan werken, ze drijven hem naar succes, kortom, ze maken hem. Hij moet natuurlijk erg dankbaar zijn, maar soms is hij het niet. Soms bedriegt hij haar zelfs later en dat is natuurlijk schandelijk. Toch heb ik het altijd kunnen begrijpen, weet je. Misschien had hij nog een béétje eigen persoonlijkheid over en die misbruikte hij legen haar." Lilian begreep het niet goed. Toen ze 's avonds in bed lag, dacht ze er nog over na. Een beetje eigen persoonlijkheid? Had zijzelf die nog? Ze zag zich, zoo als ze was, toen ze trouwde, en nu. Vooruitgegaan, in alle opichten. Ze was maar een aardige, slordige, vrij domme bakvisch, zonder geld, ze was nu een elegante, keurige, degelijke vrouw, met een man, die het ver zou brengen en die geld had En toch ze begon iets te begrijpen van dien „bekeerden" man. Zij had bijvoorbeeld een neiging om die plaat tc koo- pen. Niet alleen, omdat die haar beviel maar ook uit een soort ja wat wrok kon toch moeilijk verzet Opeens wist ze het: wat ze voor Felix voelde was verwant aan wat je voelde, als kind, voor je schooljuffrouwen. Soms mocht je ze heusch erg en kon toch zoo'n lust hebben ze te plagen, katte- kwaad uit te halen, ze te hinderen. Zij had lust, on- duklbaren lust, Felix te plagen. Opeens leek het haar, of ze sinds twee jaar op kostschool was geweest. En als ze dacht aan de toekomst, zag ze zich, talen loe rend en tentoonstellingen bezoekend. Een vreemde woede kwam in haar op. Ze begreep plotseling het raadsel, dat Felix niet Miriam genomen had. Hemel tje, Miriam, die heel wat meer van de kunst wist dan hij, die op haar eigen beenen kon staan en een geweldig studiehoofd had, Mirian, die zich kleedde en gedroeg zooals zij wilde en die haar eigen vrien din koos Toen Felix Durham terugkeerde, leek de hemel boven zijn hoofd in te storten. Het eerste wat hem trof als een donderslag in het gezicht, was de zonder twij fel aardige, doch opzichtige complet van zijn vrouw. Het tweede was een afgrijselijke litho, die ze in de eetkamer had opgehangen. Het derde was de prompte bekentenis, dat ze was gaan dansen met en jongen man, dien ze bij een vriendin had ontmoet, een vrien din, die hij haar had verboden. Er kwam een scène en toen stortte de rest van zijn wereld rond hem in. Zijn zacht, gedwee vrouwtje stond rood van woede voor hem, met fonkelende oogen en wierp hem een stroom van woedende woorden in het gezicht. Hij begreep er niets van. Wat praatte ze van een kostschool en van zijn ijdelheid en dat ze er voor bedankte, zijn eeuwige zoete leerlinge te zijn? Het is er mee als met kinderen, dacht hij, je kunt ze niet alleen laten. Hetgeen hem weer een troostend gevoel van meerderheid gaf. Men vindt, dat de arme Durham, het slecht ge troffen heeft. Dat kleine vrouwtje van hem leek zoo zacht en gedwee, maar ze is heelemaal veranderd. Neen, ze is het grooto geluk niet waard, zijn vrouw te mogen zijn. Maar Lilian voor het eerst sinds haar huwe lijk voelt zich gelukkig. Want in haar hart houdt ze van Felix. En zoodra hij er nu maar in wil be rusten. dat zij geen leerlinge wenscht te zijn. maar een mensch, als hij, zal hij ook wel weer gelukkig worden. Of wel, zijn leven lang, zichzelf als de on gelukkige, superieure, nan een hem niet waardee- rende vrouw gekluisterd voelen wat ook zijn aan gename gewaarwordingen heeft voor zekere naturen. FLORENCE KEKHOUT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1934 | | pagina 5