Arrondissements-Rechtbank
Mushalong
Vuur met vuur bestrijden.
tcïccAt
cfe éetoemdsfe xcep
tüt utekjcêd i
te Alkmaar.
BIJ DEN BRAND IN AMERIKA'S
GROOTSTE OLIEBRON TE WHITE
POINT IN TEXAS.
Salamander" weert zich.
HET bericht, dat een van de grootste oliebron
nen van Amerika, die bij White Point in
Texas, in brand zou staan, had ong. 10.000
nieuwsgierigen naar 't stadje gelokt. De wei
nige hotels hadden hun gasten tenslotte in badkamers
op biljarts en zelfs onder tenten in den tuin op
geslagen moeten onderbrengen; tevens waren alle
particuliere huizen letterlijk volgepropt. Na de tot
nu toe vergeefsche pogingen de bron te redden, werd
immers Tex Thornton verwacht, de beroemdste „Sa
lamander", zooals de beroeps-brandweer in de boor-
gebieden wordt genoemd, wiens moed in den opwin
denden strijd tusschen man en vlammen steeds een
bijna cvenzoo talrijk publiek trok als een bokswed
strijd om het wereldkampioenschap. En dat wil in
Amerika wel wat zeggen!
De vlammenzuil schoot knetterend en huilend bij
na honderd meter de lucht in en had rondom het
boorgat een krater van ruim dertig meter diepte en
de dubbele breedte in den aardbodem gescheurd.
Vermoedelijk was door den druk van het gas een
stuk steen uit het binnenste der aarde mee naar
boven getrokken en had bij het botsen tegen het
stalen omhulsel van de boortoren zooveel warmte
doen ontstaan, dat de brandbai*e gassen vlam heb
ben gevat. Men had ongeveer driehonderd meter in
den omtrek van den geweldigen fakkel het terrein
afgezet; maar zelfs buiten deze enge zone had de
enorme hitte in weinigen dagen boomen ontbladerd
en weiden doen verdorren. Desalniettemin was de
afzcttingslijn dag en nacht door de bijna onafzien
bare menigte belegerd, die voor een deel zelfs veld-
stallctjes en proviand voor meerdere dagen hadden
meegebracht, om vooral niet gedurende een korte
afwezigheid een of andere nieuwe scène van het
schouwspel te moeten missen.
Tex Thornton, een klein, goedaardig kereltje, werd
bij zijn aankomst als een torero bij een stierenge
vecht met een stormachtig applaus begroet.
Daar de strijd tegen een dergelijke vuurzee wel we
ken kan duren, was als verblijfplaats een kleine hut
voor hem opgeslagen, waaruit hij met zijn helpers
een paar minuten later in brandvrije kleeding naar
buiten trad. Hun asbest-kleeding met een gesloten
helm van het zelfde materiaal, voor de oogen twee
schijven van niet smeltbaar glas, gaf die menschen
het voorkomen van fantastische, voorwereldlijke
monsters, die zich moeilijk in hun vreemde pantsers
bewogen. Uit duizenden slangen werd water gespo
ten op het gebied van de vuurzee; een looper van
asbest met lange stangen langzamerhand tot aan
den kraterrand voortgeschoven, en de eigenlijke ar
beid kon'beginnen.
Bij het uitslaan van het vuur was de boortoren
door de explosie in puin gelegd, en vele metaaldee-
len waren intusschen gesmolten, en vermengden zich
met de vlammen binnen de krater. Klaarblijkelijk
moesten deze metaaldeelen eerst verwijderd worden,
opdat het gas na het uitblusschen van de vlammen
niet opnieuw ontstoken zou worden. Een been met
een stalen ketting omwonden, waarvan het andere
eind in handen der helpers bleef, maakte de sala
mander zich voor het eerste deel van zijn taak ge
reed. Hij naderde tot op honderd meter, zoo goed en
zoo kwaad als het ging in zijn ongemakkelijke klee-
ding de vuurhaard: vervolgens kroop hij op handen
en voeten verder, vlak langs den grond, om de daar
van de zuigkracht der vlammen uitgaande
koudere luchtdruk te benutten. Op den rug droeg
hij twee spoelen met ongeveer 50 meter staaldraad,
waarvan het eene einde, van een stevige metalen
haak voorzien, in den krater geslingerd moest wor
den, om aldus een deel van het zich daarin bevin
dende gesmolten metaal eruit te visschen.
Maar de explosie had het uitgeworpen zand tot
een hoogte van enkele meters gemaakt, en de hitte
van de zandmassa was tot een golf van gloeiende
lava geworden. Na een paar vergeefsche pogingen
bleek, dat Thornton in zijn liggende positie niet die
kracht kon aanwenden, die noodig was om de kabel
met de zware haak over den zandberg in den krater
te slingeren. Plotseling wierp hij het bovenlichaam
met een snelle ruk in de hoogte; klaarblijkelijk wilde
hij probeeren, op te staan, om zoo zijn taak tot een
beter einde te kunnen brengen. Maar halfweg tus
schen knielende en staande houding viel het kerel
tje waggelend ineen; vermoedelijk had bij het op
staan de hitte hem, ondanks zijn beschuttende klee
ding, zoodanig getroffen, dat hij het bewustzijn ver
loor. Met een paar vlugge rukken aan de aan zijn
been bevestigde ketting trokken de helpers de „Sa
lamander" buiten de gevaarlijke zone en droegen
hem naar de hut.
Nauwelijks tien minuten later kwam hij weer te
voorschijn; tijd is geld, als iedere minuut kostbare
olie verspilt, die zijn marktwaarde heeft! Ditmaal
veranderde hij van tactiek. Met vlugge passen ging
hij over de asbest looper, terwijl de slangen hem be
paald met water overgoten. Ongeveer zestig meter
voor het doel aarzelde hij een seconde, als om krach
ten voor een laatste 'inspanning te verzamelen, en
dan rende hij, zoo vlug als het maar gaan wilde, op
de reuzenvlammen in. Klaarblijkelijk wilde hij dit
keer de zandberg met een aanloop bereiken en de
haak erover heen slingeren. Maar toen hij bijna den
rand van den krater bereikt had, stortte hij weer in
een; een oogenblik scheen het, alsof hij in de
gloeiende massa zou vallen, dan hadden zijn helpers
hem al weer teruggetrokken.
Zoo ging het dus niet. Bij de volgende poging, nu
pas na een half uur rust, had Thornton een machi
nale drilboor en een paar dvnamietpatronen bij zich.
Werkelijk gelukte het hem al kruipende, zoo dicht
bij het zand te komen, dat hij een paar gaten kon
boren en het dynamiet erin kon leggen. Een paar
minuten later volgde de explosie en over een breed
te van 3 meter was de zandhoop uit elkaar ge
scheurd. Nu was het werk makkelijker. Weer met
de draadspoelcn uitgerust, kon Thornton bij de vol
gende poging de haak in de krater slingeren, waarop
zijn helpers met pompen een deel van het vloeibare
metaal naar boven zogen.
Drie dagen achter elkaar kroop de „Salamander"
bijna elk uur telkens en telkens weer naar de vlam
men toe, tot eindelijk de krater van alle vloeibaar
metaal gezuiverd was. Het laatste deel van het
werk, maar ook liet gevaarlijkste, het blusschen van
de reuzenfakkel, kan beginnen.
De Salamander bestrijdt in den waren zin des
woords het vuur. De fakkel hing hier ongeveer vier
meter boven den aardbodem, terwijl de voet ervan
onzichtbaar door den druk van het uitstroomende
gas gedragen werd. Als deze nog niet brandende gas-
kolom afgesneden kon worden, zij het slechts voor
een paar seconden, dan zou het de daarboven be
vindende vlammen aan voedingsstoffen ontbreken
en moesten zij uitgaan. In het algemeen werden in
zulke gevallen en paar dynamietpatronen tegelijk
in de onzichtbare gaskolom, dus vlak boven de plaats,
voor het gas uit de aarde treedt, tot explosie ge
bracht, daardoor wordt het uitstroomende gas op
deze wijze voor een moment uit de richting gebracht
en de vlammen afgesneden. Nu hangt het alleen
maar van de handigheid van de „Salamander" af, de
bommen zoo te werpen, dat zij op het juiste moment
en precies op de gewenschte plaats ontploffen, een
prestatie, die slechts door jarenlange ervaring ge
leverd kan worden.
Den vijfden dag na het begin der werkzaamheden
kwam eindelijk het beslissende oogenblik. Thornton
had twee bommen met ongeveer twee kilo dynamiet
gemaakt; iedere „Salamander" maakt zijn bommen
volgens een eigen methode, maar het hoofdbestand
deel is toch altijd nitro-glycerine. Tot op een afstand
van ongeveer 100 meter van de fakkel, was Thorn
ton betrekkelijk veilig, daar de springstof in zijn
zorgvuldig omhulsel niet makkelijk ontploft. Maar de
rest van den weg en het wegwerpen van de bom
moest zoo snel mogelijk gebeuren, omdat anders het
nitro-glycyerine mengsel door de enorme hitte plot
seling kan ontploffen. In de gevaarlijke zóne betee-
kent het dus: met tien kilo springstof beladen, op
handen en voeten binnen enkele minuten minstens
honderd meter af te leggen, de bom te gooien en de
spaarzame dekking te zoeken, die het werkterrein
misschien biedt!
In dit geval had Thornton direct geluk. Onder
ademlooze stilte van de toeschouwers legde hij den
gevaarlijken weg naar den krater af, een achterover
gooien van het bovenlichaam, de bommen vlogen
bliksemsnel na elkaar door de lucht en twee ont
ploffingen volgden, bijna tegelijk, terwijl de „Sala
mander" zich achter een paar oneffenheden van de
al vroeger ontplofte zandhoop dekte. De explosie-
dampen trokken snel weg, en een duizendvuldig
„hoezee" donderde door de lucht. De vlam was ge-
hluscht! Met een slangachtige beweging kroop
Thornton over de asbest looper terug; zijn arbeid
scheen gedaan.
Maar nog had hij zijn helpers niet bereikt, toen
plotseling de vlammen met een geweldigen knal
weer uitschoten! Klaarblijkelijk waren de gloeiende
zandmassa's rondom den krater, misschien ook in
het binnenste daarvan, voldoende geweest, om het
uitstroomende gas opnieuw aan te steken; mogelijk
kon ook een stuk metaal, dat op de een of andere
manier was achtergebleven, er schuld aan hebben.
In elk geval was de heele moedige arbeid van de
„Salamander" tevergeefs geweest, evenals te voren
verhief zich de vuurzuil weer in de lucht.
Strafzitting van Maandag 5 October.
EEN OPPOSANT UIT HILVERSUM.
De 49-jarige koopman Benjamin V., op 7 Mei bij
verstek veroordeeld was tot f 20 boete op 10 dagen,
was heel op de fiets van Hilversum gekomen, om
nu, na gedaan verzet, persoonlijk nog eens terecht
te staan. De vorige maal beschikte hij niet over de
noodige middelen om naar Alkmaar te reizen. Het
betrof hier beleediging van den conducteur der Ned.
Spoorwegen, Karei Elburg, die hij een parketsmous
had genoemd. Het woord „smous", dat voor een Is
raëliet iets minderwaardigs beteekent, achtte de heer
Elburg zeer krenkend. Eigenaardig is dat ook ver
dachte Israëliet is. Gevorderd werd minstens bekrach
tiging van het vonnis. Uitspraak f 15 boete of 10 da.
gen.
Wognum,
RIJWIELBELASTINGPLAATSJESJATTER.
Een 22-jarige loodgiotersgezel uit Hoorn, Pieter P.
voelde op 12 September te Wognum zijn vingers
jeuken bij het zien van een bclastingplaatje op een
onbeheerde fiets. Hij kon dan ook niet nalaten zich
dit merk toe te eigenen, voor welk feit hij nu te
recht stond. Hij beweerde met ruzie thuis de deur
uitgewandeld te zijn, was aan 't zwerven geraakt en
had nu van honger het plaatje gegapt. Natuurlijk
niet om op te eten, maar ten gelde te maken. Hij
beweerde in een luxe auto te hebben gelogeerd. Be
doeld plaatje was eigendom van den getuige A. Dek
ker en zijn rijwiel stond op het erf. De heer Dekker
vroeg f 2.50 schadevergoeding. Piet beloofde zulks,
maar de rijksdaalder had hij verzuimd mee te bren-
r
S 39- A
FEUILLETON.
door
GEORGE GOODCHILD.
35.
„Maar ik heb een gemeenen streek tegenover jou
uitgehaald. Wilde jij dan niet, dat het huwelijk werd
geannuleerd?"
„Ik zie je ik moet weg", voegde zij er ver
ward aan toe. „Ik hooren, dat mijn broer vanavond
thuiskomen. Je je wilt Marie Louise toch wel
.vergeven vergeten."
„Vergeten! Wel ik..."
Zij sprong plotseling op, en haastte zich naar de
deur.
„Marie Louise!"
„Ik ik mij niet goed voelen..." zeide zij bewo
gen. „Goeden avond, Mushalong. Het spijt mij erg,
erg spijten!"
HOOFDSTUK XXIX.
Besluit.
Mushalong lag het grootste gedeelte van den nacht
wakker, terwijl hij napeinsde over de onverwachte
onthullingen van den vorigen avond. Hij kwam tot
de slotsom, dat het bezoek van Kate als het ware
door hoogerhand was geinspireerd, teneinde hem in
de gelegenheid te stellen Kate in haar ware gedaan
te te zien. Nu kon hij Marie Louise zijn werkelijke
gevoelens mededeelen, zonder dat zij behoefde te
denken, dat zij slechts „de tweede pijl op zijn boog"
was. Meer en meer begon hij in te zien, dat- zij nood
zakelijk voor hem was, en in zijn herinnering terug
brengend de rol, welke zij gespeeld had, kreeg hij
de overtuiging, dat zij gehandeld had met diepere
gevoelens, dan die van vriendschap.
Zich een riem onder het hart stekend, liep hij den
volgenden morgen vroeg bij haar aan, en vond haar
,met haar honden bezig. Haar wangen werden vuur
rood, toen zij opkeek, en zag, dat Mushalong vlak
naast haar stond, en haar strak aankeek.
„Jij jij maken mij aan het schrikken," zeide zij.
„Dat spijt mij. Jongen, die zien er patent uit. Wel,
ze zien er zoo glanzend uit, dat je jezelf er wel in
kunt spiegelen."
„Ze zijn weer dik, en ik wel weer gauw jongen
krijgen. Jij zeker naar je werk gaan, hè?"
„Aanstonds. Misschien wel hcelemaal niet, want
hei is Zaterdag, en dan heb ik toch vrij. Ik wou wel
eens met je praten."
„Even wachten".
Zij deed de honden in de kennel, en ging toen met
Mushalong de blokhut binnen.
„Waarom ben je gisteravond weggeloopen?" vroeg
hij.
„Ik ik mij niet zoo erg goed voelen."
„Dat is een klein leugentje."
„Nee het is waar. Ik heb erg slecht geslapen
vannacht."
„Ik ook. Ik heb den geheelen tijd aan jou gedacht,
Marie Louise."
Zij draaide zenuwachtig met haar handen, totdat
hij ze stevig in de zijne nam.
„Ik had je gisteravond een heeleboel te vertellen,
maar je hebt mij geen kans gegeven. Wel, ik ben
van plan er nu maar dadelijk mee voor den dag te
komen. Weet je waarom ik Kate terug heb laten
gaan?"
„Misschien jij vermoeden, dat zij alleen maar ge
komen, omdat die andere man haar achtergelaten?"
„Inderdaad, maar dat was het toch niet alleen."
„Jij jij niet meer van haar houden?"
„Neen, en ik ben tot het besef gekomen, dat ik
haar nooit werkelijk heb lief gehad. Ik verkeerde in
een soort van koortstoestand, en ik dacht, dat zij
het eenige geneesmiddel was. Zij nam mijn geheelen
?eest zoodanig in beslag, dat ik door de boomen
iet bosch niet meer kon zien."
Zij begreep dat wel niet allemaal, doch zij hing
aan zijn lippen, omdat zij het heerlijk vond hem te
hooren spreken.
„Ik weet niet, wanneer die gedachte in mijn dik
ken kop gestampt werd. Maar toen die er eenmaal
was, bleef die erin, en sindsdien kwam ik hoe lan
ger hoe meer tot de overtuiging dat ik al dien tijd
een blinde suffert geweest ben."
„Zij knap," zeide zij.
„Ja te knap. Maar er zijn anderen, die op hun
manier net zoo knap zijn, verstandiger, en trouwer.
Indien ik ooit het gevoel zou krijgen, dat ik mij
graag met zoo'n vrouw zou willen verbinden, zou jé
mij dan vrijlaten?"
„Ik jou dat gisterenavond vertellen. Als de Padre
terugkomen, mag hij den brief hebben, die jij schrij
ven en een..."
„En zou je mij afstaan aan een andere vrouw?"
„Jij jij nooit aan mij behooren. Het was maar
een grap."
„Een grap! Het was een gemeene streek, waar elke
kerel, met een klein beetje zelfrespect, beschaamd
over zou moeten zijn. Welnu, ik denk erover om op
fatsoenlijke wijze een vrouw te nemen. Wat denk je
daarvan?"
„Wel, ik denken...!"
dat één beroerde ondervinding voor mij een
les zou zijn. Neen, dat is het heelemaal niet. Ik ben
er meer dan ooit op gesteld om een fatsoenlijk ge
trouwd man te worden en hoe gauwer hoe liever."
„Houdt zij van je?"
„Ik weet het niet, maar dat zal ik wel gauw genoeg
uitvinden."
„Iemand uit de buurt?"
„Geloof dat maar!"
„Dan ik jou gelukwenschen. Ik ik moet je iets
geven. De Padre het oprapen, nadat jij weggegaan."
Zij ging naar den hoek van het vertrek en hij zag
haar geheimzinnig zijn ring te voorschijn brengen.
Deze hing aan een verborgen koordje om haar hals.
Zij sneed het koordje met een mes door, en kwam
hem toen den ring overhandigen.
„Ik ik hem bewaren voor jou," zeide zij.
„Om je hals?"
„Ik dat was voor geluk goed geluk voor jou."
„Misschien is het beter, dat jij 'm houdt", zeide hij,
en haar hand beetpakkend, stak hij den ring aan
haar vinger.
„Nee nee. Hij van jou!"
„Wil jij 'm niet hebben, Marie Louise? Wil jij 'm
niet houden, wanneer ik je zeg, dat ik je bemin, dat
ik den dag zegen, waarop ik je die gemeene poets
bakte. Mc had het je allang wallen zeggen, maar het
was zoo moeilijk, omdat ik de kans niet kreeg om
je te laten zien, dat mijn liefde geen tweedehandsch
zaakje was. Toen lk die andere vrouw gisteren zag,
wist ik, dat jij het was, die ik wilde hebben, en niet
zij. Zij. heeft een soort van hartstocht in mij wakker
gemaakt, maar ik vermoed, dat die voor jou bestemd
was. Toen jij eenmaal op het tooneel kwam, begon
zij te verbleeken, om het zoo maar eens te zeggen.
De volgende poging stelde Thornton tot den vol
genden morgen uit Weer bereikte hij na moeizame
voorbereidingen den kraterrand, had een bom in
halgknielende houding rfeeds geworpen en do ande
re in de hand, toen hij opeens ineenstortte. Het erg
ste wat een „Salamander" kon overkomen, was ge
beurd: Hij had in de onbeschrijflijke hitte de bezin
ning verloren, voordat hij de tweede bom nog ge
worpen en voordat hij nog dekking had kunnen
zoeken; in 90 van de 100 gevallen is daarmede het
leven van den vuurbestrijder gedaan, omdat de over
gebleven bom in de hand tot ontploffing zal komen.
Maar Thornton had geluk in zijn ongeluk. Bij het
neerstorten nog was de bom aan zijn hand ontgleden
en zeldzaam toeval over den rand van den kra
ter naar beneden gevallen. Een oogenblik later
weerklonk de dubbele explosie, terwijl Thomton's
helpers met wanhopige kracht de ketting introkken,
die hij tot zijn geluk ook ditmaal om het been droeg.
Nu was het vuur door de bom definitief gebluscht.
Maar met de „Salamander" zag het er slecht uit!
Door de explosie was een deel van zijn asbest-kjee-
ding ter hoogte van zijn gezicht vernietigd, en zijn
geheele gelaat verschroeid; zijn wangen vertoond©
groote brandblaren. Maar alles bij elkaar genomen
waren de verwondingen toch betrekkelijk gering.
En het doel was bereikt: de oliebron zou in weinige
dagen weer licht en warmte kilometers ver het land
in kunnen sturen.
Thornton was, zooals later bleek, in die zes dagen
niet minder dan elf kilo afgevallen! „Voor die tien
duizend dollar, die hij voor dit werk gekregen heeft,
niet eens te veel", meende een van zijn helpers
lachend.
gen. Vader P. heeft genoeg van het boemelend zoon
tje en verlangt hem niet meer in den huiselijken
kring.
De officier vertrouwde het ventje niet. Hij heeft
een ongunstig verleden en eischte 4 maanden en
directe inhechtenisneming.
De politierechter wilde nog niet beslissen en stelde
de behandeling uit tot a.s. week.
Alkmaar.
HIJ KON ZIJN TIJD NIET AFWACHTEN.
De niet aanwezige heer Elbert de B., wonende te
Alkmaar had een in huurkoop gekocht rijwiel op
26 April van de hand gedaan, alvorens de koopsom
volledig was afbetaald, met gevolg dat hij er, zoo
men het noemt, er in tippelde en heden ter verant
woording werd geroepen. De heer J. had in een café
hoek Wildemansstr. en Oosterburgerstr. dit rijwiel
gekocht voor f 22.50.
De politierechter noemde dergelijke handel een
gewaagde geschiedenis en veroordeelde den heer de
B. conform eisch, tot 3 maanden gev. en de kooper
is zijn fiets ook nog kwijt.
Texel.
ALS 'N HOOFD VAN JUT BESCHOUWD.
Een Texelaar met name Cornelis VI., die van geen
interesse blijk had gegeven, had naar aanleiding van
een kwestie over gestikte braadhaantjes zijn dorps
genoot J. C. Rijk eenige slagen op het hoofd gege
ven. Eisch en vonnis f 20 boete of 10 dagen.
Helder.
CLAUDIUS CURLUS VOOR DEN RECHTER.
De heer Jos. van T., niet present, ontvreemde op
18 Juni op het strand te Den Helder een rijwiel,
merk Claudius Curlus, eigendom van den heer R.
Spots. Verdachte had bekend en werd tot 6 maan
den gev. veroordeeld.
Sint Maartensbrug.
EEN NOUVEAUTé VOOR DEN POLITIERECHTER.
De voormalige Alkmaarder Adriaan Sch., thans
fotograaf te Bergen, had inbreuk gemaakt op het
auteursrecht en het bekende tooneehverk van Inte
Onesman „Het Licht in den Nacht", te St. M.-brug
doen opvoeren zonder den heer J. Vink, optredende
voor de firma Haverman, uitgeefster te Naarden, het
verschuldigde auteursrecht te voldoen. Met het r&-
sultaat, dat deze impressario thans op de zondaars-
bank verscheen.
De heer Vink verklaarde dat geen vergunning tot
opvoering was gegeven en de f 52 auteursrecht niet
was betaald. Wèl was geboden f 25. Reeds eenmaal
had het gezelschap „Het Intiem Tooneel" zich aan
een dergelijke handeling schuldig gemaakt. Deze
kwestie was toen onderling geregeld.
De heer Klaas van Vliet, thans ook Bergcnaar en
die ook het „Licht in den Nacht" mede hhd doen
schijnen te St. Maartensbrug, en verklaarde zulks
Jij bent de beste vrouw, die ik ooit ontmoet heb
de dapperste, en meest onzelfzuchtige. Ik heb niet
zoo erg veel om je aan te bieden, doch indien mijn
liefde voor jou voldoende is, dan zul je het niet
minder goed hebben, dan welke vrouw op aarde ook."
Marie Louise, vocht met haar emoties. Zij las op
rechtheid in elk woord, dat Mushalong uitte, doch'
het was moeilijk voor haar om haar gevoelens tot
uitdrukking te brengen.
„Jij jij mij willen hebben?" hijgde zij.
„Ik wil mijn vrouw hebben."
„Mushalong!"
Zijn groote armen omstrengelden haar, en zij hief
haar lippen op, om gekust te worden, en zij lachte
uitzinnig, toen het kussen op haar mond, kin en
hals regende.
„Jij je niet meer willen laten scheiden!"
„Ben je dol geworden! Ik zou wel weer heelemaaï
opnieuw willen worden getrouwd. Zeg, je bent toch
niet aan het huilen! Wel...?"
„Heusch niet. Ik ben alleen..."
Haar emoties baanden zich een weg. De tranen
stroomden haar over de wangen. Mushalong slikte
een paar maal, en staarde haar verwonderd aan.
Toen werd, zonder waarschuwing, de deur geopend
en Henri Saranche trad het vertrek binnen. Marie
Louise draaide zich om, en liep met een zachten
kreet op hem toe. Haar broeder's oogen flikkerden
gevaarlijk, daar hij de tranen, van het zich aan hem
vastklemmende meisje verkeerd uitlegde.
„Jij!" snauwde hij. „Bij God, ik zoek je al een hee-
len tijd. Nu zullen we do rekening vereffenen."
„Henri!" kreet zijn zuster.
„Ga jij opzij de. Ik zal hem leeren grapjes met jou
te. maken, en dan hier te komen om je lastig te val
len."
Hij rukte een mes uit zijn gordel, en hief zijn
hand omhoog. Marie Louise greep zijn pols met
haar beide handen.
„Henri! Jij begrijpen het niet. Mushalong mijn
echtgenoot.
„Echtgenoot!"
„Ik ik houden van hem."
Henri knipperde met zijn oogen, en liet het mes
zakken.
„Jij mij verteld, hij je met geweld trouwen, en
nu...?"
„Is alles veranderd. Ik..."
„Beter, dat ik het uitleg," viel Mushalong haar ïn
de rede. „Kijk eens hier, Henri, ik kan je houding
ten volle appreciëeren. Het is waar, dat ik een tijd
geleden als een skunk handelde, ofschoon ik nooit
de bedoeling heb gehad om Marie Louise tot mijn
slachtoffer te maken. Ja, ik trouwde haar met ge
weld, maar nu heb ik haar meer noodig dan iets
anders in de wereld. Ik geloof, dat zij het mij ver
geven heeft, maar daar volgt niet uit, dat jij het
zelfde doen moet. Indien je nog van gevoelen bent,
dat je een gat in mijn lichaam moet maken, dan zal
ik mij daartegen niet verzetten. Ga je gang maar!"
Henri hijgde van verbazing, en wendde zich tot
zijn zuster.