•Ie •Iroote
Vergissing
Vee= en Varkenshouders
protesteeren.
Zaterdag 10 November 1934.
SCHAGER COURANT.
Vijfde blad. No. 9593
Tegen de wijze van nitvoering
der verschillende crisiswetten.
De organisaties treden niet
krachtig genoeg opl
In café „Cérès" van den heer J, Schenk werd Don
derdag j.1. een protestvergadering gehouden van vee-
en varkenshouders, tegen do wijze waarop de ver
schillende crisiswetten worden uitgevoerd.
Scheen aanvankelijk de belangstelling voor deze
vergadering gering te zijn, gedurende de besprekin
gen nam het aantal bezoekers steeds toe en weldra
was de zaal nagenoeg geheel bezet.
Het voorloopig comité van actie bleek te bestaan
uit de heeren: 1J. Kooijman, Wognum, K. Bregman,
Oudendijk, T. van Diepen, Grosthuiijzen en H. Zijp,
Twisk.
Allereerst voerde de heer Kooijman het. woord, dio
wees op het feit, dat de verschillende crisismaatre
gelen zoo scherp ingrijpen in het bedrijf. Het. comité
is bovendien van meening dat de uitvoering der cri
siswetten niet plaats vindt zooals gewenscht is en
dat ze dan ook, in stede van voordcelen, eerder na
doelen aan de vee- en varkenshouders bezorgen, wat
de finantieele zijde van de zaak betreft.
Het is 2 jaren goleden dat de crisis-varkenswet
werd ingesteld en nu, na 2 jaren, ondervinden we de
resultaten die bereikt zijn. Het is moeilijk te consta-
teeren dat. zonder de genomen maatregelen, thans de
toestand beter zou zijn geweest, maar wel is te con-
stateeren dat de huidige toestand niet deugt. Dat vóór
de inwerkingtreding van de wet de mcnschon zijn
overgegaan tot doen laten dekken van de zeugen,
koint door de fout om reeds maanden tevoren de te
treffen maatregelen ter kennis van het publiek te
brengen, waardoor de menschen hun maatregelen
kunnen nemen.
De grootste fout van de leiding der crisis-varkens
centrale noemt spr. het dat toen Engeland de 5000
on de 10.000 bacon-varkens niet wilde afnemen, deze
leiding de zaak maar op haar beloop heeft gelaten,
in plaats van tegen eiken prijs het overtallige aan
tal varkens op te ruimen en dus het ontstane ver
lies maar te aanvaarden. Was dit gebeurd, dan zou
thans een veel gezondere toestand beerschen.
De varkenshouders hebben de zware varkens te
lang moeten houden en in de laatste maanden on
dervonden zij nu de finantieele nadeelen, nu tot op
ruiming der varkens moest worden overgegaan.
Daar komt nog hij de instelling van de graan-
anonopolie, waarbij f 1.50 per 100 kilo op den meel-
prijs wordt gelegd. Spr. wijst er op dat door dezen
maatregel de regcering lasten op de vee- en varkens
houders legt, teneinde de akkerbouwers te helpen.
Voor oen dergelijke daad is geen verontschuldiging
te vinden. Wij gunnen den akkerbouwers loonende
prijzen, maar dat mag niet ten koste van een andere
groep gaan. liet is daarom dat spr. den regeerings-
commissaris lr. Louwes getart heeft» te ontkennen
dat thans door de vee- en varkenshouders wordt op
gebracht de vierde penning, in tegenstelling met het
opbrengen van de tiende schoof in de tijden van het
bewind van Alva. Een dergelijke toestand teekent de
situatie en daar gaat ons protest tegen. Het comité
meent dat, los van de organisatie, een krachtige ac
tie tegen deze maatregelen dient te worden gevoerd.
Spr. spreekt er zijn verwondering over uit, dat het
bestuur der Hollandsche Maatschappij van Land
bouw liet blijkbaar nog steeds niet noodig acht een
protestvergadering te houden en daarom moet een
'krachtige actie ontketend worden uit de menschen
zelf die in het bedrijf zitten.
Spr. ontkent niet dat op 't oogenblik de regeering
de zware varkens voor een deel wil afnemen en
laten we dan ook hopen, dat we weldra misschien
oen betere toekomst tegemoet gaan. Maar de on
kosten zijn veel te hoog, de prijs der varkens is cen
ten lager, do mcelprijs daarentegen guldens hooger.
Als tweede grief noemt spr. het niet-uitkeeren van
den zuivelpot ad f 10 millioen. Spr. noemt dat een
miskenning van den toestand voor de boeren, want
het beteekent, dat. geoordeeld wordt dat de boeren
deze gelden nog niet noodig heeft. Maar als deze
gelden tot het volgend jaar worden bewaard, zullen
er weldra tienduizenden deze gelden niet meer be
hoeven, omdat ze ten gronde zullen zijn gegaan.
Wat het derde punt betreft, de instelling van een
ministerie van landbouw, daaromtrent bestaat op 't
oogenblik wat meer optimisme. Immers we hebben in
de pers kennis kunnen nemen van het voornemen
om den heer Ir. Roebroek te benoemen tot directeur-
generaal van den landbouw. Spr. wijst op dc groote
noodzakelijkheid dat iemand steeds voor de boeren
werkt en deze benoeming zal dan ook op hoogen
prijs worden gesteld. Evenwel een directeur-generaal
is nog geen minister, we zijn dus dankbaar maar
nog niet voldaan.
In de besturen der verschillende organisaties is ge
voeld, dat leden der organisaties hun hoofden bij
elkaar staken, ontevreden als ze waren over dan
gang van zaken en dit is misschien wel oorzaak ge
weest dat ook de organisaties zelf besprekingen heb
ben gehouden. Wij wenschen niet tegen onze organi
saties in te gaan, maar willen ze imponcercn, dat
krachtiger moet worden opgetreden. Zij moeten onze
belangen begrijpen, de leiders onzer organisaties zijn
niet altijd even krachtig opgetreden. En de regeer
ders dienen te hegrijpen dat de landbouw weer moet
opbloeien, teneinde de industrie weer aan het werk
te helpen. Dc landbouw, moet. een plaats in het te
genwoordig regccringsbestuur opeischcn!
Niet tevreden over onze vóórmannen.
Als tweede spreker voert de heer K. Bregman het
woord, die een vraag of wij over dc uitvoering der
crisismaatregelen en over onze voormannen tevreden
zijn, ontkonnend zou beantwoorden. Het doel dezer
actie is dan ook om de leiders van onze groote land
bouworganisaties bij te brengen, dat ze voor onze be
langen krachtiger moeten optreden. Het is niet noo
dig, crisis-lotgcnooten, aldus spr. tot de aanwezigen,
dat wij al meer on meer in dc put geraken. Wij be
hoeven onze producten niet op de mesthoop te bren
gen, want in Japan en Amerika is nog groot gebrek.
De tolmuren evenwel moeten weg. Spr. herinnert aan
het feit, dat Duitschland zijn betalingen staakt en
hoe de kaasexporteurs dan ook het voornemen heb
ben den kaasexport naar Duitschland stop te zetten.
De crisis-maatregelen zijn genomen om de platte-
landsche bevolking te helpen, potten worden gemaakt,
maar met voorbeelden is aan te toonen hoe het in
werkelijkheid gaat. Wij moeten achter onze organi
saties staan en zij die nog geen lid zijn dienen
lid van een organisatie te worden wij willen niet
afbreken, doch opbouwen. Evenwel dc organisaties
voegen zich teveel naar den wensch der regeerings-
commissarissen. Als onze afgevaardigden niet hard
genoeg voor onze belangen werken, dan moeten we
andere afgevaardigden hebben.
T.a.v. dc rundveecentrale wijst spr. op de beper
king van het aantal kalveren, een regeling waarbij hij
die liet meeste geld geeft, ook de meeste kalveren
mag houden. Immers wanneer men voor f20 een kalf
laat schetsen, mag men het houden. Allaen uit
Noordholland is op deze wijze voor de kalveren een
bedrag van f3000 bij elkaar gekomen.
Ook gaat spr. na hoe de boterexport naar Engeland
aan den gang wordt gehouden, waarbij men in En
geland onze boter tegen lagen prijs kan bekomen,
terwijl onze eigen bevolking de boter met hooger
prijs moet betalen. Wij moeten in Den Haag iemand
hebben, die op de hoogte is van dc landbouwzaken
en we moeten Den Haag aan 't verstand brengen
dat de landbouwende bevolking moet worden gehol
pen. Spr. roept dc aanwezigen op elkaar te steunen,
opdat de vee- en varkenshouders eendrachtig opko
men voor hun huis en hof, voor hun vrouwen en
kinderen.
Een garantie van inkomen.
Dc heer T. van Diepen betoogt dat cr aan de he
sluiten van den Minister van Economische Zaken
iets ernstigs ontbreekt, n.1. een garantieregeling, een
zekere compensatie tegenover dc maatregelen die ons
worden opgelegd. Als er van ons steeds meer in
krimping van den aanfok van koeien en varkens
wordt gevraagd, dan dient daar tegenover te worden
gesteld een garantie van inkomen in den vorm van
een hoogeren vleeschprijs of melkprijs. Wij moeten
ons bedrijf toch gaande kunnen houden.
Spr. vraagt zich af of cr inderdaad overproduc
tie van melk is en wijst dan op het luttele bedrag
dat in Engeland voor onze boter wordt betaald, ter
wijl bij ons vele gezinnen geen natuurboter kunnen
betalen. Spr. wijst op dc vermenging met margarine
en op het feit dat in liet leger nog altijd margarino
wordt verstrekt, op dc ondervoeding van vele kin
deren in ons land, doordat ze de dure melk moeten
ontberen. De consumptie-melkprijs toch is veel te
hoog. Al deze voorbeelden toonen aan dat er geen
goede toestand heerscht.
Dc graanheffing werkt voor de veehouders funest.
Spr. wil hij den Minister van Economische Zaken
een audiëntie aanvragen, opdat die eigenaardige toe
standen worden toegelicht, toestanden die om ver
beteringen roepen.
Moeten wij langer een lijdzame houding
aannemen?
Dc heer H. Zijp vraagt of wij nog langer een lijd
zame houding moeten aannemen tegenover dc men
schen die tot taak hebben voor onze belangen te zor
gen. Spr. meent van niet. De verschillende maat
regelen die worden getroffen, blijken onaannemelijk
te zijn en veelal wordt met dio maatregelen het. tegen
overgestelde van wat zij beoogen, bereikt. We krij
gen aanstonds weer een tweede afslachting van ons
vee, thans dc jonge koetjes, de bloem der boerderij.
Spr. wijst er ook op dat Noordholland wat de afname
van'de kalveren betreft, er zoo slecht af is gekomen.
Het wordt daarom tijd dat we onze belangen zelf ter
hand nemen en dat we bij den Minister aandringen
op uitkeering van den z.g. zuivelpot, of opheffing van
de graanrechten. Reeds eeider is hij den Minister van
Economische Zaken een onderhoud aangevraagd, ten
einde dc toestand in te lichten, maar op dit verzoek
is taal noch toeken ontvangen. Spr. wil nu aan den
Minister van Economische Zaken een telegram zen
den, waarin cr op wordt gewezen dat de veehouders
zich niet langer kunnen vereenigen met de manier
waarop hunne belangen worden behartigd, zij niet
langer lijdzaam hun organisaties kunnen volgen.dat
ze verzoeken niet tot 'n nieuwe afslachting van vee
over te gaan en de verhoogde accijns op koe- en var-
kcnsvleesch op te heffen.
De heer Kooijman neemt nu nog eens het woord
en vraagt zich af wie toch dc adviseurs der re-
geeringscommissarissen zijn. Een afname toch van
150.G00 stuks jongevec is niet to verdedigen. Waar
om wordt de regeling niet dat als men één stuks
jongevec afstaat, men in de gelegenheid zal zijn
een oudere koe in te leveren? Het vertrouwen in dc
adviseurs wordt op deze wijze bij ons geschokt. Spr.
verzoekt den aanwezigen handteckeningen te ver
zamelen, waardoor goedkeuring wordt verleend aan
de te voeren actie.
Van de gelegenheid om het woord te voeren wordt
in de eerste plaats gebruik gemaakt door den heer
P. Meijne, Akersloot, die propageert het uitsluitend
bakken van melkbrood, afschaffing van de boter-
merken bepleit, inkrimping van het margarincvcr-
bruik, en die inkrimping van den veestapel wil zien
geregeld per H.A. grasland. Spr. wil in den breedo
uitwijden over de lasten die de boeren hebben op
te brengen, doc-h de Voorzitter, de heer Kooijman,
geeft hem in overweging zich te bepalen tol de on
derwerpen die besproken zijn.
Geen verdeeldheid.
De heer Joh. do Veer, Schagen, heeft met genoe
gen vernomen dat het comité zich achter dc orga
nisatie wil scharen en toch wil het buiten de orga
nisatie om een audiëntie aanvragen bij den Minis-
OM VOOR 30 NOVEMBER A.S. 60 VOORZIJDEN VAN PRESTO
PAKJES AAN ONS ADRES TE AMERSFOORT IN TE LEVEREN
DAN ONTVANGT U EEN PRACTISCH GESCHENK
ïï&u&ftotiuten darJi om 't fouisto p&scAoinA f
ter Spr. verwacht weinig resultaat. De georgani
seerde landbouw wordt gehoord en laat men dan do
gewraakte maatregelen bij dc organisaties in be
spreking brengen. Voor dc toekomst acht spr. do
productiebeperking van veel belang. Evenwel
Noordholland is er wat de aanwijzing van het aan
tal kalveren betreft, zeer slecht afgekomen. Er wordt
door dc organisaties in gewerkt oni daar verande
ring in te krijgen.
Spr. is voorstander van de heffing op buitenland-
scho granen. We hebben nu eenmaal een te groot
kwantum melk en wat van eigen bodem wordt ge
produceerd dient dc voorrang te hebben. Bij even
wicht van productie on consumptie verkrijgt het
product waarde. Maar spr. wijst er met nadruk op,
dat de heffing op do granen ton goede moet komen
van de veeboeren, niet van dc bouwbocrcn.
Voorts merkt spr. op, dat men niet teveel moet
spreken over het verleden, hij de maatregelen die
genomen zijn zal dc beste bedoeling hebben voorge
zeten, maar bij de toepassing barst dc bom wel eens
verkeerd. Wij moeten het oog gericht houden op do
toekomst en dan wijzen op den achterstand van
Noordholland wat de toewijzing der kalveren be
treft en op de groote onredelijkheid dat de graan-
heffingen den bouwboeren ten goede komen.
De heer Kooijman noemt het betoog van den heer
De Veer een zeer sympathiek geluid. Spr.'s grief is
dat de leiders onzer organisaties niet krachtig ge
noeg optreden. Als voorbeeld noemt spr. het advie3
van den voorzitter van den F.N.Z., aan de verga
dering om er zich muur bij neer te leggen, dat het
zuivelpot je bewaard zal worden. Spr. heeft toen ge
wezen op de noodzakelijkheid tegen een dergelijk
besluit op te komen en daarna heeft het bestuur van
den F.N'.Z. besloten zich over deze kwestie tot den
Minister to wenden.
De heer Van Diepen adviseert den leden van zui
velfabrieken aan te dringen op vermindering van
do margarinefabricagc, zoo mogelijk op een verbod
ervan.
De heer G. Gaijaard, Nieuwe Niedorp, ontkent, dat
er een teveel aan productie is, vooral wat boter be
treft. Voor een bevolking van 8 millioen is 80 mil
lioen kg. boter geproduceerd, wat neerkomt op 2
ons per week. Er is dus een tekort aan boter. Spr.
zou willen, dat de margarinefabrieken alleen aan-
-rullend mochten werken. De vermenging van de
boter is oorzaak dat tienduizenden noodgedwongen
margarine gebruiken en spr. vreest dat als de cri
sis voorhij is, deze tienduizenden inargarineverbrui-
kers zullen blijven. Stopzetting van dc margarine-
fabrieken raag enkele honderden arbeiders werk
loos maken, maar als de natuurboter togen behoor
lijken prijs van de hand kan worden gedaan, zullen
de boeren weer meer arbeiders te werk kunnen stel
len. Spr. wijst cr op, dat dc steun aan melk dio
f2.56 heet te bedragen, in werkelijkheid slechts een
voordeelig verschil geeft van 40 cent per 100 Kg. Spr.
herinnert aan de protestmotie indertijd door nu wij
len den heer Jcnsma voorgesteld en waarin gewe
zen werd op het feit, dat de directeuren van de zui
velfabrieken niet aan de leden mochten vertellen
welken steun zij ontvangen. Spr. wijst cr ook op,
dat zijn fabriek, de zuivelfabriek „Aurora" de kaas
exporteert naar Frankrijk en van dc gemaakte winst
moet afstaan voor de zuivelpot. Dat alles doet bij spr.
de vraag rijzen, of het niet beter was dat alle cri
sismaatregelen maar aan zijde warden gezet, een
minimumprijs voor margarine te bepalen en 'n mi
nimumprijs voor natuurboter van bijv. 60 cent.
De heer F. Kooijman wijst er nog op, dat de var
kenshouderij een steungeefstcr is, geen steunneem-
ster.
Het telegram.
De vergadering keurt goed dat het volgende tele
gram aan den Minister van Economische Zaken
wordt verzonden:
Excellentie!
In aansluiting van ons telegram verzonden op 30
October 1934, vanuit de vergadering te Purmerend
en op aandrang van de vergadering gehouden op
Donderdag 8 Nov. te Schagen, verzoeken wij U be
leefd ons ten spoedigste gehoor te willen vcrlcenen,
in het bijzonder met het cog op de nieuwe afgekon
digde gedwongen afslachting van jong vee.
Namens het Comité,
P. KOOIJMAN, Wognum.
K. BREGMAN, Oudendijk.
Hierna volgde sluiting.
door
JOAN SUTHERLAND.
„Dat is, volgens mij nog de vraag. Dan hadden
Jullie een vrijgemaakte negerbevolking gekregen en
uitgesrektc landen, die noodig in cultuur moesten
worden gebracht.
„Een voorzichtiger politiek zou ons meer hebben
gebaat. We hebben, in het algemeen gesproken, nu
toch ook nog even goed onze neger- en kleurlingen-
bevolking en daarenboven nog heele horden vreem
delingen uit Oost- en Midden-Europa en aan lager
wal geraakte joden uit allo declcn der wereld. Het
is geen verkwikkelijk probleem en met ieder jaar,
dat men het niot. onder de oogen wenscht te zien,
hoopen de moeilijkheden zich op. Maar kom
waarom zouden we onze laatste oogenhlikken hier
mee verknoeien, je hebt me wel eerder mijn mee
ning daaromtrent onder woorden hooren brengen.
Laten we nog con poosje naar je studio gaan en
gezellig samon praton. 't Is nog vroeg." Zc gingen
dc hol verlichte hall van het hotel, waar Moreton
dc laatste dagen verblijf hield hij had een week
geleden zijn apartcmcnt opgezegd binnen, dron
gen er nog eens op aan, dat hij vroeg zou worden
gewekt voor de Cunard expresse van het Gare St.
Lazarc, vroegen en ontvingen do laatste post en zou
den juist weer gaan, toen een piccolo hen achterna
kwam.
„Pardon, m'sieur dit is een oogenblik geleden
voor U gekomen!" en hij duwde Moreton een tele
gram in de hand.
Ze sionden alleljei stil: Moreton trad terug binnen
den lichtcirkel, die uit de deur naar buiten viel en
opende de vodderige enveloppe. Het was slechts een
kort bericht en toch scheen hij langen tijd noodig
te hebben eer hij goed wist, wat er stond. Toen hij
ten laatste sprak, klonk zijn stem absoluut toonloos.
FEUILLETON
„Walter mijn broer is gisterenavond omgeko
men bij een auto-ongeluk", zei hij en reikte David
het vodje papier toe.
HOOFDSTUK II.
Precies vijf dagen later stapte Moreton in New
York aan land en reed regelrecht naar zijn huis,
dat in do Fifth Avenue gelegen, op het park uitzag,
om de bijzonderheden omtrent de tragedie, die zich
hier had afgespeeld, te vernemen. Het was een schit
terende dag met een heldere blauwe lucht, een pit
tige frischheid en een stijf briesje over de rivier.
Terwijl hij door de hem zoo lang ontwende straten
reed, kon hij dc waarheid nog maar niet gelooven.
Het was vijf jaar geleden, dat hij zijn broer het
laatst gezien had, want Walter was te jong geweest
om aan den oorlog deel te nemen. Hij, Lioncl, had
aan het oostelijk front gevochten en drie jaar te vo
ren had hij Amerika slechts tweemaal bezocht. Wal
ter was een knappe jongen van achttien jaar ge
weest, vol vuur en levenslust, dol op sport en aan
trekkelijk door zijn ongerepte jeugd en het viel Lio-
nel moeilijk, te beseffen, dat den avond, voor zc hun
kennismaking zouden hernieuwen, dc dood tussehen
heiden was gekomen en dat jonge leven had wegge
maaid.
Gezeten in de eenigszins sombere bibliotheek van
het huis, dat nu al jaren lang zoo zelden was ge
bruikt, luisterde Moreton naar alle bijzonderheden,
die de huisarts, Dr. Keilick hem kon geven. Walter
was als wcek-end uitstapje wezen visschen, ergens
in de Adirondacks en reed zelf naar New Cork te
rug. toen laat op den avond, op een berucht gevaar
lijke bocht, waar het laatste jaar al heel wat on
gelukken waren gebeurd, het ongeval plaats vond.
„Hij schijnt bij het nemen van die l>ocht wel flink
hard. maar toch absoluut zeker te hebben gereden",
zei de oude man, „en de wielsporen hebben nitco-
maakt, dat hij op het goede wegdek reed. terwijl de
andere wagen de bocht te wijd nara. Hij probeerde
nog te wijken, maar die andere bestuurder schijnt
zijn hoofd te zijn kwijt geraakt en ze zijn bijna
recht op elkaar ingereden. Walter moot op slag ge
dood zijn, de arme jongen dat is tenminste nog
een geluk. De andere man komt er, naar men meent,
wel bovenop. Ik kan je niet zeggen, hoe het me spijt,
dat ik je, nu je na zoo n lange afwezigheid thuis
komt, met dit droeve nieuws moet ontvangen."
Lionel gaf geen antwoord, er viel niets te zeggen.
Hij was misschien meer ontsteld, dan dat hij er ver
driet over had, want de omstandigheden hadden er
nooit toegeleid, dat hij en zijn gestorven broer erg
intiem met elkaar waren. Het speet hem dan ook
meer van het jonge leven, dat zoo snel geëindigd
was, dan dat hij zelf hel gemis voelde, want de
laatste jaren was Walter zoo goed als een vreemde
voor hem geweest. Ook was cr, nu hij na zooveel
jaren voor het eerst weer thuis kwam, heel wat te
regelen en hij was nog geen vier en twintig uur in
New York of een andere tragedie trof hem van bijna
even nabij.
Den avond dat Guy Lanier zich in de pompeuse
„stijl" bibliotheek van zijn woning, East 57thn street
voor het hoofd schoot, was iedereen het er roerend
over eens, dat het bal, door zijn vrouw ter eere van
hun aangenomen dochter Marilyn in de Ritz-Carlton
gegeven, een van de schitterendste feesten van liet
seizoen was en toen Alicia Lanier tussehen licht en
donker alles nog eens overzag, voelde zelfs zij zich
tevreden over den afgeloopen avond. Marilyn zag er
in haar zacht schelp-rose kleedje met haar gebobde
krullen als een bleek gouden kapje om haar hoofd,
haar tecre teint verlevendigd door een blosje en
haar oogen, die schitterden als sterren, stralend uit
en ze was zoo gefêteerd, dat ze nu omtolde van slaap
en vermoeidheid. Iedereen die rnaar iets te beteekoi
tien had in New York was tegenwoordig en er wa
ren de wonderlijkste bal-surprises, de beste strijkjes
ook was er voldoende champagne geweest niet
openlijk, doch zeer artistiek verhuld om zelfs de
dorstigste gasten tevreden te stellen en iedereen
scheen vast besloten, tot het allerlaatste oogenblik
te blijven. Alicia zelf zag er in alle opzichten be
lachelijk jong uit voor een moeder van een volwas
sen zoon als David en de donkere Suzanne, met
haar grijze oogen, die niet minder gevierd werd dan
de heldin van het feest. Ze droeg een japon van Mo-
lynoux, groen en zilver, met een langen ketting van
los geregen smaragden, afgewisseld door diaman
ten. die haar bijna op haar middel hing. En het zou
in het ooi» loooon'' onhebbelijk zijn geweest, haar te
zeegen. r'r' enkel en alleen gekocht, om
bij haar japon te passen, evenzeer het laatste wapen
bij den zelfmoord van haar echtgenoot was geweest,
als de kleine plompe revolver, dio in zijn verstijfde
hand werd gevonden. Het mocht onredelijk hecten,
van Alicia, dio beminnelijk, als ze wilde amusant
was en ontegenzegeglijk behoorde tot de allerbeste
kringen, te veronderstellen, dat ze bovendien ook
nog omzichtig en verstandig zou wezen en Guy La
nier had de fout begaan, dat van haar te denken.
Hij werkte van den vroegen morgen tot den laten
avond, zorgde voor automobielen, juwcclen, winters
in Florida, of Zuid-Frankrijk, uitstapjes naar Cali-
fornië of Engeland en een keurig huis in New York
en de Berkshires voor zijne familie. Hij was terecht
trotsch op dc schoonheid en gevierdheid zijner vrouw
en hield van zijn kinderen, al zag hij ze weinig.
Maar hij miste de noodige taaiheid om die voortdu
rende spanning van lichaam en zenuwen te kunnen
volhouden en toen hij dus kwam op een punt, waar
hem niets dan tegenspoed scheen te wachten, sloeg
hij den weg in, die het laatste redmiddel van een
lafaard is. Hij besefte heel goed, wat hij deed en wat
men in zijn kringen van hem zou zeggen. Maar die
menschen waren ook niet negen-en-twintig, bijna
dertig jaar met Alicia getrouwd geweest en konden
dus zijn daad niet bcoordcelen. En er zijn lasten,
die geen man verplicht is te dragon, zelfs niet ter
wille van de kinderen. Dus nam hij zijn besluit,
maakte, voor zoo ver dat mogelijk was, zijn papie
ren in orde, hield zijn revolver precies op dc ver-
eischte plaats, haalde den trekker over en vond een
snellen dood.
De geheele uitgaande wereld van New York schrok
op. want dc Laniers behoorden tot de meest exclu
sieve groep daarvan en men vond Guy Laniers daad
des te betreurenswaardiger, omdat mén het waarom
niet begreep. Hij was naar liet scheen, in geen enkele,
ernstige zaak betrokken, hoewel door een bepaaldo
zakengreep het inkomen zijner weduwe noodzakelij
kerwijze heel wat minder was dan dat zijner echt-
genoote. Zijn vrienden mochten hem gaarne en acht
ten hem zeer hoog en hoewel een groote spoorweg-
speculatie verkeerd was uitgeloopen en hom een
paar jaar lang gevoelig onder zijn verlies deed lij
den, was dat toch geen schande of misdaad.
Zijn vrienden en kennissen wisten absoluut niet,
wat ze ervan denken moesten, als ze zochten naar
een reden, sterk genoeg, om hem te brengen tot wat
hij gedaan had, en in hun wildste theoriën raakten
ze nooit aan de eenvoudige waarheid: dat hij gestor
ven was, omdat hij alle lust om verder te leven mis
te. daar wat men hem omtrent zijne gezondheid had
medegedeeld van dien aard was, dat zijn vrouw zich
vol afschuw van hem terug zou trekken. Een af-