Radioprogramma
eomp;
WINKEL
VEREENIGING VOOR ZIEKENHUISVERPLEGING.
Maandagavond vergaderde de vcreeniging voor
Ziekenhuisverpleging, ten huize van den heer R.
Laan.
Tegenwoordig waren 34 leden.
De Voorzitter opent de vergadering, daarbij zijn
voldoening uitsprekende voor een opkomst, grooter
dan men gewend is.
De Voorzitter spreekt waardeerende woorden voor
hetgeen de heer Koster, de oud-voorzitter tijdens zijn
voorzitterschap voor de vereeniging is geweest, en
spreekt den wensch uit, dat hij spoedig een volle
dig herstel moge vinden en zal mogen gadeslaan de
resultaten, die do vereeniging heeft bereikt of tracht
te bereiken.
De notulen der vorige vergadering worden goed
gekeurd.
Contributieverhooglng.
De Voorzitter stelt aan de orde het eenige punt
der agenda, contributieverhooging, en deelt daarbij
mede, dat, waar de vorige vergadering nog gespro
ken kon worden van f 500 voor de reserve, er thans
geen sprake meer van is, geen reserve meer, er is
zelfs geleend moeten worden. De toestand baart zorg
en het bestuur heeft zich afgevraagd wat er moet
gebeuren.
In de omliggende gemeenten is opgave gevraagd
en daaruit is gebleken, dat de contributie dezer ver
eeniging lager is dan bij andere vereenigingen, zelfs
het laagste. Zoo kan men do toekomst niet ingaan.
In de zeven jaar van het bestaan is het steeds goed
gegaan; er is slechts een maal een inzameling ge
houden; er is echter geen cent reserve gevormd en
nu er een periode komt van veel verpleegden in een
zelfde tijdvak, is het hoofd niet te bieden en is het
bestuur ton einde raad, gekomen tot het voorstel om
de contributie te verhoogen.
Het ontwerp Ziekefondswet houdt in de bepaling,
dat vereeniging als de onze, om als zoodanig er
kend te worden, een reservefonds zal moeten heb
ben, gelijk aan de gemiddelde contributie over de
laatste drie jaren, welk bedrag in tien jaren kan
worden gevormd.
Aan het adviesbureau der federatie van vereeni
gingen voor ziekenverpleging in Nederland is ad
vies gevraagd omtrent een wiskundige berekening,
welke premie men zou moeten heffen om safe te
zijn, en met inbegrip van de reservevorming zou dit
moeten zijn f 2.21 per jaar, of 81 cent hooger dan de
tegenwoordige premie.
Het bestuur vond die sprong wel wat hoog en
wenschte zich te bepalen tot de noodige kosten en
voorziening in reserve te laten wachten tot het ont
werp-wet is tot wet verheven en in hoeverre de ver
plichting voor de vorming van een reservefonds
wordt opgelegd. De verhooging der contributie zal
dan worden voorgesteld op f 0.60 per jaar en per
lid.
Omtrent dit voorstel wordt de discussie geopend.
De heer A. Smak vraagt of het niet mogelijk is de
liggelden te verlagen.
De Voorzitter zegt dat dit reeds door de federatie is
georobeerd, doch dit is niet te verwachten.
De heer Kort merkt op dat de leden ook omlaag
moeten.
De Voorzitter wijst er op, dat het Centraal Zieken
huis reeds met verlies werkt.
De heer A. Wit Cz. meent dat de verpleegdagen
konden worden verminderd; er zijn spr. gevallen be
kend, dat de patiënt kon vertrekken, doch niet ging
omdat de ligdagen nog niet om waren. Opsterken
kan thuis wel.
De Voorzitter zegt dat ook dit door het bestuur
overwogen is, doch daarvoor zou reglementswijziging
noodig zijn. Bovendien is dit zeer moeilijk, als de
geneeskundige het noodig vindt.
Het, bestuur is thans in bezit van een reglement
van het federatiebestuur en de volgende vergade
ring is weer een reglementswijziging te verwachten,
om het plaatselijk reglement daarmede in overeen
stemming te brengen.
De Voorzitter geeft een overzicht van de gegevens
uit andere vereenigingen. Barsingerhorn geeft 35 da
gen per geval en maximum 70 dagen, contributie
f 2; St. Maartensbrug 42 dagen per jaar, contributie
f 1.80.
Noordscharwoude 30 dagen per half faar voor ope
ratie en 15 dagen zonder operatie. Contributie f2.40.
Oudkarspel 42 dagen bij operatie en 30 dagen ob
servatie. Contributie f2.—.
Schagen 42 dagen plus vervoer, tot een maximum
bedrag van f250. Contributie f2.80.
Warmenhuizen 42' dagen bij operatie en 30 dagen
bii observatie. Contributie f 1.88.
Winkel 2 maal 42 dagen plus vervoer. Contributie
ïl.40. Het adviesbureau der federatie komt tot een
berekening van f2.34 voor deze nfdeeling, met in
begrip van reserve-vorming.
Uit een door den Secretaris gegeven overzicht
blijkt, dat in 5 gevallen de 42 dagen zijn uitgelegen.
Verkorting van het aantal verpleegdagen zal weinig
voordeel brengen.
De heer Dekker ziet in het voortbestaan der ver
eeniging en het behoud zijner leden, ook een groot
gemeentebelang en zou daaraan subsidie willen
vragen.
De Voorzitter voorziet de mogelijkheid, dat de ge
meente zal eischen, eerst de contributie op pijl te
brengen.
De heer C. Hollenberg venvacht veel bedankjes en
dan zal de gemeente er voor opdraaien.
De heer Kort acht het eveneens van belang voor
de gemeente.
De heer Dekker vraagt of de verhouding van het
zielental tot het ledental in de gevraagde gemeenten
en deze gemeente gelijk zijn.
Uit een vergelijking blijkt, dat die verhouding
vrijwel gelijk is.
De Voorzitter meent echter het eene te kunnen
doen en het andere niet behoeven te laten. Do ge
meente zou dan na kunnen gaan, welke leden niet
kunnen betalen.
De heer Zeilemaker verwacht dat de contributie
wel f2.— zal moeten worden.
De Voorzitter zegt, dat, hoe jammer ook, er iets
moet gebeuren.
Het voorstel in stemming gebracht, wordt aange
nomen met 16 stemmen voor, 15 stemmen tegen en
2 onthoudingen.
Tot verhooging der contributie is derhalve beslo
ten.
Rondvraag.
De heer Smak vraagt, de contributie In meerdere
malen te doen innen.
De Voorzitter zegt dat dit gepaard gaat met meer
dere kosten, doch het bestuur zal dit overwegen.
De heer Slikker wenschte bij de verhoogde con
tributie ook de vorming van een reserve op te nemen,
anders komt dit straks weer, en de leden zijn er nu
toch al niet voor.
De Voorzitter zegt dat de mogelijkheid bestaat, dat
er weer een voorstel tot verhooging komt, doch dit
dient te worden afgewacht.
De heer Van Delft meent gehoord te hebben, dat
voor observatie betaald wordt en dit is hem door
den Secretaris gezegd van niet.
Hierover ontstaat een uitvoerige woordenwisse
ling, waaraan verschillende leden deelnemen en mis
verstand niet uitgesloten is en er verwarring bestaat
tusschen observatie en behandeling voor interne
ziekten, maar het resultaat is, dat nog eens wordt
vastgelegd, dat wanneer een behandelend renec.v
heer opname in een ziekenhuis noodig oordeelt, dan
de ligkosten worden betaald door de vcreeniging.
De hoer Kort vraagt geen statuten te wijzigen
zonder dat dit bekend is.
Medegedeeld wordt, dat dit steeds moet worden
geconvoceerd.
De heer Kort zegt daarvan de dupe te zijn gewor
den bij het laten terughalen uit het ziekenhuis cn
daarvoor, zonder verklaring van den dokter, een
luxe auto had genomen. Spreker had wel zijn kos
ten teruggekregen, doch vond het vervoer van f7.50
te hoog.
Opgehelderd wordt, dat f7.50 een maximum be
drag is, doch lang niet altijd wordt betaald. In de
laatste vergadering werd het maximum bedrag van
f 10.— gebracht op f7.50.
Niemand meer het woord verlangendo, sluit de
Voorzitter met een woord van dank voor do belang
stelling en de aangename besprekingen, de verga
dering.
WAAR GAAN WE HEEN?
Wie de algemeene onrust onder de vee- en var
kenshouders opmerkt, welke al meer begint te heer-
schen omtrent de regeeringsmaatrogelen, moet wel
den indruk krijgen dat er veel is wat tegen een lo-
gischen gang van zaken indruischt. Allereerst met
de varkenshouderij. Toen 't voor enkele jaren terug
hiermede mis liep, is aangedrongen op beperking
van 't aantal biggen en werkelijk kwam er toen tij
delijk een iets beteren toestand. Bij die beperking
had 't echter moeten blijven, maar al spoedig begon
de regeering zich in te laten met 'n aantal varkens
wat ieder mocht houden. Deze toewijzing was ge
baseerd op de telling van 1932, wie met die telling
toevallig een zeker aantal varkens had, werd m
evenredigheid daarvan ook nu toebedeeld, met het
gevolg, dat boeren met een gelijk aantal melkkoeien,
een heel ongelijk, de een soms 6 8 keer meer dan de
ander, aantal varkens werden toegewezen. De fout is
toen gemaakt, dat in 't geheel geen rekening werd
gehouden met de natuurlijke afvalproducten van het
bedrijf, de wei en ondermelk, zoodat de een water
bij de wei moest doen om genoeg spoeling te krij
gen, en de ander de wei in 't water moest gooien,
omdat hij het aan de enkele varkens die hem waren
toegewezen, niet kwijt kon. De economische grond
slag, waar de varkenshouderij op moet rusten, d.I.
varkens houden om de wei en ondermelk zoo goed
mogelijk rendabel te maken, was geheel verbroken.
Men had te veel en verkeerd gemaatregeld.
Hetzelfde kan ook gezegd worden t.a.v. de beper
king van het jongvee, vooral voor die streken, waar
men slechts jongvee fokt om eigen bedrijf op peil
te houden. Een enkel voorbeeld: Een bedrijf van 20
melkkoeien had 7 pinken, een aantal dat juist vol
doende was voor aanvulling. Eeft was niet drachtig
te krijgen, 2 moeten geleverd worden, blijven 4 over.
Dat bedrijf kreeg 5 kalveren toegewezen, heeft sa
men dus 9 stuks jongvee, wat minstens 3 te weinig
is. Wie beantwoordt de vraag waar het vee vandaan
te halen is, als zoo'n bedrijf door niet drachtig kun
nen krijgen, besmettelijk verwerpen, of mond- en
klauwzeer geteisterd wordt? Bij de buren niet, want
die hebben ook te weinig jongvee. ,En ergens an
ders? We kunnen toch geen roodbont IJselvee aan-
koopen, wat voor deze streek niet deugt, gesteld dat
het al te krijgen was. En Friesch jongvee, dat vroe
ger in groote getale op de najaarsmarkten te Hoorn
en Alkmaar kwam, en wat een bewijs is dat Noord-
Holland toen al niet te veel jongvee had, is ook niet
meer te bemachtigen. Als dit stelsel enkele jaren
wordt volgehouden, kan 't resultaat ontzettend zijn.
En nu de afslachting van drachtig jongvee. Dat
een stelsel, waarbij de regeering de boeren hun
jongvee, wat de toekomst is voor bedrijf, ontneemt,
en waardoor wij noodgedwongen oude en oncouran
te koeien, welke het natuurlijk verval uitmaken van
den veestapel, moet houden, niet economisch is, zal
ieder begrijpen.
't Ergste is echter, dat 't ook zedelijk niet te ver
antwoorden is, en dat 't geheel tegen de hoerengcest
indruischt. De afslachting is niet alleen een fout, zij
is een schande voor het aangezicht der geheele we
reld. De regeering heeft met dezen maatregel de boe
ren op het hart getrapt. Er moeten andere midde
len gevonden worden.
Het is voor velen nog maar moeilijk te begrijpen,
dat zoolang ons volk meer margarine gebruikt dan
natuurboter, die afslachting zoo noodig is. Een der
oorzaken van dat groote margarinegebruik is zeker
wel dat de natuurboter in verhouding van de ge
ringe koopkracht van het publick te duur is. Als de
boter b.v. voor f 1.30 per Kg. verkocht zou kunnen
worden, zouden we heel wat minder kilo's voor 40
cent en minder over de grens behoeven te brengen.
Zonderling is, dat nu een gedeelte van de veestapel
wordt afgeslacht, er over inkrimping van de met
buitenlandsche grondstoffen werkende margarine-
industrie niet wordt gerept. Is 't een volksbelang
dat de boterproductie wordt verwaarloosd ten be
hoeve van een minderwaardig uitheesch product?
Of zouden de heeren van het magarineconcern meer
hebben in te brengen dan al de boeren van Neder
land samen? Het lijkt er veel op. Van de melk, wel
ke in de groote steden verkocht wordt, kan 't zelfde
gezegd worden als van de boter. Zo is te duur. Het
is heel gewoon geworden dat de slijter evenveel aan
de melk verdient als de boer ontvangt, die er alles
van moet betalen. Prijzen van 11 tot 12 cent hon
den het gebruik in sterke mate tegen. Men moet 't
niet zoeken in hoogc prijzen, waardoor een deel van
onze zuivel voor bijna niets over do grens gaat, en
waar men ons daar in den vorm van goedkoop le
vensonderhoud beconcurreert, maar in een grooter
binnenlandsch gebruik. Andere krijgen we minder
intensief gevoerde bedrijven, minder arbciders.minder
koopkracht, minder consumptie, meer werkloozen,
wat ook weer terugslaat op de middenstand. En zoo
komen we dan tot steeds grooter verval.
Tenslotte nog de aankondiging dat de steun aan
de melk tot op 90 pet. der hoeveelheid wordt inge
krompen. De regeering gaat hier van het standpunt
uit dat de veestapel in 1930 normaal was. De vraag
is gerechtigd of zij die na 1930 niet hebben uitgebreid
als anderen, die door meer kunstmest, krachtvoer,
omzetting van bouw in grasland, besteding van
jongvee bij anderen, meer vee hebben kunnen hou
den, nu evengoed moeten inkrimpen. Zoo ja, dan
begaat men evengoed als bij de inkrimping van vee,
groote fouten. Als men deze maatregel toepast, om
dat ondanks een grooter binnenlandsch gebruik van
melk en boter, de productie toch nog te groot is,
dan dient met de omstandigheden van ieder bedrijf
rekening gehouden te worden.
Obdam. N. BLAUW.
GEVECHTEN TUSSCHEN SPAANSCHE EN PORTU-
GEESCHE V1SSCHERSSCHEPEN.
Lissabon. Eenige dagen geleden heeft, zoo
als van Portugeescho zijde gemeld wordt, een Spaan-
sche kanonneerboot op een Portugeescho visschers-
boot geschoten, omdat, men vermoedde, dat de vls-
schersboot drie Spaansche rebellen naar Gibraltar
wilde brengen. Dit incident is gevolgd door tal van
botsingen tusschen de bemanningen van Spaansche
en Portugeescho visscheréschepen. Een Spaansche
visschersboot werd door een Portugeesche visschere-
boot zoodanig beschoten, dat het vaartuig zonk. na
dat een Spanjaard gedood was. De overige 23 opva
renden konden gered wqrden. Er worden nog twee
andere schietpartijen tusschen Spaansche en Portu
geesche visschers gemeld, die minder ernstig al-
liepen.
DONDERDAG 22 NOVEMBER.
HILVERSUM (302 H)
A.V.R.O.: 8.00 Gramofoonmuziek: 10.00 Morgenwij
ding; 10.15 Gramofoonmuziek; 10.30 The Hollandia
Tree; 12.00 Omroeporkest; 2.00 Ncd. Ver. voor huis
vrouwen; 2.30 Concert; 3.00 Naaicursus; 3.45 Rust
poos; 4.00 Voor zieken en ouden van dagen; 4.30 Gra
mofoonmuziek; 4.45 Radiotooneel voor de jctigd; 5.30
Concert; 6.30 Sportpraatje; 7.00 Dansmuziek; 7.30
Engelsch voor gev.; 8.00 Vaz Dias: 8.05 Gramofoon
muziek; 8.15 Concertgebouw tc A'dam; 10.30 Kovacs
Lajos cn zijn orkest; 11.00 Vaz Dias; 11.10 Gramo
foonmuziek; 11.15 Kovacs Lajos;
HUIZEN (1875 M.)
K.R.O.: Concert; N.C.R.V.: 10.00 Gramofoonmuziek;
10.15 Morgendienst; 10.45 Leger des Heilskwarticrtje;
K.R.O.: 11.00 Gramofoonmuziek; 11.30 Godsd. half
uurtje; 12.00 Politieber.; 12.15 K.R.O.-orkcst; N.C.R.V,
2.00 Fraaie handwerken; 3.00 Gramofoonmuziek; 3.45
Rustpoos; 4.00 Bijbellezing; 5.00 Voordrachten; 6.15
Gramofoonmuziek; 6.30 Kristik Frvsk Selskip U. v.
Houten. 7.00Politiebcrichten; 7.15 Gramofoonmuziek;
7.30 Wat er op de wereld gebeurt; 8.00 Chr. kinder
koor; 9.00 Ouderuurtje; 9.30 Vaz Dias; 9.40 Concert;
10.40 Gramofoonmuziek.
LUXEMBURG 1304 M.)
7.35 Gramofoonmuziek; 7.50 Idem; 8.20 Zangrecital;
8.40 Idem; 9.00 Gevarieerd programma: 9.30 Duitsch
concert; 10.10 Concert; 10.35 Dansmuziek.
BRUSSEL (484 M
1.30 Gramofoonmuziek: 550 Symphonieconcort: 655
Gramofoonmuziek; 8.20 Orkest; 9.35 Idem; 10.30 Ge
vraagde gramofoonplaten.
BRUSSEL (322 M
I.30 Omroeporkest; 5.20 Gramofoonmuziek; 9.20 Om
roeporkest; 10.30 Gramofoonmuziek.
KALUNDBORG (1261 M.)
II.20 Concert; 2.20 Idem; 7.30 Symphonieconcort;
10.20 Dansmuziek.
BERLIJN (357 M.)
6.20 Pianorecital; 7.30 Gramofoonmuziek; 8.35 Mili
taire muziek.
HAMBURG (332 M.)
1250 Gramofoonmuziek; 750 Gevarieerd danspro-
gramma; 9.40 Idem; 11.20 Dansmuziek.
KEULEN (456 M.)
I.20 Schrammclkwartet; 3.20 Gramofoonmuziek; 650
Idem; 8.05 Militaire muziek; 9.50 Orkest
DROITWICH (1500 M.)
12.10 Orkest; 5.35 Dansmuziek; 7.40 Gramofoonmu
ziek; 11.40 Orkest.
PARIJS POSTE PARISIEN (313 M.)
7.50. Concert; 8.20 Gramofoonmuziek.
PARUS RADIO (1648 M.)
12.50 Populair concert; 9.05 Concert;
MILAAN (369 M.)
4.30 Populair concert; 5.15 Gramofoonmuziek; 8.05
Opera-uitzending.
ROME (421 M.)
450 Vocaal- en instrumentaal concert; 5.15 Gramo
foonmuziek; 8.05 Concert
WEENEN, (507 M.)
6.15 Lyrisch spel; 9.30 Gramofoonmuziek; 11.05 Dans
muziek.
WARSCHAU (1345 M.)
II.50 Concert door Philhannonisch orkest; 6.20 PooJ-
sche pianomuziek: 8.20 Kamermuziek; 920 Concert;
9.35 Dansmuziek; 1055 Idem.
uEROMUNSTLR (540 M.)
3.20 Omroeporkest; 5.20 Gramofoonmuziek; 6.45 Idem;
750 Idem; 850 Solistenconcert.
Ze was een nijver miertje en aangezien
in deze zonderlinge samenleving de wijs
heid van oude fabels gelogenstraft wordt
cn do miertjes er slechter plegen af te ko
men dan de krekels, was ze heel blij, als
noodhulp in een groot warenhuis te wor
den aangenomen voor de maand Decem
ber.
Ze pakte.
Van 's morgens tot 's avonds, omwoeld
door de drukte der feestdagen.
Haar handen vouwden stukken karton
tot doozen, knoopten touwtjes, legden zorg
zaam stukjes vloei over kostbare dingen,
haar handen werkten en werkten. Onge-
duldlge mcnschen drongen, mopperden, ru
zieden vóór haar. Zij antwoordde werktui
gelijk, op altijd denzelfdcn soms wat ver
moeid beleefden toon: „Dadelijk mevrouw
alstublieft meneer... even wachten, da
me..."
Pakjes, pakjes, pakjes... Zij zag die, doo-
dclijk moe, als ze eindelijk naar huis ging,
zag ze dansen voor haar oogen, zag ze in
haar slaap. Pakjes met bonbons, met zij
den shawls, taschjes, odeur, postpapier,
snuisterijen, kostbaar bont... Pakjes, die de
wereld ingingen cn vreugde brachten er
gens, pakjes vól van alles, wat haar meis-
jeshart kon begeeren, alles, wat zij nooit
had bezeten en wel nooit bezitten zou.
Na de drukte van SL Nicolaas volgde
dan een inzinking, daarna kwam de nieu
we stroom aangolven, weer pakjes en nog
eens pakjes. Die wikkelde zo in kleurige
vloeitjes met hulsttakjes er op en Kerst
klokken... dat was het verschil. Tusschen
de koordjes stak ze een twijgje hulst, at
tentie van het warenhuis voor de klanten.
Ze was altijd een nijver en braaf miertje
geweest Zoo eentje, die zich niet het hoofd
op hol laat brengen door dwaze films, door
opgeschroefde onware verhalen, door ijdele
droomen. Als je uit een groot gezin komt
en om je heen altijd den strijd om werk en
het harde werken zelf hebt gezien, als je
later zelf altijd in betrekking bent geweest
en tenslotte de ellende van werkloosheid
aan den lijve ondervond, wordt je wel
nuchter, wéét Je wel, dat er geen schatrij
ke, knappe jongemannen, een half uur
nadat ze je hebben leeren kennen, hart en
hand aan je voeten leggen! Dan weet je
óók wel, dat je nooit een filmster zult wor
den of een gravin of millionairsvrouw,
doch wel altijd zult blijven doorwerken en
nog blij moogt zijn, als er altijd werk is en
je misschien ééns een goeden man leert
kennen, die samen met je het leven be
vecht.
Ze was dus nuchter genoeg en toch, de
zen Sint Nicolaas... was het de stroom van
pakjes? Nooit tevoren had ze in een wa
renhuis gewerkt Ze was jarenlang op kan
toor geweest lot de malaise kwam, de di
rectie haar met mooie getuigschriften ont
sloeg. Sindsdien pakte ze alles aan. Dit
werk vermoeide haar echter méér dan iets,
wat ze nog ooit gedaan had. Ze keerde ei
ken avond naar huis terug met gezwollen
voeten van het staan en hoofdpijn van de
benauwde centrale-verwarming-atmosfeer
en het roezen en jachten en hitsen. Maar
dat alles was niet erg. De pakjes waren
het die haar kwelden, vervolgden en sar
den. Zij zag die, als ze 's nachts lag te sta
ren in 't donker, temoe om dadelijk in te
slapen, zag al die papieren, door haarzelf
gevouwen, al die touwtjes, door haar ge
knoopt alles, alles wat ze had ingepakt...
Altijd maar pakken voor een ander, zei
ze eens tegen een collega, eentje, die vast
was aangesteld, ouder dan zij. Altijd voor
een ander. Ik zou óók wel 'es iets willen
krijgen, een mooie shawl, een taschje, wat
odeur. Maar als ik uitgepakt ben, dan
kan ik weggaan... Sint Nicolaas en Kerst
mis hebben voor mij geen pakjes!
Haar oogen broeiden in het smalle, aar
dige gezichtje. De oudere keek haar pein
zend aan. Ze was wel knap, dat meisje, ze
had iets aantrekkelijks, dacht ze. Mannen
keken glimlachend naar haar, sommigen
maakten een praatje. De oudere merkte
wel, dat hot meisje langzamerhand minder
toegankelijk daarvoor werd, zag gedachten
sluimeren in die groote oogen, zag hoe aar
zelend van verlangen haar kleine handen
soms iets moois inpakten.
Zoo'n kind... dacht de oudere vrouw, die
niet knap was. Het leven had weinig ver
lokkingen voor haar. Ze was al lang in het
warenhuis, had er velen zien komen, met
aardige gezichtjes, met frissche, onberoer
de leventjes en had gezien, hoezeer alles,
wat die meisjes omringde, op ze inwerkte.
Al die donkere winterdagen rondom Sint
Nicolaas en Kerstmis dacht het oudere
meisje daaraan, dacht van alles door een:
Nonsens, wat gaat me dit meisje aan? Nu
ja, ze is lief... ik heb niemand, ik zou mak
kelijk wat voor haar kunnen koopen...
maar natuurlijk doe je zooiets niet en
welk verschil zou het maken? Toch... zoo
heelemaal niets krijgen, na al die pakjes
voor anderen te hebben klaargemaakt...
Wat was dat voor een onsympathiek heer
tje, waar ze gisteren mee schertste? Hij zei
zoo iets van: „Zoudt u niet zoo'n bont wil
len hebben?" Waarom laten ze zoo'n kind
niet met rust? Maar ik zie niet in, waarom
ik me druk zou maken, ze gaat me niet
aan...
Do vlugge handen van het nijvere bijtje,
dat er van droomt een kleurige, blijde
vlinder te worden, liever dan een leven
lang te zwoegen, aarzelen-liefkoozen, ver-
langend-rond een mooi taschje.
Eigenlijk is het een avondtaschje. Zoo
iets, wat je haast nooit kunt gebruiken,
iets wat zoo heerlijk overbodig is, zoo ver
rukkelijk nutteloos... O, al de overbodige
dingen, de vele, vele, die alleen maar mooi
zijn, die je nooit zult hebben...
Er komt een harde trek om den kleinen
mond, als zo eindelijk het taschje inpakt.
Wat helpt het, zichzelf te beklagen? Nie
mand geeft je zooicts voor niets. Met hord
werken ben je blij als je niet verhongert
tegenwoordig. Wat geven idealen? Mis
schien komt er wel nooit iemand, van
wien je heel veel houdt of misschien zal
hij je niet kunnen trouwen. Misschien...
Vele gedachten verdringen zich achter
de starende oogen van het meisje, terwijl
haar handen pakken en pakken. Dan gaat
ze landerig naar haar kamer. Er komt
weer een middagmaal met boontjes of
bloemkool of rooie kool en waterige soep
vooraf en een smakeloos miniatuur pud
dinkje né...
De tafel is gedekt. En op haar bord ligt
een pakje.
In kleurig papier, kleurig verpakt. Ont
hutst, wantrouwend, verbaasd cn ongeloo-
vig, toch vol hoop opeens, maakt ze het
open. Wat kdn het zijn? Ze is wees, fami
lie die haar pakjes stuurt met dc feestda
gen, hééft ze niet...
En dan houdt ze het in dc handen: het
taschje.
Het mooie, het heerlijk nuttelooze avond
taschje. Zooiets voor haar! Zoo'n stukje
weelde, zoo'n stukje overvloed, een deeltje
van het teveel, dat ze sinds dagen om zich
heen heeft gezien... Uit die duizenden
pakjes één voor haar, van de duizenden
vreugden één voor haar.
En nu wordt de dans de pakjes In haar
gedachten tot een vreugde-dans. En het
maal roodc kool en een puddinkje
een feestmaal. Er is iets moois geweest,
iets dat plotseling alle bitterheid, nllc ont
goocheling, allo hopeloosheid wegvaagde.
F.r bloeide iets, mooi als een Kerstroos, er
lachte iets gul cn helder, zooals men lacht
op Sint Nicolaas: een kinderlach. Iemand
gaf je wat, zoo maar, voor niets. F.n nu
weet je opeens, dat er toch iets anders is
dan werken of niet werken, dan geld heb
ben of arm zijn... iets kostbaars... iets
eeuwigs.