.e ©jroote Tergissing
de onmisbare hulp
_in..liwi huishouding
Vereeniging tot Ontwikkeling van den Landbouw
in Hollands Noorderkwartier.
t.i i i
I ±j1 ,l i i
I
I
In Ilotcl „de Roskam" te Hoorn werd Woensdag
21 November 1034 de najaarsvergadering van boven
genoemde vereeniging gehouden.
Voorzitter de lieer Joh. de Veer, Schagen, secreta
ris de heer Cl. Nobel, Lutjewinkel.
In zijn openingswoord heet de Voorzitter in het
bijzonder welkom de heer Huizinga, inspecteur van
liet Landbouwonderwijs. Tot zijn leedwezen moet bij
constateeron, dat de toestand voor den landbouw
niet is verbeterd. Meer en meer komen wij tot de
overtuiging, dat na dezen crisis de oude toestand
niet meer zal terugkceren, doch een veranderde toe
stand zal intreden en wij daar rekening mee moe
ten houden. Spr. wijst op de maatregelen die in do
overige landen worden genomen en waardoor ook
ons land zal worden gedwongen dien weg in te
slaan, en we niet moeten importeeren wat we pro-
duccercn. Dc huidige toestand is oorzaak dal een
groot aantal maatregelen moeten worden getroffen,
waarbij liet wel voorkomt, dat de een wordt bevoor
deeld, tot nadeel van een ander. Openbaarheid van
die mautregclcn is zeer uoodig en wc mogen ons ge
lukkig achten dut do regecring bereid is dc gc-
•wenschto inlichtingen te verstrekken. Een goed be
grip tocli leidt tot meer waardeering en medewer
king. Verschillende dingen kunnen wij niet begrij
pen en spr. noeinl dan in de eerste plaats het ver
schil van looncn in de stad en op liet platteland
Voor den arbeider die te werk is gesteld aan de
werken voor bet werkfonds (GO milliocnenplan) is
door de legeering voor Amsterdam het Joon bepaald
op 00 cent per uur, terwijl door liet rijksbureau voor
do werkverschaffing het loon is bepaald op 23 tot 2b
cent in het vrije bedrijf. In Amsterdam dus 1)1,1 een
werken van is uren per week een loon van f 25.80,
op liet platteland bij een werktijd van GO uren een
loon van f 14 f 15. Ln men moet niet denken dat
men in do stad dankbaar is voor deze regeling.
Als tweede grief noemt spr. de horclassificatie der
gemeenten. Was de oude regeling, waarbij voor de
gemeenten in de :5e klasse een aftrek van 8 pet.
plaats vond. onbillijk, het onrecht wordt nog grooter
door plaatsing in de vierde klas, met aftrek van 12
pet. Door Noorderkwartier is onmiddellijk aan het
Kon. Nod. Landbouwcomitó gevraagd, togen leze
maatregelen te protesteeren. Spr. heeft groote ver
ontwaardiging voor dezen aanslag op dc ontwikke
ling van het platteland. Met den wensch dat Noor
derkwartier voort moge gaan met voorlichting en
ontwikkeling, verklaart spr. de vergadering voor ge
opend.
Tot spr.'s spijt deelt hij mede, dat de heer Ir. W.
de Jong, voorzitter van de vcehouderijcentrale, die 'n
inleiding zou houden over „Veebeperking als nood
zakelijkheid ter verbetering der positie van do Vee
houderij in Nederland" door ongesteldheid verhin
derd is.
Uil de verdere mededoelingcn van den Secretaris
blijkt dat do heer Ir. de Jong overspannen is en on
vermijdelijk gedwongen is tot absolute rust
De notulen worden na lezing goedgekeurd.
Mcdcdcelingen.
Door den Secretaris worden verschillende mede
deel igen gedaan:
Ten aanzien van liet ledental wordt gewezen op de
noodzakelijkheid dat het aantal leden versterkt wordt
en met name worden de oudleerlingen van de H.L.-
W.S. te Schagen daartoe opgewekt.
Voor de vakopleiding van arbeiders door Noorder
kwartier kwam den laatsten tijd weer wat belang
stelling.
Het Bestuur zal gaarno zien dat in dezo samen
werking wordt verkregen met do arbeidersbonden,
opdat dit goede werk meer meer ingang mag vin
den.
Het Bestuur besloot do actie Eet Melkbrood te
Bteunen door daarvoor een woord van sympathie te
spreken voor het belang van deze actie voor dc
melkveehouderij en het broodetende publick, wat
vooral in de gegeven omstandigheden van do export
van zuivelproducten van veel belang is.
Voor de propaganda werd een kleine finantieole
bijdrago gegeven.
Regeeringsmaatregelen veefokkerij.
Besloten werd óm eene Commissie in te stellen,
genaamd: „Commissie tot het bezien van de Regee
ringsmaatregelen voor do veefokkerij."
De Commissie zal samengesteld zijn uit een ver
tegenwoordiger van Noorderkwartier de heer E.
Dz. Covers, Alkmaar, van den'Bond van Rundvee-
fok vereenigingen -- de heer E. Koster Dzn., Berk
hout, van de Vereeniging van Oud-Leerlingen der
Bijkslamihouwwintersciiool te Schagen dc lieer
W. van der Oord. Barsingerhora en van de Holland-
sche Maatschappij van Landbouw nog niet aan
gewezen en uit den Rijksveeteeltconsulent de
heer Ir. L. de Vries.
Ilct Bestuur nam met leedwezen konnis van het
besluit der 3 Centraio Landbouworganisaties, dat zij
afgezien hebben van de deelname aan de tentoon
stelling „Amato" to Amsterdam, waar een goede
gelegenheid was om voor do belangen van den land
bouw op te komen en aan te tooncn van welke groote
beteekenis dc landbouw in ons land is.
Aan het Konkl. Ned. Landbouw Comité is verzocht
op dit belang te letten voor volgende tentoonstel li n-
liet Bestuur nam met leedwezen kenis van do
plannen der Regeering tot hcrclassificatie van de
.salarisregeling, welke voor het platteland zeer na-
deelige gevolgen zal hebben, omdat het daardoor in
zeer ongunstige positie komt.
Wanneer de salarissen herzien moeten worden,
dan moet dat volgens het Bestuur door een alge-
niecne verlaging geschieden. Het verzocht aan het
Konkl. Ned. Landbouw Comité om medewerking in
deze.
Door den heer Ir. Lienesoh, rijkslandbouwsconsu-
lent, worden mededcelingen gedaan over den bouw
van silo's ten dienste van het inkuilen van gras. I)e
demonstratie-silo te Schermer, gebouwd uit beton
nen platen, heeft veel succes opgeleverd. Thans zijn
10 silo's in Noordholland gebouwd, één silo ter groot
te van 40 M3., betonnen platen met houten opzet-
stuk, kostte in totaal fGO. een andere silo f 100, ter
wijl een silo gebouwd uit houten schalen f 20 kostte.
Monsters van het kuilgras zijn tor onderzoek naar
Wageningcn opgezonden.
Door den heer Dr. L. T. C. Scheij wordt er op aan
gedrongen do monsters ook te zenden naar do bac
teriologische afdeellng.
De vergadering vindt goed dat de e.k. voorjaars
vergadering te Schagen zal worden gehouden.
De Bieten-alcohol.
Door den heer Ir. G. J. Lienesoh werden mededee-
Iingen gedaan van de Bieten-alcohol-commissie. Spr.
herinnert er aan dat betrekkelijk kort na dc uitgif
te van het rappprt een felle aanval is gedaan op het
door ons voorgestelde plan, heter gezegd het plan
Visser, in het bekende blad Economisch Statistische
berichten.
Hierin werd betoogd dat de Regeering beter baar
geld kon weggooien dan te beginnen met alcohol te
willen produceeren uit suikerbieten. Onze Commis
sie wordt uitgemaakt als te beslaan uit niet des
kundige alcoholfabrikanten; gelukkig hebben wij
dat ook zelf erkend in ons rapport. Verder camou
fleert onze Commissie dc groote lasten die het Nc-
derlandscho Volk zou hebben te dragen door oprich
ting van dezo nieuwe tak van bedrijf.
Ten slotte volgt dan een berekening die aantoont,
dat liet allemaal veel en veel to duur wordt.
Het zou to ver voeren allo argumenten van 's hee-
ren G. L. M. Franck's betoog hier aan te halen.
Onze Commissie heeft op genoemd artikel een
antwoord samengesteld en ter plaatsing in E.S.B.
aangeboden in het begin van October j.1. Tot nu toe
is niet vernomen of bedoeld verweer reeds is go-
plaatst.
In de le plaats houdt de aanval van den heer
Franck niet steeds rekening met hetgeen onze Com
missie in haar rapport heeft gezegd.
Vervolgens wenschen wij verschoond te blijven
van dc subjectiviteit die volgens hetzelfde bericht
oen kenmerk is voor de samenstelling van ons plan.
Verder wordt gezegd dat wij geen moeite gedaan
hebben om de bestaande spiritusindustrie om in
lichtingen te vragen.
Dit is wel het gevolg geweest, doch balansen wer
den niet verstrekt en gevraagde inlichtingen gewei
gerd.
Do tweede aanval is gekomen uit het Koninklijk
Nederlandsch Landbouw Comité en wel in den vórm
van een rapport van do Landbouw Nijverheids Com
missie uit het K.N.L.C.
Ook hierin wordt een zeer ongunstig oordeel gege
ven over het plan door H.N.K., voorgesteld en ook
hierop hebben wij een verweer samengesteld. Dit ver
weer plus het rapport van het K.N.L.C. zijn samen
toegezonden aan dc besturen van alle groote land
bouworganisaties in ons land om meerdere bekend
heid te geven aan do fouten die, volgens ons oor
deel, gemaakt zijn bij de beoordeeling van dc kwestie
door het K.N.L.C. Ik haal slechts dit aan: Do bere
kening van den kostprijs door onze Commissie wordt
foutief geacht cn vervangen door een nieuwe, waar
in dc noodige schattingen als juister maatstaf gel
den.
Op een veertiental punten is door ons geantwoord
aan het K.N.L.C. waarin wij mccncn dat ons idee nog
zoo gek niet is.
De derde aanval is gedaan door den hoer v. Bom
mel v. Vloten, Secretaris van den Bond v. Coop. sui
kerfabrieken in Nederland en wel tijdens een lezing
op het Landbouwkundig Congres te Amsterdam in
September 1934.
Dc heer Visser diende den heer v. Bommel v. Vlo
ten van antwoord en o.i. zeer terecht. De aanval van
v. B. v. Vloten geleek sterk op dien van den lieer
Franck. Hoewel dc houding van den heer v. B. v.
Vloten begrijpelijk lijkt, gezien uit het belang van
zijn functie, mag toch niet vergeten worden dat on
ze Commissie in de allereerste plaats het algemeen
Nederlansch landbouwbelang voor oogen heeft en
niet een specifiek groepsbelang.
Wij zijn ons ter degc bewust van tekortkomingen
en hebben dit ook openlijk bekend in ons rapport.
Maar dat voorstellingen van zaken door min of meer
belanghebbende groepen uit het kamp van de oppo-
sitio allemaal juist zijn, wordt door ons niet zoo maar
aangenomen. Wij staan dan ook nog op het stand
punt dat een onpartijdig onderzoek, liefst uitgaande
van do Regeering, ineer licht in onzen strijd kan ge
ven dan heen en weer geschrijf in de dagbladen.
Onze Commissie meent voorloopig dan ook niet te
moeten deelnemen aan verdere perspolemieken en
een afwachtende houding aan te nemen tegenover
Regecringsplannen. Uit ontvangen brieven van den
Inspecteur van den Landbouw meent onze Commis
sie to mogen «opmaken dat onze Regecring nog wel
denkt over onze idee en het nog niet heeft verwor
pen.
Dat ook van industriecle zijde belangstelling ho
staal wijst ons archief onomstootelijk uit. Verschil
lende groote industrieën hebben ons toegezegd voor
technische aanvulling van ons rapport té willen zor
gen indien blijkt dat de Regeering symnathiok staat
tegenover dc doorvoering van het biet-alcoholplan op
de door ons voorgestelde wijze.
Nogmaals willen wij wijzen op de juistheid van
onze cijfers ontleend aan E.S.B. en balansen van
suikerfabrieken waaruit is komen vast te slaan dat
Borgen op Zoom de alcohol 100 pel. verkocht voor
f 10 per hl., lerwijl toentertijd de melasse 50 pet. per
kg. een prijs had van f 0.03. Wel stonden dezo cij
fers niet precies naast elkaar, want het eene cijfer
stond in E.S.B. van Maart 1933 en het andere in de
balans van een fabriek die in 1933 melasse leverde
aan Bergen op Zoom voor 3 cent per kg., maar dit
doet in feite aan de juistheid en hot verband van
deze cijfers m.i. toch al heel weinig af.
Als slot van onze werkzaamheden mag niet onver
meld blijven dat de interesse voor dit vraagstuk toch
nog wel zoo groot is dat een aanvrage om ons rap
port is ontvangen van het Proefstation voor dc Riet
suikercultuur in Ned. Indië te Passoeroean.
Wij zijn dog niet waar we graag willen zijn en óf
Het plan kans van slagen heeft is ook nog een
vraagpunt.
Dc tot nu toe gedane aanvallen van de oppositie
zijn ons eigenlijk meegevallen. Do afstraffingen van
ons rapport keerden zich vooral tegen onze bereke
ningen en zijn slechts verbeterd door schattingen!
Het belang van dc bietenteelt is door niemand ont
kend en dit is een heugelijk feit. Wel ontving ik een
brief uit Indië met do opmerking of de knappe land
bouwkundigen in Nederland nu niet eens in staat
zijn de landbouw zonder bietenteelt mogelijk te ma
ken, maar hierop is m.i. liet antwoord dat hetzel/do
geldt voor de knappe Indische landbouwkundigen,
die niet eens in staat zijn hij lianr toch nog altijd
goedkoope productiewijze suiker te telen tegen een
wereldmarktprijs als wij het ook niet kunnen en
die blijkbaar ook geen kans zien de momenteel slcch-
to rentabiliteit van do rietsuikercultuur te vervan
gen door een andere Jooncndc toelt.
Het rapport geeft aanleiding tot het vragen van
enkele inlichtingen, die door den rapporteur worden
verstrekt cn waarbij dc heer Visser erop wijst dat
er voor do regeering tegenover «Ie 7 milliocn gulden
die aan henzinebelasting gederfd zouden worden,
belangrijke voordcelen zijn, in den vorm van min
dere steungelden, welvaartsvermeerdering. enz. Spr.
becijfert een nadeel van f7 milliocn, doch daar te
genover een voordeel van het rijk van 191/; milliocn
benevens een jaarlijkscho kupitaalsvormcordcring
voor landbouwer en arbeider.
De heer P. Bierman doet mededoelingcn van de
werktuigen-commissie. Ook door deze commissie
werd aandacht geschonken aan een algemeen type
landliouwwagen, en waarover Prof. Visser een bro
chure heeft samengesteld. De indruk is dat het ge
bruik van luchtbanden de voorkeur verdient.
Uit. het rapport blijkt wel, dat de commissie zeer
actief is en op verzoek van een der aanwezigen zal
de commissie zich ook bezighouden met het vraag
stuk: het schoonhouden van draineerbuizen.
De heer Dr. L. T. C. Scheij rapporteert voor do
Noordhollandsche Melkcommissie. De commissie
heeft in de wintermaanden flink propaganda ge
maakt. Er zijn 23 cursussen van 1 groep gegeven.
Het totaal aantal geëxamineerde leerlingen heeft 119
bedragen (97 mannelijke en 22 vrouwelijke). Van
hen zijn geslaagd 85 mannelijke en 22 vrouwelijke,
en do examencommissie was dan ook tevreden over
het. resultaat. Op verschillende plaatsen werkten de
zuivelfabrieken mee. Als cursusleiders-voormelkcrs
fungeerden door de commissie gediplomeerde voor-
melkers. De theoretische lessen zijn zooveel mogelijk
gegeven door directeuren of ass.-directeuron met het
diploma van de Rijkszuivelschool, verder door den
hoofdassistent van het Rijksziuvolconsulcntschnp,
het hoofd der lagero landbouwschool tc Purmercnd
en door 3 landbouwondcrwijzers.
Bij het mclkexamen, uitgaande van de afdeellng
't Zand van den L.T.B. slaagden 4 leerlingen.
In 1935 hoopt de commissie weer een voormelkers-
cursus te organisccren. mits hot rijk cn de 3 land
bouwcorporaties weer subsidie verleenen.
De Wegencommlsle.
De Secretaris deelt mede:
In samenwerking met het Bestuur van don Bond
van Waterschappen is een plan voor oen Wegennet,
voor doorgaand verkeer, gelegen tusschcu het Rijks-
cn Provinciale Wegennet in Hollands Noorderkwar
tier ontworpen.
Het wegennet is 400 K.M. lang, waarvan 205 K.M.
reeds in orde is, zoodat nog 195 K.M. in orde gebracht
moet worden.
De temaken wegen zijn wat dc breedte betreft, van
bescheiden afmeting.
Voor de verwezenlijking van het plan is de hulp
van het Werkfonds gevraagd, waarmee overleg ge
pleegd is en een plan ingediend; tevens is overleg
gepleegd met den Directeur-Generaal van de Rijks
waterstaat en den Hoofd ingenieur van de Provin
ciale Waterstaat. Aangezien het in studie genomen
is door het Werkfonds, kunnen geen verdere mede-
dcelingcn worden gedaan. Gehoopt wordt dat het
plan steun mag genieten, temeer omdat het voor
werkverschaffing een goed object is.
OP ELKE BUS EEN BON VOOR GESCHENKEN - DE BONS VAN DE REUZENBUS HEBBEN DUBBELE WAARDE
door
FEUILLETON
JOAN SUTHERLAND.
li.
Suz&nnc, wier oogen over het drukko verkeer
rondom hen dwaalden, schonk alleen aandacht aan
den laatsten zin.
„Ga jo dan in New York werken? Je eigen werk
bedoel ik?"
„Ja. Had jo iets anders verwacht?"
„Ik hoopte, dat je het doen zou," zei ze ernstig.
„David heeft me \aak verteld, wat een knap chi
rurg jo bent maar toch wist ik niet, wat ik er van
denken moest. Jo licnt een rijk man en New York is
een verleidelijke stad om tc luilakken ais jo lango
afwezigheid als excuus wilt doen gelden."
„Ik zou mo diep ongelukkig voelen, als ik mijn
werk niet had," zei hij een beetje kort. Na een
oogonblik voegde hij er aan toe, „Misschien is het
enkel eerzucht \an me. maar dut hoop ik niet. Na
tuurlijk vlei ik ino zelf met de gedachte, dat ik
werk voor het heil der mcnschhoid. Een man vleit
zich nu eenmaal graag."
„Is het torh?" Ze wierp hem oen guitigen blik toe.
,,'t Kan wezen. maar ik dneht, dat ze zich liever
door vrouwen lieten vloien, in plaats het zelf te
doen."
„Het een, zoowel als het ander", antwoorddo hij
dadelijk en zo lachte een heerlijke, volle lach die do
dagen van Brillinc niet ontstellende helderheid in
zijne herinnering terugbracht.
„Want weet je", vervolgde hij, „wc zijn niet half
zoo sterk en zoo flink als wc wel voorgeven tc zijn.
Dat weet jo l>ost."
„O ja?" weer dien Mik en dat aardige toontje in
haar stem. „Enfin, wat ik weet, of niet weet, doet er
minder toe. Ik ben geen rechter. Als jo me wat beter
kent, zul jo dat wel begrijpen."
Hoezoo!" vroeg bij en durfde haar even nan te
zien, daar het verkeer juist was gestremd bij een
kruispunt.
„Ben je dan anders dan alle andere meisjes?"
„Ik vlei mezelf niet", antwoorddo ze zedigjes.
„Maar laten we niet over mij praten, maar het lie
ver over jou hebben. Ik wil alles en nog wat hooren
van je werk. Wanneer begin je? En waar?"
„Ik dacht, dat jo niets van de mannen afwist,"
kwam hij. „Enfin, ik zal doen wat we allemaal doen.
Natuurlijk vind ik liet prettig over mezelf te praten
dat is etên en drinken voor ons mannen."
Zc waren nu do gladde rijpaden van Central Park
opgegaan en tot zijn verbazing legde Suzanne cens-
klups zachtjes haar handje op zijn arm.
„Ik spreek in vollen ernst", zei ze, en ik wil het
graag weten. Vergeet niet, welke oude vrienden wo
al zijn."
„Maar, kleino Suusjo", hij liet zijn luchthartige
toon varen en legde een hand op dc hare, „stel jo er
werkelijk belang in? Dan zal ik het natuurlijk ver
tellen. Zo hebben me gevraagd, mo bij do staf van
Saint Begin's Hospitaal te voegen, ais uitwonend
chirurg en ik krijg een kliniek voor arme patiënten
ergens in East River, in Harlctt Street. Jo zult het
wel niet weten een vervelende wijk, daarginder
ergens. En ik ben van plan iets nieuws in te voeren.
Ik wil mijn spreekuren aan huis houden, zooals zoo
vele Engelsche specialisten dat doen. Het heeft veel
voor- cn nadoelen, vergeleken bij ons systeem hier,
maar ik hen geneigd tc erelooven. dnt de voordooien
in de meerderheid zijn. Ik hen specialist voor buik
en ingewandsziekten, zooals je misschien weet en
tnijn stokpaardje is het kankervraagstuk."
Hij voelde haar huiveren en vroeg of zc het koud
had. maar ze schudde haar hoofdje.
„Neen. Vader had kanker," zei ze fluisterend.
„Een paar avonden geleden heeft moeder hot ons
verteld. Hij had het juist gehoord den ochtend te
voren cn het haar verteldze was cr hcele-
maal van ontdaan. Alles, wat mot ziekte te maken
heeft, vond zc altijd even verschrikkelijk. Arme
moeder. Het. vervulde haar niet afschuw. Toen ze
liet me vertelde, herinnerde ik mo allerlei kleinig
heden, die me dien dag en den laatsten dag
hadden verwonderd. Ik geloof dan ook dat dat alleen
de aanleiding is geweest tot zijn daad."
„Geen geld, of angst of zooiets, maar zijn voor
nemen haar do angst en de afschuw tc hesparen,
die hij in haar oogen moet hebben gelezen, toen zc
hof wist. Ze is nu eenmaal zoo. We kunnen er wei
nig aan doen, hoe we zijn, veronderstel ik. Ziekte
staut haar tegen. Toen we nog klein waren, kocht ze
in tijden van ziekte alles wat wc maar wilden voor
ons .maar ze keek terauwernood naar ons om, voor
we weer goed en wel heter waren."
„Was zc hang voor besmetting?"
„Neen. Moeder behoort niet tot die vrouwen, die
gauw bang zijn. Maar ze heeft liet land aan de at
mosfeer aan alles in een ziekenkamer. Zo vindt
het onbetamelijk, ziek te zijn. Ze zegt, dat ziekte
iemand zijn zelfrespect doet verliezen cn dat net
daarom liet beste is wat we doen kunnen, dc men-
schen dan uit den weg te blijven en zijn mede
schepselen niet toe te staan getuige te wezen van
zijne vernedering. Jij zult er denkelijk ook wel zoo
over denken. Je ziet niet alleen zieke. Tnismankte
Jichamen, maar ook naakte zielen. Je moet wel heel
weinig dunk hebben van de mcnschciijke natuur
je ziet haar zoo onopgesmukt!"
„Integendeel," zei hij kalm. „Ik heb een heel groo-
ten dunk van de .mcnschciijke natuur, want al zie
ik haar dan. zooals jij zegt. onopgesmukt, ik zie haar
ook vol heldenmoed! Gekwelde gemartelde lichamen,
ja: en heel vaak moed en opgewektheid in het aan
gezicht van den dood en dat maakt me dan be
schaamd en tevens trotsch. De mcnschciijke ziel
heeft een eigenaardige manier, zich in lijden van
groote beteekenis wonder hoog te honden."
Ze dook wat dieper weg in haar zitplaats en trok
het bont wat dichter om zich heen.
„Ik ik geloof, dat het ine niets zou kunnen
schelen, of jij het wist. als ik ziek was." zei ze met
een heel klein stemetje. „Het is heel anders en
een echte troost eens iemand te hooren. die het
zoo aanvoelt. Ik heb me altijd min of meer ge
schaamd, als ik me niet lekker voelde."
„Praat me er als je bieft niet van. dat je ziek zou
zijn," zei hij scherp. „En wat dat schamen betreft,
wat een onzin! Wel Suzanne" zijn stern klonk
weer vriendelijker, „weet je dan niet dat ik, als le
ziek was wat God verhoede niet rusten zou,
voor ik je weer beter had? Weet je dat dan niet?)
Eerlijk niet?"
„Ik geloof dat ik het wel weet," fluisterde
ze. „Maar jij bent anders dan de moesje menschen,
vind ik. Je zei: „Dat verhoede God." Geloof jo m
God?"
Hij keek op haar neer, maar ze staarde recht voor
zich uit in dc blauwe verte waar de naakte boomea
zich scherp, afteckcnden tegen de heldere winter
lucht.
„Ja, kindje," zei hij rustig. „Waarom vraag fe
dat?"
„De meeste menschen doen het niet," zei ze. „Vrou
wen deden gewoonlijk alsof, meer dan mannen mis
schien .Ik weet het niet Ik ik vroeg liet me
alleen maar af. Ik meen het, weet je. Niet in een
Eerste Oorzaak, of een Groote Bestierende Macht, of
een Levenskracht, of zooiets vaags en kils. Maar in
God, zooals ons die geleerd werd, toen we klein wa
ren, in een Persoonlijken God..."
„De God der Evangeliën?" viel hij haar in dc rede,
„Bedoel jc dat?"
„Ja," zei ze. „De God van je geheimste wenschen.
Die persoonlijk belang in je stelt juist zooals je
zeide de God der Evangeliën. Geloof jij in Hem?"
Hij lict den wagen langzamer gaan, tot zc met een
kalm gangetje van twintig kilometer door dc pittige
koude reden.
„Ja, kindje lijkt je dat zoo vreemd?"
„Een beetje", bekende ze. „Ik heb er zooveel over
hooren redetwisten... de innigste wenschen van je
prilste geloof zoo keurig aan stukken zien trekken.
De menschen schijnen niet langer in een Persoon
lijken God te gelooven, maar enkel maar in een Le
venskracht of Scheppende Intelligentie. Ik heb God
zoo vaak omver hooren redcncoren mot oen paar
schitterende phrases of een medelijdend glimlachje,
omdat zoon afgezaagde mythe nog geloof vond. Er
is mij voorgehouden, dat te proi>eere.n zoo'n Al-om-
vattêndo Macht deze Belichamende Kracht
neer te halen tot het peil van persoonlijkheid holncho-
lijk en kinderachtig, was. Dat het een naar heneden
halen van het menschelijk verstand was, te ver
wachten, dat het een dergelijke bekrompenheid als
dogma zou aanvaarden. Dat liet bespottelijk is, God
te omschrijven met onze raenschelijke begrippen, dat
wc dan gewoon een evenbeeld van onszelf scheppen
en dat evenbeeld omhangen met onze menschclijko
attributen. En ik geloof, dat ik me daar zoo lang
zamerhand maar bij neergelegd heb."
Wordt vervolgd.