Arrondisseients-Rechtbank
•Ie #|roote
Yergissing
Radioprogramma
te Alkmaar.
MEERVOUDIGE STRAFKAMER
I
ZITTING VAN DINSDAG 11 DECEMBER
Bergen a. Zee.
OVER BADCOSTUUMS EN *N PORTEMONNAITJE.
Op 13 November j.I. stond terecht de 20-jarige mej.
Reina van P„ echtgenootc van den kellner A. P. BI.,
destijds te Bergen aan Zee in pension bij de familie
Out aldaar en welk vrouwtje zich wederrechtelijk 'n
badeostuum en 'n portemonnaie van dat gezin zou
hebben toegeëigend. Dit feit werd door haar ontkend,
hoewel zij aan don chef-veldwachter Vermeulen er
kend had, het feit te hebben gepleegd. Zij beweerde
echter, dit te hebben gedann onder zekere pressie,
aangezien de veldwachter had gezegd: Als je niet
bekent, ga je mee naar Alkmaar, of iets dergelijks.
De verdediger, mr Judell, stond er per sé op dat
deze alstoen niet verschenen getuige zou worden
gehoord. Voorts was ook te laat gearriveerd mej. M.
Baas, een andere getuige, wier verhoor in verband
met de ontkentenis, zeer gcwenscht was. Derhalve
werd de behandeling geschorst en voortzetting ge
last op heden 11 December.
Aangevangen werd met het verhoor van mej. Mar-
garetha Baas, die de vorigo maal haar gewichtig»
heid als getuige ganschelijk was vergeten en nu
verklaarde, dat zij op haar rijwiel had bevestigd
een tasch. en in die tasrh bevond zich een porte-
monnaie, waarin ongeveer f 4 aan klein geld en 'n
kwitantie van een aan den rijwielhandelaar Ruiter
betaald rijwiel.
Greet Baas had de fiets met taschje geplaatst in
do woning van Out en bemerkte later, dat de porte-
monnaJe met inhoud uit de tasch was verdwenen.
Do portemonnaie werd later gevonden in het bezit
van de verdachte dame. Do familie Out wilde echter
haar pensiongasten niet graag missen en had haar
over dit wel opgemerkte feit niet onderhouden.
Op de vraag van mr. Judell verklaarde Gretn
Baas, dat zij de portemonnaie in Schagen had ge
kocht.
Waren nog meer dergelijke poriemonnaies ten
verkoop in voorraad, vroeg de verdediger.
Neen, antwoordde mej. Bnars.
Wilt u misschien ook nog vragen, meneer de ver
dediger, of er ook nog dergelijke kwitanties van
Ruiter aanwezig .waren?, vroeg de president, mr.
I.edeboer, fijntjes, tot hilariteit van het college, aan
verdediger, die den verstandigen weg koos en óók
meelnchte.
Het verzoek van verdediger tot sluiting der deu
ren werd afgewezen.
Chef-veldwachter Vermeulen gaf hierop verslag
van het verhoor op het gemeentehuis te Bergen, na
do gedane aangifte. Verdachte had uit eigen bewe
ging ten sjotte verklaard, het feit gepleegd te heb
ben on verzocht zij. of ze nu naar haar kinderen
mocht gaan. Over medenemen naar Alkmaar had
de veldwachter niet gesproken.
Verdachte beweerde, dat deze getuige de zaak
beslist verkeerd voorstelde. Ilij had wel degelijk ge
sproken. haar naar Alkmaar te zullen brengen. In
dien ze niet bekende.
Verdediger wenschte van getuige-verbalisant te
weten, wie bevoegdheid had gegeven, verdachte naar
het gemeentehuis mede te nemen, welke vraag niet
werd toegestaan, we hebben althans van getuige
geen antwoord gehoord.
Daarop werd op verzoek van mr. Judell voorgelezen
uit het proces-verbaal der zitting, dat moeder Out
alstoen had verklaard, dat Vermeulen verdachte
naar Alkmaar zou hebben gebracht, indien zij niot
had hekend.
Mej. Out seniora, desbetreffende gehoord, ver
klaarde zich niet te herinneren, dat over Alkmaar
gesproken was.
De Officier, het woord verkrijgende, besprak nog
eens do omstandigheden of aanwijzingen betreffen
de zoowel de badpakken als de portemonnaie en
vermeende niet anders te kunnen concludeeren dan
dat verdachte de schuldige was. Omtrent afpersing
van eonige bekentenis was niets gebleken. Resumee-
rende achtte de Officier haar dus schuldig en gelet
op de weinig meegaande houding van verdachte,
vorderde de Officier 3 maanden onvoorwaardelijke
gevangenisstraf.
Mr. Judell vermeende dnarentegen, dat er geen
schijn of schade van bewijs was. Meer uitvoerig
trachtte pleiter hierna aan te toonen, dat er geen
motief voor verdachte was om te stelen en zij hoven-
dien niet de minste geheimzinnigheid in acht had
gonomen met betrekking tot de bewuste portemon
naie. Ook achtte pleiter niet bewezen, do weder
rechtelijke toeëigening der badpakken. Voorts ver
baasde pleiter er zich over, dat niet was ten laste
gelegd de toeëigening van het rijwiel plaatje.
Na nog verschillende finesses te hebben hespro-
ken, ook in verband met het juridische deel der
kwestie, voornamelijk art 54 wetb. v. strafvordering
zulks onder verwijzing naar een desbetreffend ar
rest van den Hoogen Raad; waarmede hij wilde
aantooncn, dat de veldwachter case quo zijn be
voegdheid had overschreden, eindigde pleiter zijn
uitvoerig en krachtig gedocumenteerd betoog, met
vrijspraak te concludeeren.
Het gebruikelijk debat tusschen openbaar ministe
rie en verdediging bleef hierop niet achterwege. Bei
de debaters bleven echter hun standpunt behouden.
Uitspraak 18 Dec. e.k.
Egmond a. Zee.
STROOPERS IN HOOGER BEROEP.
De heeren Alb. Sch. en Krijn B. uit Egmond aan
Zee werden op het zeestrand te Bergen aan Zee
aangehouden door rijksveldwachter v. d. Leeghte en
door dezen iri beslag genomen een tweetal carbid-
lantaarns. Het was, zoo zij verklaarden, hun bedoe
ling strandgoederen te bemachtigen voor de strand
vonderij. niet om te stroopen.
Desniettegenstaande werden zij door den Kanton
rechter veroordeeld en waren de heeren in hoogcr
beroep gekomen.
De Officier geloofde geen steek van de Jutterij,
vooral omdat zij zulks voor het Kantongerecht niet
hadden aangevoerd, maar wel, dat het zeestrand
niet tot het jachtveld zou behooren. Do Hooge Raad
had echter uitspraak gedaan en het zeestrand wei
degelijk als jachtveld aangewezen. De Officier acht
te echter do straf onvoldoende en requircerde alsnu
voor ieder 8 dagen principale hechtenis.
Mr. Prins, verdediger van appellanten, noemde de
verklaring van verdachten, dat zij bezig waren met
strandjutten wel aannemelijk, zooals hij nader aan
toonde en verzocht, pleiter vrijspraak subsidiair een
lichtere straf, dan thans door den officier was ge
vorderd.
Texel.
EEN OUDE BEKENDE IN HOOGER BEROEP.
De 63-jarige heer Cornolis B. te Texel, beheerder
van de z.g. Sijbrand Keizer-stichting. verscheen na
een lange rustpoos weer eens in hooger beroep voor
de meervoudige strafkamer ter zake een door hem
ingesteld appèl als gevolg van een ondergane ver-
oordecling met betrekking tot een verzuimde tijdige
aangifte van zieke schapen, door den Helderschen
Kantonrechter. Volgens ^ppellant was hij aan het
hom ten laste gelegde feit niet schuldig.
De arbeider had den appellant 18 Februari mede
gedeeld, dat er vermoedelijk rotkrcupel onder do
schapen heerschte. De heer B. zou toen niet direct
aangifte hebben gedaan. De dierenarts Elisa Noor-
dijk had rotkreupel geconstateerd op 20 Februari.
Enkele schapen leden aan chronischen rotkreupel,
dus een reed9 verouderde aandoening.
De Officier had genoeg van het tegensputteren
van appellant, was overtuigd dat het vonnis juist
was gewezen en requircerde bevestiging van het
vonnis, waarbij Corn. B. was veroordeeld tot f 60
boete of 30 dagen. Mr. Lcdeboer haaste zich het on
derzoek zoo spoedig mogelijk te sluiten.
Castricum.
VENTEN MET CONSUMPTIE IJS.
De Officier requircerde vernietiging van het von
nis van den Kantonrechter, waarbij Gerrit Z. te
Castricum was veroordeeld tot f3 boete of 3 dagen,
ter zake het venten zonder vegunning. op grond dat
het hier gold slochts het bezorgen van een bestel
ling en eischto dus vrijspraak.
Uitgeest.
POLITIEKE SPREEK KORISTEN.
HET SCHARLAKEN-ROOIE SPREEKKOOR
VAN UITGEEST.
Op 10 Augustus 1934 hield de Kantonrechter re
ceptie voor een uitgelezen schaar dames en heeren,
resideerende te Uitgeest, die waren uitgenoodigd
voor zijn aanschijn te komen, ten einde zich te ver
antwoorden ter zake het vormen van een spreek
koor op den Middelweg en Burgcm. van Me est raat,
op 6 Juli aldaar, in welken vorm zij uiting hadden
gegeven van hun ontevredenheid over Minister
Colijn en de toelage die de staat uittrekt voor het
vorstelijk huis.
Deze onvriendelijke woorden werden zelfs in dicht
vorm gelanceerd en werd den volke verkondigd, dat
Colijn en zijn bende, de arbeiders joegen in de ellen
de. Ter variatie moest ook de Koningin het ontgel
den en declameerde het spreekkoor: 100.000 gulden
aan een doodgewone Koningin en de arbeiders de
ellende in. Voorts gaven zij nog als hun harto-
wensch te kennen, dat Törgler vrij moest
Op dezen datum was de insinunatic aan Minister
Colijn cum suis vermoedelijk nog niet strafbaar,
maar gelukkig konden die voetangels en klemmen
worden ondervangen, omdat de gemeente Uitgeest
uit een oogpunt van orde dergelijke demonstraties
verbiedt en kon dus het spreekkoor compleet voor
den strafrechter worden gebracht
Door de verdachten werd beweerd, dat met al de
gereciteerde liefelijkheden niets persoonlijks was
bedoeld, doch de ambtenaar dacht er ander over en
vorderde teg< n ieder der comparanten f 12 boete o!
12 dagen hechtenis.
Do waarn. Kantonrechter nir. C. A. do Groot sprak
daarop eenigo verdachten vrij en veroordeelde het
restant tot f 8 boete of 8 dagen.
Van de 14 appellanten waren 2 dames en 2 heeren
niet aanwezig.
Mr. van 't Iloff Stolk, de bekende strafpleiter in
dergelijke zaakjes met politiekcn ondergrond, uit
Amsterdam, opponeerde als raadsman en verdedi
ger. In qualiteit van getuige was alleen rijksveld
wachter Douwc Tilstra opgekomen.
Door enkele appellanten werd ontkend, te hebben
meegerccitecrd. In 't algemeen gaven zij toe, gepro
testeerd tc hebben tegen de steunverlaging.
Getuige Tilstra had op genoemden avond, om
streeks 8 uur. een aantal personen de geïncrimineer
de woorden hooren uiten Tilstra en zijn gemeente-
collega Bornebroek hadden alléén die namen geno
teerd van hen, van wie zij zeker waren, dat zij aan
het spreekkoor hadden meegedaan, wat door een
tweetal dames werd ontkend.
De Officier onderschreef het standpunt en het
vonnis van mr. de Groot volkomen en requireerde
bevestiging.
Verdediger, mr. Van 't Tloff Stolk, pleitte vrij
spraak voor hon die het feit ontkend hebben en ver
zocht voorts op grond van het geringe inkomen der
delinquenten van wie het strafbare, feit dan wel be
wezen zou kunnen worden, voor hen de meest mo
gelijke clementie.
Z ij p e.
OPSPOREN VAN WILD MET EEN SCHIJN
WERPER.
Ter zake dit feit was door den kantonrechter te
Den Helder veroordeeld de electricien J. H. van Str.,
wonende te Zijpe. De overtreding was gepleegd in
de Wieringermcer. De heeren bezigden een onver
lichte auto en appellant had een schijnwerper in de
hand. Trots de pertinente ontkentenis van appellant
vorderde de officier bevestiging van het kanton-
rechterlijk vonnis .ook wat betrof de verbeurdver
klaring der automobiel
De heer C. J. Str. uit 't Zand. die ook aan het
nachtelijk stroopersavontuur met den auto zou
hebben deelgenomen, was in hooger beroep geko
men. tegen een vonnis, waarhij hij was veroordeeld
tot f25 boete of 25 dagen. Hij was gesnapt met een
geweer in het jachtveld. Bevestiging van het von
nis werd gerequireerd.
VRIJDAG 14 DECEMBER
HILVERSUM (302 M.)
V.A.R.A.r 8.00 Gramofoon muziek; V.P.R.Ö.: 10.00
Morgenwijding; VARA.: 10.15 Voordracht door Frans
Nienhuys; 10.35 Gramofoonmuziek; 11.00 Voordracht
11.20 Gramofoonmuziek; A.V.R.O.: 12.00 Barnabas
von Géczy en zijn orkest; 2.30 Pianorecital; daarna
gramofoonmuziek; V.A.R.A.; 4.00 Knipcursus; 4.45
Gramofoonmuziek; 5.00 Oome Keesje; 5.30 Gramo
foonmuziek; 5.15 Schalmei o.l.v. P. Renes; 6.00 Gra
mofoonmuziek; 6.15 Strijkorkest; 6.45 Gramofoon
muziek: 7.00 X.X.-cnsemble; 7.30 Lezing; 7.50 Gramo
foonmuziek; 7.57 Herhaling S.O.S.-herichten; V.P.R.
O.: 8.00 Lezing; 8.30 Concert; 9.00 Lezing: 9.30 Con
cert; 10.00 Vaz Dias; 10.15 Lezing: V.A.R.A.: 11.00
Jazzmuziek; 11.30 Gramofoonmuziek.
HUIZEN (1875 M.)
K.R.O.; 8.00 Morgenconcert: 10.00 Gramofoonmuziek;
10.30 Muzickuitzonding voor fabrieken; 11.00 Gramo
foonmuziek; 11.30 Halfuurtje voor zieken en ouden
van dagen; 12.00 Politieberichten; 12.15 De KRO-boys;
1.15 Orgelconcert door Evcrt Ilnak; 2.30 Gramofoon
muziek; 3.15 Vervolg orgelconcert; 3.45 Gramofoon
muziek; 4.00 Rustpoos; 4.15 Opera-programma; 5.00
Landhouwpra&tje: 5.30 Orkest o.l.v. Joh. Gerritsen;
6.15 Gramofoonmuziek: 6.30 Orkest: 7.00 Politiebe
richten; 7.15 Lezing; 7.35 Gramofoonmuziek: 7.45 P.
T.T.-kwnrticrtjc; 8.00 Vaz Dias; 8.05 Gramofoonmu
ziek; 8.15 Rott. Kath. Mannenkoor: 8.35 Optreden
van Louis Davids; 8.50 Concert door Dajos Bela uit
Heek te Amsterdam; 9.20 Louis Davids; 9.45 Gramo
foonmuziek: daarna Symphonie-orkest; 10.30 Vaz
Dias; 10.35 Gramofoonmuziek; 10.40 Symphpnie-or-
kest; 11.20 Dajos Bela en zijn orkest.
LUXEMBURG (1304 M.)
7.40 Radiocabaret; 8.20 Gevarieerd concert: 8.40 ld.;
9.15 Gramofoonmuziek: 9.40 Hilleconcert; 9.45 Kamer
muziek; 10.25 Dansmuziek.
Texel.
WEER EEN GEVAL VAN ART. 247.
Een stuntelig mannetje van 55 jaar. Dirk B., land
arbeider tc Texel, thans logeerende in het Huis
van Bewaring te Alkmaar, stond terecht ter zake
het voortgezet misdrijf, strafbaar gesteld bij art. 247
Wetb. v. strafrecht.
Mr. v. d. Loos was belast met de taak hom te
moeten verdedigen.
Als getuige-deskundige werd gehoord de psychia
ter Dr. Kruitbosch van Castricum. Uiteraard werd
deze zaak met gesloten deuren behandeld.
Eisch 1 jaar en 6 maanden gevangenisstraf.
Alkmaar.
EEN GERUCHTMAKENDE ZAAK.
De zedenzaak, die in Alkmaar zooveel sensatie
maakte en aanleiding gaf tot de meest onzinnige
fantasieën en geruchten, werd tot slot in de zitting
met gesloten deuren behandeld.
Het betrof hier den 64rjarigen meubelmaker en
antiquaris Petrus A., wonende te Alkmaar en thans
gedetineerd, die zich had schuldig gemaakt aan het
misdrijf, strafbaar gesteld bij art. 248 bis en betref
fende immoreclc handelingen met minderjarige
personen van het zelfde geslacht
Dr. Hoeneveld werd gehoord als psychiater.
Eisch 1 dag gev. met 1 dag aftrek en ter be
schikkingstelling der regeering, wat beteckent dat
Petr. A. wordt, beschouwd een psychopaat te zijn.
Mr. Buiskool van Schagen nam de verdediging,
waar.
Uitspraken vorige zitting:
Dina Hendrika Gozina B., hulsvrouw Cornelis S.t
Helder. Zedenmisdrijf, artikel 250 Bis, 3 maanden
gev. (eisch 8 maanden).
Machiel de G., chauffeur te Heiloo. Hooger be
roep, overtr. art. 6 motor- en rijwielreglement (vonnis
kantongerecht Alkmaar). Vonnis K.R. bevestigd.
Anth. Fred. Th. G., tandarts Castricum. Hooger be
roep vonnis van Kantongcr. Helder, ter zake rooken
in een openb. middel van vervoer en opgeven val-
schen naam. Vonnis K.R. bevestigd.
Anth. Fred. Franciscus T., zonder vaste woonpl.
Hooger beroep, 4 vonnissen Kantonrechter Alkmaar
t. z. overtreding art. 203 algem. politieverordening,
venten zonder vergunning. Vonnissen K.R. bevestigd.
Willem Gr., Oosterend, Texel, chauffeur. Schuld-
misdrijf. Toebrengen van ernstig lich. letsel. 1 mnd.
hecht, voorw. met 3 proefjaren en ontzegging be
voegdheid motorrijtuigen to besturen voor den tijd
van 1 jaar.
BRUSSEL (484 M.Y
12.20 Orkest; 1.30 Nieuwe gramofoonplaten; 5.20 Sym
phonieconcert; 6.50 Concert; 8.20 Gramofoonmuziek!
10.45 Dansmuziek.
BRUSSEL (322 M.)
I.30 Orkest; 5.20 Dansmuziek; 6.35 Gramofoonmu
ziek; 8.20 Concert; 10.45 Dansmuziek.
KALUNDBORG (1261 M.Y
II.20 Populair concert; 2.00 Pianorecital; 7.30 Gewijd
concert
BERLIJN (357 M.)
5.50 Zang; 6.20 Omroeporkest; 8.30 Idem.
HAMBURG (332 M.Y
10.50 Blaasmuziek; 7.35 Hoorspel; 9.40 Muzikaal tus-
schenspel; 10.20 Operettemuziek.
KEULEN (456 M.)
11.20 Blaasmuziek; 12.20 Kamerorkest; 5.05 Concert!
8.20 Volksliederen; 10.20 Dansmuziek.
DROITWICH (1500 M.Y
12.50 Dansmuziek; 2.50 Orkest; 9.20 Recital; 10.31
Kwintet; 11.35 Dansmuziek.
PARIJS POSTE PARISIEN (313 M.Y
8.35 Omroeporkest
i
PARIJS RADIO (1648 M.Y
12.50 Orkest; 10.50 Dansmuziek.
MILAAN (369 M.)
5.20 Gramofoonmuziek; 8.05 Idem; 8.20 Concert
ROME (421 M.)
5.20 Gramofoonmuziek; 8.05 Operette.
WARSCHAU (1345 M.)
7.35 Orkest; 10.00 Concert; 10.25 Dansmuziek.
WEENEN, (507 M.)
5.20 Pianorecital; 9.15 Zang; 10.10 Populair concert;
11.10 Dansmuziek.
BEROMÜNSTER (540 M.)
350 Omroeporkest; 6.50 Operettemuziek; 755 Zwit-
scrsche muziek; 8.30 Omroeporkest.
door
JOAN SUTHERLAND.
2a
Suzanne liep hem na, maar durfde hem niet aan
te raken dit was een Davld dien ze niet kende.
„David! Waar ga je naar toe?"
Onverschillig keek hij op haar neer.
„Ik zal vaders voorbeeld niot volgen, als Je dat
soms bedoelt", zei hij. „Ik hen niet van plan Lionel
die genoegdoening te gunnen. Je moet niet drama
tisch worden, Suzanne Dat is nergens goed voor."
Dit hatelijke gezegde, zoo heelemnal niet voor hem,
deed haar echt pijn. Een minuut geleden had ze
getrild van heftig verlangen, hem to helpen en te
troosten, hem te doen voelen, dat ze begreep, omdat
zij op dezelfde wijze leed. Maar bij dezen blik en toon
verdween dat verlangen en op haar beurt werd ze
ook hatelijk. „Als dat de manier is, waarop je tegen
Marilyn sprak, kan ik me begrijpen, dat zo Lionel
tromvdo!" riep ze uit. „Als ik haar was geweest,
had ik het ook gedaan", en zo drong langs hem
heen en liep de kamer uit.
HOOFDSTUK XIV.
Toen Suzanne uit de bereomde antique winkel op
Fifth Avenue kwam, stond ze eensklaps van aan
gezicht tot aangezicht tegenover Celia Carew en ter
wijl heide meisjes elkaar do laatste nieuwtjes ver
telden, wuifde Celia naar den winkel en vroeg:
„Heb je een fortuintje gekregen, dat je bij Shol-
don bent geweest? En ik dacht nogal, dat je ergens
buiten zat."
„Allebei mis. Ik hond toezicht op de decoratie en
meubileering van het huis van mijn stiefvader. Wel
een leuk werk, want ik heb carto blanche tot een
flink bedrag."
„En of» Wat zalig! Wanneer komen ze terug?"
„Volgende week."
Celia keek haar vriendin eens onderzoekend aan.
„Hoe vind Je het, een stiefvader te hebben?" vroeg
to. „Is het leuk?"
„Ik heb hem maar een dag gekend", antwoordde
FEUILLETON
Suzanne. „Ze zijn een maand weg geweest, dus hoe
kan ik dat nu zeggen. Als man mag ik hem heel
graag."
Celia knikte maar eens. Haar vlindernatuurtje
dacht al weer aan heel iets anders. Vaagjes wees ze
naar Broadway.
„Laten we naar een film gaan", zei ze. „Je be
hoeft toch niet naar huis om te lunchen, is 't wel?
Hoe is het met David?"
Celia had een zwak voor David en evenals heel
het kleine kringetje vrienden van Marilyn en Su
zanne, wist ze, dat Marilyn's huwelijk met Lionel
een groote schok voor hem geweest moest zijn. Toen
Suzanne dus toegestemd had, buitenshuis te gaan
lunchen en met haar naar een bioscoop te gaan, her
haalde ze haar vraag met goed bedoelde nieuws
gierigheid.
Suzanne haalde haar schouders op.
„O, hij maakt het goed. Waarom zou hij niet?
Hij heeft zijn oude studio weer betrokken en werkt
hard."
Zo wist heel goed, dat Celia iets over David per
soonlijk wenschte to hooren en niet over zijn werk,
maar zo was besloten haar in dit opricht nu eens
niet haar zin te geven. Al was David dan ook heel,
heel anders, dan hij vroeger was, al scheen hij om
niemand iets meer te geven, zelfs niet om haar een
zaam persoontje. toch zou ze het wel laten met
anderen over zulke Intieme aangelegenheden te «pre
ken ze wilde ze nauwelijks voor zich zelf erken
nen. Om dus Celia nog meer van haar onderwérp af
te voeren, zei ze onverschillig:
„Hij heeft in opdracht gekregen een kop van een
of andere beroemdheid te maken voor do New Art
(ïallery, dus is het gewoonweg hopeloos met hem.
Als David eenmaal aan het werk is. heb je evenveel
aan hem als wanneer hij dood was!"
„Dus 't zou nergens toe dienen, of ik hem Dinsdag
al op ons ba! verzocht?"
„Absoluut niet. Als je bij hem komt met een voor
stel waardoor hij zijn oude klei- en marmerrommel
in den steek zou moeten laten, staart hij maar zoo'n
beetje voor zich uit en zegt in het vage: „O ja,
natuurlijk. Wat zei je ook a! weer?" en dan werkt
hij je keurig netjes de deur uit en zegt: „Ik ben aan
het werk al had jij daar misschien geen erg in. Dus
nu weet je het!"
„Wat een vervelend sujetl Is hij het al te boven
dat Marilyn hem heeft laten zitten?" Ze moest het
dus wel ronduit vragen, maar Suzanne was daar al
lang op bedacht.
„Och, kind, doe niet zoo achterlijk! Ze kwamen
allebei min of meer tot het inzicht, dat het toch niets
zou worden en toen heeft Marilyn natuurlijk de eer
ste stap gedaan."
Celia haalde even haar wenkbrauwen op. Ze liet
zich in het minst niet om den tuin leiden, maar ze
was schrander genoeg, om den wenk te snappen.
„O. zit het zoo?" Nu we het toch over Marilyn heb
ben vanochtend heb ik een brief van haar gehad.
Ze blijft tot midden April in het Zuiden. Ze zegt,
dat Lionel, het in de lente niet goed voor haar vindt
in het noorden. Zo heeft wat last van haar Iongen.
Is het niet ellendig voor haar, om alleen achter tc
moeten blijven, nu ze pas getrouwd is?
Suzanne bukte even, om haar handschoenen op
te rapen, die juist op dat moment op den grond
vielen. Toen ze haar hoofdje weer oprichtte, ont
dekten de scherpe oogen van Cciia niets bijzonders.
„Ik zal er met een paar dagen wol meer van hoo-
rem Wat een ellendige tegenslag. Ze is al lang niet
erg in orde geweest. Feitelijk al niet sedert vader's
dood."
Celia, die met betrekking tot Marilyn zoo haar
eigen verdenking had, daar ze behoorde tot de wei
nigen, die heel wat afwisten van haar geflirt met
Walter Moreton, zag Suzanne bleek worden tot
aan de lippen, leunde over het kleine tafeltje en tik
te haar liefkoozend op de hand.
„Dat was genoeg, om de sterkste natuur een
flinke schok to geven, beste. Ik wilde niet onbeschei
den wezen. Toe, haast je wat met je koffie, dan gaan
we naar het Capitool. Ze hebben daar Norma Tal-
madge en Conrad Nagel. Reuzen programma!"
Het was een uitstekend programma, maar Suzanne
kon het niet naar waarde genieten, hoe zeer ze haar
favorieten ook bewonderde, want Celia's nieuwtje
had haar doen ontstellen. Als Marilyn niet dadelijk
mee terugkwam, zou ze Lionei niet kunnen ont-
loopen, want dan zou hij natuurlijk bij zijn schoon
moeder komen eten, daar Dighton ook nog een oud
vriend van hom was. Een tète tète zou dan onver
mijdelijk wezen, terwijl ze, wanneer Marilyn er bij
was, al haar aandacht aan haar zuster kon wijden
en Lionel over laten aan Dighton. Toen het pro
gramma afgewerkt was, verzon ze een uitvlucht om
van Celia af te komen en wandelde naar haar nieu
we huis. Ze probeerde uit haar hoofd te zetten, wat
ze gehoord had. maar de lange. eenzame avond, was
daar nu niet bepaald geschikt vooi. Ze was al een
hccle maand alleen geweest, want David had ergens
in de stad, net even voor zijn moeder hertrouwde,
een studio genomen, en na dien tijd had ze hem
nauwelijks gesproken. Het was al vroeg mooi weer
ze hadden nu de eerste week van Februari en dat
maakte haar loom en moe. Toen zc het huis bin
nen kwam, had ze een gevoel alscl al haar werken
toch voor niets was geweest. Dighton's huis was niet
zoo groot als het oude Moretonhuis, maar het was
toch in ieder geval groot genoeg, om een jong meisje
zich er eenzaam te doen gevoelen, al was de ouwe
trouwe Jowet dan ook een heele troost. Ze trok zich
David's onhartelijkheid heel erg aan. Na alles, wat
ze zelf doorgemaakt had, was het toch onnoodig, dat
David haar ontliep, als had ze schuld aan het geval
en dat hij haar zoo heelemanl in den steek liet, nu
ze zoo eenzaam was. Toen zei haar gezond verstand
haar, dat David immers niet wist, dat zo zich zoo
ongelukkig voelde en dat het dus bespottelijk was,
hem zoo iets te verwijten. Maar hij kon toch best
begrijpen, dat ze zich alles behalve gelukkig moest
gevoelen, zoo alleen in het huis van haar stiefvader
terwijl ze heelemaal niet wist, of ze het er in de
toekomst prettig zou hebben, of niet.
Op een zijtafeltje in de hall lagen haar brieven,
een krabbeltje van Marilyn, een herhaling van wat
Celia haar al verteld had en een brief van haar moe
der. Ze kwam eerder terug, dan ze van plan waren
geweest. Den volgenden morgen kon ze hen verwach
ten. Eensklaps gaf ze toe aan een ingeving, liep naar
Dighton's studeerkamer en vroeg David's nummer
aan. Na een minuutje hoorde ze zijn stem.
„Ja. Wat is er? Wat moet je?"
Suzanne had veel zin te zeggen „Niets!" en den
haak weer neer te gooien, maar per slot van reke
ning „moest ze" wel wat en dus zei ze, zoo opgewekt
als ze kon:
„David, moeder en Robert komen terug morgen
en ik wou je graag eens spreken. Kan je niet hier
bij me komen eten?"
„Vanavond? 'k Ben bang dat het niet gaan zal
ik heb het druk. Het spijt me wel."
Suzanne speet het nog veel meer. dus zette ze haar
trots ter zijde, al was het dan ook met den moed
der wanhoop.
„Toe David! Het Is hier zoo ellendig eenzaam en
vervelend. En als je je met mij alleen verveelt, kon
den we samen hier of daar heengaan. Ik moet je
eens spreken. Na de bruiloft heb ik je maar een paar
minuten gesproken."
„Ik heb je toch gezegd, dat ik werk heb, Suzanne".
hoorde ze zijn stem vroolijk, maar zeer beslist.
„Bel maar een van je kennissen op. Er zijn er ge
noeg, die je graag een pleziertje doen. En neem me
niet kwalijk maar straks heb ik het goede licht
niet meer."
Wordt vervolgd.