Gasi Kemal Het Negertje. I 1 1 GRATIS h1 1 SCHAGER COURANT De gedupeerde Zuiderzee=visschers. Kort verhaal „VADER DER TURKEN". HET OUDE VERDWIJNT EN HET NIEUWE DOET ZIJN INTREDE IN DE JONGE TURKSCHE REPUBLIEK. Istanboel, Dec. 1934. Het twaalfde jaar van de Turk sche Kcmal-Republiek, dat op 29 October van dit jaar feestelijk werd ingewijd, begint met een cultureel offensief, waardoor de laatste overblijfselen van hot uit den tijd zijnde oriëntalisme zullen verdwijnen: de Turksche muziek »al aan een herziening wordon on derworpen en de titels van de gees telijkheid, de burgerij en de offi cieren zullen verdwijnen. Er zal in de naaste toekomst geen bey, pa scha of excellentie meer zijn en ook geen hodscha, nolla, imam, hadsji, j aga, effendi of hanum! Slechts „burgers" en „burgeressen" van welken stand of afkomst ook. Als aanspreektitel zal voor den man het „bay" voor de vrouw het „bayin" gelden en dit dan slechts als onverplichte beleefdheidsfor- mulen. In dit jaar heeft Moestafa Kemal de hoogste eer gekregen, die zich maar denken laat. Voortaan heet de be vrijder van de Turksche natie, de schepper van den tegenwoordigen Turkschen staat Kemal Ataturk eenvoudig Bay Kemal Ataturk president van de Turksche re publiek. „Moestafa" was zijn eerste naam, waaronder hij als cadet de mili taire academie van Saloniki be trad. Daar kreeg hij, ter onder- scheiding van tallooze kameraden niet denzelfden naam, den toe naam „Kemal". In den wereldoor log werd Moestafa Kemal gene raal en daarmede pascha. De on afhankelijkheidsoorlog tegen de Grieken in Klein-Azië bracht hem in het geboorteuur van het nieuwe Turkije den eeretitel „Gasi" (de overwinnaar). Den inderdaad grooten bijnaam heeft Kemal nu afgelegd, reeds daarom, omdat het woord „Gasi" van Arabischen oor sprong is voortaan zal hij met den eenvoudigen burgerlijken naam „Vader der Turken" worden aangesproken. Kemal Ataturk heeft meer dan één opstand onderdrukt. Uit den soldaat, revolutionnair, en staats man is een figuur der wereldge schiedenis voortgesproten, een fi guur, die door zijn werken ook voorgoed een eind aan den hoofd doek der vrouwen, de tsjartsjaf, en den wijden broek der mannen, de sjalwar, heeft gemaakt De geeste lijken van alle godsdiensten, de hodsja's, de rabijnen, de popes, de fraters en paters zullen nog slechts de tulband, soutane, enz. in den tempel moskee of kerk mogen dragen. Niet meer op straat MOESTAFA KEMAL. Ieder van deze maatregelen is op zichzelf beschouwd, een omwen teling, het wet worden van lang gekoesterde wenschen, de veran kering van ten deele reeds inge voerde zeden of verbodsbepalin gen. Bijzonder ingrijpend is de wet op de familienamen, volgens welk ieder Turksch burger voor 1 Ja nuari 1935 een erfelijken naam moet hebben gekozen. Wat in eeuwen niet bereikt kon worden, werd nu in een paar maanden doorgevoerd. Eindelijk zullen de autoriteiten over overzichtelijke namenlijsten kunnen beschikken. Vader en zoon, man en vrouw zullen afgezien van de voorna men een en denzelfden, voor immer geldenden naam dragon. Ook de president van de Turk sche republiek heeft een familie naam gekregen. Hem werd don naam verleend, bij een wet werd hem den naam „Ataturk", vader der Turken toegekend. En daarmede moet Gasi op een zelf den lijn als een Willem van Oran je, Cromwell, Napoleon, Lenin en Mussolini gesteld worden. In de jaren vlak na den wereld oorlog hadden wij te veel in eigen huis te doen, om aandacht te be steden aan de gebeurtenissen, die zich aan den rand van Europa en Klein-Azië afspeelden. De Sultans-règeering van Con- stantinopel sloot noodgedwongen den vrede van Sevres. De gealli eerden bezetten de zeestraten; met de verdeeling van het Aziatische Turkije werd een aanvang gemaakt en de Grieken maakten aanstalten met hun legers in Klein-Azië te vallen. Een eeuwenoud rijk scheen aan den rand van den afgrond te staan. In dezen tijd groeido uit de voormalige chef van den gcneralcn staf en legeraanvoerder Moestafa Kemal de revolutionnair, die onder het parool „Vrijheid of den Dood" zijn Anatolisch leger uit den grond stampte, om daarmede een onaf hankelijkheidsoorlog te gaan voe ren, die achtereenvolgens als vruchten opleverde het verslaan van den vijand en de organisee ring van een zelfstandige, moderne republiek. Bij den vrede van Lau- sanne werd de nieuwe Turksche staat, als zoodanig erkend. Op 29 October 1923 werd Gasi Moestafa Kemal president van de Turksche Republiek. Het keizerrijk had opgehouden te bestaan, een weinig later viel het kalifaat, de scheiding tusschen den nieuwen staat en den ouden staats godsdienst van den Islam had zich verbroken. Uit den soldaat Gasi Moestafa Kemal werd de staatsman geboren, president van de republiek en leider van de alles omvattende republikeinsche volks partij. Revolutionnair is hij geble ven naar binnen. Want iedere nieuwe wet, die afgekondigd wordt beteekent revolutie naar binnen men denke slechts aan de invoe ring van het monogame huwelijk, aan het fez-verbod, aan de invoe ring van het Latijnsche schrift, scheppen van een eigen industrie, aan den schooldwang, aan de in voering van het kalenderjaar. En dat de cultureele revolutie nog verder gaat, blijkt uit de nieuwe wetten Als dank nu, voor alles wat Ke mal Ataturk gepresteerd heeft, schonk de nationale vergadering hem den veel-zeggenden naam van „Vader der Turken". „De steur legt ongeveer een mil- lioen eieren", vertelt de onderwij zer „En kakelt-ie dan bij ieder ei?" vraagt een wijsneus. „Heb Je dat meisje meer gezien?" „Ja." „Heb je ooit iets geks bij haar opgemerkt?" „Neen ja toch ik zag haar laatst met jou loopen." Toen Olive Condon de rijke millionnairsdochter, na "t winterseizoen in Florida te hebben doorgebracht, besloot een negerjongetje mee te nemen, voldeed zij aan een plotseling opkomende gril. Zij was achttien, verwend en gewoon aan een leven vol luxe en over daad. Haar vader, een der grootste handelslieden van New York, had geen tijd zich met zijn dochter te bemoeien, had haar daarom met weelde omringd en gaf haar voldoende geld om Zich te kunnen ver schaffen wat haar hartje begeerde. Het negertje, een verweesd jongetje, leek haar geschikt om haar per soonlijk te bedienen, een soort speelgoed voor practi- sche doeleinden tevens. Ze had ergens op een reclame plaat een negertje gezien, in exotische kleedij en met een soort tulband, waaraan veelkleurige versierin gen op het hoofd. Toen ze naar New York was terug gekeerd, doste ze het zwarte knaapje op dezelfde wijze uit als het negertje op de reclameplaat en noemde hem om hem nog meer een Oostersch cachet te geven: Hassan, ofschoon hij eigenlijk George Abra ham Napoleon Lincoln heette. In haar weelderig in gericht boudoir, dat zij met Noorsche meubelen, groo- te divans en palmen het aanzien van een vertrek van een Oostersche vorstin had gegeven, liet zij zich door De jongen was 10 jaar, sinds de dood van zijn ouders verwaar loosd, zoodat hij het heel wat beter had, toen hij van een hut, in de buurt van Miami, naar een groot huis in de Fifth Avenue werd overgebracht Ook hij werd ver wend. Zijn meesteres stopte hem allerlei snoepgoed toe, dat hij met een grijnslach aanvaardde. In haar auto vergezelde hij haar, sprong, wanneer zij een bezoek bracht en de wagen stil hield vlug eruit, hielp haar bij het uit stappen, al had zij ook eigenlijk die hulp niet noo- dlK. Ilassan werd beroemd bij de kennissen van Olive en vaak werd hij in den salon toegelaten, waar de vele dames hem bewonderden, zooals kinderen een groote pop voor een étalage bekijken. Ondanks de weelde welke hem omringde en waarvan hij ook zijn deel kreeg, groeide hij in het wilde op. De belang stelling van Olive gold zijn figuurtje, niet zijn per soon. Olive verwaarloosde do opvoeding van het kind, het nam wat vormen en gewoonten van zijn omge ving over, maar voor zijn intcllectueelen opgroei deed zij niets. Hij had de getrouwheid van een hond voor zijn meesteres, en hij hield van haar zooals een kind kan houden van iemand, die het goed behandelt. Toen Hassan veertien jaar was, begon Olive dat levende speelgoed te vervelen. Hem werd een plaats ingeruimd bij het overige personeel, al bleef hij ook bestemd voor de persoonlijke bediening van Olive. De jongen was grooter en steviger geworden, geen speelgoed voor een jong meisje van twee en twintig en sinds een jaar had hij zijn exotische kleedij afge legd en droeg hij geen tulband meer. Hij nam nog altijd plaats in den auto en was nu meer de palfre nier in de livrei van het huis Condon. Hij werd nog altijd Hassan genoemd, al was er in het gemoed van dezen negerjongen heel wat veranderd. De jongen, met de vroege rijpheid van zijn geslacht, was ver liefd geworden op zijn meesteres, 't Gevoel voor Olive had hij moeilijk kunnen analyseeren als liefde of genegenheid, doch hij begon zich achteraf te gevoe len als hij jongelui met Olive familiaar zag omgaan. Dat vier jaar vertoeven in haar nabijheid, toen hij werd verwend, geliefkoosd met de nukkerige speelsch- heid van 'n kind, die de eene pop meer vertroetelt dan de andere, had hem, tenslotte, den indruk gege ven, dat hij bevoorrecht was boven de anderen en dat hij meer recht op zijn meesteres had dan ande ren. Als hij naast haar In den auto was gezeten, als hij zelf chauffeerde, streek hij, onopgemerkt langs haar mantel of arm om het genot van die aanraking te hebben. Er was één man, dien hij vreeselijk haatte, toen hij vijftien jaar was geworden, die man was John Wim- bury, die veel in gezelschap van Olive vertoefde en haar dikwerf vergezelde naar clubs, schouwburgen of gardenpartys. Hij was verliefd op Olive en Olive een beetje op hem. Men fluisterde dan ook wel over 'n aanstaan de verloving van dit paar. Een onbedwingbare jaloezie greep hem aan, als hij bij den chauffeur moest blijven, terwijl John en Olive een club bezochten of 'n wandeling deden en Olive bevel had gegeven op hem te wachten. Zijn ijverzucht was nog grooter als John Olive met zijn wagen haalde en zij van de diensten van chauffeur en palfrenier geen gebruik maakte. Op zekeren dag onverwachts binnenkomend in de salon van Olive, zag hij hoe John Olive in zijn ar men nam en haar kuste. De sterke jongen sprong in een opwelling van woede, op het paar af en trachtte het te scheiden. Door de besturen van 't „Centraal Comité" van Zui- derzee-visschers en de Zcevisschersvereeniging „Sint Petrus" wordt aan het Ncderlandsche volk een „noodkreet" gericht, waarin de gedupeerde visschcrs verspreid langs de oevers der voormalige Zuiderzee, een beroep doen op het rechtvaardigheidsgevoel van ons Ncderlandsche volk in het algemeen en van de Volksvertegenwoordigers in het bijzonder, opdat in de onhoudbare toestand, waarin zij door de afslui ting der Zuiderzee zijn komen te verkeeren en waarin door de Zuidcrzeesteur.wct op uiterst schrie le wijze wordt voorzien, de zoo hoog noodige verbe tering worde aangebracht. Na herinnerd te hebben aan het woord van wijlen minister Lely, die in 1918 uitdrukkelijk verklaarde, dat op dit groote nationale werk geen smet zou mogen kleven, wordt afgevraagd, of het verbazing wekt, dat de visschers. die zich aan de stellige be lofte van Minister Lely hadden vastgeklampt, hier tegen in opstand kwamen en velen van hen liever verwerping dan aanneming der Zuiderzeesteunwet hadden gewenscht. Zij berustten slechts, toen verschillende onzer Volksvertegenwoordiger er hen op wezen, dat met de aanneming dezer Wet althans de mogelijkheid werd geopend, iets voor hen te doen. De in deze Wet bestaande leemten zouden spoe dig genoeg aan den dag treden en het zou ieder oogenblik mogelijk zijn, wetswijziging aan te vragbn. Bovendien werd in de Kamer gepleit voor eene soe pele toepassing, welke de Minister meende te kun nen toezeggen. En het resultaat van dit alles? Wij zijn thans einde 193-4 en de gedupeerde Zuider- zeevisschersbevolking kwijnt weg in armoede en ontbering. Velen van hen, die voorheen geregeld een redelijk bestaan uit de visscherij wisten te behalen, zijn reeds tot den rand van het pauperisme afgezakt en zij, die voorheen door cenig geluk in de vissche rij, gepaard aan noeste vlijt en spaarzaamheid, tot de welgestelde burgers hunner woonplaatsen kon den worden gerekend, zien hunne spaarcenten voort durend inteeren en den tijd naderen, dat zij mede in Wie zich vanaf heden op de abonneert, ontvangt alle in de maand December verschijnende nummers Hassan, wat mankeert jou, vroeg Olive hem, zeer verstoord, tenvijl John op het punt stond hem een klap te geven. Laat dat John, zeide ze. Ik wil niet, dat hij u kust, riep Hassan in groo te woede uit. Wat wil jij niet, neger, vroeg John, terwijl hij den gespierden jongen naderde. Je hebt geen recht mijn meesteres te kussen, zeide Hassan, terwijl hij brutaal voor John ging staan. Hassan, ga heen, zeide Olive. Neen, dat wil ik niet, riep de Jongen uit, ter wijl hij stampvoette. John wilde hem beetpakken, doch Hassan wist zich los te rukken en sprong op Olive af. Waarom kus je mij niet, zooals je mij vroeger geliefkoosd hebt? Ben ik nu niet goed genoeg meer om met je te spelen? Heb je een ander speelgoed voor je noodig? Ga onmiddellijk heen, en verlaat dit huis, als je niet hebben wilt dat je er uitgegooid wordt. Wie zal mij het huis uitgooien, wie, U, hij? Moedige kerel, sta je man. In boksende houding kwam hij op John toe. Deze hief zijn vuist op en sloeg den zwarte in het gelaat. De slag kwam zoo aan dat deze wankelde. Toen kroop hij in een hoek en schreide. John ging naar hem toe en legde zijn hand op den schouder van den weenenden knaap. Kom Hassan, zeide hij met een stem, waaruit medolijden naar voren kwam. Kom, ga nu heen. We zullen maar net doen alsof er niets gebeurd is. Has san liet zich gewillig uit den salon voeren. Wat zou die jongen hebben, vroeg Olive, toen ze weer met John alleen was. Hij is jaloersch op me, dat is alles en dat is mede jouw schuld, Olive. Mijn schuld? Ja kind, in het halve onschuldige gemoed van den negerknaap heb je onwillekeurig gevoelens op gewekt, die daar even tot uiting zijn gekomen. Je hebt met vuur gespeeld. Je hebt er geen rekening mede gehouden, dat levend speelgoed gevaarlijk is. Wat zullen we met hem doen, John, vroeg Olive. Zullen we hem weer naar zijn land terugsturen? Het is te beproeven, maar of hij er nu aarden zal, is de vraag. Je hebt hem vervreemd van zijn land, hem onttrokken aan een omgeving, waar hij be ter paste dan hier. Olive heeft Hassan nooit weer gezien. Onmiddellijk na de scène in haar salon met John had hij het huis verlaten. New York is groot en daar is altijd wel plaats voor een negerjongen. NICKY TAILOR. dcnzelfden toestand komen te verkeeren, waarin ccrstgcnoemden hen zijn voorgegaan. Do eenigste hoop, die zij nog koesteren is, dat de Volksvertegen woordiging ditmaal bij de a.s. behandeling van de begrooting voor het Zuidcrzeefonds unaniem zal aandringen op afdoende verbetering en de Minister daardoor het onhoudbare van den tegenwoordigen toestand in zal zien en de woorden van Minister Le ly tot de zijne zal maken. Door de besturen van Centraal Comité en Sint Pc- trusbond werd in den loop van dit najaar reeds een Commissie samengesteld, die op het aanbrengen van enkele bescheiden verbeteringen bij den Minis ter heeft aangedrongen. Hoe bescheiden ook gesteld werden deze door den Minister vrijwel over de ge- hcele linie afgeslagen. Bij verschillende Kamerleden vonden zij echter een meer willig oor en werd de redelijkheid der gestelde oischen gevoeld. Deze enkelen dienen echter velen te worden en het is om deze reden, dat de visschers verecnigd in het „Centraal Comité' en de „Sint Pctrusbond", welke organisaties alle visscherijvereenigingcn rond de Zuiderzee (op twee na) omvatten, hierbij een beroep doen op het gehcele Nederlandsche volk, om mede den noodigen aandrang uit te oefenen op on ze Volksvertegenwoordiging, opdat eindelijk aan enkele der meest gerechtvaardigde verlangens der dedupeerde Zuiderzeevisschers worde voldaan en de voor velen dreigenden ondergang worde voorkomen. Verbetering der Zuiderzeesteunwet dient daarbij als eerste etappe, wetswijziging waarbij een billijke schaderegeling wordt toegekend, dient als einddoel te worden beschouwd. Steunt dus onze pogingen en vooral... doe het spoedig! De nood stijgt steeds hooger! Laat de nijvere visschcrsbevolking der voormalige Zuiderzee niet in ellende ten ondergaan! Aldus ein digt deze „noodkreet." Voor de komende feestdagen. t Wanneer we straks weer het Kerstfeest en Nieuw jaarsfeest gaan vieren, zullen we, met of zonder gas ten, aan ons middagmaal een fesstelijk tintje willen geven, waarbij het Kerstgebraad een belangrijke rol speelt. Juist door dc lage prijzen van hoenders behoeft de eigenaar ervan er niet zoo tegen op te zien een dier te slachten, het zal zelfs wijs zijn, wanneer hij wat meer gebruik van kippenvleosch maakt inplaats van zooveel duurder rund- of varkensvleesch te koo- pen. Vele anderen, die hun soep- of braadkip moe ten koopen, zal de lage prijs slechts welkom zijn. Door onbekendheid met de juiste wijze van klaar maken komt kippenvieesch op do boerderij dikwijls zóó weinig tot zijn recht, dat het heelemaal geen tractatio is en zeker niet kan dienen als feestge recht. Men volstaat meestal met er een vrij dikke soep van te koken, waarbij men dan tegelijker,tijd het gekookte vleesch eet. Wanneer men er een klein beetje werk voor over heeft, kan men met twee kippen voor beide feest bi- gen een heel smakelijke en feestelijke maaltijd be reiden. Den eersten dag koken we van de ééne kip (de oudste, die minder malsch is) een soep en wordt de ander gevuld en gebraden; den tweeden dag ko ken we een soep zonder vleesch. b:v. Maggi's Ju- liennesoep en wordt de soepkip van den vorigen dag met gebruikmaking van wat kruiden, Maggi's Aroma, een gebakken uitje, wat peterselie tot croquetten en ragout verwerkt, die zich heel wat smakelijker la ten eten dan het eenvoudig uitgekookte vleesch. Duurder is het niet, men moet er alleen wat moeite aan besteden. Bij de gebraden kip op eersten Kerstdag wordt ap pelmoes en aardappelen gegeven; den tweeden dag eten we na de soep de croquetjes, daarna de ragout met rijst of aardappelen. Wie het menu nog wil uitbreiden, kan een pudding geven of iets dergelijks. KIPPENSOEP. 1 kip. 2K L. water. 3 theelepels Maggi's Aro ma, 40 gr. rijst. 20 gr. bloem, 10 gr. zout, 1 selderijknol- of groen, een paar wortels, bloemkool, peterselie, 50 gr. boter, naar ver kiezing een ei met een beetje melk. Wasch de kip, nadat ze uitgehaald is. Zet ze op met water, het zout en do gewasschcn en in stuk jes gesneden groenten. Kook ze zachtjes IV» uur. Neem de kip en de groenten uit den bouillon, voeg de gewasschen rijst toe en laat deze nog een n uur zachtjes koken. Smelt de boter in een pannetje, voeg de bloem toe, roer do kluitjes eruit, doe er dan on der roeren den bouillon bij en laat ze nog even doorkoken. Maak de soep af met de Maggi's Aroma en het met een beetje melk geklopte ei. Men kan ook wat stukjes vleesch van de kip in de soep doen. KIPPENCROQUETTEN. 250 gr. kippenvieesch, 40 gr. boter, 20 gr. bloem, IK d.1. kokend water, 2 theelepels Maggi's Aroma, 3 blaadjes witte gelatine, peper, zout, noot, wat fijngehakte peterselie, en stukje ui, 1 2 eieren, paneermeel, sla olie of reuzel om in te bakken. Hak het gaargekookte vleesch fijn. Bak het fijnge hakte uitje lichtbruin in de boter, voeg de bloem toe en daarna onder roeren het kokende water. Doe or de in koud water geweekte en tusschen de handen uitgeknepen gelatine bij, het vleesch, de kruiden, het zout, de Maggi's Aroma en het laatst de fijn gehakte peterselie. Neem de pan van het vuur en roer er de eierdooier door. Laat deze massa op een bord of schaal goed koud worden. Vorm daarna met de hand langwerpige rolletjes, pl.m. 6 c.M. groot, haal ze door even geklopt eiwit en vervolgens door fijn pa neermeel. Maak de slaolie of reuzel in een diep pan netje of in een koekepan goed heet en bak hierin de croquetten aan alle kanten donkerbruin. Leg ze op een schaal en versier de schaal met een paar takjes peterselie. KIPPENRAGOUT IN EEN RIJSTRAND. Gekookte kip. 3/4 1. kokend water, 3 Maggi's Bouillonblokjes, GO gr. boter, 50 gr. bloem, peterselie. 1 ei. Snijd de kip in stukken. Los de Maggi's Bouillon blokjes op in het kokende water. Smelt de boter in een diep pannetje, voeg de bloem too en roer dezo samen zonder kluitjes, zorg dat de boter niet bruin wordt. Doe hierbij, onder roeren de bouillon. Doe in dit sausje de stukken kip en laat ze zachtjes H uur stoven. Maak de ragout af met een geklopt ei (doe «rerst een beetje saus bij het ei. anders schift hei) en wat fijngehakte peterselie. Kook rijst in water met een beetje zout goed gaar en droog. Doe ze in een met koud water omgespoelden rand. Druk ze er stevig In. Stort ze dan op een warm gemaakte schaal. Vul «1e opening met de ragout. Versier de rijstrand met een paar takjes peterselie. het negertje bedienen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1934 | | pagina 7