Arrondissements-Reehtbank
Phillips Oppenheim
door
te Alkmaar.
Eenvoudige Maaitijden.
Strafzitting van Maandag 11 Febr. 1935.
Helder.
HET WAS HEM WAT AL TE PEPEBIG.
De 35-jarige visscher Frederik B. te Helder was
op 21 Januari jl. veroordeeld tot 2 maanden gev.,
wegens belemmering van een ambtshandeling, ge
pleegd op 6 September, in het Ankerpark aldaar.
Opposant had zich met geweld verzet tegen de in
beslagname van zijn rijwiel door den belastingambte
naar G. Visser, die wilde controleeren of Frederik
in 't bezit was van een rijwielmerk, wat wel het ge
val bleek te zijn. Hij verklaarde thans, dat de straf
hem zeer hoog voorkwam. De ambtenaar had geen
ambtseedig proces-verbaal, doch een relaas opge
maakt, dat feitelijk waardeloos voor de berechting
was, indien verdachte had ontkend. Bevestiging
werd gevorderd, opposant is reeds vele malen ver
oordeeld. Vonnis werd bekrachtigd.
Anna Paulowna.
LANDARBEIDER MET GRIJPVINGERS.
De 30-jarige landarbeider Jan R. te Anna Paulow
na had in de jaren '32, '33, '34, zoo respectievelijk
verschillende voorwerpen achterover gedrukt. Tot
de aanwezige verzameling behoorde o.m. 'n bus
smeerolie, 'n jachtgeweer, 'n motorjekker, 'n luiwa
gen, 'n mes, enzoovoorts, een en ander door Jan ge
stolen uit de dorschschuur van den heer Pluister,
De motorjas behoorde aan den machinedrijver Hol
lander en de andere rommel aan de landbouwcoöpe
ratie.
Verdachte erkende de feiten. Hij is nog in dienst
bij den heer Pluister, die overigens wel tevreden
over hem was en hem nog 'n kans wil geven, ook
omdat hij 'n gezin heeft met 3 kinderen Het ge
heels optreden van den man geleek trouwens op 'n
soort kleptomanie. Verdachte was te Leeuwarden
al eens veroordeeld tot 5 gulden boete bij wijze van
waarschuwing. De officier vroeg aanhouding en een
roclasseeringsrapport, waarbij verdediger mr. Smal
zich aansloot. Aanhouding tot 1 April door den Pol.
Hechter gelast.
Urk.
BALDADIGE VERNIELZUCHT.
De Urker timmerman Willem Schr stond terecht
ter zake vernieling, omdat hij op 28 October j.1. te
Urk 'n ijzeren ketting aan 'n handkar bevestigd,
opzettelijk had stuk getrokken. Deze amateur cir-
cus-athleet ontkende echter die krachtproef, doch
de eigenares van bedoelde ketting, de weduwe Lub
bert van der Veen, verklaarde in pittig Urksch, dat
zij de handkar aan een ketting had vastgezet, doch
in den nacht van 23 October klopte Willem de we
duwe op met het verzoek de kar te mogen leenen;
toen hem dit geweigerd werd, hoorde zij, dat de
ketting werd stuk getrokken en men zich met de
handkar verwijderde. Waar echter de zoon Corne-
lis, los werkman (Urk wemelt momenteel van „losse"
werklieden), haar verklaringen bevestigde, hielpen
zijn praatjes Willem op zich zelf genomen, niet.
veel, doch waar bleek, dat niet de ketting, doch het
slot was vernield, werd Willem toch nog vrijge
sproken.
Urk.
WILLEM HAD ECHTER NOG NIET AFGEDAAN.
De in de vorige zaak vrijgesproken Willem S.,
moest nu met zijn niet verschenen compagnon Jelle
L. terecht staan ter zake diefstal van schelpgrint,
eigendom van den staat der Nederlanden, zulks
met behulp van de in de vorige zaak besproken hand
wagen. Willem beweerde permissie te hebben ge
had, doch ditmaal werd hij er in „geluisd" en even
als Jelle veroordeeld tot f25 boete of 15 dagen.
Urk.
EEN URKER DAME MET TE GROOTEN MOND.
Mejuffr. Trijntje V., de 43-jarige ega van'den heer
G. Weerstand, te Urk. zou op 19 Sept. haar mede-
Urkerin Dirkje Post. huisvrouw Frans Schraal, niet
met haar instemming in het openbaar een smeer
lap en afzetter, taalkundig meer juist: smeerlapster
en afzetster, hebben genoemd, voor welke beleedi-
gingen zij thans haar opwachting maakte. De belee-
digde was vermoedelijk de moeder van Willem uit
de vorige zaken.
Volgens moeder Dirkje zou Trijn ook nog hebben
gezegd, verwaarloozer van je gezin en meineedige.
Eisch f10 boete of 5 dagen hechtenis. Vonnis con
form.
Urk.
LANGE VINGERS OP URK.
De niet verschenen ballonbroeker Dubbele W. had
op 26 November de vrijheid genomen zich weder
rechtelijk toe te eigenen 'n tiental stukken lood en
touw, die gebruikt worden bij de visscherij en eigen
dom waren van den visscher H. de Vries. De dief
werd veroordeeld tot f25 boete of 15 dagen, zulks bij
verstek.
Urk.
EEN DIE MOEST BLIJVEN STAAN EN TOCH
DOORLIEP.
De warmoezenier Jan K. te Urk, die bij een plaat
selijk relletje, het schoonschrobben van een verwaar
loosden eilandbewoner, niet voldeed aan het bevel
van den rijksveldwachter TieSfeen om niet door te
blijven loopen en door den veldwachter werd aange
houden, verzette zich alstoen met veel geweld, 'n daad
van gezagsvenvaarloozing, die hem heden te staan
kwam op f30 boete of 15 dagen.
't Viel 'm waarachtig nogal mee!
Alkmaar.
'N OUDBAKKEN KOSTJE OPNIEUW GESERVEERD
De 22-jarige Corn. St., voormalig bediende in de
zuivel zaak van den heer Kapteijn te Alkmaar, die
zich had schuldig gemaakt aan verduistering, voor
dit feit onlangs terecht stond en welke zaak was aan
gehouden ten einde een reclasseeringsrapport af te
wachten, verscheen alsnu opnieuw ten tooneele. De
rapporteur Oolders onthield zich van ecnig advies en
liet de appreciatie aan den pol. Rechter over. Het
vertrouwen in den delinquent was blijkbaar niet over
vloedig. De Officier vermeende bij dezen stand van
zaken f 35 boete of 20 dagen te moeten requireeren.
Mr. Prins, verdediger en raadsman, vermeende dat
wèl voorw. veroordeeling was geadviseerd in geval de
Rechter het jongmensch schuldig mocht achten en
concludeerde dan ook in dien geest, door een voorw.
geldboete voor te stellen. Vonnis f25 boete of 15 da
gen.
Wervershoof.
NIEMAND PRESENT.
De heer Adr. R. te Wervershoof, die terecht moest
staan wegens diefstal van eenige kleedjes, en de vo
rige maal niet was verschenen, was nu evenmin aan
wezig. Ook de heer Wiggers was niet present. Alzoo
opnieuw uitstel tot 8 April.
Alkmaar.
'N „ZUINIGE" VERTEGENWOORDIGER.
Een 53-jarige heer, genaamd Frangois Karei Man-
nus D., wonende te Alkmaar, aangesteld als hoofd
vertegenwoordiger van een veeverzekeringsmaat
schappij, compareerde als verdachte op grond van
het feit, dat hij in Nov. 1934, 'n bedrag van f 67.50 be
treffende de koopsom van een hit niet aan den heer
J. Beumer, koopman te De Rijp, die recht had op dit
geld, had uitgekeerd. Verdachte had bedoelde hit
verkocht aan den heer J. Kieft te Limmen voor f 70.—.
De eigenaar Beumer, die na aftrek van de provisie
f67.50 moest vangen, is nog steeds niet in het bezit
van het hem toekomende geld.
Het bleek, dat de heer B. voorts beschikte over een
zeer leelijk uitziend strafregister, o.m. diefstal, we-
derspannigheid, landlooperij, en zoo voorts.
De Officier hield een niet bepaald vriendelijk re
quisitoir en vorderde 3 maanden gev. Uitspraak 2
maanden.
Helder.
BRUTAAL GEZEGD.
De niet verschenen Heldersche heer Emanuel Leon
B., had op 6 November den expediteur P. C. Kaan
gesmaad of beleedigd, door hem in 't openbaar cor
ruptie te verwijten. De geïncrimineerde woorden wa
ren opgevangen door de heeren Kater en Nolet, zoa
dat het bewijs voldoende werd geacht en de verdach
te Manus B. werd veroordeeld tot f 15 boete of 10
dagen.
S c h o o r 1.
NIET GESTOLEN, MAAR GEVONDEN.
De 26-jarige tuinder Jac. O. te Schoorl, niet voor
het eerst compareerende, werd verdacht in den loop
van 1934 te hebben ontvreemd 'n halcbijltje en 'n
grenspaal, subsidiair dat hij die voorwerpen zou heb
ben gevonden, zonder van die vondst aangifte te heb
ben gedaan. De verdachte ontkende diefstal, doch
gaf de „vondsten" toe. 't Was een vreemde geschie
denis, vond op zijn beurt de politierechter. De hak
bijl was 't eigendom van Jonkheer Barnaert. grond
en boscheigenaar aldaar.
Op grond dat de rijkswaterstaat opzichter Greup
niet was verschenen, werd de zaak geschorst tot 11
Maart. Van de niet-verschijning van Greup werd acte
verleend.'
Alkmaar.
DE ONBETROUWBARE TANDTECHNIKER.
Een 41-jarige tandtechniker, de heer Anth. F. B.
v. d. B., te Alkmaar, door de depressie gedupeerd, had
tenslotte toevlucht moeten zoeken bij Maatsch. Hulp
betoon en alstoen zijn inkomsten opgegeven ten be
drage van f 13.20, doch hierbij opzettelijk verzwegen,
dat zijn echtgenoote in eenige werkhuizen f 1 per hal
ven dag had verdiend. Zulks met het droevige gevolg,
dat hij thans ter zake valschheid in geschrifte te
recht stond. Verdachte gaf het feit toe. Armoede was
het motief voor de valsche opgaaf. Hulp had hij niet
kunnen vinden, zeide de stakker schreiend. Eisch 1
maand gev. Uitspraak: uitbrengen van een rapport
gelast. Voortzetting op 1 April.
Hoorn.
'N WOESTELING.
De niet aanwezige mijnheer Corn. H. te Hoorn,
schijnt 'n ruw mensch te zijn, afgaande op het feit,
dat hij op 7 November met grof geweld de winkel
deur in het door den winkelier G. v. Kalker aan den
Italiaanschen zeedijk bewoonde groentezaakje, had
vernield. Cornelis was nog geld schuldig, 'n bedrag
van f4.50 en kwam bij v. Kalker, niet om te beta
len, maar om op te spelen en de deur in te trappen.
Deze zonderlinge schuldenaar werd nu op zijn beurt
eens te grazen genomen en veroordeeld tot f 15 boete
of 10 dagen.
Wieringermeer.
DE VEECENTRALE CONTROLEUR OP HET
ZONDAARSBANKJE.
De controleur Joh. L. C., uit Zijpe, die onlangs met
den bejaarden veehouder J. Kistemaker te Wierin-
gerwaard, het door ons in het kantongerechtsverslag
uitvoerig gereleveerde relletje had betreffende eenige
niet geindificeerde vaarzen, stond nu terecht terzake
beleediging van gezegden heer Kistemaker, door hem
een lcelijken hufter te noemen. De klacht was ech
ter te laat ingediend en dus niet ontvankelijk, doch'
de officier sprak toch zijn ontevredenheid uit over het
optreden van dezen controleur. Het verzoek van ver
dachte om de zaak te mogen toelichten, werd afgewe
zen.
Eenvoud in de maaltijden is hoe langer hoe meer
een eisch geworden in onze maatschappij en een
eisch, die zeer zeker aan de gezondheid ten goede
komt
Dat is een belangrijk feit; en menige huisvrouw,
die op eenvoud is aangewezen hetzij dat haar
uitgaven beperkt moeten worden, hetzij dat gebrek
aan tijd haar bepaalde grenzen stelt menige
huisvrouw zal haar geweten gerustgesteld voelen,
wanneer ze ook b.v. van dokterzijde te hooren krijgt,
hoe degelijk, eenvoudig voedsel het beste is, wat ze
haar gezin kan voorzetten.
't Is niet altijd gemakkelijk, om naast den een
voud ook de degelijkheid te bereiken; die hangt
samen met de juiste keus van de voedingsmidde
len, die in het eenvoudigste voedsel verwerkt wor
den en het kost altijd wel eenig nadenken, vóórdat
men die juiste keus heeft getroffen.
Mogen we U eens een paar zeer bekende voor
beelden noemen van eenvoudig degelijk voedsel?
Ten eerste beschikken wij over den stamppot, een
„Nederlandsch fabrikaat", dat buiten onze grenzen
weinig bekend is.
Ten tweede kunnen we onze keus bepalen op een
stevige peulvruchtensoep, zóó stevig, dat er aan den
maaltijd verder niets behoeft te worden toegevoegd
en de ééne pan dus in alles voorziet.
En ten derde zouden we willen noemen ook al
weer een typisch Hollandsche mogelijkheid het
middagmaal, waarin bruine boonen of capucijners
den hoofdschotel vormen en waarbij de aanvulling
bestaat uit gebakken spek.
Voor de wintermaanden kunnen we gerust den
maatregel nemen, om wekelijks deze drie types van
maaltijden een beurt te geven. Eentonig behoeft onze
voeding daarom volstrekt nog niet te worden, im
mers we kunnen desnoods elke week een anderen
stamppot, een andere peulvruchtensoep of een an
dere boonenmaaltijd op tafel brengen.
Hieronder volgt van iedere soort een voorbeeld. 7
Goedkoope stevige erwtensoep.
voor 4 personen, als volledig middagmaal voldoende
750 G. (IV2 pond) groene erwten of splitr
erwten, 5 L. water, 250 G. (IV2 pond) spek,
bosje selderij, 4 preien of uien, 500 G. (1
pond) aardappelen, 5 theelepels Maggi's Aro
ma, ongeveer 3 afgestreken eetlepels zout.
Laat de gewasschen erwten een nacht weeken in
de aangegeven hoeveelheid water: breng ze daarmee
den volgenden dag aan de kook en laat ze gaar
worden (ongeveer IV2 uur) Voeg er het zout. het
in dobbelsteentjes gesneden spek, de gesnipperde
groenten en de in blokjes verdeelde aardappelen bij;
laat alles zachtjes verder doorkoken (nog ongeveer
1 uur) en roer herhaaldelijk in de pan, zoodat de
erwten goed fijngewreven worden en de soep flink
gebonden wordt. Maak ten slotte de soep af met de
Maggi's Aroma en presenteer er sneden geroosterd
brood bij.
Stamppot van savoye kool
(voledig maal voor 4 personen).
1 a 1 y2 K.G. savoye kool, 3 K.G. aardappalen,
300 G. (3 ons) mager rookspek, 50 G. (V2
ons) reuzel, 4 theelepels Maggi's Aroma, on
geveer 2 afgestreken eetlepels zout.
Breng de fijn gesnipperde Savoye kool aan de
kook, met niet meer dan b.v. y2 L. water. Voeg er
het zout en het in dobbelsteentjes gesneden spek
bij en leg er na 20 minuten de geschilde aardappe
len op. Laat op een zacht vuur in de goed gesloten
pan alles samen verder gaar worden (nog ongeveer
y2 uur); stamp het door elkaar met de reuzel en
maakt het gerecht af met de Maggi's Aroma.
(Toevoeging van een paar kopjes gekookte witte
boonen een restje van een vorigen maaltijd b.v.
zal den stamppot eerder goed dan kwaad doen!)
Capucijners met spek en uien
(volledig middagmaal voor 4 personen)
1 K.G. capucijners, 300 G. (3 ons) vet rook
spek, 4 groote uien, ongeveer 2 afgestreken
eetlepels zout, 4 theelepels Maggi's Aroma.
Laat de gewasschen capucijners een nacht wee
ken in ruim water, brengt ze met hetzelfde water
aan de kook en laat ze op een zacht vuur gaar wor
den (ongeveer V/2 uur) onder toevoeging van het
zout.
Snijd intusschen het spek in dobbelsteentjes en
bak die in een diep ijzeren potje op een zacht vuur
uit. Voeg er de gesnipperde uien bij en laat die
gaar en lichtbruin worden.
Giet van de gare boonen het overtollige water af
(kan volgenden dag in de een of andere soep ge
bruikt worden), roer er het spek met de uien door
en maak het gerecht af met de Maggy's Aroma.
É(0FFjüWEEltH
24.
„Waren even oprecht als jouw voorgewende aarze
ling", zei hij. „Jouw sexe is heel slim. Je kunt een
man langen tijd voor den gek houden zooals je met
den generaal hebt gedaan, maar je kunt niet eiken
man aldoor beet nemen. Bovendien", voegde hij er
met zijn terugstootenden glimlach bij, „is Patinsky
„damesman" in deze geschiedenis. Ik ben alleen
maar kapitein bij het vliegcorps en gehoorzaam
mijn bevelen."
Hij ging aan de tafel zitten waarop de bediende
juist, een blad had neer gezet. „Patinsky je kof
fie!"
Patinsky kwam naar hem toe en dronk gretig. On
danks zijn dikke kleeding waren zijn handen nog
blauw van de kou.
„Je hebt ons verteld waar we zijn", zei Anna. „Ilc
zou nu ook graag willen weten waar we heen gaan".
„Dat is nog een geheim", zei Esterhaczy, „u zult het
wel hooren als het tijd is."
„U weet zeker, dat het den dood beteekent als u me
ergens in Rusland neer zet?"
„Dat scheen den generaal niet te kunnen schelen",
zei Esterhaczy een broodje doorbrekend. „Hij was heel
boos".
Anna Kastellane keek uit het raampje. Ze vlogen
over een groote open vlakte vol korenvelden, een
paar schuren en een paar verlaten dorpjes. Hier en
daar lagen kerken in puin. Haar oogen werden som
ber. Een paar pas van haar vandaan zat Patinsky
lawaaiig zijn koffie te slurpen. Haven bleef onna
tuurlijk stil. Esterhaczy nam weer het woord.
„Je hebt geen belangstelling getoond in onze bedoe
lingen met je metgezel, Anna Kastellane."
Ze wendde zich van het raampje af en Haven keek
op.
„Ik ben een vrouw", zei ze, „en ik stel meer belang
in mezelf. Maar zeg me wat u van plan is met hem te
doen".
„Dat zal mijn vriend hier beslissen", antwoordde
Esterhaczy op zijn buurman wijzend. „Er schijnt nog
een kleine kwestie tusschen die twee te moeten wor
den afgehandeld. Mr. Haven is in het bezit van din
gen die aan den kolonel toebehooren."
„Dat is een leugen", zei Haven.
Patinsky veegde zijn snor zorgvuldig met een grof
servet af. Noch het servies noch het linnengoed van
het vliegtuig was van.de beste kwaliteit.
„Ik hoop dezen onhebbelijken jongen man hier een
lesje in manieren te geven", dreigde hij, „doch voor
dien tijd zal ik eischen, dat hij mij den inhoud van
die tasch daar overhandigt".
Haven lachte en die lach klonk bijna natuurlijk.
„Dat heeft u al eens een paar keer eerder gepro
beerd", zei hij.
„Maar ditmaal zijn de omstandigheden anders", zei
Patinsky. „Je kunt niet aan je vijand ontkomen in
een vliegmachine duizenden voeten hoog. Je bent
hier en wij zullen met je doen wat wij verkiezen en
wanneer we dat willen. En die tijd is niet ver meer
af. Voor het oogenblik moeten we er op bedacht zijn
uw veiligheid te verzekeren. Hoe staat het met af
lossen, Esterhaczy?" ging hij voort. „Ik heb van
nacht zelf gestuurd, drie uur lang. De wind was on
gelijk en er waren veel zakken. Léon wordt moe. Zijn
hand is niet zoo vast meer als vroeger."
Esterhaczy stond op.
„Ik zou dien weerbarstigen j'ongen man niet ver
trouwen," raadde hij. „Zelfs met die belachelijke
tasch aan zijn linker pols en zonder revolver, heeft
hij onaangename gewoonten".
Patinsky kwam overeind.
„Ik zou niet bang voor hem zijn, zelfs als ik on
gewapend was", pochte hij, „maar mijn motto is
voorzichtigheid. Kijk, ik verwissel met jou van plaats,
ik ben nu misschien twaalf voet van hem af. Ik zou
evenveel kogels in hem kunnen jagen voor hij op kon
staan. Er zijn tijden geweest dat ik dat met genoegen
zou hebben gedaan."
Esterhaczy liep vermoeid langs Haven heen en liet
goed zijn revolver zien. Even later hoorden ze hem
de sporten van de ijzeren ladder opklimmen. Patinsky
stak eeijasigaret op en leunde achterover in zijn stoel
Hij zag er uit alsof hij volkomen op zijn gemak was,
doch zijn vingers waren voortdurend een paar centi
meters van den trekker van zijn eigen revolver af en
zijn onrustige oogen dwaalden nooit al tever af van
de beide menschen aan den anderen kant van den
doorloop. Ze observeerden Haven nauwlettend, doch
de uitdrukking van hun gezichten als ze zich naar
Anna Kastellane wendde deed den jongen Amerikaan
meer dan eens ineenkrimpen in zijn stoel. Hij begon
langzamerhand in te zien hoe ontzettend gevaarlijk
de situatie was.
„Ik veronderstel, dat de bedoeling is, dat we niet
alleen gelaten zullen worden voor we op onze be
stemming zijn aangekomen, welke die dan ook zijn
mag", fluisterde hij haar in
„Het zou beleefder zijn als u hardop sprak", riep
Patinsky.
Haven wuifde hem een ironischen groet toe.
„We zijn nog niet uw gevangenen", kolonel", zei hij
„Ben je werkelijk in gevaar als ze je in Rusland af
zetten?" ging hij weer zachtjes voort.
„Als ze me neerzetten op een plek waar ze in con
tact kunnen komen met Moskou of Petrograd be
teekent het een zekeren dood".
„Door mijn schuld?" vroeg hij bezorgd.
„Neen".
„Ik veronderstel", zei hij, „dat hun positib. met be
trekking tot mij eenigszins moeilijk is. Patinsky's
plannen zijn doorzichtig genoeg. Hij heeft zijn best
gedaan om dat, wat ik bij me heb, in de jachthut van
de Ostrekoffs te pakken te krijgen. We hebben hem
daar in een geheime kamer opgesloten achter gelaten.
Als de generaal hem heeft toegestaan met Esterhaczy
mee te doen, lijdt het geen twijfel of die is op het
zelfde uit. Ik doe iets dat niet mag, dat is zoo, maar
het is een vergrijp tegen mijn eigen regeering te
gen niemand anders."
„Ik ga u een vraag stellen, die ik u nog niet eerder
gesteld heb", zei ze, „en die ik onder gewone omstan-
digheden niet in mijn hoofd zou halen om te doen.
Waar bewaart u den sleutel van dien ketting en het
slot?"
Haven keek naar Patinsky. Die zat nijdig te geeu
wen, doch er was geen spoor van intelligentie of be
langstelling op zijn gezicht te bekennen.
„Dien heb ik in mijn haar verstopt", fluisterde
Haven. „Daarom ga ik nooit naar den kapper".
Ze trok zich iets terug.
„Ik deed een ernstige vraag", zei ze koel.
„Pardon", zei hij. „ik was er zeker van dat Pa
tinsky ons niet kan hooren waar hij zit., maar het is
zoo'n gemeene, sluwe schurk, dat ik toch dacht dat
hij ons misschien voor den gek hield. Ik ben nu over
tuigd,. Er bestaat geen sleutel".
„Geenjslcutel?" herhaalde ze verwonderd.
„Neen verzekerde hij. „Er is een geheime veer,
die gepatenteerd is door een gewezen misdadiger uit
op'on krijgen! Je® moftTrt SrveSllendT^
hem ^perMe krijgen."'"8 5
„Dat klinkt geniaal."
„Als ik een sleutel had, zou ik op zijn laatst niet
^aSf ik dicn verstoppen moest. Van-
hebben 7p0<m mijn kloeren doorzocht en
sleïïefv^ ÏTU? rr?V!p we«^nomen. Als ze een
nntimrlHb n L haddcn Bevonden, zouden ze dio
natuurlijk hebben open gemaakt."
Hij boog zich naar den kant van Patinsky toe. Deze
was opeens op zijn hoede.
„Kolonel", zei hij. „weet u soms wat u of uw vriend
met mijn pas hebben gedaan toen u vannacht mijn
kleeren doorzocht? Ik kan me begrijpen dat u mijn
revolver hebt ingepikt, maar ik mis mijn paspoort.
Zelfs als je, zooals nu, door de lucht vliegt boven
een vreemd land, geeft het je toch een gevoel van
veiligheid als je je pas hebt."
Patinsky glimlachte.
„U heeft ongetwijfeld veel gereisd, mr. Haven", zei
hij. „Is het nooit bij u opgekomen dat, als u een
reis maakt, laten we zeggen met den Riviéra-trein,
de beambten u uw pas afnemen bij het begin van
de reis en u die aan het eind teruggeven? Zoo gaat
het hier ook. U krijgt uw pas terug als u aan het
einddoel van onze reis is aangekomen. Ik hoop dat
u er dan veel nut van zult hebben."
„Dat klinkt heel sinister", zei Haven. „Het geeft
zeker niets of ik zeg dat ik me veiliger zou voelen
als de pas in mijn zak zat? We zouden kunnen
neerstorten ziet u en en van elkaar afra
ken."
(Wordt vervolgd.)',