Arrondissements-Rechtbank
Phillips Oppenheim
EEN MILLIONAIR
door
ALS ZÜ1DZEE-EILANDBEW0NER.
Vijf jaar van de wereld geïsoleerd.
te Alkmaar.
AM
In de haven van Singapore liep dezer da
gen het Japansche stoomschip „Tkaihi
Mam" binnen, dat berichten overbracht
van het sinds 5 jaar verdwenen jacht.
„Sweetheart", aan boord waarvan de
Amerikaansche millionair Hall Ranch
een pleizier-tocht naar de Zuidzee-eilan-
den ondernomen had.
De meeste menschen kunnen zich een modernen
'Amerikaanschen geldmagnaat niet anders voorstellen
dan achter een reusachtig schrijfbureau gezeten, met
een grooten sigaar in den mond en een telefoonhoorn
aan het oor, hetgeen bewijst, dat zij nooit een blik
geworpen hebben in het privé-kantoor van Mr. Hall
Ranch. De voornaamste aandeelhouder van Ameri-
ka's grootste fabriek van landbouwwerktuigen had
weliswaar ook een schrijfbureau en dat was nog een
■flink stuk grooter dan die van zijn even financieel
krachtige collega's. Doch op dit schrijfbureau werden
geen contracten geteekend. Op dit bureau werd ge
knikkerd! Zijn werktafel was een soort Russisch bil
jard. De gewichtigste besluiten werden genomen naar
gelang de heer directeur-generaal zijn negen balletjes
in de daarvoor bestemde negen gaten kreeg of niet.
Uit de ervaringen van de laatste jaren valt niet af te
leiden, dat deze bedrijfsmethode zooveel slechter was
dan de anderen. De zaken van de firma Hall Ranch
verkeerden in grooten bloei.
In October 1929 begonnen de balletjes fouten te ma
ken. Tengevolge van de groote beurskrach in Wall-
street werd Hall Ranch's portemonnaie voor de helft
lichter. „Nu moet het uit zijn", sprak de millionair
tot zichzelf, toen hij constateerde dat al het „werk"
van de laatste jaren nutteloos geweest was. Hij bezat
niet veel meer, dan dat hij indertijd van zijn ouders
geërfd had. Hij besloot daarom voor de rest van zijn
levensdagen een beetje van het leven te gaan genie
ten.
Naar aanleiding daarvan vertrok hij met een jacht
om een reis om de wereld te maken.
Den 4en November 1929 verliet do „Sweetheart",
met een bemanning van 85 koppen en de familie Hall,
de kust van Californië. Het schip deed nog een Ja
pansche haven aan, waar een groote hoeveelheid le
vensmiddelen ingeslagen werd. Daarna hoorde men
nooit meer iets van het jacht.
Gelijk bekend, heeft de Japansche industrie niet
alleen de Europeesche markten met haar artikelen
overstroomd, doch heeft zich eveneens meester ge
maakt van het voornaamste afzetgebied bij onze
antipoden. Zoo kon het dan ook plaatsvinden, dat
het Japansche stoomschip „Tkaishi Maru" de kleine
koraaleilanden van de Zuidzee-archipel aandeed om
daar nieuwe klanten en copravoorraad op te doen.
Zelden ziet men in deze regionen een blanke. Men
kan zich daarom de verbazing der Japanners voor
stellen, toen zij zich op een klein onbekend eiland
plotseling tegenover blanken bevonden, die hen met
oen vriendelijk „How do you do?" begroetten.
Eigenlijk was de benaming „blank" op deze men
schen niet meer van toepassing, daar zij door de zon
zwart gebrand waren. Slechts door hun blonden
haardos en l^puwe oogen was onweerlegbaar vast
te stellen, dat men niet met Polynesiërs te doen had.
Het was de bemanning van de „Sweetheart", die niet
ver van het eiland schipbreuk geleden had en die nu
reeds eenige jaren als in het paradijs leefden. Zij
leefden in de beste verstandhouding met de inboor
lingen als gevolg van het feit, dat Mr. Hall het stam
hoofd een van boord geredde koffer-gramophoon met
2-1 platen cadeau gemaakt had. De waardige grijs
aard speelde den Japanners zijn geheele program
ma voor. Zijn lievelingslied was „Yes we have no
bananas". Toen de „Sweetheart" indertijd Amerika
verliet, werd dit lied in alle deelen der wereld ge
floten. Thans heeft het veel kans tot nationale hymne
der Salomo-eilanden verheven te worden.
Mr. Hall Ranch verkeert in blakenden welstand en
speelt op het oogenblik billard met kokosnoten.
Slechts drie leden der bemanning gaven den wensch
te kennen het eiland te willen verlaten en scheepten
zich in aan boord van de „Tkaishi Maru". De overigen
gaven de voorkeur er aan op het eiland te blijven.
Als bijzonderheid diene vermeld, dat Hall Ranch's
dochter gehuwd is met een der stokers van de
„Sweetheart". Voorts bevond zich in Hall Ranch's
hut een mat, die gemaakt was van reischeques en
banknoten. Deze mat werd den kapitein van het Ja
pansche schip cadeau gemaakt op voorwaarde, dat
deze bij zijn volgende reis eenige werktuigen en een
radiotoestel zou meebrengen. Het stamhoofd heeft om
een dozijn nieuwe gramofoonplaten en een doosje
naaldjes verzocht.
STRAFZITTING VAN MAANDAG 25 FEBR.
VOOR DEN POLITIERECHTER.
Anna Paulowna.
DE BIERTJES WAREN HEM NOODLOTTIG.
Een zekere mijnheer Gerhard K.. thans te Aarts
woud, had op 23 October te Anna Paulowna, uit
verontwaardiging over het feit, dat hij door eenige
opgeschoten jongelieden voor den gek werd gehou
den, een hunner met een meisje in het dijbeen ge
stoken en tegelijkertijd een band van diens flets
doorgeprikt, voor welke onbehoorlijkheden de Po
litierechter zoo vrij was, hem bij verstek tot 1 maand
gratis logies in de ..Parapluie" te veroordeelen.
Het scheen echter dat Gerrit deze overmatige gast
vrijheid niet. op de rechte waarde schatte, althans
hij kwam tegen ^it vonn's in verzet een onbenullige
opperman van 45 jaar, die thans te Aartswoud do-
micilieert .Hij is een al te ijverige vereerder van
Cambrinus, de god van het schuimende hier en ver-
keerende onder den funesten invloed van die lavenis,
is hij de risé van de jolige straatieugd. Men htd
hem destijds voor den mal gehouden en daardoor
was hij 'n amokmaker in zakformaat en 'n fietswiel-
bandensnijder geworden. Het gewezen vonnis. 1
maand, werd juist geacht en alzoo bekrachtigd.
Misschien dat een maandje rats-dieet. hem tot ma
tigheid zal aansporen, was de diagnose van Officier
en Politierechter.
DE DAG VAN DEN GOUDEN REGEN.
De dies viae, de dag der vergelding voor een groot
aantal rijwiel- en wegenbelasting-zondaren, was
heden weer aangebroken. Het was nu de rijksadvo
caat, die den politierechter de leidraad voor zijn
vonnis gaf en de officier gaf beleefdheidshalve tel
kens z'n bevestiging. De stem van den rijksadvocaat
had noc steeds niet in kracht en volheid gewonnen,
maar zijn vaardigheid in het requireeren van niet
malsche geldhoeten was nog ongebroken, zooals
klaar als 'n klontje bleek uit het feit. dat in totaal
heden niet minder dan 7 honderd en 25 gulden boete
werd opgelegd! Cijfers die spreken!
20 Justitiabelen van heinde en ver hadden van de
78 invité's de moeite genomen persoonlijk te com-
pareeren. Op eenige enkelingen na, die 'n paar rijks
daalders beneden het tarief werden getaxeerd, had
den ze heter weg kunnen bliiven.
Alleen de garagehouder Willem David van W.,
uit Amsterdam, had in zooverre een mager succes,
dat zijn zaak werd aangehouden.
EEN STIJFKOPPIGE FRIES.
Een autobestuurder uit Harlingen, A. v. d. H.. had
het op Wieringen doodeenvoudig vertikt zijn wagen,
waaromtrent twijfel bestond, te laten wegen. Met een
medereiziger bleef hij hardnekkig zitten, ook toen de
auto reeds op de bascule stond. Natuurlijk werd hij
extra te grazen genomen en veroordeeld tot f30
boete of 10 dagen.
VERZUIMDE AANGIFTE INKOMSTEN
BELASTING.
Dirk B., landbouwer, Wieringerwaard, f 10 boete of
2 dagen; Dirk van E., zonder beroep. Den Helder,
f10 boete of 2 dagen; Nic. J., garagehouder, Anna
Paulowna, f10 boete of 2 dagen; T. L. M., slager,
Den Helder, 2 keer f5 boete of 2 keer 2 dagen; Corn.
V., vrachtrijder, Den Helder, f10 boete of 2 d.
WEGENBELASTING.
Joh. B., koopman, Haarlem, f 15 boete of 5 dagen;
Jb. B., koopman, Den Haag, f 15 boete of 5 dagen;
Arie D., rijwielhersteller. Broek op Langendijk, f 15
boete of 5 dagen; Levie E., koopman, Amsterdam
2 keer f 15 boete of 2 keer 5 dagen; H. J. F., chauf
feur, Hilversum; Paul H., ingenieur, Amsterdam;
Jan H., bakker, St. Maarten; Pieter H., autoverhuur
der, Winsum; Willem H.. chauffeur, Medemblik;
Jan H. schilder, Callantsoog: Franz H. J., reiziger,
Haarlem; Nic. K., garagehouder, Schagen. allen f 15
boete of 5 dagen; P. J. St. monteur. Schagen. f5
boete of 2 dagen; J. J. K., garagehouder. Alkmaar,
2 keer f 10 boete of 2 keer 5 dagen; S. H. K. zonder
beroep, Alkmaar, f5 boete of 2 dagen; Joh. K., auto
handel. Hoorn f 15 boete of 5 dagen; Jan K„ hande
laar, Nieuwe Nicdorp, f 15 boete of 5 dagen; W. J.
K., groentenh., Warmenhuizen, f 10 boete of 5 dagen;
A. A. K., betonwerker. Bussum, f 15 boete of 5 d.;
D. J. M„ ingenieur, Bloemendaal, f 10 boete of 5 d.;
Piet P. reiziger. Bergen, f 15 boete of 5 d.; P. J. v.
R., monteur, Amsterdam f10 boete of 5 d,; S. A. S.,
vrachtrijder. Heiloo, f 15 boete of 5 d.; Jozef B.. ar
beider, Alkmaar f5 boete of 2 dagen; G. A. S., zon
der beroep, Velzen f5 boete of 2 dagen; C. J. St.,
melkhandel, IJmuiden f5 boete of 2 dagen; P. v. d.
W.. groentenhandel, Broek op Langedijk. f15 boete
of 5 d.; W. D. v. W„ garagehouder. Amsterdam, aan
gehouden; J. G. Z. chauffeur. Delft f5 boete of 2 d.
RIJWIELBELASTING.
J. F. C. v. A., zonder beroep. Den Helder; C. M. B.,
reiziger. Alkmaar; D. B., zonder beroep. Schoorl;
Willem B., grondwerker, Warmenhuizen; Alb. D.,
musicus, Broek op Langendijk, allen f5 boete of 2
dagen; Anth. G., groentenh., Weesperkarspel. 2 keer
f5 boete of 2 keer 2 dagen; Engel H., vischhandel,
Egmond aan Zee; Willem H., arbeider. Castrieum;
Gerrit H„ loopjongen, Amsterdam; Heere A. de J.,
arbeider, Schermerhorn; G. C. J. K.. onbekend. Haar
lem; Klaas K, arbeider. Heiloo; E. K.. vertegenwoor
diger, Amsterdam; F. K.. rijwielhandelaar. Hoofd
dorp; F. L„ kantoorklerk, Amsterdam; lyou L., schil
der, Den Helder; J. de L.. geen beroep. Alkmaar; KI.
M., visscher, Den Helder; Bauke v. d. M.. schilder,
Den Helder; H. J. H. M., geen beroep, Hillegom: W.
J. P., winkelier. Bergen; C. J. R., koopman. Ber
gen; A. A. R., arbeider. Winkel; S. H. de R., schil
der Alkmaar, allen f5 boete of 2 dagen; Berend S.,
schilder. Den Helder, 3 keer f5 boete of 3 keer 2 d.:
Willem S.. schoorstenveger. Alkmaar, f5 boete of 2
d.; Com. S„ geen beroep, Amsterdam, f5 boete of 2
dagen; Pier T., schoorsteenveger. Alkmaar, f 10 boete
of 5 dagen; Fl. U., electricien, Castrieum; Hendr.
V., chauffeur, Alkmaar (2 keer); Corn. V„ electricien,
Castrieum; P. de V., visscher. Wieringen; R. J-
de Vries, treinpoetser. Hoorn; J. v. V., arbeider
IJmuiden; Gerrit W., matroos. Den Helder;
Joh. de W„ landbouwer. Venhuizen; J. C. de W.,
bakker. Harenkarspel; Anth. Z., tuinbouwer, St-
Pancras; Jan Z., varensgezel, Amsterdam; Joh. de
Z., slager, Alkmaar, allen f5 boete of 2 dagen.
Finis.
DONDERDAG 28 FEBRUARL
HILVERSUM (1875 M.)
AVRO-Uitzending. 8.00 Gramofoonpl.; 9.00 Om
roeporkest olv. N. Gerharz; 10.00 Morgenwijding;
10.15 Gramofoonpl.; 10.30 Omroeporkest olv N. Ger
harz m.m.v. W. Spruyt (sopraan); 11.00 Knipcursus
Kinderkleeding; 11.30 Concert door „The Gubo's"
(accordeon) en voordracht door Julia de Gruyter en
Rien van Noppen; 12.30 Gramofoonpl.; 1.30 Concert
door H. Tibbe (viool) en Fie Loopuit—Roeper (pi
ano); 2.00 Voor de vrouw; 2.30 Gramofoonpl.; 3.00—
3.45 Naaicursus; 4.00 Voor zieken en ouden-van-da
gen; 4.30 Gramofoonpl.; 4.45 Radiotooneel voor de
jeugd; 5.30 Het AVRO- Aeolian-orleest; 6.30 Sport-
praatje H. Hollander; 7.00 Het Aeolian-striikkwartet;
7.30 Éngelsche les, Fred Fry; 8.00 Vaz Dias; 8.05
Gramofoonpl.; 8.15 Handelconcert. Concertgebouw
orkest o.l.v. Bruno Walter, solisten. Toonkunstkoor
en P. van Egmond Jr. (orgel); 10.30 Gramofoonpl.;
11.00 Vaz Dias; 11.1012.00 Jack de Vries en zijn
band uit „La Gaité", Amsterdam.
HUIZEN (301 M.)
8.00—9.15 KRO., 10.00 NCRV., 11.00 KRO., 2.00-11.30
NCRV. 9.00—9.15 en 10,00 Gramofoonpl.; 10.15
Morgendienst; 10.45 Gramofoonpl.; 11.3012.00 Godsd.
halfuur; 12.15 Orkestconcert en gramofoonpl.; 2.00
Handwerkcursus; 3.003.45 Gramofoonpl.; 4.00 Bij
bellezing, m.m.v. bariton en orgel; 5.00 Handenar
beid voor de jeugd; 5.30 Zang door H. Hülsmann
(bas), a. d. vleugel: E. Haak; 6.45 Causerie Th. Kus-
ters; 7.15 Gramofoonpl.; 7.30 Journ. weekoverzicht;
8.00 Vaz Dias; 8.05 Strijkorkest o.l.v. P. v. d. Hurk,
mmv. L. Blaauw (orgel); 9.00 Ouderuurtje; 9.30
Klein-orkest; In de pauze om 10.00 Vaz Dias; 10.30—
11.30 Gramofoonmuziek.
DROITWICH (1500 M.)
10.35—10.50 Morgenwijding; 11.25 Gramofoonpl.;
11.50 Voor de scholen; 12.10 Het Rutland Square en
New Victoria Orkest olv. Austin; 1.20 Gramofoonpl.;
2.25 Voor de scholen; 3.20 Vesper; 4.10 Gramofoon
platen; 5.05 Orgelconcert A. Stephcnson; 5.35 Troise
en zijn Mandoline-orkest, m.m.v. Don Carlos (tenor);
6.20 Berichten; 6.50 Handelconcert; 7.10 Duitsche les;
7.40 Gramofoonpl.; 7.50 Lezing; 8.20 Soft lights and.
sweet music, gevarieerd concert; 8.40 Causerie; 8.55
Theaterorkest olv S. Robinson; 9.50 Berichten; 10.20
Kerkdienst; 10.35 Concert door Th. Reiss (cello) en
H. Cohen (piano); 11.3512.20 Dansmuziek.
RADIO-PARIS (1648 M.)
7.20 en 8.20 Gramofoonpl.; 12.50 Pascal-orkest; 5.05
„Le jeu d'amour et de 1'hasard" spel van Marivaux;
9.05 „Les marrons du feu", spel van Musset; 10.05
Nat. orkest olv. Enghelbrecht; 10.50 Vervolg con
cert.
KALUNDBORG (1261 M.)
11.201.20 Strijkorkest olv Andersen; 2.05 M. Han-
sen's orkest ;2.55 Finsche declamatie en muziek; 7.30
Symphonieconcert olv F. Busch, mmv. H. Holst
(viool); 10.1011.50 Dansmuziek.
KEULEN (456 M.)
5.20 Gramofoonpl.; 6.35 Orkestconcert; 11.20 Gramo
foonpl.; 12.35 Kwintetconcert en solisten; 3.20 We-
ragkamerorkest olv. Hagestedt; 5.10 Orkestconcert;
6.20 Carnavalsprogramma mmv. .Leo Evsoldt en zijn
orkest en solisten; 8.05 „Kalender Revolte", gevari
eerd programma; 10.20—11.20 Omroeporkest o.l.v.
Buschkötter.
BRUSSEL (322 en 484 M.)
322 M.: 12.20 Gramofoonpl.; 1.30—2.20 Dito; 5.20 Om
roeporkest; 7.35 Gramofoonpl.; 8.20 Hoorspel; 10.30
11.20 Gramofoonpl. 4S4 M.: 12.20 Gramofoonpl.;
12.50 Omroeporkest; 1.50—2.20, 5.20, 6.35 en 7.35 Gra
mofoonpl.; 8.20 Symphonieconcert; 8.50 Cabaret; 9.35
Vervolg concert; 9.50 Cabaret; 10.30—11.20 Gramo
foonplaten.
DEUTSCHLANDSENDER (1571 M.)
7.30 „Die Saat der Sonne", hoorspel met muziek.
Leiding: W. Pleister; 8.20 Het Omroeporkest o.l.v.
W. Lindner, m.m.v. W. Stech (piano); 9.20 en 10.05
Berichten; 10.2011.20 Uit Keulen: Concert o.l.v,
Buschkötter.
34.
„Een glas champagne als u wilt," zei de dokter tot
Haven. „Leg het nog een paar dagen kalmpjes aan,
u hebt heel wat doorgemaakt in dat vliegtuig van u,
zou ik zeggen."
„Ja, er is wel zoo het een en ander gebeurd", gaf
Haven toe.
„Wees dan verstandig", verzocht de dokter. „Praat
niet te veel en ontvang de eerste dagen geen bezoek
meer. Er hangen hier ook reporters rond, bemoei u
niet met hen. De hoofdcommissaris van politie wil
u ook spreken morgen denk ik en de Gehei
me Dienst zal ook iemand zenden. U is vrijwel re
gelrecht van Rusland hierheen komen vliegen, is
't niet?"
„Ja."
„Heeft u zelf aan een stuk door gestuurd?"
Haven schudde het hoofd.
„Niet heelemaal."
De dokter stak zijn hand uit.
„Neem me niet kwalijk", zei hij, „ik zondig tegen
mijn eigen voorschriften om geen vragen te doen. Ik
kom vanavond nog eens naar u kijken."
„Mag ik rooken?" was do laatste vraag van zijn
patiënt?
„Drie sigaretten vandaag, morgen vijf en zooveel u
wilt zoodra u weer rond loopt."
Als hij er later aan terug dacht, scheen Haven
die dag een zondvloed van voedsel te zijn geweest,
licht en luchtig genoeg, maar zijn eetlust was over
weldigend en een glas wijn, dat een zoo opwek-
kenden invloed op hem had gehad als tien keer die
hoeveelheid vroeger. Toen kwam de slaap. Hij werd
om zes uur wakker met het gevoel of hij wel zoo
zijn bed zou kunnen uitspringen. De zuster bracht
hom thee en hij stak een sigaret op.
„Zuster", zei hij, „toen ik hier kwam had ik een
tasch aan mijn arm vast gemaakt. Neen, toch niet,"
viel hij zichzelf in de rede, „zij lag in het vliegtuig,
ik maakte haar los om met dien Léon te kunnen
vechten. Maar die tasch was er in elk geval" ging
hij voort, de kamer rondziende. „Er zat een metalen
plaatje op, met „Amerikaansch gezantschap St. Pe
tersburg" er op gedrukt. Verder had ik een donker
bruinen leeren gordel om mijn lichaam."
De verpleegster knikte.
„Dat zal wel", gaf ze onverschillig toe. „Ze hebben
al uw eigendommen zorgvuldig bewaard."
„Dat dacht ik wel", gaf hij toe, doch zijn oogen
bleven onrustig door de kamer dwalen, „maar ik
zal den dokter toch vragen of ik alles hier mag
hebben. U moet weten dat zij de oorzaak van mijn
avontuur waren. Ik had twee vrienden in Petersburg
en ik heb hen gezworen, dat ik naar dit land zou
brengen, wat zij me hadden toevertrouwd. Er waren
oogenblikken dat ik dacht dat ik overwonnen was
en dan scheen het onmogelijk om te slagen, maar
het is me toch gelukt. Mag ik nog een vraag doen?"
„Ik ben er niet voor." protesteerde ze.
„Het is over het jonge meisje dat bij me was. Mis
schien zou ze me eens mogen komen opzoeken. Is
ze hior?"
„Ik weet het heusch niet", antwoordde de verpleeg
ster. „Ze was hier een paar dagen geleden nog
oen heel mooi meisje met een buitenlandsch uiterlijk.
Ze sprak even goed Engelsch als u en ik, maar een
beetje vreemd accent."
„Ja," zei Haven, „ze is een Russin. Ik hoop dat ze
nog hier is."
„Ik zal het aan de directrice vragen", beloofde de
zuster, „en anders zal de dokter het wel weten."
Haven was maar half tevreden gesteld. Zijn bezit
tingen waren hier in het ziekenhuis ongetwijfeld
veilig genoeg, maar hij wilde ze toch bij zich heb
ben. Hij verlangde er naar om te genieten van hun
aanblik en hij verlangde naar Anna Kastellane.
Hij sloot zijn oogen als hij aan haar dacht. Eindelijk
liet de verpleegster hem alleen. Hij hoorde meer
dan eens stemmen op het portaal en eindelijk een
bekenden voetstap op de trap. Zijn vader trad bin
nen, gevolgd door den dokter.
„Ik voel me uitstekend", verklaarde Haven in ant
woord op de vraag van den laatste. „Er zijn alleen
twee vragen..."
„Wacht een oogenblikje," viel de dokter hem in
de rede op zijn lijst ziende en een thermometer on
der zijn arm stekend. „Ik heb meer dan genoeg van
die plotselinge beterschappen", ging hij voort. „U is
ijzersterk, maar de kwestie bij zulke krachtige jon
gelui als u is, dat ze, zoodra ze hun gezondheid weer
voelen terugkeeren, veel te veel ineens willen doen.
Alles komt langzamerhand in orde, waarom heeft
u zoo'n haast? Verlangt u er zoo naar om met den
oorlog mee te doen?"
„Ik denk er hard over", bekende Haven. „Ik ver
beeld me geen oogenblik, dat ik een succes ben in
de diplomatie. Ik zal wel uit de gratie zijn, denk ik."
De dokter keek op den thermometer en glimlachte.
Hij voelde den pols van zijn patiënt.
,,'t Gaat prachtig", zei hiij. „Heeft u lust om wat
couranten te lezen?"
„Later", zei Haven, „nu wil ik alleen een paar
dingen vragen, het moet wel, want de zuster weet
er niets van
„Ga door", zei de dokter.
„Toen ik hier kwam, had ik een leeren gordel om
mijn lichaam en een tasch die lag achter in het
vliegtuig
„Ja, ik herinner me dien leeren gordel", zei de
dokter, „ik heb hem u zelf afgedaan."
„Ik zou die' dingen graag hier hebben", verzocht
Haven, „het liefst bij me in bed. Het klinkt gek, va
der, dat weet ik wel, maar u begrijpt'wel dat ik een
geweldig avontuur heb meegemaakt een, dat ik
nooit vergeten zal. Ik had vrienden In Petersburg
u heeft me wel over hen hooren spreken prins en
prinses Michaël Ostrekoff. Ze vertrouwden me den
inhoud van dien gordel en de tasch toe en ik bracht
alles veilig hier. Ik wil ze hier bij me hebben zoolang
Ik moet blijven liggen. En, vader, hoe Is het met het
meisje? Anna Kastellane? Ik had verwacht dat ze
nu wel eens bij me zou zijn gekomen. Waar is ze?"
De dokter keek Norman Haven vragend aan. Deze
aarzelde.
„Beste jongen," zei hij, ,het is natuurlijk alles vol
maakt in orde, maar geen van ons snapte iets van
de situatie terwijl jij bewusteloos was. Miss Kastel
lane heeft verscheidene dagen gewacht tot de dokter
zei, dat je buiten gevaar was, toen heeft ze een auto
gehuurd en is met kennissen weggegaan. Ze zou
telefoneeren."
En heeft ze dat gedaan?" vroeg Haven gretig.
„We hebben niets meer van haar gehoord", was
het aarzelende antwoord.
„En de tasch? Mijn gordel?" drong Haven aan
met een afschuwelijk voorgevoel.
Zijn vader fronste het voorhoofd.
„Die schijnt ze mee genomen te hebben," zei hij.
„De directrice hier iedereen dacht dat ze van
haar waren."
HOOFDSTUK II.
Toen Wilfred Haven voor de tweede maal van
zijn leven op een April-morgen, ongeveer drie weken
later, over het trottoir liep, scheen Londen hem een
merkwaardig menschelijke stad. Manden vol voor
jaarsbloemen werden overal te koop aangeboden.
De zon was onverwacht warm. Ondanks de oorlogs
moeheid van de hoofdstad, had het meedoen van
Amerika de menschen met vertrouwen vervuld,
De vrees voor een nederlaag was voorbij en er bleef
alleen een groot verlangen naar het einde over. De
winkels hielden uitverkoop. Vroolijke kleeren ver
levendigden de straten en de voorbijgangers en de
babbelaars in de clubs waren vol goeden moed en
hoop. Voor Wilfred Haven waren het welvaren en
de rust van Londen verbazingwekkend na die el
lendige maanden in het van doodsangst bezeten Pe-
trograd.
Hij sloeg Clifford Street in en belde aan een keu
rig klein huis met een blauwe voordeur en een en
kelen naam gegraveerd op den rand van de glim
mende, koperen brievenbus. Een eenvoudig geklee-
de bediende deed open.
„Is mr. Felix Drayton thuis?" vroeg Haven.
,Als u mr. Haven is, wordt u venvacht, mijnheer",
was het antwoord. „Wilt u me maar volgen?"
De man liet den bezoeker in een zeer gezellige bi
bliotheek waarvan de wanden behangen waren met
een mooie collectie sportprenten. Hij klopte aan een
binnendeur on wierp die open.
„Mr. Wilfred Haven", kondigde hij aan.
Felix Drayton had weinig van de eigenaardighe
den van het beroep, waarvan hij zoowel een dege
lijk steunpilaar als een schitterend sieraad was. Hij
was als advocaat begonnen en had het slourwerk
van een kantoor veel te eentonig en saai gevonden
naar zijn zin. Op zijn veertigste jaar was hij voor
zichzelf begonnen, doch had alleen gevallen aange
nomen, die hem interesseerden. Hij was een buiten
gewoon schrander en succesvol speurder. Hij be-
Eroette zijn gast vriendelijk, doch zonder hartelijk-
eid en wees naar een stoel.
Wordt vervolgd.