110 VII Moderne sprookjes uit de 1001 nacht Koershouden_in de lucht ui ii Van Geitenherder tot Koning. De schatten van een Maharadja Geluidseffecten de studio. in Links: Het sprookjesslot nit onze droomen. Het prachtige landhuis van den Maharadja van Haiderabad, in goud en wit marmer, en omgeven door heerlijke tuinen. 'Rechts: De statiewagen van den Maharadja van I Gwalior. Men gebruikt hom slechts bii grootekerkelijke leesten* door Dr. Th. van Behr. HET is 'n oude gewoonte dat 't Engel sche Hof bij feestelijke gelegenheden de hooge personages uit de Domini ons en uit de vorstenlanden met eerbewij zen overlaadt. Dat ditmaal bij 't Zilveren Regeeringsjubileum van den Engelschen koning voornamelijk Indische vor sten geëerd zullen worden, heeft behalve de. diplomatieke politieke achtergrond ook nog een kleine, uiterlijke reden. Kort voor Kerstmis 1934 zond koning Georgé den Overste Frederic Baileys als eerste Britsche vertegenwoordiger naar het Hof van Nepal. Dat had bepaalde politieke redenen. De Indische vorsten echter voel den het als een beleediging hun aange daan, dat het kleine Nepal met zijn vier millioen inwoners boven hen werd voorge trokken, en daarom waren zij zeer ver toornd. De Engelsche diplomaten zagen 't gevaar en legden de zaak met hen bij op de volgende wijze: Het ontbijt van den Maharadja van Kash- mir. Op een zilveren tafel en met gouden eetgerei. Door de vijf machtigste en gevaarlijk ste Indische vorsten tot koningen te ver heffen, zou het mogelijk zijn om zich aan de hoven te laten vertegenwoordigen door gevolmachtigde gezanten irtplaats van door „agenten" of „High Commissionars". Anderzijds kregen de nieuwe koningen 't recht om zich te laten vertegenwoordigen bij het Hof van Sint James. Zoodoende werd de wereld dus vijf nieuwe ko ningen rijk, iets, dat zélfs in onzeiytijd op zijn minst gezegd ongewoon is! Wie z ij n nu die nieuwe koningen in Morgenland? Allereerst de Nizanï van Haiderabad, die A" de treurige held in het beruchte Ro- binson-proces, dat zich in 1924 in Enge land afspeelde, en waarin bleek dat een bende oplichters den Maharadja millioe- nen afgezet had. Mysore is de modelstaat van Indië. Zijn heerscher, de Maharadja van Mysoïe, heeft, hoewel hij nog maar 35 jaar oud is, zijn land voortreffelijk bestuurd en het op een hoog economisch en cultureel pijl ge bracht. Op grond hiervan mocht hij op den koningstitel aanspraalc maken. Het gunstige klimaat heeft den Maharadja bij zijn pogingen om Mysore kunstmatig te be vloeien, geholpen, zoodat het land tegen woordig een der vruchtbaarste Indische staten is. Bovendien is het land zeer rijk aan delfstoffen, en leveren de bosschen het kostbare tiek- of sandelhout. de heele wereld bij name kent door zijn reputatie van rijkste man op aarde. Het gebied waarover hij heerscht, is ongeveer even groot als Italië; zijn privé-vermogen vermogen in geld natuurlijk wordt geschat op 2.5 milliard Zw. Frs. Daarbij komen dan nog het aantal schatten in goud, zilver en juweelen, die in de gehei me ondergrondsche schatkamers van den Nizam liggen en door de beroemde „zwij gende schatbewaarders", een bijzondere, hooge kaste der bevolking, bewaakt wor den. De Nizam regeert over 14 millioen menschen, voornamelijk Hindoes, die hoofdzakelijk hun bestaan vinden in den landbouw dus rijstbouw. Er is ook een industrie, die de ruwe katoen verwerkt, verder een paar weverijen en papierfa brieken. De eigenlijke rijkdom van dit land zilver, goud, ijzer, koper en kolen liggen voor het grootste gedeelte nog onaangetast in de schoot der aarde. Kort geleden heeft heel Haiderabad feest gevierd de twee dochters van den Ni zam werden uitgehuwelijkt aan de zonen van naburige voi-sten. De twee jonge meis jes, die volgens de zeden en gewoonten volkomen van de wereld afgezonderd op gevoed werden, verschenen voor de eerste maal in het openbaar, glanzend door de juweelenpracht, afkomstig uit de scliat- kajners van den Nizam. Er is een zeer wijze wet, volgens welke iedere dochter op den dag van haar huwelijk uit de on- deraardsche schatkamers van haar vader mag kiezen wat zij wenscht te bezitten. Zij mag die kostbaarheden haar heele leven behouden, maar na haar dood verschijnt een der zwijgende wachters en laat de ju weelen weer in de schatkamers verdwij nen. Ook de heerscher van Baroda, de tweede der nieuwe Indische koningen, kan over een behoorlijk inkomen beschikken. Het wordt geschat op 40 millioen Zw. Frs. per jaar. Zijn rijk, dat in vier deelert gesplitst is, welke niet in elkaar sluiten, ligt op het schici-eiland Kathiawar, is 20.000 K.M2. groot. Zijn paleis in Baroda, de hoofdstad, overtreft aan rijkdom en Oostersche schoonheid onze stoutste fantasieën. En 't is nog des te meer verwonderlijker omdat de tegenwoordige heerscher van Baroda eens een arme herder was. Vijftig jaar ge leden werd de toenmalige heerscher door do intrigeerende raadsheeren onttroond en de tegenwoordige vorst op de troon ver heven. Hij leefde ondanks het vorstelijke bloed dat door zijn aderen vloeide, en on danks het feit, dat "hij tot hetzelfde vor stenhuis behoorde als zijn voorganger, in de bergen als een eenvoudige herder. Hoe- De met juweelen versierde tulband vol tooit het vliegercostuum. De Maharadja met zijn privé-vliegtuig. wel men dacht in den ex-herder een wil loos werktuig te hebben, werden de raads heeren bitter teleurgesteld. Baroda behoort tegenwoordig, dank zij de energie van zijn heerscher, tot de vooruitstrevendste staten van Indië, en onderscheidt zich, doordat het zeer goede scholen bezit en doordat de kasten hier niet zoo streng gescheiden zijn als in het overige Britsch-Indië. Ver der komen de prachtige zijden gewaden, met goud en zilver bewerkt, welke wij in de musea zoo graag bewonderen, uit Ba- i*oda. De Maharadja van Gwalior, die de titel „Sinda" draagt, is de „Dritte im Bunde" Hij telt nog maar achttien jarenf en is vo rig jaar in Oxford aangekomen. Hij staat sterk onder Engelsche invloed, en heeft zijn vox-stelijk landhuis in Lahskar, direct laten verbouwen en in 'n Engelsch „Coun- tryhouse" doen veranderen. Op dc renbaan te Caïcutta. Twee Indi sche vorstinnen op weg naar de tribune. Zijn rijk, dat 60.000 K.M.2. groot is, en dat slechts 3 millioen inwoners bezit, heeft tegenwoordig Lahskar tot hoofdstad. De oude stad Gwalior is een vervallen, vuile plaats, waarboven een tweehonderd meter hooge rots uitsteekt, op welker top de be roemde, oeroude vesting Gwalior ligt. De tien meter hooge ringmuren omvatten zes prachtige paleizen een citadel, tempels cn fonteinen. De Mahaj'adja van Kashmir is bijna veertig jaar oud. Die heerscht over een der schoonste landen der wereld. Dit land is door zijn ligging het grenst aan Rus land, China en Afghanistan voor Enge land van groote strategische betcekenis. Voor zijn troonsbestijging liet de tegen woordige vorst reeds veel van zich spre ken. Hij was onder den naam Sir Hari Singhi en onder het pseudoniem „Mister Draadloos wordt het vliegtuig binnen geloodst, door J. van Oyen. NIETS IS „NATUURLIJKER" DAN DE WERKELIJKHEID I In de eerste Jaren van den omroep was het niet altijd eenvoudig om de geluiden die door de schrijvers van hoorspelen wer den verlangd, zoodanig weer te geven, dat zij den luisteraar natuurgetrouw in de ooren klonken. Vaak moesten de vreemd ste proeven worden genomen, om ook maar eenigszins een bevredigend resultaat te verkrijgen. De deskundige, die verant woordelijk was voor den acoustischen ach tergrond van de hoorspelen, liep vaak rond met een nadenkend gezicht. Hij moest de zee laten ruischen en het onweer laten rommelen. Hij moest luipaarden laten bla zen en olifanten latentrompetten. De ge luiden van de IJszee werden weergegeven door wijnflesschen in een kuip water min of meer heftig heen en weer te bewegen. Deze tijden zijn gelukkig voorbij. Wel worden revolverschoten ook nu meestal nog nagebootst door het stukslaan van een opgeblazen papieren zak en wel valt er op dit gebied nog veel te leeren, maar het ma ken van een acoustischen achtergrond is toch gemakkelijker geworden. Het komt in hoofdzaak erop neer, dat men op het juis te oogenblik de juiste gramofoonplaat' op zet. Komt er in een hoorspel een groote lo comotief voor, die blazend en sissend langs komt rijden, terwijl de grond dof rommelt of moet het geluid van vliegtuigmotoren als achtergrond voor de handeling dienen, dan wordt slechts in het geluidsarchief dé betrokken gramofoonplaat opgezocht. Het is nu niet meer noodig, om met een dikke gummihamer op een ijzeren kast te slaan, wanneer in het hoorspel donderslagen voorkomen. Veel mooier klinken de echte dondei'slagen, die tijdens een onweersbui op een gramofoonplaat zijn vastgelegd. Ook de kreten van allerlei dieren zijn opgenomen; men kan kerkklokken laten luiden, een regiment ruiters laten langs rijden of een leger met trommels en mili taire muziek laten langs-marcheeren. Bij het opzetten van de gramofoonplaten kan men bovendien gebruik maken van een vernuftig geconstrueerd apparaat. De be diening vereischt echter groote handig heid om de geluiden van meerdere pla ten met elkaar te combineeren. Zoö kun nen allerlei typische effecten worden ver kregen. Het is een kunst op zichzelf en als de luisteraar hoofdschuddend voor zijn toe stel zit en maar niet kan begrijpen hoe die of die acoustische achtergrond zoo duide lijk en natuurgetrouw tot stand wordt bracht, dan zal de regisseur bij zijn werk steeds door gramofoonplaten zijn onder steund. Het zijn echter niet alleen gelui den uit het dagelijksch leven en kreten van dieren die op gramofoonplaten opge nomen en in het geluidsarchief bewaard worden. Van groote waarden zijn gramo foonplaten ook voor het vastleggen van Als men met de auto verdwaald is, dan is dit niet zoo'n onoverkomelijke ramp. Dé wagen wordt eenvoudig aan den kant van den weg gezet, de kaart wordt voor den dag gehaald en men zoekt op zijn gemak na, hoe men 't vlugst weer op den rech ten weg komt. De vlieger echter staat er heel anders voor.. Als de piloot tot de ontdekking komt, dat hij den weg kwijt is,, dan kan hij niet zoo kalmweg den juisten koers gaan zoe ken. Want een verkeersvliegtuig legt toch altijd zijn drie kilometer per minuut af. En al neemt de man aan het stuur er dus maar drie minuten af om de juiste koers te bepalen, dan is volgens Bartjes de fout toch alweer met 9 10 K.M. toegeno men. Dus zelfs die drie minuten zijn hem nog niet gegund en hij moet dus wel een andere methode volgen om den rechten weg terug te vinden. Nu heeft de -piloot ongetwijfeld een ding op den automobilist vóór. Terwijl namelijk de automobilist menigmaal niet goed wijs kan worden uit zijn kaarten en de hulp moet inroepen van voorbij gangers, die er zelf niets vanaf weten, kan de piloot zich met de aardstations in verbinding stellen, die hem zeker geen onjuiste inlichtingen zullen geven. In de practijk gaat dit als volgt in zijn wei'k: de marconist geeft met vaste tusschen- poozen zijn meldingen aan het station en krijgt dan zoo spoedig mogelijk een bericht in denvolgenden geest: „U bent twee kilometer ten Zuidwesten van Paderborn, koers 230." Nu is de piloot weer terecht! Hij weet waar hij zich be vindt en wat van nog meer belang is in welke richting hij vliegt. Hij stelt dus zijn positie op de kaart vast en neemt dè nieuwe koers op. Treft het zoo, dat hij in een dichte wolkenlaag terecht komt, die hem het uitzicht op den bodem beneemt, dan stijgt hij daar boven uit en laat zich voortdurend op de hoogte houden door zendstations, Aan de hand van de radio peilingen vliegt hij even veilig en zeker, als wanneer hij een spoorlijn onder zich had, die hij kon volgen. Moeilijker, maar daarom nog niet verontrustend wordt de situatie, als het slechte zicht tot aan het landingsstation aanhoudt. Dan roept de marconist de luchthaven aan en laat zich van den grond af binnen loodsen. Hierbij gaat men ongeveer als volgt te werk. Nadat de marconist het zendstation van de haven heeft aangeroepen, krijgt hij van daar bericht, dat de machine zich op 5 K.M. afstand van de haven bevindt, en dat ze onmiddellijk zal worden aangeroe pen, zoodra ze boven het vliegveld wordt gehoord. Twee minuten later komt er dan aan boord van het vliegtuig bericht in, dat de haven het motorgeronk heeft waarge nomen. Tegelijk wordt nu den piloot ver zocht, het vliegtuig te laten dalen. Hij dringt door het wolkendek heen, heeft nu weer goed zicht en kan zijn machine be houden aan den grond brengen. volksliederen en andere folklore. Bij het snel voortschrijden van de beschaving zal dit alies over een honderdtal jaren niet meer in het volk leven. Ook de stemmen van beroemde persoonlijkheden kunnen op deze wijze nog tot het nageslacht spre ken. Wie ooit in de gelegenheid is geweest,1 om uit een dergelijke collectie gramofoon platen het een cn ander te hooren, zal nooit dien indruk vei*geten. De tijd, die wij zelf heieven, wordt hier in zijn meest ver schillende uitingen nauwkeurig overeen komstig de waarheid en tegelijk in der levendigsten vorm vastgelegd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1935 | | pagina 20