Raad van WinkeL
DE
0$f
Phillips Oppenheim
fK0FP|UWEEltH
W door
Zaterdag 16 Maart 1935.
SCHAGER COURANT.
Vijfde Blad. No. 9680
NIEMEIJER'S
35d PER'/2 POND
Vergadering van den Raad op Dinsdag 14 Maart
1935, des namiddags half 2.
Voorzitter de heer J. H. Zwart, burgemeester,
secretaris de heer A. de Ridder.
Alle leden zijn aanwezig.
De Voorzitter heet de leden welkom en zegt, al
vorens met de werkzaamheden te beginnen, zijn blijd
schap te willen uitspreken over het feit, dat ons
medelid, de heer Kamp, weer in ons midden is. Spr.
heeft gehoord, dat de leden 8 maanden verstoken zijn
geweest van zijn medeleven en spr. gelooft de tolk
van den Raad te zijn als hij den heer Kamp geluk-
wenscht met zijn herstel en verschijnen hier.
De notulen worden onveranderd vastgesteld.
Conversie geldleningen.
Door den Voorzitter wordt medegedeeld:
In verband met een gedane poging om de te be
talen rente voor loopende leeningen terug te bren
gen tot 4*4 %o, is door de meeste geldschieters in gun-
stigen zin beantwoord. Door de Hollandsche Sociëteit
van Levensverzekeringen en de Eerste Nederlandsche
zijn daaraan echter voorwaarden verbonden in ver
band met de te wijzigen overeenkomst. De Spaarbank
te Deventer is niet bereid haar gesloten overeenkomst,
waarbij vervroeging van aflossing is uitgesloten, te
herzien.
Van het Kroondomein is eveneens bericht ingeko
men, dat het verzoek om renteverlaging wordt afge
wezen.
B. en W. stellen voor de toegestane verlaging te
aanvaarden met eventueele noodige wijzigingen der
overeenkomsten.
Aldus wordt besloten.
De vastrecht-tarieven van het PJ3.N.
Ingevolge een in den Raad gestelde vraag ten op
zichte van de vastrecht-berekeningen door boerde
rijen, heeft een onderhoud plaats gehad met het
P.E.N. Stond de gemeente op het standpunt dat in
1930 was overeengekomen dat voor Winkel gedurende
de eerste 10 jaren afstand werd gedaan van het recht
van reductie en de aangeslotenen voorts gelijkelijk in
alle rechten zouden deelen, de Directie van het P.E.N.
stond op een ander standpunt, n.1. dat onveranderd
diende te blijven gedurende de eerste 10 jaren, de
vastrechtbasis, welke heeft gediend voor de bereke
ning der stichtingskosten.
De Directie was echter bereid een wijziging van hun
standpunt in den geset van dat der gemeente te over
wegen en te bespreken met Gedeputeerde Staten.
Als tegenprestatie voor deze tegemoetkomende hou
ding vroeg men van het gemeentebestuur te willen
bevorderen dat de nog niet aangesloten perceelen zich
ook bij het P.E.N. zouden aansluiten, welke medewer
king werd toegezegd.
Nadere afwikkeling dient te worden afgewacht.
De heer De Veer dankt B. en W. voor de gedane
moeite en hoopt dat zij succes mogen hebben met
hun pogingen.
De Provinciale weg en de werkloosheid.
In verband met de stichting van den Provincialen
weg Niedorper VerlaatAartswoud, heeft een onder
houd plaats gehad met vertegenwoordigers van den
Provincialen Waterstaat over de voorziening van ar
beidskrachten daaraan. Aan den aannemer zal de
verplichting worden opgelegd 90 der arbeidskrach
ten te betrekken over de arbeidsbemiddeling der be
trokken gemeenten, Oude Niedorp, Nieuwe Niedorp,
Hoogwoud en Winkel, die elk *4 zullen leveren. Ver
wacht wordt 14 a 15 arbeiders per gemeente. Het
loon wordt gesteld op f 0.30 per uur. Regenverlet 80
van het vastgestelde loon.
Verwacht mag worden bij uitvoering in accoord-
werk een loon van pl.m. f 17.per week, terwijl het
werk pl.m. Mei zal beginnen.
De heer Kort merkt op dat bij een loon van 30 cent,
nimmer een loon van f 17 kan worden verdiend.
De Voorzitter antwoordt dat het genoemde loon van
pl.m. f 17 bij accoordwerk zou worden verdiend. De
praktijk o.a. te Heerhugowaard had dat geleerd.
Door B, en W. is bepaald dat de stemming voor
leden van den Gemeenteraad zal plaats hebben op
1
De leiding van de gemeenteraadsvergadering van
Winkel berustte Donderdag voor het eerst bi]
burgemeester Zwart.
Woensdag 19 Juni 1935. De candidaatstelling heeft
plaats 14 Mei 1935.
Het vervoer van werkloozen arbeiders.
Na ingekomen bericht van de Heide Maatschappij
moesten de bij de werkverschaffing geplaatste ar
beiders in de Wieringermeer vanaf 21 Februari 1935
worden vervoerd per autobus, aangezien de afstand
tot het werk meer was dan 15 K.M. Gezien de zeer
korte termijn, waarop dit bericht werd gedaan, kon
geen ander overleg worden gepleegd, dan met de
H.A.B.O. te Winkel en het door haar gedane aan
bod worden aanvaard, en begonnen werd met een
bus van 30 personen tegen f75 per week. Na enkele
dagen bleek, dat het getal te vervoeren personen
voor één bus te groot was en een tweede bus moest
worden ingelegd. De afstand van Winkel tot de ver
zamelplaats der tewerkstelling bedraagt pl.m. 16 K.M.
en ter voorkoming van deze abnormaal hooge ver
voerkosten is in overleg met en onder goedkeuring
van den Inspecteur der Rijkswerkverschaffing be
paald, dat vanaf Maandag 11 Maart 1935 de zomer-
afstand is ingetreden en 20 K.M. mag worden af
gelegd, waarvoor de rijwieltoeslag wordt toegepast.
De heer Raven deelt mede, dat toen hij van deze
regeling kennis nam, hij zich gewend heeft tót het
N.V.V. met de vraag, of er een nieuwe circulaire
was afgekomen. Bij een telefonisch onderhoud, dat
de heer Lindeboom met den Rijksinspecteur had,
verklaarde de inspecteur, dat geen nieuwe circu
laire was verzonden, dat de winterdienstregeling
tot en met 30 Maart gold en dat van een verande
ring van de regeling te Winkel niets bekend was.
Spr. vraagt hoe B. en W. dan kunnen mededeelen,
dat de veranderde regeling in overleg met en onder
goedkeuring van den inspecteur is ingevoerd.
De heer Van Zoon en zegt, dat toen deze kwestie
de vorige week in de vergadering van B. en W. is
besproken, de mogelijkheid onder de oog en is ge
zien, om den arbeiders een stukje langer te laten
fietsen, maar ze dan toeslag te geven op de rijwiel
vergoeding. Er kwam naar voren om dien toeslag
f 1 te doen zijn, terwijl later over f 1.25 is gesproken.
In de kennisgeving, die de arbeiders over de nieu
we regeling hebben ontvangen, staat alleen dat de
zomerdienstregeling is ingegaan, niets evenwel over
den toeslag op de rijwielvergoeding. Spr. vraagt den
Voorzitter opheldering hierover.
De Voorzitter zegt, dat aan 2 afgevaardigden dei-
arbeiders mondeling is medegedeeld, dat ze toeslag
zullen krijgen. Wat de vraag van den heer Raven be
treft, ook B. en W. is niets bekend over een nieuwe
circulaire, maar de regeling is in overleg met den
rijksinspecteur getroffen. In andere gemeenten wordt
dezelfde regeling toegepast, zij beteekent voor de
gemeente een belangrijk voordeel, want de buskos-
ten bedroegen ruim f 100 per week. Eerst is met den
Inspecteur getelefoneerd en denzelfden middag heeft
spr. een onderhoud met den Inspecteur gehad. Het
is voor spr. dan ook vreemd, dat dezelfde mijnheer
tot een der organisatiemannen zegt, dat hem van
een nieuwe regeling niets bekend is. Wel moeten
wij ons aan de voorschriften houden, maar omlig
gende gemeenten doen hetzelfde, zoodat er toch wel
iets van bekend is bij den Inspecteur.
Den heer Raven is bekend, dat o.a. te Barsinger-
horn overleg met de arbeiders is gepleegd. Daar
werd er van gemeentewege op gewezen, dat de hooge
buskosten wel eens aanleiding zouden kunnen zijn
om de werkverschaffing stop te zetten, 't Gevolg zou
dan zijn, dat de arbeiders in de steunregeling kwa
men en dus minder zouden ontvangen. Op die gron
den hebben de arbeiders daar toegestemd in een
hoogere rijwielvergoeding. Spr. meent, dat als er een
ministerieele regeling is, men daar maar niet zóó
af kan stappen.
De Voorzitter zegt, dat dit een algemeene regeling
voor het geheele land is, en als na overleg met den
rijksinspecteur wijziging kan plaats vinden, is dat
toch geèn bezwaar. Ook in Friesland is de zomer-
regeling al ingevoerd. Spr. heeft echter wat onze
gemeente betreft, geen zwart op wit. Spr. wijst er
op,dat hij graag de menschen wil helpen, maar aan
i^en anderen kant moeten die menschen de maatre
gelen, die wij in 't gemeentebelang nemen, billijken.
De heer Van Zoonen heeft de overtuiging, dat als
den menschen tevoren was medegedeeld, wat de oor
zaak der gewijzigde regeling was, er geen vuiltje aan
de lucht' zou zijn geweest en er nooit aanmerking zou
zijn gemaakt.
De Voorzitter zegt, dat 't hem dan spijt dat dit
niet is gebeurd., doch wie werkt, maakt fouten.
De heer Brugman zegt, dat als B. en W. dan ver
zuimd hebben, overleg met de organisatie te ple
gen, dit een verzuim is van alle drie leden van het
college en het is niet met een vooropgezette bedoe
ling gebeurd.
De heer Dekker merkt op, dat de werkzaamheden
in de Wieringermeer al opschieten, de afstand wordt
steeds grooter voor de menschen en bovendien zal
binnen afzienbaren tijd een einde aan die werken
komen. Spr. vraagt B. en W. eens te willen overwe
gen of de werkloozen dan bij werkgevers in de ge
meente geplaatst kunnen worden met toeslag van
de gemeente.
De Voorzitter zegt, dat B. en W. die vraag onder
de oogen willen zien. Zooals bekend worden er in
die richting proeven door de regeering genomen. De
afstand zal niet veel grooter kunnen worden, ten
minste in de eerste maanden niet. Wat de tewerk
stelling in de gemeente betreft, spr. wijst op de nood
zakelijkheid dat ook de werkgevers deze zaak van
beide kanten bezien, het is hun eigen belang, maar
cok een gemeentebelang, dat zij niet uit 't oog
moeten verliezen.. Spr. zou graag willen dat de
werkgevers eigen ingezetenen voortrokken bij sei-
zoenarbeiden. Afgevaardigden van arbeiders hebben
spr. voorts nog gevraagd aan de Heide Maatschappij
te Kolhorn te willen vragen, de arbeiders dichter bij
tc werk te stellen. Spr. is echter geantwoord, dat dit
in de gegeven omstandigheden niet mogelijk was.
De heer Raven zegt, dat de winterdienstregeling
op 30 Maart toch zou vervallen en spr. stelt voor
die winterdienstregeling tot dien datum te hand
haven.
Met 5 tegen 2 stemmen wordt het voorstel-Raven
verworpen, voor stemden de heeren Raven en Kort.
Zonder bezwaar voor de geldkist.
Door het Hoogheemraadschap Noordhollands
Noorderkwartier is medegedeeld, dat volgens de op
vatting van het Departement van Waterstaat de des
tijds" gesloten overeenkomst tusschen genoemd Hoog
heemraadschap en de gemeente, inzake overname,
beheer en onderhoud van wegen een wijziging dient
te ondergaan.
Als voorwaarde dient daaraan te worden verbon
den dat de gemeente betaalt het geheele- bedrag der
kosten van onderhoud enz., zijnde f9575.
Het Hoogheemraadschap restitueert aan de ge
meente f2900 per jaar, zoodat de bijdrage der ge
meente ad f6675 gelijk blijft.
Deze wijziging behoeft nog de vaststelling van de
vergadering van Hoofd-Ingelanden van het Hoog
heemraadschap.
Ingekomen stukken.
Ged. Staten hechtten hunne goedkeuring aan di-
vei'se besluiten, terwijl zij verdaagden hun beslissing
op het raadsbesluit tot overdracht van wegen aan
de Provincie Noordholland.
Ingekomen was een Koninklijk Besluit, houdende
beslissing inzake de te verleenen bijdrage ingevolge
art. 13 der L. O. Wet 1920 aan J. van Ens.
Een verzoek van de heeren Van Ens en Veldhuijs,
rijks- en gemeente-veldwachter, om de huur der wo
ningen te willen verlagen, wordt in handen gesteld
van B. en W. om prae-advies.
Enkele verslagen kwamen in.
T.a.v. het verslag der vergadering vaii de commis
sie voor de Uitvoering van den Vleeschkeurings-
dienst vraagt de heer Dekker of nu voortaan niet
meer wordt bekend gemaakt hoe elk onderdeel van
den dienst werkt; of volstaan wordt met de meüe-
deelïng hoe de resultaten van het geheel waren.
De heer Van Zoonen deelt mede, dat ook dit jaar
weer in het jaarverslag de resultaten gespecificeerd
zullen worden medegedeeld.
Stichting woonwagenkamp,
In verband met pogingen om het woonwagen
kamp over te brengen naar een andere plaats in de
gemeente is overleg gepleegd met het Hoomheem-
raadschap, welke tot gevolg heeft gehad dat daar
als meest geschikte plaats werd aangewezen een
terrein op den Westfrieschendijk bij de Dijkbuurt
ter grootte van pl.m. 850 M2. Het Hoogheemraad
schap is bereid dit terrein te beharden, te voorzien
van in- en uitrit en het beschikbaar stellen van de
steenen, benoodigd voor bevloering van een paar-
denstalling.
Voor rekening der gemeente blijft een jaarlijks to
betalen recognitie van f 10 aan het Hoogheemraad
schap, voorts het af hekken van het geheele terrein
pl.m. 150 M., het stichten van stalling, een privaat
met beerput en het aanbrengen van waterleiding,
welke kosten worden geraamd op f 1200.
Inmiddels is van de bewoners uit de naaste om
geving van dit 'terrein, een verzoek ingekomen om
niet tot deze stichting over te gaan. Met het oog
hierop en op de gemeentefinanciën, die een zooda
nige uitgave niet gedoogen, stellen B. en W. voor
nog niet tot deze stichting over te gaan.
De heer Kamp wijst op den onhoudbaren toestand
zooals die aan den Winkelerweg is. Anderzijds even
wel erkent hij dat de genoemde kosten veel te hoog
zijn en zou hij willen dat B. en W. nog eens met den
dijkgraaf van het Hoogheemraadschap spraken over
een goedkoopere inrichting. Spr. merkt voorts op
dat waar het kamp ook zal worden gesticht, nergens
de omwonenden liefhebberij ervoor zullen hebben.
De heer Dekker vindt beide plekken geen ideale
plaatsen en waar de gemeentefinantiën de inrich
ting niet toelaten, gaat spr. accoord met het voorstel
van B. en W. om uit te stellen en intusschen uit te
zien naar een geschikter plaats. Spr. vindt 't terrein
aan den Westfrieschen dijk nog niet voldoende af
gezonderd.
De Voorzitter wijst er den heer Kamp op, dat B.
en W. geen afstel beoogen, maar slechts uitstel.
De heer Kamp merkt, op, dat woonwagenkampen
als te Nieuwe Niedorp enz. toch zooveel niet aan
inrichting kosten, spr. dacht dat de uitvoering een
voudiger kon.
Door den Secretaris wordt opgemerkt dat een
nieuw overleg met het Hoogheemraadschap niet noo-
dig is, want de vergoeding aan het Hoogheemraad
schap is niet hoog, terwijl de kosten van inrichting
door B. en W. zijn geraamd.
Ontheffing schoolgeld,
Op diens verzoek wordt aan S. Groet te Barsin-
gerhorn voor een half jaar ontheffing verleend van
schoolgeld, terwijl afgewezen worden verzoeken van
de heeren Ch. L. Pijcke, C. Wiemeersch en J. Klijns-
ma.
De aanslag van P. Beers Cz. wordt van de 3e naar*
de le klas teruggebracht.
HOOFDSTUK IX.
Haven stapte in zijn auto en was binnen enkele
minuten in Harford Street bij No. 4 A. Hij negeerde
de automatische lift, klom de trappen bij twee tre
den tegelijk op en belde aan de deur van de flat op
de derde verdieping. Het keurige dienstmeisje keek
hem vragend aan. I-Iij bedacht dat Anna misschien
een anderen naam had aangenomen en vroeg daar
om:
„Is de juffrouw thuis?"
„Ik weet het niet zeker, mijnheer", antwoordde 't
meisje. „Wilt u me uw naam noemen. Wie kan ik
zeggen dat er is?"
„Mr. Wilfred Haven."
Hij stapte de kleine hall binnen. Het meisje bleef
eenige minuten weg, kwam toen terug en deed de
deur van een zitkamer open.
Haven ging de kamer binnen en een oogenblik
werd hij overweldigd door emoties. Zijn knieën
voelden net zoo aan als op den dag toen hij voor
het eerst in het ziekenhuis uit bed was gestapt. Zijn
oogen brandden. Zij was hoegenaamd niet veran
derd. Het was Anna Kastellane, precies zooals hij
haar gekend had die nu op stond en naar hem
toe kwam om hem te begroeten. Er was iets vaag
smeekends in haar opgetrokken wenkbrauwen, iets
in haar gelaatsuitdrukking dat om vriendelijkheid
vroeg. Hij stak zijn hand uit, die ze gretig aannam.
„Dus je hebt me gevonden en ben je werkelijk van
plan om vriendelijk te zijn tegen een dievegge en
misdadigster?" vroeg ze.
„Dat ben ik van plan", antwoordde hij.
„Kom je de juweelen halen?" vroeg ze uitdagend.
Natuurlijk, waar zijn ze?"
Ze wees hem een stoel aan.
„Wil je niet liever in plaats daarvan een kop
thee hebben?"
„Thee ook," gaf hij toe. „We kunnen dan later
over de juweelen praten."
Ze belde en gaf haar bevelen. Al zijn ongeduld
scheen van hem afgevallen te zijn. Hij voelde zich
heel tevreden zoo in zijn lagen stoel, nu hij naar
haar mocht kijken. Hoewel ze uiterlijk weinig ver
anderd scheen te zijn ontdekte hij nu toch een ver
andering, die hij moeilijk kon definieeren. Geduren
de die gejaagde dagen van tragedie en opwinding
scheen ze aldoor bezeten te zijn geweest door een
heftige vitaliteit. Ze was gereed voor elke mogelijk
heid en meesteres over zichzelf bij elke gelegenheid.
Vandaag, nu ze in elk geval een zekere mate van
veiligheid bereikt, had, scheen het vuur, dat haar
die dagen had gesteund, uitgebrand te zijn. Ze was
lusteloos. Ze deed hem denken aan iemand die suc
ces behaald had en tegelijkertijd teleurgesteld was.
„Wat is er met je gebeurd?" vroeg hij. „Je bent
anders dan vroeger."
„Wat een opmerkzaam man, ik heb mijn haar
achterover geborsteld. Ze gelooven niet dat je een
Russin bent tenzij je het op die manier draagt en
het had werkelijk zoo geleden gedurende dien tocht
van ons, dat de kapper er eerst niets mee beginnen
kon. Er was vroeger een uitstekende coiffeur in
Odessa, maar we hadden daar geen tijd voor frivo
liteiten, wel?"
„Neen, zeker niet", gaf.|iij toe.
„Over veranderd uiterlijk gesproken," zei ze op
eens, „wat heb je met jezelf uitgevoerd, je bent zoo
veel magerder geworden."
„Ik ben doodziek geweest in Cromer," zei hij, „en
werd er niet beter op toen ik ontdekte dat je ver
dwenen was."
„Heb je getobd over de juweelen?"
„Natuurlijk", antwoordde hij vermoeid. „Maar nu
is 't niet meer zoo erg. Je oogen hebben precies de
zelfde prachtige tint blauw als vroeger en dat lijkt
me nu zooveel belangrijker."
„Ben je hier gekomen om me complimenten te
maken?"
„Neen, om je nek om te draaien. Hoe durfde je
me zoo in den steek te laten?"
„Daar heb ik me dikwijls zelf over verwonderd.
Maar ik moest! Ik dacht dat er iets geweldigs in
mijn handen viel, maar het was een teleurstelling.
Dat is het meestal."
„Je hebt me niet alleen van mijn juweelen be
roofd," ging hij voort, „maar je nam eiken cent, die
ik had, weg."
Ze lachte zachtjes.
„Dat was niets het geld bedoel ik", protesteerde
ze. „Ik moest toch zeker naar Londen. Je vader was
daar en die is schatrijk. Ik wist dat je kon krijgen
wat je wilde. Bedenk, hoeveel we uitgespaard had
den door het vliegtuig niet te betalen."
Hij glimlachte.
„Het was niet om het geld", zei hij. „Het was de
brutaliteit van de heele historie om me zonder
een woord in den steek te laten, na al wat we samen
hadden doorgemaakt."
Ze stak een sigaret op en schoof hem de doos toe.
Ze negeerde zijn laatste woorden.
„Hoe heb je je tijd hier in Londen doorgebracht?"
vroeg ze.
„Met allerlei dingen over jou uit te vinden."
„En wat heb je ontdekt?"
„Om te beginnen dat je een Bolsjewistische spion
ne bent."
„Ja, ik ben een spionne", bekende ze. „Maar dat
was geen ontdekking, dat had ik je al verteld."
„En verder, dat je van de Ostrekoff-juweelen ver
kocht hebt", ging hij voort. „Dat was nogal gevaar
lijk, hè?'
„Ik moest toch leven", zei ze eenvoudig,
Er volgde een lange stilte. Er waren zooveel din
gen, die hij wilde zeggen, doch de glans van haar
tegenwoordigheid maakte hem merkwaardig stil.
„Misschien was het maar goed voor je dat ik
meer spieren dan hersens had, anders zou ik je wel
eens hebben kunnen achterlaten in dat smalle huis
op de boulevard."
Ze schudde het hoofd.
„Dat zou je niet hebben kunnen doen," zei ze. „Je
zoudt mijn gegil je heele verdere leven gehoord heb
ben."
Het dienstmeisje bracht thee met schijfjes citroen
en twee eigenaardige gevormde sigaretten op de
schoteltjes.
„Je hoeft dit niet te drinken, als je niet wilt", zei
ze. „Er staat whisky soda op het buffet."
„Je ontvangt mannenbezoek," zie ik," mompelde
hij jaloersch.
„Al mijn bezoekers zijn mannen."
„Komen ze voor jou of voor de Ostrekoff-juwee
len?"
„Voor allebei. Een de gevaarlijkste van allemaal
komt voor de juweelen maar zou mij er graag
bij hebben. Waarschijnlijk zal ik je vandaag of mor
gen vragen om dien man voor mij te dooden."
„Wparom het uit te stellen?" vroeg hij. „Ik rook
gevaar in de lucht, toen ik vanmorgen op stond. Ik
heb nog altijd' datzelfde kleine revolvcrtje in mijn
zak dat ons kort geleden zulke goede diensten heeft
bewezen."
Ze zuchtte.
„Het is jammer dat ik hem vanavond niet ver
wacht" zei zeé „Je hebt hem in de Ambassade-Club
gezien."
„Die elegante schoft?"
„Je beschrijft hem uitstekend. Hij is verschrikke
lijk".
„Waarom ga je met zulke lui om?" vroeg hij hef
tig. „Wat heb je met hen te maken of zij met jou?
Breek met hen, Anna! Ik zal aan je zijde staan en
ik zal er hoopen vinden, die het ook zullen doen. Ze
hebben je waarschijnlijk meegesleept voor je wist
wat je deed Maak er een eind aan. Als ze' de ju
weelen willen hebben, laat ze die dan hebben. Ik ben
hier niet gekomen met de bedoeling zoo te praten",
ging hij voort en zijn gezicht trilde van emotie!
„maar ik kan er niets aan doen. Ik ga zeggen, wat
ik mezelf gezworen heb, dat ik niet zeggen zou
wat en wie je ook bent, Anna. Ik verlang naar je
meer dan naar wat ook ter wereld' Ik zal je uit 'al'
je moeilijkheden helpen. Het kan me geen steek
schelen wat er gebeurd is voor je in het vliegtuig
dien dikken kerel in zijn nek stak en ik je kuste. Wc
zullen ons leven van hier af beginnen.' Als je een
spionne bent geweest, ben je niet genoodzaakt ie
verdere leven een spionne te blijven. Ik zal je
losknopen of voor je vechten ik zal alles doen,
als je maar bij me komt."
Haar oogen riepen hem en hij was met een sprong
de kamer door en had zijn armen om haar heen. Een
lange minuut vonden hun lippen elkaar.