Economische Kroniek
GROOTE BRAND TE WEZEP
GEMEENTE OLDEBROEK.
Groot Russisch vliegtuig neergestort.
De slachtoffers van de „Leeuwerik"
ter ruste gelegd.
De zandstorm in Amerika.
Vijf dagen in een krater doorgebracht.
Onbezadigde senatoren.
CN EN ANDER OMTRENT DE TOESTANDEN IN
DEN MIDDENSTAND. DALENDE WINSTEN
EN GELIJKBLIJVENDE ONKOSTEN.
Zoo er één klasse is van de bevolking, die de cri
sis gelaten over zich heeft laten komen, dan is het
de Nedcrlandsche Middenstand. Wel is deze georga
niseerd in enkele landelijke Middenstandsbonden, die
natuurlijk hun uiterste best doen de hun toever
trouwde belangen zoo goed mogelijk te behartigen,
de resultaten echter zijn tot dusverre vrij bescheiden
geweest. In ieder geval zijn ze bij lange na niet te
vergelijken met de successen, die andere organisa
ties, als bijvoorbeeld die van land- en tuinbouwers
hebben weten te boeken. Middenstanders zijn in den
regel kleine ondernemers en het is hierom, dat we
hun vakorganisatie stellen naast die van den boer.
Bonden van groot-industrieelen laten zich uit den
aard der zaak met een middenstandsvereeniging
moeilijk vergelijken.
De middenstanders voelen zich minder
collega dan concurrent.
Dit meerdere succes van onze plattelanders heeft
natuurlijk zijn gronden. En wanneer we daarvoor
enkele oorzaken zouden moeten aanwijzen, dan zou
den we als zoodanig bijvoorbeeld kunnen opvoeren
de omstandigheid, dat de belangen der middenstan
ders heel dikwijls niet parallel loopen. In de eerste
plaats vindt men er beoefenaren onder van verschil
lende zeer uiteenloopende vakken en beroepen, daar
naast voelen velen, die in hetzelfde bedrijf werk
zaam zijn, zich dikwijls veel meer concurrent dan
collega, wat met zich meebrengt, dat ze minder ge
neigd zullen zijn dan veehouders, land- of tuinbou
wers hun zaken open te leggen.
Over bedrijfsresultaten van den midden
stand wisten wij tot voor kort niets.
Dit alles bracht weer met zich mee, dat tot voor
Kort statistisch materiaal omtrent den middenstand
niet of nauwelijks bestond, en toch was dit noodig,
wilde men resultaten kunnen bereiken. Immers
eerst uit nauwkeurige gegevens zou kunnen blijken,
hoe de toestand precies was. Zonder cijfers ontaardt
iedere bespreking in praten in de ruimte, moest
iedere bemoeiing bij voorbaat vastloopen.
Van overheidswege wordt thans verge
lijkend materiaal verzameld.
In dit verband moet het stellig worden toegejuicht,
dat door de stichting Economisch Instituut voor den
middenstand pogingen in het werk zijn gesteld aller
lei materiaal te verzamelen. En nu mag het waar
zijn, dat de hoeveelheid nog van bescheiden om
vang is: alle begin is moeilijk. Het begin echter is
er en we mogen verwachten, dat hieraan geregeld
meer en betere gegevens zullen worden toegevoegd.
De stof is neergelegd in verschillende brochures,
die zeker een beschouwing waard zijn en die voor
menigeen daarom ook interessant zijn, wijl ze be
trekking hebben op een categorie onzer bevolking,
waarover op 't oogenblik met juistheid nog maar
weinig bekend is.
In middenstandszaken vindt veel wisse
ling van eigenaar plaats.
Zoo ergens, dan ging hier het onderzoek met de
noodige moeilijkheden gepaard. Een in dit jaar ver
schenen brochure behandelt de „kosten en winsten
in den kleinhandel", waarin gegevens zijn venverkt
over het jaar 1933. Ter vergelijking had men daar
tegenover cijfers willen stellen uit het jaar 1924.
Echter „het verkrijgen van gegevens over het jaar
„1924 leverde onoverkomenlijke moeilijkheden op.
„De wisseling in de leiding is bij de middenstands-
„winkels in de onderzochte branches blijkbaar zoo
„groot, dat het meerendeel van de begin 1934 aan
getroffen verkoopplaatsen in 1924 óf nog niet be
stond, óf een anderen eigenaar had."
Zoo werd dus 1924 losgelaten en koos men 1928 tot
uitgangspunt. Ook nu ging het nog niet van een
leien dakje, want veelal werd de administratie on
voldoende gevoerd, zoodat er geen betrouwbare ge
gevens uit waren te putten. Het was vooral de split
sing van de onkosten, die zelfs in behoorlijk gead
ministreerde ondernemingen veel last veroorzaakte.
Ten slotte echter is men er toch in geslaagd in
152 gevallen gegevens te verzamelen, die de toets
der betrouwbaarheid konden verdragen.
De inkomsten dalen op angstwekkende
wijze.
Van deze 152 gevallen hebben 46 betrekking op
kruideniers, 72 op slagers, 16 op melkhandelaren en
18 op groentehandelaren. En wanneer we nu maar
beginnen met de financieele eindresultaten, dan
blijkt daaruit, dat deze op waarlijk angstwekkende
wijze zijn gedaald. Neemt men daarbij dan in aan
merking, dat sedert 1933 de malaise nog steeds ster
ker is geworden, dan mogen de gegevens uit de ja
ren na 1933 met grooten vreeze worden tegemoet
gezien. Te erger is dit, wijl de middenstand een groep
is, die het niet alleen zonder steun heeft moeten
stellen, doch die als belastingbetaler één der kur
ken is, waarop ons economisch stelsel ten deele nog
drijft.
Indien we nu in alle gevallen voor den onderne
mer en zijn huisgenooten geen loon in rekening stel
len, dus aannemen dat deze menschen hun werk
voor niets verrichten, dan vinden we de volgende
totaal winsten:
46 Kruideniers:
1928 1933 vermindering
Overschot f 121.044 f 68.485 43.4
Tl Slagers:
1928 1933 vermindering
Overschot f 273.057 f 182.288 33.2
16 Mclkhandelaren.
1928 1933 vermindering
Overschot f 56.874 f 41.621 26.8
18 Groentehandelaren:
1928 1933 vermindering
Overschot f 55.290 f 24.26056.1
Zooals men ziet, is overal de vermindering van
inkomen zeer belangrijk. Doch er is nog winst, zoo
kan men zeggen. Inderdaad, maar dat overschot is
in dezen niet meer dan een schamele belooning voor
de diensten, die door de ondernemers zijp verricht.
Worden deze diensten op een redelijke wijze ge
waardeerd. dan vinden we in alle vier groepen
slechts verlies. Het Economisch Instituut begroot
deze negatieve economische resultaten als volgt:
Kniideniers f45.059.—
Slagers f 17.552.
Melkhandelaren f 1.069.
Groentehandelaren f26.590.
1
Niet de patroon verdient altijd 't meeste.
Dat het niet altijd de patroon is. wiens werk het
best betaald wordt, moge blijken uit het volgend
overzichtje, cijfers bevattende omtrent het jaar 1933.
1. Aantal eigen krachten;
2. Overschot per kracht;
3. Aantal gehuurde krachten;
'4. Loon per kracht.
12 3 4
'46 kruideniers 69 f 993.67 f 987.
72 slagers 103V2 f1761.— 150 f 1266.
16 melkhandelaren 26V2 f 1571.HV2 f 947.
18 groentehandel. 27V2 f 882.— 33V2 f1185.—
I
Nog andere dingen vallen uit dit overzichtje te
leeren. Zoo bij voorbeeld, dat de middenstand al
is het aantal te werk gestelden per onderneming
dan ook gering bijéén genomen een zeer belang
rijk werkgever is. Wanneer de toestanden zich blij
ven toespitsen, wanneer door de malaise meer en
meer zal moeten worden gesteund op eigen krach
ten. dan zal ook hiervan onze gemeenschap de wran
ge vruchten ondervinden.
De middenstand draagt zijn lot gelaten, schreven
we in het begin van dit artikel. We meenden dat
te mogen zeggen, omdat hij al hoort men den
enkeling wel eens klagen als geheel zonder hulp
en steun van hoogerhand en zonder veel jammer
klachten zijn weg bewandelt. Waarbij men niet uit
het oog mag verliezen, dat de boven gegeven over
schotten per werkkracht de doorsnee waren over
1933, dus al weer anderhalf jaar teug. lp den tus-
schentijd is dat stellig niet verbeterd. Integendeel,
men mag aannemen, dat het belangrijk slechter is
geworden. - j
De vaste lasten zijn helaas niet gedaald.
I
Het onhoudbare echter is, dat in den tijd van 1928
tot 1933 de gehecle teruggang der inkomsten is toe
te schrijven aan vermindering van omzet, terwijl de
onkosten weinig of niet daalden, soms zelfs stegen.
Het volgende staatjes brengt dit in beeld.
Indien met de onkosten in 1928 stelt op 100, vindt
men voor 1933:
Huur Loonen Intrest Afsch. Alg.. k. Tot. k.
Kruideniers:
100 101 86 119 105 102
Slagens:
94 102 79 132 97 100
Melkhandelaren:
100 92 85 89 88 91
Groentehandelaren:
101 99 75 69 90 94
I
Omtrent het hooge percentage voor afschrijving
bij kruideniers en slagers vermeldt een noot in dè
betreffende brochure: „Bij kruideniers en slagers
valt gedurende de laatste jaren een streven op te
merken naar verfraaiing van den winkelinvcntaris
en kan voorts uitbreiding en verbetering van het ex
peditiemateriaal worden opgemerkt. Een en ander
weerspiegelt zich in verhoogde afschrijvingsbedra
gen."
1
We willen het hierbij laten en de hoop uitspreken,
dat het Economisch Instituut mag doorgaan met het
verzamelen van gegevens.
De middenstand is in ons land een gezonde stand
geweest. Uit het bovenstaande valt reeds veel te
leeren. Dat de onkosten gelijk blijven in deze tijden
waarin alles daalt, dunkt ons onbillijk. En dus zal
het in de eerste plaats zaak zijn, daar verandering
in te brengen.
Of het mogelijk is
Dat zullen de middenstandsvereenigingen dienen
te onderzoeken. Wij voor ons gelooven, dat het
moet, want men zal zich zelf moeten helpen. Op
steun van buiten is wel nauwelijks te rekenen.
Twee boerderijen en vijf sohuren een prooi
der vlammen.
Oldebroek: Donderdagmiddag te omstreeks
kwart voor twee brak brand uit in de boerderij van
den landbouwer M. van Dam te Wezep gemeente Ol
debroek. Oorzaak van den brand is dat kinderen in
het achterhuis met lucifers hebben gespeeld.
Door den hevigen wind greep het vuur zeer snel
om zich heen, zoodat weldra de geheele boerderij in
lichter laaie stond. Ook de drie om de boerderij ge
legen schuren vatten vlam. Ook de naast gelegen
boerderij van den landbouwer C. Hartman en twee in
de nabijheid gelegen schuren, benevens een hooiberg
gingen in vlammen op. De stoomspuit uit Oldebroek
was spoedig ter plaatse. Het blusschingswerk werd
geleid door den burgemeester van Oldebroek. Tegen
de geweldige vuurzee was evenwel, mede tengevolge
van den buitengewoon hevigen wind niet veel uit te
richten. De brandweer kon niet voorkomen dat de
twee boerderijen en de vijf schuren totaal afbrand
den.
Een villa van den heer Hartink, benevens de boer
derij van den landbouwer van der Kolk liepen nog
een oogenblik zoo groot gevaar dat beiden door de
bewoners moesten worden ontruimd. De brandweer
kon evenwel voorkomen dat ook deze een prooi der
vlammen werden.
Van den inboedel van de boerderijen kon niets ge
red worden. Ook eenig vee kwam in de vlammen om.
Beide landbouwers zijn verzekerd.
Acht inzittenden omgekomen.
Wladiwostok: Ten Westen van het eiland
Sachalin is een groot Russisch vliegtuig neergestort.
De acht inzittende personen werden gedood.
Amsterdam, 11 April. Vanmiddag heeft op de be-.
graafplaats „Zorgvlied" aan den Amsteldijik de droe
ve plechtigheid plaats gehad van de teraardebestel
ling van de vijf omgekomen leden van de bemanning
van het K.L.M.-toestel „Leeuwerik", dat Zaterdag
jl. op zoo tragische wijize bij Brilon is verongelukt.,
Reeds ver voor den aanvang van de begrafenit
heerschte op en om het anders zoo stille „Zorgvlied"
een groote drukte. Auto's reden af en aan, honderden,
waren naar het kerkhof gekomen, om de laatste eer
te bewijzen aan de mannen van de „Leeuwerik", die
gevallen zijn bij het vervullen van hun plicht.
Een der grootste catastrofen, waardoor de
Vereenigde Staten ooit getroffen werd.
Kansas City: De zandstorm, waardoor thans
acht staten in het centrum van Amerika geteisterd
worden, is een der grootste catastrofen waardoor de
Vereenigde Staten ooit getroffen werden.
De orkaan verplaatst zich slechts langzaam Oost
waarts, waardoor de uitwerking ervan op de velden
nog verschrikkelijker wordt. Zoo worden in uitge
strekte gebieden van Noord-Westelijk Texas de bo
venste aardlagen door den orkaan geheel weggezo
gen.
Het verkeer op de wegen is levensgevaarlijk. In de
gebieden, die het zwaarst geteisterd worden, dreigt
de bevolking te verstikken, daar de menschen bij ie
dere ademhaling groote hoeveelheden stof binnenha
len.
Twee boeren, die sedert het begin van den storm
vermist werden, zijn dood op het veld gevonden.
In Oost-Kansas viel een bloedroode regen, die op
de daken eigenaardige vlekken achterliet. Ook de
sneeuw, die daarna viel, was zoo met stof vermengd,
dat de farmers haar de benaming „snost") (een com
binatie van de woorden „snow" en „dust") gegeven
hebben.
In Colorado dragen de bewoners gasmaskers. Hon-
derden gezinnen in Oklahoma hebben hun hoeven
verlaten om niet van honger om te komen.
Een poging tot zelfmoord, die faalde
Tokio: Toen een groep Japansche toeristen de
top van de Mount Aso. een werkende vulkaan in
Kyoesjoe, beklommen hadden en in de diepte van
den krater naar beneden keken, hoorden zij tot hun
schrik het geroep van een menschelijk wezen opstij
gen.
Door den dikken rook konden zij niets zien en
hulpverleening was door de zwaveldampen voor het
oogenblik onmogelijk.
Later is een man in den krater afgedaald, met een
touw om zijn middel en beschermd tegen de giftige
dampen. Na drie uren zoeken vond hij een vrouw,
liggende op een hoop zachte asch. Zij was slechts
licht gewond.
Nadat zij in veiligheid was gebracht, vertelde zij
haar redders, dat zij gepoogd had zelfmoord te ple
gen na den dood van haar ouders en haar echtge
noot. Zij had zichzelf in den krater geworpen, doch
was op zachte asch terecht gekomen. Deze asch ab
sorbeerde ook de giftige dampen, zoodat zij vrij kon
ademen. Vijf dagen lang heeft zij in de vulkaan ver
toefd.
Na de huwelijksvoltrekking van den Duitschen minister-president Hermann Göring en Emmy
Sonnemaun, werden voor het stadhuis te Berlijn aan het bruidspaar bloemen] aangeboden.
Links de eerste burgemeester van Berlijn Sahm, die het huwelijk voltrok.
Schoten in den senaat,
Montevideo. In het senaatgebouw van de Zuid-
Amerikaansche republiek, Urugay, heeft zich een dra
matische gebeurtenis afgespeeld. Senator dr. Ghigliani
loste aldaar verscheidene schoten uit een revolver en
wondde daarmede senator dr. Demichello, die door
vier kogels ernstig getroffen werd.
Ghigliani legde onmiddellijk zijn mandaat neer en
stelde-zich ter beschikking van de justitie. Het mi
nisterie van binnenlandsche zaken heeft in den loop
van den nacht een communiqué uitgegeven, waarin
verklaard wordt, dat de oorzaken van het drama nog
niet volkomen opgehelderd zijn. Demichello is in-
tusschen. geopereerd. Levensgevaar is niet aanwe
zig, tenzij zich complicaties voordoen. De beide sena
toren waren zeer bevriend, maar tengevolge van de
politiek waren zij uiteengedreven, hetgeen tenslotte
tot,een onverzoenlijke vijandschap ontaardde.
Ghigliani is directeur van het regeeringsblad „El
Pueblo".
Demichello was vroeger eveneens directeur van het
hlad. Kortgeleden sfichtte hij het blad „Uruguay", dat
oppositie voerde.
HUIS INGESTORT TE ISTANBOEL.
Zes dooden.
In een stadsdeel van de Türksche hoofdstad Istan-
boel, dat in hoofdzaak door Grieken wordt bewoond,
is een houten huis ingestort. Uit het puin zijn reeds
zes dooden geborgen, terwijl tien andere bewoners
ernstig gewond naar een ziekenhuis zijn overgebracht.
Er worden nog eenige personen vermist.