Economische Kroniek evewq entsmuren Vernietiging van levensmiddelen. Naar aanleiding van de nu achter ons liggende Sta tenverkiezingen, had ik dezer dagen een interessant gesprek met een mijner kennissen over onze regee- ringspolitiek, die er toe voert, dat groote hoeveelhe den levensmiddelen soms worden vernietigd, terwijl er toch zoo heel velen zijn, ook in ons land, die ze zoo bij uitstek goed kunnen gebruiken. Zooals ook verschillende volksleiders tegenwoordig soms plegen te doen, veroordeelde hij een dergelijke handelwijze en ik had eenige moeite hem duidelijk te maken, dat dit vraagstuk, evenals alle andere twee kanten heeft, dat onze Regeering werkelijk niet tot zulke maatregelen zou grijpen, indien er geen dringende redenen voor waren. Zonder nu in een te ver doorgevoerde bewon dering alles goed en mooi te willen heeten, wat onze Haagsche bewindvoerders ordonneeren en decreteeren, mag men toch ook niet uit pure oppervlakkigheid klakkeloos afkeuren, wat ons op het eerste gezicht onbegrijpelijk schijnt. Want inderdaad, zoo heel ge makkelijk is de kwestie niet. Deze vernietigfhgen zijn natuurlijk toe te schrijven aan de omstandigheid, dat we in ons land aan ver schillende goederen een productie hebben, die meer oplevert dan datgene, waarnaar tegen een redelijke prijs vraag bestaat. Vroeger was dit anders. En dat de reden van dit verschijnsel is te zoeken in het feit, dat door allerlei intornationale maatregelen door invoerrechten en contingenteeringen in de landen, die vroeger als afnemer optradln ons afzetgebied op ontstellende wijze is inééngcschrompeld, dat zijn dingen, waarvoor men onze regeering niet zonder meer aansprakelijk kan stellen, al wordt af en toe vermoedelijk zeer terecht de klacht gehoord, dat onze officieele vertegenwoordigei's bij besprekingen omtrent af te sluiten handelsverdragen niet steeds de belangen van onzen uitvoer op de beste wijze heb ben weten te dienen. Er is dus, wat men zou kunnen noemen, overpro ductie cn dat buiten de schuld van de regeering. Nu is dat begrip „overproductie" een wonderlijk iets. Men zou kunnen zeggen, dat het op zich zelf genomen, heelemaal niets is. Want overproductie zon der meer is ondenkbaar. Voor alle goederen zijn al tijd liefhebbers te vinden wanneer de prijs maar laag genoeg is. In werkelijkheid is er dus nooit over productie en wanneer we er toch van spreken is het om een zekere verhouding aan te geven. We willen er mee zeggen, dat de prijs zoo hoog is, dat daartegen niet alle aangeboden hoeveelheden kunnen worden opgeruimd. Men lette wel, hiermee is in 't geheel niet gezegd, dat de prijs in vergelijking met andere tijden bijzonder hoog is. Hij is alleen te hoog om de geheele beschikbare voorraad of productie te verkoopen Op 't oogenblik nu kennen we bij ons ten aanzien van allerlei levensmiddelen een dergelijke overpro ductie en dat terwijl de prijs toch inderdaad betrek kelijk heel laag mag worden genoemd. Wanneer zich vroeger zulke omstandigheden voor rieden, trad de natuur zelf als heelmeesteres op. Welke tak van handel of industrie men ook neemt, men zal er steeds bedrijven vinden die onder gunsti ger, andere die onder ongunstiger omstandigheden werken. Als factoren, die daarbij optreden kan men bij voorbeeld noemen de ligging van het bedrijf al of niet aan verkeerswegen, waardoor de onkosten van vracht lager of hooger zijn, verder persoonlijke be kwaamheid van ieder, die er werkzaam is, kwaliteit van het land bij boerderijen en nog veel andere meer. Stijgen de verkoopsprijzen der voortbrengselen in verhouding tot de andere productiefactoren als b.v. loon, huur, pacht, intrest, enz. dan worden de winsten grooter. Maar het beteekent tevens, dat bedrijven, die vroeger onrendabel waren, nu in ex ploitatie kunnen worden genomen. Bij dalende prijzen ziet men het tegenovergestelde: die bedrijven, waar de onkosten het zwaarst druk ken, beginnen verlies op te leveren en ze worden, wanneer de toestand niet verbetert, buiten gebruik gesteld. Overproductie, zooals wij die omschreven, zal dus moeten voeren tot het opheffen van allerlei onderne mingen, met als gevolg een meer beperkte voortbren ging, waardoor het evenwicht zich op den duur weer herstelt, - Zoo was het vroeger en zoo is het ten deele ook nu nog. Wanneer in dit opzicht veranderingen zijn ont staan, komt dit doordat de mensch door allerlei maat regelen het stilleggen van bedrijven tracht te voor komen. Indien onze Regeering alles op zijn beloop liet, zou stellig na verloop van tijd een nieuw evenwicht ont staan. Maar de toestanden ten plattenlade zouden een crisis moeten doormaken, waarbij de tegenwoor dige nog maar kinderspel is. Ons halve vaderland en wellicht nog meer zou gedoemd zijn tot braak liggen, de thans geproduceerde levensmiddelen zouden te gen onmogelijk lage prijzen worden verkocht of niet eens! We herinneren ons nog al te goed hoe vaak partijen geen koopers vinden of vonden! Terecht ziet men in Den Haag in, dat dit niet gaat. De boer dient te worden geholpen. Maar hoe? Verschillende wegen voeren hier naar Rome. De onkosten kunnen worden verlaagd. In dit opzicht is reeds allerlei gedaan, zoo ten aanzien van de verla ging der pacht bijvoorbeeld. Ook echter kan men trachten de prijzen der producten te verhoogen. En hier is het, dat we langzamerhand het terrein der ver nietiging van levensmiddelen beginnen te naderen. Het is niet moeilijk voor de Regeering om er voor te zorgen, dat de prijs van eenig product nooit kan dalen beneden een zeker minimum. Ze behoeft daar voor slechts te zeggen: in het uiterste geval neem ik alles voor die en die prijs over. Daarmee is de zaak in orde. Degenen, die ook van het goed willen be trekken, zullen in het uiterste geval die minimum prijs moeten betalen. Zoo is, op het oogenblik, in korte trekken geschetst, voor verschillende artikelen zoo ongeveer de toestand. Eenerzijds bestaat een vraag van verbruikers, die een deel van de productie uit de markt neemt tegen een prijs minstens gelijk aan die welke de regeering be taalt, daarnaast hebben we een vraag van de Regee ring naar het overschot. Wat moet nu de Regeering met de door haar ge kochte goederen doen? Ze worden vernietigd. Velen echter zouden ze ter beschikking willen stellen van de werkloozen. Indien dit laatste geschiedde, wat zou dit dan ten gevolge hebben? Er zijn allerlei mogelijkheden denkbaar. Zoo b.v.: lo. De werklooze heeft 't goed niet bepaald noo dig. Zal hij 't nu verbruiken? Het is zeer de vraag, De mogelijkheid is niet uitgesloten, dat hij zal pro- beeren het van de hand te doen. Uit den aard der zaak zal hij dit alleen maar kunnen tegen een prijs liggend onder de normale., doch dit is nog bijzaax. De koopsr van het goed zal zijn behoefte niet meer aan de markt behoeven te dekken. Met andere woor den: de vraag van de zijde vaa den consument zal dalen, de regeering zal meer moeten afnemen en wel ongeveer evenveel als door de werkloozen onder de hand is verkocht. Wat nu met dit meerdere te doen? Toch vernie tigen? Duidelijk is, dat intusschen de kosten der sa neering zijn toegenomen, wijl de Regeering meer moet afnemen als vroeger. En geld spreekt langza merhand in Den Haag een groote rol. We geven toe, dat maatregelen denkbaar zijn, die dit van de hand doen der goederen door hen, die ze van de Regeering ontvingen, beletten. Maar zoo iets zou en leger van ambtenaren en controleurs meebrengen. En 't is de vraag of ook dan nog het euvel zou kunnen worden bestreden. 2o. De werklooze heeft het goed bepaald noodig. Indien dit echter het geval is, was dit voorheen ook reeds zoo. Zelfs met zijn klein inkomen trad hij tot dusverre als kooper op. Maar indien hij het artikel i n't vervolg gratis ontvangt, treedt hij, voor zoover hij het vroeger kocht, uit de markt. Met hetzelfde gevolg, dat de vraag van consumentenzijde aan de markt verminderd en de Regeering meer zal hebben af te nemen. Verschillende overgangsvormen zijn nog denkbaar. We willen ze echter buiten beschouwing laten. Im mers, het was niet onze bedoeling het stelsel der regeeringsbemoeiing nauwkeurig te ontleden. Wat we wilden bereiken was bij den lezer het inzicht te wekken, dat de vaak gelanceerde, maar heel goed- koope redeneering, als zou men de overtollige le vensmiddelen zonder eenig bezwaar beter onder de werkloozen kunnen verdeelen, dan ze aan de ver nietiging prijs te geven, toch wel voor bestrijding vatbaar is. In politieke vergaderingen wordt er intusschen een dankbaar gebruik van gemaakt, bij het publiek, dat niet verder denkt dan zijn neus lang is, gaat het er altijd in als koek. Het idéé dat vernietiging geen onzin zou zijn, wordt vaak belachelijk gemaakt en een applausje is in den regel het loon voor den spreker. Hij kan zich zulke schimpscheuten veroorloven, omdat hij nu eenmaal niet tot regeeren geroepen is. Ware dat wel het geval, hij zou zich wel spoedig eens achter de ooren kunnen krabben. Want zóó gemakkelijk is de kwestie niet. Vernietiging van levensmiddelen mag soms dwaas lijken, zoo heel mal ls het toch niet. In zooverre verdient onze Reg.eering minder blaam, als sommi gen haar vaak toezwaaien. Waarmee niet gezegd zij, dat we alle Regeeringsmaatregelen even mooi of goed vinden. DINSDAG 23 APRIL. i HILVERSUM (301 M.) AVRO-uitzending, 5.30 VPRO., 6.30 RVU. 8.00 Gr. pl.; 9.00 Ensemble Rentmeester; 10.00 Morgenwij ding; 10.15 Gewijde muziek; 10.30 Ensemble Rent meester; 11.00 Causerie Mevr. R. LotgeringHille- brand; 11.30 Pianorecital B. Polka—Waisvisz; 11.50 Concert door „de Minstreels". In de pauze's: W. J. Kok's Accordeon-orkest; 1.45 Het Lyra-Trio; 3.00 4.00 Kniples; 4.15 Gram.pl.; 4.30 Radio-kinderkoor- zang olv. J. Hamel: 5.00 Voor kleine kinderen; 5.30 Jeugdhalfuur v. d. VPRO.; 6.00 Gram.pl.; 6.30 RVU. Dr. Jan Romein: Grondstoffen en politiek. IV. Staal; 7.00 Disco-nieuws; 7.30 Engelsche les Fred Fry; 8.00 Vaz Dias; 8.05 Uitzending van een revue; 9.15 Fransch cabaret; 9.45 Uit het Concertgebouw te Am sterdam: Luistervinlcenkoor A'dam olv. J. Hamel, 't Omroeporkest olv. N. Treep en solisten: 10.30 Majo Marco en zijn orkest; 11.00 Vaz Dias; 11.10 Gr.pl. HUIZEN (1875 M.) KRO.-uitzending. 8.00—9.15 en 10.00 Gram.pl.; 11.30 12.00 Godsd. halfuur; 12.15 Gram.pl.: 1.00 Schlager- muziek; 2.00 Vrouwenuur; 3.00—4.00 Modecursus; 4.15 Zang en pianorecital en declamatie; 5.00 Kamer orkest; 5.50 Gram.pl.; 6.40 Esperanto-uitzending; 7.15 Pianorecital; 7.45 Causerie; 8.00 Vaz Dias; 8.05 Bon te Avond; Om 9.10 Causerie en om 10.30 Vaa Dias; 11.00—12.00 Gram.pl. DROITWICH f1300 M.). 9.359.50 Morgenwijding; 10.20 Orgelspel S. Torch; 10.50 Gram.pl.; 11.20 De Karl Caylus Players m.m.v. J. Maude (sopraan); 12.20 J. Muscant en zijn orkest I.20 Gram.pl.; 1.35 Reportage: 2.20 Het Schotsche Studio-orkest; 3.20 Lezing; 3.40 Het Serre-Trio m.m. v. A. Matters (bas-bariton); 4.35 Dansorkest olv. H. Hall; 5.20 Berichten; 5.50 Bach-concert 6.10 Fran- sche les; 6.40 Gram.pl.; 6.50 Lezing; 7.20 Concert door A. Sammons (viool) en W. Murdosch (piano); 8.05 „Merely players", spel van L. du Garde Peach; 8.50 Berichten; 9.10 Lezing; 9.20 Causerie; 9.40 The aterorkest olv. S. Robinson; 10.35 Dansmuziek. RADIO-PARIS (1648 M.) 6.20 en 7.20 Gram.pl.; 11.35 Orkestconvert; 8.05 Kwar- tetconcert, zang en declamatie; 9.50 Pascal-orkest. KALUNDBORG (1261 M.) II.201.20 Strijkorkest olv. H. Andersen; 2.20 Zang en piano; 2.50—4 20 Concert uit rest. „Wivex"; 7.35 Operettemuziek; 8.55 Saxofoonsoli; 9.3510.20 Om roeporkest. KEULEN (456 M.) 5.20 Gram.pl.; 6.35 Kwintetconcert en vocaal sextet; 11.20 Omroepkleinorkest; 1.35 Zang; 3.20 Pianoreci tal; 4.20 Omroeporkest; 6.50 Gramofoonmuziek; 7.35 Uit Frankfort: „Bauern suchen das Reich"; 8.05 Uit Berlijn: Omroeporkest, en solisten. ROME (421 M.) 8.05 Cello en piano; 9.20 Omroeporkest. BRUSSEL (322 en 484 M.) 322 M.: 11.20 Gram.pl.: 11.50 Omroeporkest: 12.50— I.20 en 4.20 Gram.pl; 5.50 Russisch orkest; 7.20 Sym- phonieconcert; 8.20 en 9.30—10.20 Gram.pl.; 484 M.: II.20 Gram.pl.; 11.50 Zigeunermuziek; 12,50—1.20 Or gelconcert; 4.20 Dansmuziek; 5.20 Zang en pianoreci tal; 7.20 Mandolineconcert; 8.20 Gram.pl.; 8.35 Sym- phonieconcert; 9.30—10.20 Dansmuziek. DEUTSCHLANDSENDER (1571 M.) 7.35 Rijkszending: Bauern uchen das Reich; 8.05 Otto Kermbach's orkest; 9.20 en 10.05 Berichten; 10.20 11.50 Dansmuziek door Oskar Joost en zijn orkest. ik daarvoor niet gekleed. Ik ga liever in den wagen uit" „Werkelijk? Prachtig, dan zal ik je weer les ge ven. De vorige maal ging het prachtig." Ze gaf hem een van haar verleidelijkste glim lachjes. „Ik zal het al heel gauw beter dan jij ken nen. Sally, ga jij Hawkins even zeggen dat hij den Rover voor brengt." „Waarom doe je het zelf niet?" vroeg het jonge meisje. „Ik zal het wel even doen", zei Phil. Hij liep bij de laatste woorden al op den deur toe, doch Persis weerhield hem. „Sally doet het wel", zei ze rustig. „Vooruit Sally, Je stelt je allerbelachelijkst aan. En neem die bloem uit je haar. Zoo is het beter." Sally had de anjer achter haar oor weggetrokken en haar zuster toe gegooid. „Wees nu eens lief, en doe wat ik zeg. Ga zitten, Phil. Wil je soms rooken?" „Graag." Ze lette niet verder op Sally, die na eenige secon den, merkend dat niemand meer notitie van haar nam, als een verontwaardigd eekhoorntje uit de ka mer sloop. Ze had altijd het land gehad aan Phil Croy, ofschoon ze zich niet kon herinneren dat hij ooit iets had gedaan waardoor hij haar kon ergeren. Hoewel ze er bitter weinig voor voelde de bood schap van haar zuster aan den chauffeur over te brengen, besloot ze het toch maar te doen, eenvoudig omdat ze zich als ondeugend schoolmeisje had aan gesteld, wanneer ze anders handelde, en daarvoor voelde ze bitter weinig. Ze was de laatste negen maanden sterk ontwik keld en schieten met een catapult had geenerlei aan trekkingskracht meer voor haar. Hierdoor kwam het dan ook dat opmerkingen van Persis over haar kinderachtigheid en onbeschaafdheid diep insloegen, Ze was er evenwel van overtuigd haar stiefzuster flink geantwoord te hebben, want Persis was zeer kwetsbaar. Niettemin was het erg jammer dat ze zoo driftig werd, redeneerde ze: ze had even goed kalm kunnen blijven, want ze merkte immers toch hoe ze Persis hinderde. Het was vroeger nog nim mer zoo sterk tot haar doorgedrongen dat ze het in haar macht had haar schrik aan te jagen, en ze glimlachte dan ook tevreden over die ontdekking. Daarvan zou ze nog wel eens gebruik maken. In deze stemming verliet ze de garage, en toen ze door de voordeur naar de hall wilde gaan, stond ze in eens van aangezicht tot aangezicht tegenover Beres ford. HOOFDSTUK II. De beleediging. Sally bloosde tot de wortels van haar zwart haar WOENSDAG 24 APRIL. HILVERSUM (301 M.) VARA-uitzending. 8.00 Orvitropia olv. J. v. Horst 8.25 Gram.pl.; 8.35 Vervolg concert; 9.00 Gram.pl.; 9.30 P. J. Kers: Onze Keuken; 10.00 Morgenwijding VPRO.; 10.15 Voor Arb. in de Continubedrijven; 12.00 Gram.pl.; 12.15 De Notenkrakers olv. D. Wins: 12.45 E. Walis en zijn orkest; 1.15 Viola-recital G. Smit; 1.30 Orvitropia olv. Jan van der Horst; 2.00 Voor^de vrouw; 2.15 Kniples; 3.00 Voor de kinderen; 5.30 Gram.pl.; 7.00 Sportuitzending: 7.20 Orgelspel J< Jong; 7.40 Voor het platteland; 8.00 S.O.S.-berichtcn: 8.03 Vaz Dias en VARA-Varia; 8.10 Optreden van Johan Kaart; 8.30 J. Schmidt (tenor) en E. Walis en. zijn orkest m.m.v. J. Huy (saxofoon); 9.30 Residen tie-orkest olv. H. de Groot m.m.v. T. de Lorme (alt); 10.30 Gram.pl.; 10.35 „Antje Kolensnuit speelt de groote dame", spel van M. S. Santcroos. Leiding W. v. Cappellen; 10.50 Vervolg orkestconcert; 1125 De Notenkrakers olv. D. Wins; 11.5512.00 Gr.pl. HUIZEN (1875 M.) NCRV.-uitzending. 8.00 Schriftlezing en medita tie: 8.159.30 Gram.pl.: 10.30 Morgendienst; 11.00— 12.00 Orgelspel R. Parker; 12.15 Kwintet concert olv. P. v. d. Hurk en Kinderkoor „De kleine harp"; 2.30 Postzegelpraatje; 3.003.45 Zang door C. v. Staa Beversluis (sopraan); 4.00 Het Haagsche Trio; 5.00 Kinderuur; 6.00 Landhouwnraatje; 6.30 Afgestaan; 7.00 Ned. Chr. Persbureau: 7.15 Gram.pl.: 7.30 Tech nische causerie; 8.00 Vaz Dias; 8.05 Mannenzang- vereeniging „Concordia" olv. Tobé m.m.v. solisten* 9.15 Causerie Dr. K. H. Miskotte: 9.45 Vervolg con cert; 10.45 Vaz Dias; 10.50—11.30 Gramofoonmuziek. DROITWICH flBOO M 9.35—9.50 Morgenwiiding; 10.20 Gram.pl.; 11.05 Or gelspel 0- MacLean; 11.50 Ch. Manning en zijn or kest; 12.50 Orgelspel G. Weitz; 1.35 Gram.pl.; 2.10 Pianorecital E. Lush; 2.35 Sted. Orkest Bournemoutli olv. R. Austin m.m.v. B. Hu.mby (piano); 4.05 Gr.pl.; 4.35 Het Eraesco kwintet; 5.20 Berichten; 5.50 en 605 Lezing; 6.25 Bachconcert; 6.50 „Yellow sands", spel, bew. C. Wood; 8.10 Gram.pl.; 8.20 1ste acte van Vor- di's „Aïda" (uit Milaan); 9.00 Berichten. Causerie; 9.25 2de acte van Verdi's „Aïda"; 10.0511.20 Dans muziek door Maurice Winnick en ziin orkest. RADIO-PARIS (1648 M.V 6.20 en 7.20 Gram.pl.: 11.35 Orkestconcert olv. Touche; 7.20 Orkestconcert; 9.50 Dansmuziek. KALUNDBORG f1261 M.V 1120120 Concert uit Rest. „Ritz": 2.30 Zang en; piano; 2.50—420 Concert olv. E. Magnussen; 720 Operettemuziek olv. Reesen; 8.35 Deensche muziek; 9.05 Vocaal kwartet; 9.40 Fransche muziek olv. Ree sen; 10.2011.50 Dansmuziek. KEULEN (456 M 5.20 Gram.pl.; 6.35 Kwïntetconcert m.m.v. solisten; 10.00 Zang en piano; 11.20 Gram.pl.; 12.35 Schram- melmuziek; 1.35 Zang; 320 Kinderconcert; 4.20 Con cert uit Frankfort; 6.20 Gram.pl.; 8.20 Schuberts concert m.m.v. orkest en mannenkoor; 9.40 Fragm, uit Verdi's „Aïda" (gr.pl.); 10.25 Uit Milaan: 3de eni 4de acte van „Aïda", opera van Verdi. ROME (421 M.) 8.20 Opera-uitzending. BRUSSEL (322 en 484 M.V 322 M.: 1120 Gram.pl.; 12.30—1.20 Het orkest Con- stantin; 4.20 Zang en piano; 5.00 Gram.pl.; 5.35 Vi oolrecital; 5.50 6.35 en 7.20 Gram.pl.; 820 Piano recital; 9.30—1020 Gram.pl.; 4S4 M.: 1120 Het orkest Constantin; 12.30—1.20 Gram.pl.; 420 Dansmuziek; 5.20 Gram.pl.; 5.50 Zang; 620 Gra.rn.pl.; 720 Omroep orkest olv. Gason; 7.50 Hoorspel met muziek; 8.50 Gr. pl.; 9.3010.20 Dansmuziek. DEUTSCHLANDSENDER (1571 M.) 7.35 Rijkszending; 8.05 Concert uit München olv. K. List; 920 en 10.05 Berichten; 10.20—11.20 Gr.pl. «llw sithouette knippen, meneer?" .(Judge, New York)' en ze was woedend dat dit gebeurde. Sinds dien fa talen dag van de catapult had ze Berry vrijwel niet meer gezien, ofschoon hij zich daarvan natuurlijk niets herinnerde, voegde ze er in gedachten haastig aan toe. Klaarblijkelijk was dit dan ook niet zoo, want hij begroette haar op zijn gewone jongensachtige wijze. „Hallo, Groote hemel, Sally. Wat zie jij er prach tig uit. Ik hoef zeker niet naar je gezondheid te in- formeeren. Je hebt een kleur als een roos." „Je ziet zelf zoo rood als een haan", vond Sally. het noodig te antwoorden. „En wat ben je dik ge worden, groote goedheid, wat dik. Wat heb je in 's hemelsnaam met jezelf uitgevoerd?" Het was een regelrechte aanval, en Beresford's aandacht werd onmiddellijk verdeeld. „Ik? Ik ben niet dik", verklaarde hij heftig. „Welk een valsche beschuldiging. Ik ben de laatste maan den zelfs afgevallen." „Waarvan? Niet door het harde werken, zou ik wedden," zei Sally scherp. „Naar wie zoek je? Joan? Ze is uit met vader. Persis? Die is thuis... met Phil Croy. Ze gaan dadelijk echter met den wagen weg. Je zult dus je bezoek moeten uitstellen." Beresford trok zijn wenkbrauwen tezamen, terwijl ze spottend lachte. „Phil Ci-oy", herhaalde hij. „Je wilt me toch niet probeeren wijs te maken, dat die hier komt. Waar voor?" „Geen flauw idee van", lachte Sally. „Maar waar om zou de brave jongen niet verschijnen als hij er lust in heeft, evenals anderen?" Beresford keek haar aan. „Je wordt te scherp, bes te kind. Je weet misschien niet eens precies waar over je het eigenlijk hebt." „Een teeken van ontwikkeling, nietwaar? Mis schien wordt je avond of morgen zelf ook nog wel zoo. Is het niet het beste als je meteen naar binnen gaat? Misschien kun je hun nog je zegen geven." Hij maakte een onverschillig gebaar met zijn schouders en deed de deur met breed gebaar voor haar open. Sally trad met de houding van een hertogin bin nen. „Dezen kant naar het liefdesnest", gaf ze spottend te kennen. „Ze zitten in de eetkamer." Daarna liep ze naar boven en liet hem alleen. Hij moest nu wel naar binnen gaan, daar hij zich op dat moment moeilijk meer kon terugtrekken. De eenige persoon, die hij echter in het bewuste vertrek aantrof, was Phil Croy, die in een leuningstoel een sigaret zat te rooken. Wordt vervolgd. 20. Er voer een rilling door Sally's leden en ineens kwam ze overeind. Er was een uitdagende blik in haar oogen en ze keek haar stiefzuster strak aan. „Oh, zit dat er achter?" vroeg ze langzaam en drin gend. „Ik denk er niet over daarheen te gaan. Be grepen?" Persis glimlachte minachtend. „Beste kind, je zult moeten doen wat je vader zegt. Hij zal zich heusch niet die belachelijke houding laten welgevallen." „Hij zal me er niet heensturen," ging Sally op denzelfden nadrukkelijken toon voort, „tegen mijn wil." „Dat zal toch gebeuren als mama het 't beste voor je oordeelt", antwoordde Persis op beslisten toon. „Zij begrijpt meisjes beter dan hij. En het valt niet te loochenen dat je nog de noodige beschaving moet opdoen. Dat zegt mama ook." En toen kon het jonge ding zich niet langer be- heerschen. „Het laat me ijskoud wat mama zegt", brulde ze. „En wat jij beweert plak ik heelemaal aan mijn hiel, leeliik intrigante. Je eenige doel is me uit den weg te hebben, omdat je bang bent voor concurrentie. Alsof... alsof..." ze stotterde van woede, „alsof ik iets te maken zou willen hebben met die halve gare mannen waarmede jij je bemoeit." Ze trilde over haar lieele lichaam van woede en zag er op dat oogenblik zeer gevaarlijk uit. Persis ging onwillekeurig een paar stappen achteruit, of schoon ze haar uiterste pogingen aanwendde een aardigen indruk te blijven maken. door 4T ETHEL M. DELL „Dwaas kind", zei ze uit de hoogte. „Hoe durf je op deze manier op te treden. Je vergaat van jalouzie en daarom praat je zoo". „Jaloezie", stormde Sally. „Jij met je stomme kin dergezicht. Wie zou er op jou jaloersch moeten we zen? Jij eet jezelf op van jaloezie, en daarom wil je me op school houden totdat je een goed huwelijk hebt gesloten. Maar het zal je niet lukken. Ik denk er niet over me nog na de zomervacantie weg te la ten sturen. Intrigeer maar zooveel je wilt: ik ga niet. Daarmee afgeloopen." Ze was zoo driftig, dat ze schreeuwde. „Keurig. Op en top een dame." Ze keek haastig om zich heen en ontdekte met 'n zekere verlichting dat de deur open stond. Ze had Sally nog nooit zoo woest als vandaag meegemaakt, en ze wist zelf niet of ze bang moest wezen of zich er over kon vermaken. Sally geleek op een kleine tijgerin, welke elk oogenblik een sprong kon wagen. Natuurlijk was het belachelijk angstig te wezen: nietteminGeluk kig hoorde ze voetstappen en ze wendde zich dadelijk met een ruk om. „Hallo, Joan", riep ze. „Ben jij daar? Kom mijn bloemens eens bewonderen." Een mannenstem antwoordde haar evenwel. „Ik vrees dat ik Joan niet ben. Niettemin zou ik de bloemen graag zien. Mag ik binnen komen?" „Lieve hemel", zuchtte Persis. „Phil Croy." Een jonge man stapte met zelfbewuste houding de kamer binnen. Hij droeg een rijpak, waardoor zijn goed gebouwde gestalte op zijn voordeeligst uitkwam. Hij had verder een knap, vrij banaal gezicht. Klaar blijkelijk was hij zich ten volle bewust welkom te wezen. „Ja, Phil Croy" zei hij, eerst Persis, en daarna Sally, die het allerminst verwachtte, de hand druk kend. „Ik kwam eens hooren of je wilde rijden. De weg is uitmuntend. Hoop van harte dat ik niet stoor." Hij keek van de een naar de ander. „Men verzocht me meteen maar hierheen te gaan." „Natuurlijk niet", antwoordde Persis beminnelijk. „Het doet me een groot genoegen je te zien. Ik voel echter niets voor een ritje te paard. Bovendien hen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1935 | | pagina 7