evtttiqemstmnw De Langendijker Groentenveilingen. Uit Bergen. Bij de opening van de zaak His Wilms. Algemeene Vergadering D.E.T.V. Erdatl zoo goed voor 't leer! Blijkens een adres van den L.T.B. de nood nog hoog. - Aanvoeren worden geringer. - Roode kool wordt niet meer aangevoerd. - Aanvoer van gele kool is nog van beteekenis. - Prijzen iets minder. - Deensche witte kool. - Vrij groo- te aanvoer. - Lage prijs. - Geen vraag uit het buitenland. - Gerin ge aanvoer van uien. - Oploopen- de prijzen. - Echter veel afval. - Peen brengt lagere prijzen op. - Bieten geen belangstelling. - Aard appels laag. - Aanvoer rabarber. De L.T.B. afdeeling, die onlangs bij monde van haar woordvoerder een demonstratie der tuinders nog demagogie en volksmisleiding noemde, heeft nu aan de gemeentebesturen een regeling gevraagd zoo wel voor kleine als voor groote tuinders, waarbij het mogelijk wordt het bedrijf in stand te houden. Blijft die steunregeling uit, dan zullen vele bedrijven in storten, zegt het adres. Er blijkt wel uit, hoe treurig de toestand in den tuinbouw nog is, en hoe men van volksmisleiding zouden kunnen spreken, als een de- monstreeren van dien bangen nood als volksmislei ding wordt uitgekreten. De aanvoeren aan de beide veilingen waren deze week alweer kleiner dan de vorige. Dit is te begrij pen, als men bedenkt, dat de prijzen de laatste we ken iets waren verbeterd en er dus meer is verkocht dan dit bij gelijke of lagere prijzen het geval zou zijn geweest. Bovendien vragen de werkzaamheden op het land meer arbeid, zoodat er maar weinig tijd meer overblijft voor „kool afbladeren". Veel verandering is er in de gemaakte prijzen niet meer gekomen. Al naar de meerdere of mindere vraag waren de prijzen iets hooger of iets lager. Ook de aanvoeren op de verschillende marktdagen liepen sterk uiteen, wat mede van invloed was op de prij zen. Roode kool werd niet meer aangevoerd. Zij, die de laatste weken met dit product aan de markt kwa men, hebben geen slechte zaken gemaakt. Jammer, I U|T DE OMGEVING NEDERLANDSCHE ESPERANTISTEN-VEREEN. I Eerste lustrum der afd. Bergen. „De toekomst is ons", luidt het devies. Men behoeft niet terug te gaan tot de grijze oud heid, noch zich te verplaatsen in de Middeleeuwen. Men draaie de kalender slechts een achttal jaren terug en zette een Pool of een Rus. een Zweed of een Deen, de nationaliteit komt er tenslotte niet op aan, op het station te Bergen en men draaie hem dan den rug toe. Geen nood denkt de buitenlander, ik red me wel en hij kijkt met welgevallen neer op den ster welke er prijkt op de revers van zijn jas. Want die ster beteekent immers, dat hij Esperantist is, dat hij de wereldtaal spreekt en verstaat en z'n nationaliteit dus geen beletsel kan zijn om in het vreemde land den weg te vinden Maar hij zoekt en hij vraagt en de menschen ha len de schouders op in niet begrijpen; lachen een verontschuldigend lachje. En als de buitenlander dan heel erg veel geluk hoeft, kan liet gebeuren, dat hij toevallig iemand tegen bet lijft loopt, die weet wat die ster beteekent, omdat hij den naam Pascha draagt, maar vooral omdat hij de eenige Esperantist is in de ganscho gemeente. Men ziet, die buitenlander moest wel een buitengewoon goed gesternte hebben! Hoe geheel andere is het thans! dat de hoeveelheden zoo gering waren, zoodat slechts weinigen van de gunstige marktpositie hebben gepro fiteerd. Alleen „om de Noord" zat er nog iets van beteekenis". De aanvoer van gele kool was, gezien het verge vorderde seizoen, nog van belang. Nog ongeveer 40 spoorwagens kwamen aan beide veilingen. Kool van 2 tot 3 pond, die anders het meest gezocht was, was nu goedkooper, dan die van 34 pond. De prijzen la gen tusschen fl en ruim f2 voor de eerste, terwijl vöor de tweede genoemde sortecring van f2.50—f2.S0 werd betaald. Enkele partijtjes gingen daar nog bo ven uit en brachten ruim f3.op. De grofste werd voor f 1.50—f2.20 verkocht. Voor tweede kwaliteit werd f 1f 1.90 betaald, al naar grootte en hoedanigheid. Al deze prijzen zijn laag als men bedenkt, dat het ge wichtsverlies sedert het opslaan zeer groot is. Slechts enkele partijtjes bleven onverkocht. Vooral aan de veiling van den Noordermark tbond werden nog groote hoeveelheden Deensche witte kool aangevoerd. De prijzen van deze koolsoort zijn het geheele jaar door buitengewoon slecht geweest, zoo dat er alle aanleiding was, ze nog niet te verhoogen. Door het uitblijven van eenige vraag van beteekenis uit het buitenland, is het nu wel zoo goed als uit gesloten, dat er nog een opleving zou komen. De prij zen waren weer iets lager dan de vorige week. Voor kool van 2 tot 3 pond werd nu f 1.20f 1.-40 betaald, voor de iets zwaardere sorteering f 1.50f 1.70; enkele partijtjes gingen daar iets boven. De zwaarste kool, eerst soort, werd voor f 1f 1.20 verkocht Voor twee de kwaliteit werd f0.70fl betaald. Er was deze week een stijgende vraag naar uien. De aanvoeren waren slechts gering. Veel moest er bij het uitzoeken als afval worden verwijderd, zoo dat de goede prijzen op verre na niet die beteekenis hebben als wanneer ze een paar maanden geleden waren gemaakt. Aanvankelijk werd voor gele uien. middelgroote, f5.80-f6.40 gemaakt, welke prijs eiken dag opliep, zoodat ze op het eind der week voor f7.50 tot f 8.50 werden verkocht. Voor grove werd ongeveer dezelfde prijs betaald. Drielingen, die aanvankelijk nog voor f2.50—f5.50 werden geveild, brachten op het eind der week f 2 f 3 meer op. Voor peen werden iets lagere prijzen betaald. Groo te bracht 1f 1.30 op, een enkel partijtje iets meer. Voor kleine werd 40 tot 80 cent betaald. De aanvoer van bieten was gering. Ze brachten 60—S0 cent op. Aardappels, Bevelanders, werden voor fl.90 verkocht. Een nieuw product werd aange voerd,, n.1. rabarber; ze werd voor f5.per 100 bos verkocht. De vreemdeling, aangekomen op het station, ziet daar onmiddellijk het bord met den hem bekenden ster, vermeldende den naam en het adres van den consul der Internationale Esperantisten Vereeniging en hij weet, dat hij niet alleen staat in het vreemde land, in de vreemde plaats, onder voor hem vreem de menschen. En op straat heeft hij een zeer groote kans iemand tegen het lijf te loopen, die dezelfde taal spreekt, waarin ook hij kan converseeren, die met hem lid is eener groote internationale beweging en hulp biedt in alle opzichten aan den vreemde- ling. Immers, het was Maandag 22 April precies vijf jaar geleden, dat in Bergen een afdeeling werd opge richt der Nederlandsche Esperantisten Vereeniging en het was dezelfde heer Pascha, die acht jaar gele den de eenige Esperantist was in deze gemeente, die een twaalftal getrouwen om zich had heen verza meld tot het in het leven roepen eener Esperanto- club. Veel is er in die jaren veranderd; met liefde en met energie is er gewerkt aan den bloei der afdee ling en er werd inderdaad een massa bereikt. Het ledental steeg van 12 tot 36. Oppervlakkig lijkt deze stijging gering, doch men vergete niet. dat deze club er een is met een bepaalde strekking en met een cultureel doel. En daarvoor loopen helaas de menschen niet al te hard. Ten onrechte, want het devies der Intern. Vereeniging „De toekomst is ons" is bezig fn alle landen over de geheele wereld ver wezenlijkt te worden. Ongetwijfeld gaat het naar een wereldtaal! Wat de Bergensche club doet? In de eerste en voornaamste plaats geeft de heer Pascha ieder winterseizoen een cursus in een der lokalen van de U.L.O.-school. Deze cursus bestaat uit 20 lessen van lVz uur en werd in de afgeloopen vijf jaren door ongeveer 80 cursisten (gemiddeld 16 per cursus) bezocht. Voorheen gaf de gemeente, in ziende het nut van dezen cursus, een subsidie uit de gemeenschapskas; door den druk der tijden heeft men zich nu alleen moeten bepalen tot het beschik baar stellen van een leslokaal. In de tweede plaats organiseert zij veertiendaag- sche bijeenkomsten (clubavonden) en laat nu en dan buitenlanders komen, om het practische nut van Esperanto in het licht, te stellen. Deze bijeenkomsten worden gedurende negen maanden van het jaar de 3 zomermaanden vallen er buiten geregeld in het Dokter Dekker-huis gehouden en goed bezocht. Tenslotte maakt zij propaganda in den ruimsten zfci van het woord, n.1. door middel van de Pers, door het organiseeren zo.o nu en dan van een ten toonstelling. door het deelnemen aan het Bloemen corso van de V.V.V. en door het verspreiden van strooibiljetten. In dit verband vestigen wij de aan dacht op den buitenlandschen folder van Bergen, uitgegeven door de V.V.V., waarin ook het Espe ranto is opgenomen. En nu gaat de Bergensche club a.s. Zaterdag avond in het Oranjehotel feestvieren. Nu zullen de heeren Pascha, de heer en mevr. Graftdijk en mei. Jimmink, die de club vijf jaar geleden oprichtten, recipieeren; nu zal den bezoekers en bezoeksters een gevarieerd programma worden voorgezet van zang en tooneel, half in 't Nederlandsch en half in Espe ranto. En zal een feesthal, uitsluitend in het Neder landsch. den avond sluiten. Onze gelukwenschen aan de jubileerende Esperan- to-club. Nog vele jaren! B.S.V. I—O.S.V. IV, 3—2. Een zonderlinqe scheidsrechterlijke be slissing. Berqen wint met de oneven goal, welverdiend. Was het de zware nederlaag, verleden week tegen Z.F.C. geleden, welke de elftal-commissie had doen besluiten jong bloed in de B.S.V.-ploeg te brengen? Wij weten het niet. doch wel weten wij, dat de proef niet direct geslaagd is. Van Jaap de Beurs, den trapvasten achterspeler van het tweede elftal bijvoorbeeld, dien men een kans gegeven had. koes terden wij de heste verwachtingen. Maar eilacie! Heel duidelijk demonstreerde de Beurs, dat men een ach terspeler niet ongestraft tot middenspeler kan uit roepen. Want nietwaar, in heider speelmehoden ligt een zeer groot verschil. Als middenspeler kon de Beurs niet uitsluitend zijn verdedigend spel spelen, doch hij moest ook mee ten aanval trekken en als hij den bal vrij had. niet direct opruimen, maar ook met zachte trappen z'n voorhoede voeden. In beide plichten nu schoot hij hopeloos te kort en de elftal-commissie kan hieruit naar mijn meening een nuttige leering trekken. Op de middenvoorplaats was de Haan ditmaal ver vangen door den jeugdigen Hans ten Herkei. Onge twijfeld heeft deze jongen aanleg, maar hij is er bij lange nog nog niet. Hij miste de zoo noodige snel heid om op het juiste moment z'n kans te benutten en speelde een veel te individueel spel om succes te hebben. Spelverdeelen zagen wij zelden, evenmin het openen naar de vleugels. Het was alles te peuterig en te weinig soepel. Nog een derde debutant zagen wij aan liet werk op de rechtsbuitenplaats. Kees Bakker is ongetwijfeld in het tweede elftal eveneens een nuttige kracht, maar als buitenspeler ontbrak hem snelheid en inzicht van handelen. Trouwens het geheele B.S.V-elftal Arie Ram pen en Wim Daames misschien uitgezonderd speelde nog veel te veel opportuniteit.svoetbal. Als de bal maar weg was. waar die te land kwam en of dus een partijgenoot er wat aan had, kwam er in zeer veel gevallen minder op aan. Doel verdediger Van Diepen is lang geen Piet Tim merman. Het eerste doelpunt door O.S.V. gescoord, kan veilig op zijn debet worden geschreven. Aan het tweede doelpunt, dat bovendien nog buitenspel was ook, droegen de gladheid van terrein en bal, de meeste schuld. Toen het 20 stond in het voordeel der gasten, zag 't er voor B.S.V. duister uit. maar toen werd ook de „fighting spirit" vaardig over de blauwhemden en in minder dan geen tijd was de stand gelijk. Beide doelpunten kwamen van den voet van Hans ten dat ik het haar maar meteen ga vertellen. Ze zal er geweldig veel plezier over hebben." Persis snoof minachtend. Ze nam de twee jonge mannen als een gekwetste prinses van het hoofd tot de voeten op. Voordat ze haar verontwaardiging even wel ten volle kon luchten, mengde Croy zich er in. „Hij slaat opzettelijk onzin uit, juffrouw Persis. Neemt u maar geen notitie van hem. Sally had er in werkelijkheid totaal niets mede te maken. Ze werd slechts als een bepaald excuus aangevoeld." „Daarvan zou ik maar niet te zeker wezen", gaf Beresford veelzeggend te kennen. Ze kookte echter inwendig van woede en verkoos Beresford op dat oogenblik niet aan te zien. „Ik ge loof jou", zei ze tot Croy. „Zullen we nu gaan? Het is al vrij laat." Croy volgde haar glimlachend, terwijl Beresford terzijde ging om haar te laten passeeren. Hij toonde volstrekt niet of hij nog boos was en zijn glimlach kon dan ook geen meesterstuk van vroolijke onver schilligheid genoemd worden. Toen Persis echter met haar geleide vertrokken was, kwam er een blik in zijn oogen, waarover Persis verrukt was geweest indien ze die uitdrukking had kunnen zien. Op 'dat oogenblik vormde hij het vaste besluit, dat. onverschillig wat er ook mocht gebeuren, hij dien hinderlijken Croy van de baan zou schuiven en Pereis zelf wilde veroveren. HOOFDSTUK III. pe toekomst. „Ik weet wel wat het is, Berry", zei de Admiraal met een droog kuchje. „Ik word oud." „Onzin, oom", protesteerde Beresford. „Spreek me niet tegen", beval de Admiraal. „Ik weet best waarover ik het heb. Een dezer dagen knijp ik er tusschen uit en dan moet je op je eigen beenen staan. En ik zou van tevoren wel graag willen weten hoe je van plan bent je leven te bederven." „Als u er op blijft staan op deze manier te pra ten welnu, ik zal natuurlijk mijn best doen de oude tradities hoog te houden, en eerlijk spel te spe len, precies zooals mijn vader zou hebben gedaan." De admiraal bewoog zich rusteloos op zijn stoe' heen en weer. Hij zat voor het haardvuur en door zijl. bronchit.es verkeerde hij niet bepaald in een prettig humeur. „We hebben het op het oogenblik over jou", zei hij grimmig. „Ik heb je nog aardig wat te vertellen. Harbin weet het allemaal." Hij werd weer door een hoestbui overvallen." „Waarom laat u me dan niet met hem praten?" stelde Beresford voor. Herkei en waren staaltjes van kalm overleg. Hij maakte daarmede ongetwijfeld veel goed. Na de pau ze bleef het geruimen tijd bij dezen gelijken stand, totdat Jaap Tuin krachtig doorzettend het leer weg pikte vlak voor de handen van den O.S.V.-keeper en keurig scoorde. Tot onze niet geringe verbazing werd dit volkomen reglementair gescoorde doelpunt niet toegekend. Trouwens, de scheidsrechter maakte er maar wat van, floot in bijna alle gevallen te laat, n.1. op appelleeren, ook bij dit doelpunt! Niettemin kreeg B.S.V. toch waar ze recht op had, want Jaap Tuin bracht even daama de thuisclub met een mooi doelpunt in veiligheid (32), nadat aan beide zij den eenige opgelegde kansen waren gemist. Onge twijfeld verdiende B.S.V. de overwinning, doch het elftal moet grondig oefenen, willen de Bergenaren in het volgend seizoen meer succes hebben. Komaan heeren. de factoren zijn er zeker, om er een behoor lijke ploeg van te maken! W I E R I N G E N Dat er belangstelling bij de opening van de zaak van den heer Wilms zou zijn, daaraan twijfelden wij niet, maar dat deze zoo'n enorme omvang zou hebben, dat hadden wij niet gedacht. Van alle kanten, zoowel van leveranciers als van afnemers stroomden Zater dag j.1. de bloemen, cadeaux en telegrammen binnen, zoodat de bloemenhandelaars hier hun handen vol hadden en zelfs nog naar Den Helder moesten om bloemen te halen. Het gevolg was dat de winkel bin nen enkele uren in een waar lusthof was herschapen. Het was den heer Wilms en zijn vrouw aan te zien, dat zij deze hulde voor hun nieuwe zaak maar nau welijks begrepen, doch het schijnt ons toe dat dit voor hen een onvergetelijken dag was. Vele zaken lieden en andere belangstellenden kwamen uit alle deelen des lands per auto aan en toen wij later in de achterkamer op een glaasje wijn werden onthaald, was hier reeds een vroolijk aantal felicitanten aan wezig. Om kort te zijn, deze dag zal voor de familie Wilms een onvergetelijke zijn geworden. HIPPOLYTUSHOEF. Geringe opkomst. Te ruim half drie, len Paaschdag, opende de voor zitter de heer J. Tijsen deze slecht bezochte bijeen komst. Het spijt hem dat men zoo weinig gehoor heeft gegeven aan den oproep.temeer waar zoo'n belangrijk! punt op de agenda voor komt. Spr. dankt dan ver- volgens voor de hulde hem gebracht bij de 25-jarige echtvereeniging. Secretaris de heer Jb. Lont leest hierop de notulen van de vorige vergadering voor, welke onveranderd worden goedgekeurd. Ingekomen stnkken. Binnen gekomen is een schrijven van de Vischmeel- fabriek te Beverwijk, betreffende 't af te sluiten puf- contract. Dit is niet doorgegaan. Dan een zeer uitge breid schrijven van den heer Joh. Sterk te Volendam, die zich opwerpt voor de uitbreiding van export-mo gelijkheden van ansjovis. Adhaesie betuigd door D.E.T.V. Toestand wierbedriji Voorzitter deelt mede, dat hij thans zitting heeft in de Commissie van deskundigen betreffende toe stand van het zeegras. In die kwaliteit heeft hij de belangen in een commissie-vergadering behartigd. De zaak berust thans bij den betrokken Minister. Verder is gebleken dat het verslag van de K. v K. over 1934 betreffende het zeegras veel te geflatteerd was. Op een protest-schrijven werd echter geantwoord dat de feiten grootendeels juist waren. (Advies van Biologisch Instituut v. Visscherij-onderzoek.) Ook is er een schr. van den Min. van Waterstaat over het recht van voetpad bij de Genie-werken. Op het verzoek van D.E.T.V. zal zooveel mogelijk worden ingegaan. Een schrijven der Middenstandsvereen. geeft den uitslag der vergadering belegd i.v.m. met het Hengel- verbod. De uitslag is bekend. (Request zou gezonden worden om te geraken tot opheffing van dit verbod. Red.). Voorzitter geeft vervolgens een uitgebreid verslag der vergadering van het Centraal Comité. Verschil lende punten worden bekend gdfnaakt, welke onder de aandacht der Regeering zullen worden gebracht I Vaststelling candidaten voor den gemeenteraad. Ten lange leste wordt onderstaande lijst opgemaakt: 1. Jn. Tijsen; 2. M. Kooij; 3. Jb. Lont; 4. G. Dirks; 5. Jn. Lont; 6. Jb. Smit. Allen aangenomen. Rondvraag levert enkele minder belangrijke vragen op, welke naar genoegen worden beantwoord. Daarna sluiting. f „Ga zitten," beval de oude man. „En zeg geen woord voordat ik heb uitgesproken." Weer hoestte hij, waardoor hij vuurrood in het ge zicht werd, en Beresford die met geweld een zeer verklaarbare neiging om ongeduldig te worden, onden drukte, ging zitten en wachtte af wat er verder ge beuren zou. De Admiraal was weer op adem en keek hem recht in de oogen. „Je moet één ding goed begrijpen", zei hij. „Lacy Denham" is geen onvervreemdbaar erfgoed Ik kan elk stukje daarvan dus aan een liefdadigheids instelling nalaten als ik verkies." „Beresford zat recht overeind, „k verhinder u daar in allerminst, oom", zei hij vrij heftig. „Ik zou .er niet over denken, zelfs als ik het kon." De Admiraal maakte een sussend gebaar met zijn handen. „Houd je alsjeblieft bedaard. Natuurlijk kun je het niet verhinderen. Stel je niet zoo belachelijk aan." Beresford leunde weer achterover. Het ergste van alles was dat hij met Joan op jacht wilde gaan en zij natuurlijk er nu alleen op uit was getrokken, omdat hij over tijd was. „Stel je niet zoo belachelijk aan", herhaalde de Ad miraal iets kalmer. „Zie je dan niet waar ik heen wil? Over een paar weken ben je een en twintig, en vermoedelijk denk je dan je eigen heer en meester te wezen. Maar dat is niet het geval. Je proeftijd moet nog komen. Begrepen?" „Eerlijk gezegd niet, oom", zei Beresford. „Als ik heb uitgesproken zal alles je duidelijk we zen", voegde de Admiraal er aan toe. „Ik heb me heel wat moeite voor je opvoeding getroost, maar ik ben er nog lang niet tevreden over. Als het leven niet zoo vervloekt onzeker was, dan zou ik je nog een poosje aan je lot kunnen overlaten, maar nu zal het niet gaan. Ik heb er geen flauw idee van wat je op je school wel of niet deed, en dat laat me eigenlijk ook ijskoud. In ieder geval hoef je daar niet meer heen. Je blijft nu hier en moet leeren „Lacy Den ham" te besturen." „Groote goedheid', mompelde Beresford. „Wat be doelt u in s hemelsnaam?" De oude man boog zich voorover in zijn stoel en keek zijn neef strak aan. Beresford zag er hoogst verbaasd uit: had hij daarvoor de Universiteit moe ten bezoeken? In zijn verbazing dacht hij heelcmaal niet meer aan de op hem wachtende Joan. „Wat denk je dat ik bedoel?" vroeg de Admiraal. „Ik weet het niet, oom. Ik weet het werkelijk niet. Ik heb nog niet eens een graad behaald, en ik moet nog duizenden dingen doen voordat ik Cambridge ver laat. Ik ben president van verschillende Clubs en zit in alle mogelijke roeivereenigingen. Ik kan alles toch niet ineens laten varen om op „Lacy Denham" te ko men wonen." .Wordt vervolgd. S'C HG E N C R M E (iroote doos 10 cl.). Extra groote doos 15 ets. 21. Beresford nam hem ecnigszins uit de hoogte op, en Croy hoefde in dat opzicht niet voor zijn houding onder te doen. Hij was drie jaar ouder dan Beresford hetwelk een groot verschil veroorzaakte. Beresford liep op het raam toe en bleef met zijn handen in de zakken naar buiten staren. „Je bent zeker pas têrug?" begon Croy ineens, Beresford keek om. „Ja". „De Ad miraal was gisteren bij ons en zei dat je met vacantic werd verwacht." Hij nam zijn cigaret uit den mond-en bekeek die voor een kort oogenblik aandachtig...Wat houdt die oude heer zich kranig. Een wonderbaar lijke leeftijd." „Ja een wonderbaarlijke leeftijd", merkte Beresford kalm op. Croy streek zijn dikke haren naar achteren en stak zijn cigaret weer tusschen de lippen. Hij voelde zich blijkbaar volkomen op zijn gemak, terwijl Be resford zijn verontwaardiging niet goed kon verber gen. Gedurende enkele seconden werd er niet ge sproken; daarna vroeg Croy na een blik in de richting van de deur geworpen te hebben waar Sally was. „Ik dacht dat ik zoocven haar stem hoorde." Beresford wendde zich nu met een ruk om. „Ik heb er niet het flauwste idee van waar ze kan wezen", gaf hij te kennen. „Ik dacht dat ze zooeven bij jou was", mompelde hij onverschillig. „Ze is een grappig klein ding." Beresford antwoordde niet, en keek weer naar bui ten. „Die heeft een geweldig temperament en zal als ze wat ouder wordt niet gemakkelijk wezen", vervolg door 4T ETHEL M.DELL de Croy. „Ik zou het tenminste niet graag op me nemen die kleine feeks te nemen." „Jij", barstte Beresford nu los. „Jij?" Croy bewoog zich eveh in zijn stoel, doch zijn stem verraadde niet wat er in hem kon omgaan. „Waar om niet? Iets op me aan te merken? Zeg het gerust, mijn waarde." Er lag nu een sarrende glimlach om zijn lippen. Beresford liep op den haard toe en schopte tegen een houtblok aan. Daarna keek hij den ander strak aan en vervolgde: „Het is me een waar genoegen jo nu even te kunnen vertellen dat je de grootste poen bent dien ik nog ooit in mijn leven heb ontmoet. Dat mankeexd er aan je. Snap je?" „Groote goedheid", riep Croy uit, terwijl hij op stond. Doch op dat oogenblik kwam Persis juist bin nen. Ze zag er allerbekoorlijkst uit in een blauwe leder jas en een daarbij behoorend nauwsluitend kapje. „Jullie zijn toch niet aan het kibbelen", vroeg ze verschrikt. „En waarover, Beresford?" Ze stak hem met een smeekend gebaar de hand toe. Hij nam die verlegen aan, terwijl Phil Croy, nog steeds rookend, bij den haard ging staan. Pereis zag van den een naar den ander. „Oh, dat mogen jullie niet doen", zei ze op klagenden toon. „Berry, je meende toch zeker niet wat je zooeven zei? Ik ben er zeker van dat je het niet zoo bedoelde. Je was alleen maar kinderachtig jaloersch, nietwaar?" „Nee," antwoordde Beresford openhartig. „Dat was het niet". Het jonge meisje wendde zich tot Croy. „Phil! Je gedraagt je behoorlijk, anders ga ik niet met je mee uit. Ik heb er zelfs niet eens meer veel lust in. Hei is afschuwelijk als menschen onaangenaamheden over mij hebben." En toen lachte Beresford eensklaps op een onweer staanbare, jongensachtige wijze. „Het ging heelemaal niet om jou ditmaal. Het was om Sally." „Sally." De zachte, smeekende uitdrukking was to taal uit Persis' oogen verdwenen, en ze werd bloed rood. „Sally? herhaalde ze ongeloovig. Weer lachte Beresford plagend. „Wie zou zooiets gedacht hebben. Zoo'n klein, ondeugend ding. Ik denk

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1935 | | pagina 6