Raad Zijpe*
Byrpeester De Moor.
Dinsdag 30 April 1935.
SCHAGER COURANT.
Tweede blad. No. 9711
Afscheid
Afscheid van Burgemeester De Moor.
Vergadering op Maandag 29 April 1935, des mid
dags half 2 uur.
Voorzitter de heer Jb. de Moor, Burgemeester,
Secretaris, de heer J. A. de Boer.
Aanwezig alle leden.
Na opening der vergadering volgt de goedkeuring
der notulen.
Volgen eenige mededeelingen:
inzake goedkeuring Winkelsluitingsverordening en
verordening op de heffing van opcenten op de ge
meentefondsbelasting 1 Mei 1936. Deze verordening
geldt voor 1 jaar.
inzake aanneming der benoeming tot onderwijze
res door G. J. A. Groen en A. Kaptein;
inzake niet-aanneming benoeming tot plaatsvervan
gend lid stembureau door A. Appel en J. C. Bellis.
Bij de gehouden kas verificatie bleek dat in kas was
f 1930.77, op de giro f 981.90 en bij de Coop. Zuivel-
bank f 2005.66.
Mededeeling inzake vaststelling nieuwe salarisre
geling voor Burgemeesters, Secretarissen en Ontvan
gers in Noordholland.
Adres van den Bond van Nederl. Brouwerijen be
treffende het maximum aantal voor verloven A.
Waar deze zaak reeds de vorige vergadering is be
handeld, wordt het adres voor kennisgeving aange-
homen.
Benoeming van de niet-ambtelijke leden der Schat
tingscommissie (art. 57 e.v. der wet op de Inkomsten
belasting 1914).
Afschrift van het Kon. Besluit waarbij aan den heer
J. de Moor eervol ontslag is verleend als Burgemeester
dezer gemeente.
Verzoeken om ontheffing van hondenbelasting,
dienst 1935. Deze worden toegestaan.
Voorstel tot onderhandsche verhuring van een
stukje tuingrond nabij Petten.
B. en W. stellen voor over te gaan tot onderhand
sche verhuring, voor den tijd van 5 jaar (1935 t.m.
1939) van een stukje tuingrond, gelegen in den Lei-
hoek, aan den tegenwoordigen huurder D. Brommer
Sz. te Petten, tegen een huurprijs van f5.per jaar.
Allen voor.
Voorstel inzake het verstrekken van extra hulp aan
werkloozen in 1935 (z.g. steunverleening B).
Naar aanleiding vah de circulaire van het Nati
onaal Crisis Comité d.d. 30 Maart 1935 betreffende
extra hulp aan werkloozen in 1935 (steunverleening
B), stellen B. en W. voor, evenals het vorige jaar,
ook voor het jaar 1935 extra steun aan werkloozen te
verleenen. Maximaal mag over 1935 voor extra steun
B. worden besteed f 10.per werklooze. Van dit be
drag neemt het N.C.C. 79 voor zijn rekening, in
dien de Gemeenteraad 21 van dit bedrag beschik
baar stelt. Ter bepaling van het aantal werkloozen
bal worden genomen het gemiddelde cijfer over do
eerste 10 maanden van 1934. Voor deze gemeente be
draagt dit gemiddeld 141.
B. en W. stellen voor," voor het j'aar 1935 een be
drag van 141 V f2.10 f296.10 beschikbaar te stel
len en de uitvoering der regeling wederom op te dra-
g enaan het Plaatselijk Crisis Comité. Allen voor.
B. en W. stellen voor de aftredende leden, de heeren
J. Bruin Cz., D. de Leeuw Wz., J. de Moor en J. A.
de Wit, opnieuw te benoemen tot niet-ambtelijke le
den der schattingscommissie, zulks voor het tijdvak
van 1 Mei 1935 tot 1 Mei 1939. Deze heeren worden
herbenoemd.
Verzoek van den Zijper Bestuurdersbond om de ge
organiseerde arbeiders, geplaatst bij een der werkver
schaffingen, een toeslag op het loon te verleenen van
2 cent per uur.
De memorie van toelichting wijst er op dat deze
georganiseerden een f5500 a f6000 betalen voor hun
werkloozenverzekering en daarmee bewijzen zelf zoo
ver mogelijk hun risico te willen dragen. Het gevolg
is dat georganiseerden en ongeorganiseerden nu
eigenlijk geen gelijk loon hebben, immers door de
premie die zij betalen, ontvangen de georganiseerden
eigenlijk minder loon. Om de ongelijkheid te herstel
len, vragen zij deze 2 cent toeslag.
De meerderheid van B. en W. stelt voor hierop
niet in te gaan.
De heer Nannis herinnert aan het feit, dat in 1933—
1934 de werkverschaffing in 't leven is geroepen en
toen tusschen ongeorganiseerden en georganiseerden
eenig verschil is gemaakt in het aantal werkuren
Toen bleek dat men eigenlijk van zijn loon niets
kon missen, is een einde aan deze verhouding ge
maakt. Maar toen is voor de georganiseerden dit on
gunstig verschil ontstaan en nu bepleit spr. om aan
die onbillijkheid een eind te maken en pogingen aan
te wenden dat de Minister goedkeurt deze 2 cent toe
slag te geven.
De meerderheid betwijfelt of het besluit wel zou
worden goedgekeurd door den Minister, gezien Oude
Niedorp, waar het is geweigerd. Ten tweede is het
gebleken, dat het steeds moeilijker wordt de men-
schen naar het vrije bedrijf te krijgen. Men geeft de
voorkeur aan de werkverschaffing. Laatst is werk
in het vrije bedrijf geweigerd met een loon van 30
35 cent en werktijd 55 uur. En ondanks dit loon
hooger is dan bij de werkverschaffing, weigerde men.
Als nu het loon in de werkverschaffing nog 2 cent
wordt verhoogd, wordt, dat euvel nog grooter.
Den heer Nannis spijt het, dat dit argument wordt
gebruikt. Want als 2 k 3 werkeloozen zoo handelen,
mogen de anderen de 300, daar niet onder lijden. Er
is overal kaf onder het koren, maar dat mag geen
aanleiding geven tot een algemeene afwijzing.
De heer Bruin vraagt naar de kosten voor de ge
meente. Voor 1935 zal waarschijnlijk het Rijk 74
bijdragen.
De heer Doorn zoowel als de heer Dignum beplei
ten aanneming van hot verzoek, gezien het kleine be
drag en de billijkheid. De heer Doorn wijst nog op
den steun aan landbouwers, die spr. de arme boeren
van harte gunt, maar ook zij met 25 30 stuks vee
ontvangen f25 f26 steun en dan mag niet op 2
centen gekeken worden voor deze arbeiders, die zelf
een deel der risico willen dragen.
Met alleen den heer v. d. Sluijs tegen, wordt aan
het verzoek van adressanten voldaan..
Vaststelling pensioensgrondslag van G. J. A. Groen
als onderwijzeres aan de o. 1. school te St. Maartens
brug. Vastgesteld op f 1326.
Voorstel tot intrekking van het Raadsbesluit van
19 Maart ƒ.1., tot vaststelling eener verordening hou
dende wijziging van het tarief der belasting voor in
koffiehuizen geplaatste biljarten. Allen voor.
Verzoek van W. Meijers te 't Zand om verhooging
van de indertijd toegekende vergoeding van de kosten
van schoolbezoek als bedoeld in art. 13, le lid, der
Lager-onderwijswet 1920.
Gezien den financieelen toestand van adressant,
stellen B. en W. voor het verzoek in te willigen en
bij Raadsbesluit van 13 December 1932 toegekende
vergoeding van f 15.— per jaar te verhoogen tot f27.50
per jaar, ingaande 1 April 1935. Allen voor.
Verzoeken van A. Rentenaar, M. Schrieken. N. Snip
en P. Kort om vergoeding van de kosten van schoolbe
zoek als bedoeld in art. 13, le lid, der Lager-onderwijs
wet 1920.
Adressanten laten hunne kinderen onderwijs ge
nieten aan de christelijke school te Schagen. Het ver
voer geschiedt per autobus. Adressanten vragen de
volgende vergoeding voor het vervoer:
A. Rentenaar, St. Maartensbrug, voor zijn zoontje
Johan, f 46.08 per paar;
M. Schrieken, Stolpervlotbrug, voor zijn zoontje
Dinard Pieter, f63.48 per jaar;
N. Snip, Burgervlotbrug, voor zijn zoontje Johan,
f 60.per jaar;
P. Kort, Stolpen, voor zijn kinderen Johanna en
Hazina, f63.48 per jaar per kind.
Ofschoon de billijkheid van deze verzoeken niet
algemeen wordt gevoeld en ook de verschillende be
dragen de aandacht vragen en de idee naar voren
komt of het vervoer niet goedkooper kon plaats vin
den, wordt met algemeene stemmen besloten aan
de verzoeken te voldoen.
Toen het tegen 3 uur liep, het uur waarop dan het
afscheid van den heer De Moor als burgemeester zou
plaats hebben, vulde de raadzaal zich steeds meer.
Tenslotte waren aanwezig de heer en mevrouw D.
Breebaart van Callantsoog, de heer en mevrouw Bree-
baart van Heiloo, Burgemeester Loggers van Barsin-
gerhorn en de heeren Joh. de Veer en P. de Boer als
dagelijksch bestuur van den Vleeschkeuringsdienst
Barsingerhorn, Burgemeester van Fridag van Schoor!,
de heer en mevrouw Dr. Oterdoom, Dr. Schmidt, de
wijkverpleegsters de dames Kuilman en Van Meurs.
de hoofden" van Scholen van Schagerbrug en 't Zand,
de gemeenteambtenaren de heeren Correljé, Bakker,
de gemeente-ontvanger de heer Schager, de gemeente
opzichter de heer De Leeuw, de leden van het Burger
lijk Armbestuur de hoeren C. Smit, W. Eriks, P. Grin
en hunne dames en de conciërge de heer Stins, de
politiedienaren Homan en v. d. Heide enz.
Toen allen gezeten waren, nam de heer De Moor
het woord en herinnerde er aan hoe dezen middag
een raadszitting was gehouden met als laatste punt
afscheid van den Burgemeester. Spr. vervolgde aldus:
Mijne heeren.
Dit is dan nu de laatste raadsvergadering die ik
met U heb gehouden. Mijn tijd om Uw Voorzitter te
zijn is afgeloopen. Ik zal afscheid van U moeten ne
men als Uw Burgemeester, maar ik wil U wel zeg
gen, ofschoon mijn leeftijd meebrengt dat ik plaats
moet maken voor jongere krachten, dat het mij toch
zwaar valt. Ik had mijn betrekking lief, ik ben ge
boren Zijper en met hart en ziel Zijpenaar, het was
mij een behoefte geworden voor de belangen van
Zijpe en zijn ingezetenen te werken. Zeker, ik zal
mijn tekortkomingen als Burgemeester wel hebben
gehad, maar ik heb als Uw Burgemeester naar mijn
beste weten en naar mii gegeven was. mijn plicht
gedaan en getracht Uw belangen zoo goed mogelijk
te behartigen, daarvan ben ik voor mijzelf overtuigd.
Mijn loopbaan als Burgemeester is wel zeer afwisse
lend geweest. Ik heb zeer aangename, maar ook zeer
onaangename tijdperken mee gemaakt in die ruim
21 jaar. Maar vooral in die onaangename perioden
had ik een steun en een hulp die mii door die tijden
heen wist te helpen, en mij den moed en de kracht
gaf door te gaan op den weg die ik meende te moe
ten volgen, U allen hebben mijn beste vrouw gekend,
die helaas dezen dag niet heeft mogen beleven, maar
zij was mijn steun, mijn hulp en mijn raadgeefster:
ik weet. U allen hebben haar gekend in haar leven
en medeleven, waar hulp en troost noodig was.
Het is nu 37 jaren dat ik voor de-gemeente heb
gewerkt en geijverd: in December 1898 werd ik ge
kozen tot lid van den Gemeenteraad, in 1907 benoemd
tot Wethouder en in 1914 viel mii de eer te beurt,
benoemd te worden tot Burgemeester Uwer ge
meente. In dat zelfde jaar brak de groote wereld
oorlog uit. Ik werd daardoor direct als pas benoemd
Burgemeester voor veel werk, maar vooral tevens
voor mii moeilijke problemen gesteld, die mii groote
moeilijkheden gaven. Toch was dat een tijd in mijn
Burgemeesterloopbaan, waarin ik veel geleerd en
veel ondervinding heb opgedaan, waarvan ik in la
tere jaren zeker heb geprofiteerd.
De voornaamste besluiten en voor de gemeente be
langrijkste gebeurtenissen gedurende mijn Burge
meesterschap ziin wel geweest:
19 Juli 1917, benoeming tot tijdelijk Secretaris van
den heer .T. A. de Boer, en in de vergadering van 27
Oct. van hetzelfde iaar benoeming tot Secretaris van
den heer J. A. de Boer.
30 Sept. 1920. besluit tot den bouw van 10 wonin
gen door de Bouwvereeeniging Zijpe:
13 December 1921. besluit tot aansluiting bil het
Prov. Waterleiding Bedrijf:
4 Juli 1922 besluit tot electrificatie der gemeente:
1 Maart 1927. besluit tot aankoop van een Magi-
rus-brandspuit.
12 December 1927, besluit tot den bouw van een
nieuwe school te Schagerbrug:
24 Jan. 1928 besluit tot den bouw van een nieuwe
school te Oudesluis;
1 Mei 1929. Vereeniging ZijpePetten?
28 Mei 1929 besluit tot overdracht van Het G.E.B.
1 aan het P.E.N.
De scheldende burgervader in zijn werkkamer.
16 October 1929 besluit tot verbouw der school te
Petten.
2 Juni 1930, besluit tot belangrijke uitbreiding der
begraafplaats te St. Maartensbrug.
En nu mijn waarde Secretaris, wil ik in de eerste
plaats een woord richten tot U. Wij hebben 21 jaar
hier samen gewerkt.. In 1914 werd U benoemd tot le
Ambtenaar ter Secretarie en drie jaar daarna tot
Secretaris. Wij hebben dus als Burgemeester en Se
cretaris samen 18 jaar gewerkt, en wij hebben al die
jaren op de meest aangename en vriendschappelijke
wijze samengewerkt, niet als ambtenaar en ambte
naar, neen, als vrienden, die elkaar begrepen, die
dezelfde gevoelens hadden om zoo veel als wij kon
den de belangen der gemeente en de ingezetenen te
behartigen. Ik dank U in het bijzonder voor den
grooten steun en tegemoetkoming die ik al die jaren
van U heb ondervonden, U is voor mij in al die ja
ren met Uw groote kennis van gemeente-administra
tie en Uw liefde voor Uw betrekking, een onmisba-
ren steun geweest.
Ik kan niet nalaten hieraan toe te voegen, dat mijn
innigste wensch altijd is geweest, dat U mij zou op
volgen als hoofd dezer gemeente.
Ik wil ook een woord van dank en waardeering
brengen aan al de ambtenaren dezer gemeente voor
de aangename verstandhouding die steeds tusschen
mij en U heeft, bestaan.
Wethouders v. d. Sluis en Nannis, waarmede ik
de laatste jaren heb samengewerkt, een hartelijk
woord van dank voor de aangename samenwerking,
met elkaar. Het was vooral de laatste jaren niet ge
makkelijk, het was somtijds niet alleen moeilijk,
maar ook minder aangenaam. Het werkloozen-vraag-
stuk, de gemeentefinanciën enz., zijn zeer zeker
vraagstukken, die veel en soms ondankbaar werk
gaven, maar juist door die aangename en oprechte
samenwerking wisten wij zeer zeker veel goeds te
bereiken in het belang der gemeente.
En de gemeenteraad? Ook ik kan daarover met
groote tevredenheid op mijn afgeloopen loopbaan te
rugzien. Niet altijd was het pais en vree, dat is U
allen genoegzaam bekend, maar ik kan dit zeggen,
toch had ik in die tijden de groote meerderheid der
Raad steeds achter mij staan.
En de tegenwoordige Raad, die hier tegenwoordig
is, is voor mij een Raad geweest, waarvan ik de
meest aangenaamste medewerking heb mogen on
dervinden. U mijnheeren bij mijn afscheid als Uw
Voorzitter en Burgemeester een hartelijk woord van
dank daarvoor.
En nu niet te vergeten de pers. U mijnheeren van
de pers, mijn welgemeende en oprechte dank en er
kentelijkheid voor Uw welwillende en zeer gewaar
deerde houding in de reeks van jaren dat ik hier
Voorzitter ben geweest van den gemeenteraad, te
genover mij.
Ik zie hier de vertegenwoordigers van het Burgerl.
Ambestuur van Zijpe, vertegenwoordigers van den
Vleeschkeuringsdienst en verwerkingsinrichting en
nog meerdere vereenigingen, tevens eenige collega's.
Ik dank U allen en stel het op zeer hoogen prijs
dat U bij mijn afscheid als Burgemeester van Zijpe
tegenwoordig hebt willen zijn om blijk te geven van
Uw belangstelling. Het is voor mij een niet gemak-
kelijken dag, maar alles bijeen genomen maakt U
mijn heengaan toch ook tot een aangenamen en on-
vergctelijken dag voor mij.
ik wil hiermede eindigen. Heb ik misschien iemand
of iets vergeten, vergeef mij dan die fout, U zult al
len kunnen begrijpen, dat ik wel wat onder den in
druk ben van het gebeuren.
De oudste wethouder, de heer Van der Sluijs zeide
daarop het volgende: 1
Burgemeester,
Als oudste wethouder, die zeker het langst met u
heeft samengewerkt, voel ik mij gedrongen 'n woord
van afscheid tot u te spreken. Het zal vandaag de
laatste dag zijn, dat u in onze gemeente als Burge
meester zult fungeeren en ook voor het laatst zal
presideeren de Raadsvergadering. Dit zal beteekenen
dat u afstand doet van een ambtsvervulling van ruim
21 jaar.
En wanneer wij eens in gedachten teruggaan, dat
u als Burgemeester in deze gemeente werd benoemd
en ik denk aan 28 Jan. 1914, toen u door de burgerij
werd ingehaald, om daarna door het toenmalig ge
meentebestuur in de raadszaal te worden ontvangen.
En ik denk dan verder, dat verschillende sprekers
u hebben gefeliciteerd en welkom geheeten en tevens
de wensch hebben uitgesproken, dat u de belangen
van de gemeente en gemeentenaren van Zijpe op
waardige wijze zoudt behartigen, waarop u toen hebt
geantwoord uw beste krachten te zullen geven en
zooveel in uw vermogen was deze belangen te zullen
dienen. Thans 29 April 1935 is het oogenblik aange
broken om eens na te gaan, wat van die wensdhen
en beloften is terecht gekomen. En waar ik 19 jaar
met u heb samengewerkt, waarvan ongeveer 14 jaar
als wethouder, meen ik mij het recht et mogen ver-
oorlooven,, hierop te kunnen antwoorden. Ik ge
loof dan te mogen en te kunnen zeggen, dat u inder
daad op waardige wijze uw burgemeestersambt in de
ze gemeente hebt vervuld en uwe beloften trouw zijt
nagekomen. Uw gevoel voor de burgerij, de welwil
lende houding, die u altijd heeft aangenomen, en
het foit, dat u ten allen tijide hebt klaar gestaan voor,
een ieder, dwingen ons op dezen dag respect af. Na
tuurlijk was het u niet altijd mogelijk het een ied-r
naar den zin te maken, doch meerdere malen waren
persoonlijkheden hieraan niet vreemd, en wil ik dit
op dezen dag als niets zeggend beschouwen. Ook te i
opzichte van de raadsleden, voorzoover u dit mc. e
liik was, heeft u uwe welwillendheid altijd getoo. d,
waardoor de omgang steeds vriendschappelijk was
en de belangen op de meest aangename manier hei
best werden gediend. Wat niet zeggerf wil, dat de
meeningen niet eens uit elkander liepen. En waar
thans het oogenblik i3 aangebroken, dat de bar 1
tusschen u als burgemeester en ons als wethouders
en leden van den raad wordt doorgesneden en dn
voor u zeker en moeilijk oogenblik moet zijn, ge
loof ik toch, dat u met voldoening op de vriendschap
van uwe raadsleden en op de waardeering van uwe
burgerij kunt terug zien. Ik meen dan ook namens
den gemeenteraad en ik geloof ook, dit te kunnen
doen namens de geheele burgerij, u op dezen dag
van afscheid hartelijk dank te zeggen voor de wijze
waarop u uw burgemeestersambt hebt vervuld en
voor alles wat u voor hen hebt gedaan. Uit erkente
lijkheid hiervoor meent de gemeenteraad en uw
trouwe secretaris u aan te bieden een foto in ta
bleau, waar u in het midden en de heeren raads
leden en secretaris in dezelfde volgorde zijn gerang
schikt zooals wij jaren met elkander in deze raads
zaal hebben gezeten. Wij hebben gemeend, dat dit
het beste bewijs voor u zou zijn, van onze waardce-
ring en vriendschap. En we zullen hopen, wanneer
deze foto een plaats zal innemen in uwe woonkamer,
dat u zeker op de meest aangename wijze zult terug
denken aan uw 21-jarig ambt al9 burgemeester van
Zijpe. En al is de band verbroken als burgemeester,
raadsleden en secretaris, hopen wik dat onze vriend
schap zal blijven bestaan. Dit vooral ook, omdat u in
onze gemeente woonachtig zult blijven, om in genot
van uw pensioen van uw welverdiende rust te ge
nieten.
Met groote belangstelling werd het aangeboden
tableau bezichtigd en het was aan de ontroering
waarmee de heer De Moor bedankte te bemerken,
hoe vereerd hij zich hiermee gevoelde. Het was dan
ook een mooi stuk werk van den fotograaf Maldovan.
De heer Nannis, de jongste wethouder, sprak daar
op den burgemeester toe en hij zeide dat te doen na
mens de arbeidersbeweging en zijn raadsfractie. 15
jaar, aldus de heer Nannis, heb ik met u saamge-
werkt, 9 jaar als raadslid en 6 jaar als wethouder.
En het is steeds geweest de meest aangename sa
menwerking. Meermalen hebben wij verschil van
meening gehad, vooral over het werkeloozenvraag-
stuk, maar de samenwerking bleef aangenaam en
steeds is de indruk gebleven dat de Burgemeester
deed wat u meende te moeten doen. U kon het
allqp niet naar den zin maken, maar dat. kan nie
mand. Maar zooals u uw taak hebt vervuld en opge
vat, zoo vol ambitie, hebben wij daarvoor alle hulde,
de groote belangen onzer gemeente waren in goede
handen. Toen ik in 1921 tot wethouder werd benoemd,
heeft u mij hier verwelkomd met deze woorden: ik
begroet u niet enkel als wethouder, maar ook als
vriend. Dat was een woord dat mij trof. En al waren
wij het niet altijd eens, vrienden zijn wij toch geble
ven en dat zullen wij ook blijven ook na dezen dag.
Ik hoop dat u na dit afscheid nog een rustig en ge-
noegelijk leven moogt genieten en dat ge nog steeds
belang zult blijven stellen in onzen Raad en in de
belangen onzer burgerij. Burgemeester, dat het u goed
gaat.
Het raadslid de heer De Boer wijst op de huis
spreuk die men in menige kamer aantreft, dat schei
den doet lijden. Ook hier zal het neerleggen van den
voorzittershamer leed veroorzaken. En al was het ook
met den Burgemeester niet allemaal rozegeur en
maneschijn, en was er tegenspoed in zijn leven, men
mag niet vergeten dat. achter de wolken de zon
schijnt. Wij zullen niet alles wat is gebeurd de revue
laten passeeren, er zal wel veel zijn dat zoo nu en
dan de herinnering wakker roept, maar spr. wil
thans alleen aan den scheidenden burgemeester een
welverdiende rust toewenschen.
De heer Doorn richtte als oudste raadslid een har
telijk woord van afscheid, roemde de onpartijdige lei
ding en al was het niet steeds koek en ei, toch wa3
het steeds het belang der gemeente dat voorop stond
en is veel goeds uit de goede samenwerking gebo
ren geworden. Spr. dankt voor het vele dat Burge
meester De Moor heeft gedaan.
De heer J. A. de Boer, gemeente-secretaris, zeide
daarna het volgende:
Hoewel het niet gebruikelijk is, dat de secretaris
in de Raadsvergadering het woord voert, zij het mij
vergund in dit bijzondere oogenblik daarvan af te
wijken en een enkel afscheidswoord tot u te richten.
In de eerste plaats wil ik u hartelijk dank zeggen
voor de vriendelijke en waardeerende woorden, wei-
we u zoo even aan mijn adres hebt gericht. Het spijt
mij, evenals vele anderen, dat u genoodzaakt zijt
geweest het ambt, dat u lief was, te moeten neerleg
gen. Ik en velen- met mij hadden u hier graag
nog eenige jaren, in ons midden gehouden, maar dit
was in verband met uw leeftijd niet mogelijk.
't Ligt voor de hand. dat mijn gedachten op dit oogen
blik terug gaan nar de jaren die achter ons liggen.
Niet minder dan gedurende ongeveer 20 jaren heb
ben wij dagelijks naast elkander de belangen der
gemeente mogen behartigen en de wijze, waarop dit
geschiedde, heeft vriendschap doen ontstaan, welke,
naar ik hoop, met dit afscheid niet zal worden be
ëindigd. Hartelijk dank ik u voor de wijze, waarop
wij samen gedurende al die jaren mochten samen
werken.
Ook de verhouding tusschen u en de overige amb
tenaren was zeer goed. Mij is namens de ambtenaren
verzocht u hartelijk dank te zeggen voor de sym
pathieke en aangename wijze, waarop zij met u heb
ben mogen samenwerken.
Zij allen hebben gemeend, hunne erkentelijkheid
voor deze goede verstandhouding het best te kunnen
vertolken door u een kleine herinnering in den vorm
van een teekening van het Raadhuis der gemeente
Zijpe aan te bieden. Wil dit blijk van waardeering
aanvaarden; ik twijfel niet of u zult er in uwe wo
ning wel een bescheiden plaatsje voor weten te
vinden. Dat het u nog menigmaal moge herinneren
aan de zeer vele aangename oogenblikken, door u
in den loop der jaren hier in het Raadhuis dooige-
bracht-
Namens allen, die U deze teekening aanbieden
wensch ik van harte, dat het u gegeven moge zijn,
nog vele jaren in gezondheid door te brengen. Het
ga U wel!
Ook dit cadeau had de algemeene belangstelling
en 't was niet minder hartelijk dat Burgemeester De
Moor voor dit cadeau bedankte.
De heer Bruin brengt namens de R.K. raadsfractie
den scheidenden Burgemeester hulde. Er is hier veel
gebeurd en wij als kleine fractie met maar 3 raads-
den hangen in den regel af van de welwillendheid
der anderen. Maar bovenal van de Wijze waarop de
Burgemeester de zaken behandelt. Alüjd is u ons
tegemoet getreden, nooit heeft u ons afgestooten, al
tijd waart ge na rijp beraad en overleg bereid to'
helpen en wij waren tevreden over de wijze waarop
u ons behandelde. U daarvoor te danken is ons een
behoefte.
Toen niemand der raadsleden meer het woord ver
langde, werd ook gelegenheid aan anderen gegeven.
Het was de heer Loggers, Burgemeester van Bar
singerhorn, die als voorzitter van den Vleeschkeu