Ministerwisseling. Het Uitgebreid Lager Onderwijs en de Openbare Berger MJIli-Sdiiol Prof. Gelissen in zijn plaats. Uit Bergen. Dinsdag 4 Juni 1935. SCHAGER COURANT. Tweede blad. No. 9735 MINISTER STEENBERGHE NEEMT ONTSLAG. Prof. Slotemaker blijft minister van Onderwijs. Botsing in de haven van Venetië. Een moordaanslag op den president van Urugay. Licht in de ontvoeringszaak? Verschil van meening met de overige Kabinetsleden over het vraagstuk der devaluatie. De minister van oeconomische zaken, mr. M. P. L. Steenberghe, die, in tegenstelling tot de overige le den van het kabinet, van oordeel is, dat alleen de valuatie tot aanpassing in het maatschappelijk leven kan leiden, heeft zich, op grond hiervan, verplicht geacht, aan H.M. de Koningin ontslag te verzoeken. Deze dagen is de benoeming te verwachten van prof. dr. ir. H. C. J. H. Gelissen tot minister van oeconomische zaken. Nader vernemen wijf Het kabinet was en is eenstemmig van oordeel, dat de nood van den tijd verdere aanpassing nood zakelijk maakt en dat die aanpassing moet worden nagestreefd zoowel in het maatschappelijk leven als bij de publieke financiën. Deed zich ten aanzien van het ingediende bezuini- gingsontwerp geen enkel verschil van meening voor, zulk meeningsverschil ontstond wel bij de vraag, langs welken weg de aanpassing in het maatschap pelijke leven moest worden nagestreefd. Terwijl het kabinet in zijn grootst mogelijke meerderheid van meening was, dat beproefd moest worden, de aanpas sing en met name de verlaging van vaste lasten door speciale maatregelen te verkrijgen, was minister Steenberghe van oordeel, dat alleen devaluatie hier toe zou kunnen leiden. Volgens hem kan de aanpas sing in het maatschappelijke leven, welke den ver deren teruggang van het bedrijfsleven moet tegen gaan, onder de huidige monetaire en oeconomische omstandigheden alleen langs den monetairen weg .verkregen worden. Waar ter zake overeenstemming niet te verkrijgen was en minister Steenberghe zich niet kon neerleg gen bij het gevoelen van de overige leden van het kabinet, voelde hij zich verplicht, aan H.M. de Ko ningin ontheffing uit zijn ambt te verzoeken. Dezer dagen is de benoeming te verwachten van prof. dr. ir. H. C. J. H. Gelissen tot minister van oeconomische zaken. Vermoedelijk zal de overdracht van het departement a.s. Donderdag plaats hebben. De nieuwe Minister. De nieuw benoemde Minister voor Economische Zaken, Prof. Dr. Ir. H. C. J. H. Gelissen, directeur der N.V. Provinciale Limburgsche. Electriciteits Maat schappij en tevens buitengewoon hoogleeraar aan de R.K. Handels Hoogeschool te Tilburg, werd op 15 Mei 1895 te Venlo geboren, studeerde aan het gym nasium aldaar en de H.B.S. te Rolduc, daarna aan de Technische Hoogeschool te Delft, te Charlottenburg en te Londen. Hij deed op 1 Januari 1917 „met lof" zijn examen voor scheikundig ingenieur aan de Technische Hoogeschool te Delft en promoveerde .vanuit de practijk eveneens „met lof" aan de Tech nische Hoogeschool te Delft (September 1925) tot doc tor in de Technische Wetenschappen. Hij. heeft studiereizen in vele landen gemaakt Daardoor verschafte hij zich een ruimen blik op het geen elders in de wereld te koop is. Ondanks zijn jeugdigen leeftijd heeft de a.s. minister reeds een zeer werkzaam leven achter den rug. Het is te be grijpen, dat voor hem als ingenieur vooral de tech niek zijn groote belangstelling had, doch steeds heeft hij zich daarnaast rekenschap gegeven van de oeco nomische vraagstukken, die met de techniek zijn verbonden en steeds is zijn streven er op gericht ge weest, practische resultaten te bereiken, zooals reeds hijkt uit het feit, dat hij een groot aantal instellingen mede heeft opgericht die voor de industrie en tech niek van groot belang zijn. Het is merkwaardig met welk' beleid prof. Gelis sen zijn ideeën in dit opzicht heeft gepropageerd. Men kan veilig zeggen, aldus prof. van Loon, dat het aan zijn onvermoeid werk te danken is, dat lang zaam in Nederland de tijd rijp is geworden voor een planmatige industrialisatie. Als man van buitengewone energie, die mede de gave bezit voor het te verrichten werk de goede men- schen te kiezen, is hij tevens een man van groot be leid, die hart heeft voor zijn personeel en zeer so ciaal gevoelt. Door deze laatste eigenschap is hij dan ook in arbeiderskringen van verschillende richting zeer gezien. Door zijn breeden blik en verdraagzaam heid telt prof. Gelissen ook onder niet-katholieken zeer vele vrienden, Bij het aftreden van Mr. Steenberghe als Minister van Economische Zaken, Voor de tweede maal in zeer korten tijd wordt het ministerie-Colijn getroffen door het vertrek van een harer Kabinetsleden. Aan de reden tot deze ontslagaanvrage wordt geen twijfel overgelaten. Mr. Steenberghe gaat heen omdat hij zich niet ver- eenigen kan met de wijze waarop de andere Kabinets leden zich de weg der aanpassing in het maatschap pelijk leven denken. Terwijl alle andere ministers slechts heil verwach ten van den weg der versobering, meent de thans af- getredene de oplossing te moéten zoeken in deva luatie. Dat onze jongste bewindsman om deze reden zoo plotseling heengaat, mag toch wel eenige vezwonde- ring wekken. Het is toch bijna ondenkbaar dat Dr. Colijn er zich niet van zou hebben overtuigd dat Mr. Steen berghe aan de deflatie, dus versoberingspolitiek der regecring zijn goedkeuring hechtte, toen hij hem tot minister van economische zaken voordroeg.. Het aftreden van Mr. Steenberghe beteekent dan ook waarschijnlijk een bekeering, thans niet op geestelijk maar op economisch gebied. Intusschen pleit het feit van zijn demissie voor de vastberadenheid, waarmede de overige regeerings- ledcn van plan zijn aan de goudvaluta vast te hou den. Nu Frankrijk de eerste stormloop op de franc heeft afgeslagen en het nuchtei-e, degelijke Zwitser- sche volk bij referendum het geëxperimenteer met de munt heeft verworpen, stemt het tot vreugde, dat ons kabinet, straks aangevuld met Prof. dr. ir. Ge lissen, wiens behoudende denkbeelden op het gebied van het geldwezen onomstreden zijn, eensgezind en vastberaden onze munt tegen eiken aanval zal weten te beschermen. De nieuw te benoemen Minister Gelissen, Als opvolger van minister Marchant Naar het „Hsbl." van goed ingelichte zijde ver neemt, kan thans als vaststaand worden aangeno men, dat minister Slotemaker de Bruine zijn porte feuille voor Sociale Zaken definitief zal verwisselen voor die van Onderwijs, welke hij thans tijdelijk beheert in verband met het aftreden van mr. Mar chant. Omtrent den opvolger van minister Slotemaker de Bruine aan Sociale Zaken is op het oogenblik nog geen enkele beslissing genomen. Verwacht kan worden, dat de benoeming van een nieuwen minister van Sociale Zaken nog wel eenige weken op zich zal laten wachten. Het departement van Sociale Zaken. De nieuwe bewindsman eerst te benoe men na aanvaarding bezuinigingsont- werp? In aansluiting mot het bovenstaande bericht ver neemt het blad nog verder, dat het niet onwaar schijnlijk is dat minister Slotemaker zoowel de on- derdeelen van Onderwijs, K. en W. als van Sociale Zaken van het Bezuinigingsplan in de Kamer zal verdedigen. Eerst na de aanneming van het bezuini- gingsontwerp zou prof. Slotemaker de Bruine het on derwijs definitief gaan leiden en een nieuwe be windsman voor Sociale Zaken worden benoemd. Tusschen een Duitsch en een Fransch schip. Reuter seint uit Milaan:' In de haven van Venetië is één der daar voor anker liggende Fransche oor logsschepen. de kruiser „Tourville", door het Duit- sche kolenschip „Thetis" beschadigd. Het Duitsdhe schip, dat een defect aan het roer had, werd door den stroom naar den Franschen kruiser gedreven, zoodat een botsing niet meer te vermijden was. De scheepswand van de „Tourville" werd over een lengte van circa 20 meter ingedeukt De „Thetis" werd eveneens, doch slechts licJït be schadigd. Persoonlijke ongelukken deden zich niet voor. Het Fransche eskader heeft gistermorgen vroeg zijn reis in de richting Oran voortgezet DE MAN VAN DE POPPENKAST OP DEN DAM. IS DOOD. Catoalt, de man van de poppenkast op den Dam in de hoofdstad is dood. Gistermiddag is hij. na onge veer een half jaar ziek te zijn geweest, in zijn wo ning in de Rozenstraat 82, overleden. De zomervacantie nadert en dan komt weer voor vele ouders de lastige vraag: „Waar moeten we na het zesde leerjaar met on zen jongen of ons meisje naar toe?" De tijd, dat voor de meeste leerlingen het zesde of het zevende leerjaar eindonderwijs was, is ge lukkig voorbij. Steeds meer wordt het belang van een iets ruimere algemeene ontwikkeling ook voor dié kinderen, die later niet naar een middelbare school gaan, door de ouders ingezien. Bij het beantwoorden van bovenstaande vraag hebben wij dan ook vooral het oog op die Jongens en meisjes, die voortgezet onderwijs zullen volgen. Leerlingen, die na het doorloopen van de zesde klas, nog slechts één jaar, om welke reden dan ook, de school zullen bezoeken, behooren in de meeste ge vallen thuis in de zevende klas van de lagere school. Een jaar M.U.L.O. of M.O. heeft als eindon derwijs geen zin. Wij willen verder twee groepen van leerlingen onderscheiden. Ie. Leerlingen, die de middelbare school zullen bezoeken. Zij kunnen reeds direct na het zesde leerjaar het toelatingsexamen voor H.B.S. of gymnasium doen. Dit is evenwel slechts aan te bevelen voor beslist zeer goede leerlingen. De overgang van het L.O. naar het M.O. is op elf- twaalfjarigen leeftijd zwaar, vaak te zwaar. De meeste leerlingen doen beter het toelatingsexamen voor H.B.S. of gymnasium nog een jaar uit te stellen. Dit beteekent voor velen eer der winst dan verlies. Besluit men nog een jaar te wachten, dan staan twee wegen open. Men kan zijn zoon of dochter nog het zevende leerjaar van een lagere school la ten doorloopen of, en dat lijkt ons de aangewezen weg, hem of haar één jaar de M.U.L.O.-school laten bezoeken. De MU.L.O.-school met haar meestal ge matigd vaksysteem is een goede overgang van het L.O. naar het M.O. Bovendien blijkt op de M.U.L.O.- 'school eerder het al of niet geschikt zijn voor het iM.O. Een commissie, die in 1929 de aansluiting tusschen 'lager- err middelbaar onderwijs bestudeerde, kwam tot de volgende conclusie: „Zoowel zeven klassen der lagere school, als zes klassen daarvan, gevolgd door één jaar U.L.O. geven een voldoende voorbe reiding voor H.B.S. of gymnasium. Om teleurstelling te voorkomen en de overgang naar het M.O. te ver gemakkelijken, verdient de laatstgenoemde weg (dus 6 jaar L.O., gevolgd door 1 jaar U.L.O.) verre weg de voorkeur!" Bovengenoemde commissie bestond uit 17 leden, nl. 9 hoofden van lagere scholen, 1 hoofd van een U.L.O.-school, 6 leeraren H.B.S. en 1 directeur van een H.B.S. In deze commissie had dus slechts één M.U.L.O.-leerkracht zitting. 2e. Leerlingen, die geen M.O. zullen volgen. Voor deze jongens en meisjes is de U.L.O. de school. Het Uitgebreid Lager Onderwijs mag zich de laatste jaren in een grooten bloei en een gestadigen groei verheugen. Die groei heeft het zeer zeker voor een groot deel te danken aan zijn aanpassing aan de maatschappelijke behoeften. De Nederlandsche wielrenner van Vliet heeft op de Herne Hill baan te Londen den „Groo ten Prijs van Londen" behaald vóór den Franschman Chailot De rivalen ln den strijd. Ook de Openbare MULO.-school aan de Beemster- laan te Bergen groeit en bloeit. Aan deze school wordt door 4 volledig bevoegde leerkrachten met ja renlange ervaring les gegeven in de gewone lagere schoolvakken en bovendien in Fransch, Duitsch, En- gelsch, Boekhouden, Handelskennis, Wiskunde en Handenarbeid. De „Berger ULO." leidt met succes op voor de MULO-doplima's. Zoo slaagde in 1934 twintig (20) jongens en meisjes uit Bergen voor het MULO.diplo- ma. Negentien (19) van deze gelukkigen werden opge leid op de Openbare MULO.-school aan de Beemster- laan. Uit deze cijfers blijkt duidelijk, dat er prac- tisch in Bergen, slechts één MULO.-school bestaat, die een behoorlijk aantal leerlingen opleidt voor de MULO.-diploma's. Dit mooie resultaat werd bereikt ondanks de doorgaans driejarige opleiding en de korte schooltijden (2 middagen vrij, 3 middagen tot 3 uur les, 1 middag tot kwart voor 4). In hetzelfde jaar slaagden eveneens 10 leerlingen uit de eerste MULO.-klas voor H.B.S. of gymnasium. De school wordt de laatste jaren door pl.m. 95 leer lingen, ook uit de omliggende gemeenten, bezocht. Voor den nieuwen cursus, die 2 September begint, hebben zich nu reeds leerlingen uit Schoorl, Schoorl- dam, Groet, Koedijk en Egmond aangemeld. Hieruit blijkt dat de openbare Berger MULO.school niet slechts van plaatselijk belang is. Voor niet-Bergenaren is het misschien van belang, er nog eens op.te wijzen, dat de MULO.school toegam kelijk is voor iederen leerling, die 6 leerjaren van de lagere school met vrucht doorloopen heeft. Wie het MULO. volgen wil, doet dus het best, direct na het zesde en niet na het zevende leerjaar te komen. Voor leerlingen, die met April of Mei naar het ze vende leerjaar verhoogd zijn, bestaat reeds nu gele genheid, het onderwijs op de Openbare MULO.-school te Bergen te volgen. De leermiddelen worden gratis verstrekt. Het schoolgeld is laag. Het wordt naar het inko men geregeld. Verdere inlichtingen, ook wat betreft de rechten aan de MULO.-diploma's verbonden, worden gaarne ■verstrekt door het hoofd der openbare MULO.-school, den heer P. Baretta, Van Reenenpark 27 en eveneens door de de onderwijzers der school, de heeren J. Ka mermans, Dr. v. Peltlaan 25, B. Schuil, Buerweg 9 en ondergeteekende, die de Redactie van de „Schager Courant" hartelijk dankt voor de verleende plaats ruimte en voor het dienen van een groot algemeen belang. Namens afd. „Bergen", „Volksonderwijs": J. LEISTRA, Dr. v. Peltl. 53. Dezer dagen was gemeld, dat een moordaanslag ontdekt was tegen den president van Brazilië, Var gas, die een bezoek brengt aan de hoofdstad van Uruguay. Hoewel het complot kon worden verijdeld, schijnt toch door de inhechtenisneming van een aan tal samenzweerders, de atmosfeer nog niet voldoen de te zijn gezuiverd. Immers, Zondag, is te Montevi deo toch een moordaanslag gepleegd, echter niet op den gast, president Vargas, doch op het staatshoofd van Uruguay, president Terra. Omtrent dien aanslag, welke Zondag gepleegd werd, wordt nader gemeld, dat de dader, een zeker Bernardo Garcia is, lid van de onafhankelijk-natio- nalistische partij, oud-parlementslid van deze partij en oud-directeur van de spoorwegen. Hij naderde den president op het oogenblik, dat deze met zijn gast, president Vargas, naar een di ner ging. Van zeer nabij loste hij een revolverschot op den President, waardoor deze licht aan het been werd gewond. Onmiddellijk stortte Terra zich op den da der en sloeg hem het wapen uit de hand. Garcia trachtte te vluchten, doch werd door de om standers gegrepen en afgeranseld. Na zijn arrestatie poogde hij zelfmoord te plegen, doch dit mislukte, hij slaagde er slechts in, zich te wonden. Terra is niet ernstig gewond; in den avond woonde hij reeds een souper bij, dat president Var gas op den Braziliaanschen kruiser Sao Paulo aan bood. Een arrestatie. In verband met de ontvoering: van Georere Weyei- hauser is een zekere Volney Davis garresteerd en onder sterke bewaking naar St. Paul overgebracht. Men vermoedt, dat Davis wel niet de hoofddader is doch wel een lid van de hende ontvoerders. De politie zoekt met alle haar ten dienste staan de middelen naar de hoofddaders van deze ontvoe ring. Hij werd gister door het bondsgerecht in verhoor genomen. Hij bekende, dat hij het vorig: jaar had deelge nomen aan de ontvoering van den Duitsch-Ameri- kaanschen industrieel Bramer. Hii legde echter geen verklaring af over zijn eventueele deelneming aan de ontvoering van Weyerhauser. PRINSES JULIANA. Keelaandoening nagenoeg genezen. De Apeldoornsche corr. van de Msb. meldt: De Prinses is thans nagenoeg genezen van haar keelaandoening. Alle voorzichtigheid wordt echter betracht om opnieuw kouvatten te voorkomen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1935 | | pagina 5