Kroniek
Economische
Bekwaamheid in crisistijd.
Het „Uiver" rapport.
Distributie van rundvleesch
en gehakt in blik.
Dievenbende op de Veluwe.
De organisatie van de N.S.B.
Eisch in zaak moord op Molenaar
Afgeluisterd.
Verdwaalde granaten.
Smokkelaarsdrama in de bergen.
fcteris. V.'lj weten niet h oe 't geschiedt, maar wel
weten wij dat het altijd een gevolg is van een groei
proces, dat geleidelijk dit kind zich in de moeder
schoot ontwikkelt; óók weten wij dat altijd na de
geboorte wederom geleidelijk dit kind verder groeit
om te worden tot een volwassen mensch.
Een wonder zou het zijn, wanneer onmiddellijk na
'de geboorte het kind een gesprek zou beginnen. Wij
weten dat als een steen, die men in de hand houdt;
wordt losgelaten, deze naar de aarde valt. Waarom
het gebeurt en hoe, weten wij niet. Wij mogen spre
ken van zwaartekracht, van aantrekkingskracht der
aarde, maar dit is niet anders dan woord voor het
ondoorgrondelijke.
Als ik zou zien dat een steen niet viel, maar zich
naar boven, dus van de aarde Af zou bewegen, dan
zou ik zeggen: er gebeurt een wonder.
Nu mag Marchant (en velen met hem) gelooven in
wonderen, hij mag te goeder trouw aannemen dat er
is een albcheerschend goddelijk wezen, dat vrijmach
tig tegen de bestaande, altijd hoerschende wetten in
iets kan doen. Dat is zijn recht en hij moet dit voor
zijn eigen denken rechtvaardigen, maar hij begaat
m.i. 'n onvergeeflijke fout, als hij 't geloof in wonde
ren tracht aannemelijk te maken door een beroep te
doen op de „wonderen" te midden waarvan we leven.
Want we leven niet temidden van wonderen, maar
van raadselen.
En al die raadselen kunnen worden herleid tot
het groote mysterie van het leven zelf. Dit leven of
liever zou ik met een hoofdletter spreken van dit
Leven, is de diepe grond van alles. Wil men dit Leven
God noemen, het zij zoo. Als men dan maar in 't oog
houdt, dat daarmede niet anders gegeven wordt dan
een woord, een naam. Het ecne vraagteeken wordt
dan vervangen door het andere.
Tenslotte nog dit: mogen wij aannemen, dat Het Le
ven (of God) tijdelijk afwijkt van zijn eigen innerlijk
moeten? Ik meen van niet en het is m.i. niet ge
oorloofd om dit wèl te doen omdat vroegere geslach
ten voor wie nog weinig of niets bekend was van
de wetten der natuur, van het kosmisch gebeuren, in
wonderen hebben geloofd.
Ik wil nog een stap verder gaan: het lijkt mij
onredelijk om aan te nemen dat Het Leven, als eeu
wig scheppende kracht, niet gebonden zou zijn aan
zijn eigen wezen.
En als ik mij voor een oogenblik plaats op het
standpunt van hen, die zeggen dat God almachtig is
en dus kan doen wat hij wil, dan rijst toch de vraag:
zou die wijze God, die de wereld heeft geschapen, te
gen zijn eigen wijze wetten in kunnen handelen?
Marchant eindigt met een cogito ergo credo ik
denk, daarom geloof ik.
Ik zeg 't hem van harte na, maar in een anderen
zin.
Ik denk, daarom geloof ik in de evangeliën, in de
leer der roomschc kerk zegt Marchant.
Ik denk, daarom geloof ik in het scheppende, in
het in alles werkende Leven zeg ik.
Ik denk, daai'om geloof ik niet in wonderen, maar
in een eeuwige evolutie, waarin dit Leven zich ma
nifesteert en voor mij is dit de groote vreugde en
troost in mijn bestaan, dat die evolutie naar vaste
in dit Leven gegronde wetten moet gaan in de rich
ting der redelijkheid, want ik kan dit Leven niet als
onredelijk denken.
ASTOR.
De K.L.M.-directie wil zich niet uitlaten.
De Haagsche corr. van het „Alg. Hsbl." schrijft:
Toen het rapport, van de commissie-Schorer over
de oorzaken van de ramp van de „Uiver" de vorige
week gepubliceerd was, hebben we ons onmiddellijk
tot de leiding van de K.L.M. gewend met de vraag
of zij bereid was ons haar meening mede te doelen
over de conclusie van dit rapport. Aan dit verzoek
verbonden we de vraag of de K.L.M. tevens bereid
was ons een beknopte uiteenzetting te geven over
de verschillen tusschcn het „Uiver"-type en het type
Douglas D02, zooals deze thans bij de K.L.M. dienst
doen.
Aanvankelijk stelde de K.L.M. zich op het stand
punt, (lat zij haar oordeel wenschte op te schorten
tot zij den inhoud van het „Uiver'Vrapport had be
studeerd. De K.L.M. had het rapport gelijktijdig met
de pers ontvangen, zoodat wij dit standpunt hadden
te respecteeren.
Thans deelde de directie van de K.L.M. mede, dat
zij zich nader heeft beraden en als gevolg daarvan
heeft besloten haar meening over het „Uivcr"-rap-
port niet, te zullen publiceeren, terwijl zij ook geen
.vragen wenscht te beantwoorden, welke met het
„Uivcr '-rapport verband houden.
Ter motiveering van dit standpunt werd ons mede
gedeeld, dat elke uiting van de K.L.M. over het
„Uiver'-rapport tot een ongetwijfeld onvruchtbare
gedachtenwisseling in de pers aanleiding zou geven.
Een dergelijk debat meent de K.L.M. te moeten voor
komen in het belang van het Nederlandschc Lucht
verkeer.
Schrijven van den minister van Binnen-
landsche Zaken.
De minister van Binnenlandsche Zaken heeft een
circulaire aan de gemeentebesturen gericht, betref
lende distributie van rundvleesch en gehakt in blik.
Do minister schrijft:
Naar mij wordt medegedeeld, bestaat de indruk,
dat in enkele gemeenten bij de distributie van rund
vleesch en gehakt in blik geen of niet voldoende re
kening wordt gehouden met de door mij terzake ge
geven voorschriften.
Dit geeft mij aanleiding nogmaals met grootcn na
druk erop te wijzen, dat door u nauwlettend moet
worden toegezien, dat rundvleesch en gehakt in blik
hetwelk wordt gedistribueerd, niet wordt verstrekt
aan categorieën, die daarvoor ingevolge de thans
geldende voorschriften niet in aanmerking komen.
Tevens wijs ik nogmaals op de wenschelijkheid
bovenbedoelde distributie indien eenigszins mogelijk,
door bemiddeling van de slagers en grossiers, in uw
gemeente te doen plaats vinden. Zulks geldt nog in
versterkte mate voor de mijnstreek, waar de distri
butie van rundvleesch en gehakt in blik op ruimer
schaal geschiedt dan elders.
Tenslotte breng ik onder uwe aandacht, dat het,
behoudens in bijzondere gevallen, gewenscht moet
worden geacht, dat voor administratiekosten uwent
wege geen grooter bedrag wordt ingehouden dan 1
a IV2 cent per bus, opdat aan de slagers, die bij de
distributie hun bemiddeling verleenen, een bedrag
kvan S1/} a 4 cent per bus ten goede kome.
Vijftien personen, verdacht van 75 dief
stallen, gearresteerd.
Het is de marechaussee te Wezep, gemeente Oldc-
brock, na een lang en moeizaam onderzoek gelukt,
een bende te arresteeren, die gedurende vele jaren
te Wezep, Oldebroek, Doornspijk en Harderwijk
heeft geopereerd.
De bende onder aanvoering van zekeren
W. v. d, M. te Oldebroek, heeft zich aan
ongeveer 75 diefstallen van konijnen, kip
pen, lijfgoed, hoeveelheden koper van pro
jectielen uit de legerplaats Oldebroek af
komstig, inbraken in onbewoonde villa's en
vele andere misdrijven schuldig gemaakt,
Dezer dagen vond men een spoor, dat leidde tot
een huiszoeking bij zekeren de L. te Harderwijk,
bij wien men groote voorraden koper aantrof en
in beslag nam.
Daarna kon men overgaan tot de arrestatie van
J. W. te Oldebroek en van v. d. B. te Doornspijk,
welke bij nader verhoor do namen van hun mede
plichtigen bekend maakten.
In totaal zijn daarop 15 personen gearresteerd.
Ook maakte de bende zich schuldig aan diefstah
len van koeien, o.a. van een 5-tal te Hoogland bij
Amersfoort, vijf jaar geleden gepleegd.
De marechaussee te Wezep, zet het onderzoek
met kracht voort. Het is zeker dat men hier te doen
heeft met een kleine formatie van het slechte ge
deelte van Oss, doch doordat tijdig de bende is ont
maskerd, konden ernstiger vergrijpen worden voor
komen.
Vragen van het Tweede Kamerlid v. d.
Heide aan den minister van justitie.
Het Tweede Kamerlid, de heer Van der Heide
heeft aan den minister van justitie de volgende
vragen gesteld:
1. Is het de regcering bekend, of het juist is,
dat de nationaal-socialistische beweging besloten
heeft een nieuwe organisatie on te richten of te
doen oprichten, die naar den schiin buiten deze
beweging zou staan om bij een eventueel verbod
van de weerafdeelingen de plaats van deze te kun
nen innemen?
2. Zoo ia, is het haar bekend welke doelstelling
deze nieuwe organisatie heeft: draagt ze een mili
tair of een semi-mililair karakter zooals kan wor
den afgeleid uit de militaire titulatuur van .storm
troepen. brigades, commandanten en kader: uit het
feit. dat bij 'aanmelding tot het lidmaatschap van
deze stormtroepen, waarvoor de aanbeveling van
een hoogeren functionnaris van de N.S.B. een nood
zakelijke voorwaarde is. ongaaf moet worden ver
strekt van allerlei bijzonderheden b.v. welk gewicht-
het adspirant lid heeft, welke methode van zelfver
dediging hii zich eigen heeft gemaakt en on welke
tiiden van den dag of nacht hii beschikbaar kan
zijn?
3. Is de minister niet van oordeel, dat., als deze
organisatie inderdaad een militair of semimilitair
karakter mocht dragen of slechts naar den schiin
dit karakter niet mooht hebben aan deze volstrekt
onncderlandsche methode van doen voor goed-een
einde moet worden gemaakt? -: -i
Ik heb lang overlegd, wat ik deze week tot onder
werp zou kiezen, maar kon niet tot een resultaat
komen. Ik heb gedacht aan de werkloosheid onder
de jeugd, een vraagstuk, dat van het uiterste belang
is, doch waar zoo gtoolc moeilijkheden aan zijn ver
bonden. dat het blijft bij besprekingen en beraad
slagingen, zonder dat men er veel verder mee komt.
Dan is er de activiteit, die den laatsten tijd in ons
land allenvege aan den dag wordt gelegd om te ko
men tot economisch technologische Instituten, welke
zaak ook niet van een leien dakje gaat, omdat men
allereerst staat voor de vraag of dit. gecentraliseerd,
dan wel gedecentraliseerd over de provinciën moet
geschieden, terwijl bovendien verschillende andere
lichamen, zooals bijv. Kamers van Koophandel zich
reeds bezighouden met vrijwel dezelfde dingen, die
deze nieuw gevormde instituten te behandelen zullen
krijgen.
We hebben in Nederland het bezuinigingsontwerp,
waarover het voorloopig verslag is verschenen, zoo
dat men kennis kan nemen van een ontstellende
overvloed van argumenten, die tegen de plannen van
de regeering worden te berde gebracht..
Wil men verder van huis, dan zouden we het een
en ander kunnen schrijven over de merkwaardige
stemming, die in Amerika allengs duidelijker aan
den dag treedt en die aanstuurt op een nauwer con
tact met liet buitenland, die steeds meer geneigd is
de gedachte van autarkie over boord te werpen. We
zien verder de verbazende stijging der prijzen van
sommige levensmiddelen in Duitschland, zoodat men
bijna geneigd zou zijn te spreken van inflatie.
In welke koers moet het schip van staat
gestuurd worden?
Al deze dingen hebben echter iets gemeen. En over
dat, wat hen verbindt, willen we het deze week eens
hebben.
We bedoeloli de onzekerheid, die uit al die econo
mische problemen tot ons spreekt. Welk men er ook
van neemt, en er zijn nog een massa andere op
te noemen overal is de regeering er van overtuigd,
dat iets moet gebeuren .omdat het op het oogenblik
verkeerd gaat. Maar wat? Daar zit hem de kneep!
Men weet het niet!
Bij de tewerkstelling van jeugdige werkloozen ont
breekt om te beginnen het geld, terwijl men verder
zoo heel gemakkelijk andere terreinen als de alge-
meene werkloosheid of de particuliere voortbren
ging doorkruist, en dus daarmee in conflict komt. Al
les bij elkaar genomen zit men met do handen in het
haar.
Enkele van de moeilijkheden der technische insti
tuten noemden we al. Het geheel0 plan is dan ver
moedelijk ook wel in de eerste plaats als een nood
sprong te beschouwen. Waarom zou aan deze com-
missiën gelukken, wat zoo veel anderen niet moge
lijk is?
De kentering in de Amerikaansche opvattingen, is
het iets anders dan een erkennen, dat de wijze, waar
op men tot dusverre is te werk gegaan, gevoerd heeft
tot een fiasco? En de prijsopdrijving in Duitschland,
die men er nooit gewild heeft, die men door allerlei
GEBRUIKTE AUTOMOBIELEN
verkoopen wij onder GARANTIE en op PROEF
Garage C. NIEUWLAND, Bergen.
BALBO'S BESCHAVINGSWERK IN LYBIE.
Strenge maatregelen tegen fakirnrak-
tijken.
De beroemde gouverneur van Lybie. maarschalk
Italo Balbo. is evenals de Duce een man die zich
niet alleen bezig houdt met groote politieke en
sociale vraagstukken, maar die ook aan kwesties
van minder belang ziin volle aandacht wijdt
Reeds lang was het den maarschalk een doorn
in het oog. dat er onder bepaalde groepen der in-
'landsche bevolking in Lybie nog steeds allerlei
vreemde fakirpraktiiken in zwang waren.
Als een verstandig kolonisator nam hii echter niet
direct zijn toevlucht tot dwangmaatregelen om
deze misbruiken uit te roeien, maar besloot eerst
twintig kopstukken van de stammen, bii wie het
fakirisme hoogtij viert, voor een vriendschappelijke
conferentie naar Bengasi te noodigen.
Deze bijeenkomst nu heeft dezer dagen plaats
gehad onder presidium van den maarschalk zelf,
die den stamhoofden duidelijk maakte, dat bepaal
de praktijken zooals het loopen over gloeiende
kolen, het inslikken van vergiftige insecten, stuk
ken glas. en spijkers, het doorboren van den neus
bij kinderen enz. enz. beslist in strijd waren met
de beginselen der moderne beschaving en ook met
de voorschriften van den Mohammedaanschen gods
dienst zelf. dien de stammen, die zich aan derge
lijke praktijken schuldig maken, beliiden.
De maarschalk stelde daarna ieder van de aan
wezige stamhoofden in de gelegenheid, frank en
vrii zijn meening omtrent deze kwestie te zeggen,
waarbij hii tot de aangename bevinding kwam dat
de notabele inboorlingen niet alleen de noodzakelijk
heid van een ingrijpen van het gouvernement er
kenden, maar den gouverneur zelfs dankbaar wa
ren. dat hii ziin aandacht aan deze kwestie had
geschonken.
Onmiddellijk na afloop van de conferentie vaar
digde'Balbo dan ook een decreet uit, dat onmiddel
lijk voor de geheele kolonie van kracht is gewor
den en waarbij fakirpraktiiken zoowel in het open
baar als in besloten kring worden verboden en per
sonen, die zich aan overtredingen schuldig maken,
met uiterst strenge straffen worden bedreigd.
Het drama in Haarlemmermeer. Twaalf
jaar gevorderd.
De officier van justitie bij de rechtbank te Haar
lem, mr. W. M. Paardelcooper Overman, heeft heden
middag tegen den 19-jarigen landbouwerszoon uit de
Haarlemmermeer, die in' den avond van 19 April
den molenaar Klaas Duyser uit Leimuiden van het
leven beroofde en daarna van een som geld, ruim
f 1000, beroofde, een gevangenisstraf geëischt van
12 jaar, met aftrek van voorloopige hechtenis.
Zeg man, wat rook jij je tanden toch bruin!
Ik zal eens NOROL voor je meebrengen.
krasse maatregelen heeft getracht te voorkomen,
maar die toch niet kon worden verhinderd, is weinig
anders dan het levend bewijs, dat de Duitsche regee
ring in haar pogen de welvaart onder de Duitsche
burgers te verhoogen, tot dusverre in menig opzicht
geheel heeft gefaald. Wat er tegen te doen? Men weet
het niet.
Ook het bezuinigingsontwerp is in veler
oogen een noodsprong.
Met het bezuinigingsontwerp, op zichzelf staat het
misschien wat anders. Het is een vast omlijnd plan,
volgens hetwelk de regeering wil te werk gaan om
een stap voorwaarts te komen. Maar met het voor
loopig verslag samen, waarin zoovele onzer Kamer
leden zich uitsloven om aan te toonen, dat de in het
ontwerp beraamde maatregelen niet tot verbetering
maar onherroepelijk tot verdere achteruitgang moe
ten leiden, blijft er van die vastomlijndheid niet
veel over. Ook wanneer, wat wellicht het geval zal
zijn, de regeering het ontwerp er weet door te halen,
dan blijft 't in de oogen van velen een plan van despe
ratio een handelen op hoop van zegen, 'n experiment.
Of men spreekt over devaluatie of het mengen van
boter en margarine, over werkverschaffing of be
schermende rechten, men vindt overtuigde voorstan
ders en hartstochtelijke tegenstanders.
Wat men ook doet, de weg gaat omlaag!
Maar het eigenaardige is, dat de maatregelen, die
genomen worden, zonder uitzondering niet bij mach
te blijken te zijn de bestaande ontwrichting te doen
wijken, dat zo de verloren welvaart niet kunnen te
rugbrengen, en dat we steeds blijven gaan in de
richting, die we al zoo lang gaan: bergaf!
Dat is eigenaardig. Want ze zijn toch meestal de
geestesproducten van degenen, die als de allerbc-
kwaamsten worden beschouwd. En ook wanneer zij,
die zijn aangewezen om in ons land en elders leiding
te geven, in hun menschelijkheid af en toe nog wel
eens falen, dan is het toch merkwaardig, dat ze prac-
tisch gesproken, geen succes schijnen te kunnen boe
nen in hun strijd tegen de malaise.
Hoe zit het daarmee?
Het is onmogelijk, dat het eene land in
welvaart leeft, terwijl het andere ten
onder gaat.
We hebben juist weer een periode van verkiezin
gen achter den rug en, zooals dat daarin meestal het
geval is, zijn we overstroomd met welvaarlsprogram-
ma's, opgesteld door allerlei partijen, die precies we
ten wat ze willen, doch die echter gelukkig niet in
de gelegenheid zullen zijn hun theorie in practijk
om te zetten. Want dan zou blijken, dat ook hun
wijsheid slechts opgaat op papier.
Maar hoe is het dan? Schiet hier alle menschelijke
geleerdheid te kort?
Neen, stellig niet. Maar zooals overal is ook hier
alles betrekkelijk.
Wij zijn aan elkaar verbonden.
Men zou de verschillende staten van Europa kun
nen vergelijken met een aantal door touwen verbon
den alpentouristen, die bezig zijn een helling af te
OPLEIDINGEN HUISHOUD- EN INDUSTRIE
SCHOOL.
Gaarne wil ilc lan&s deze weg er nog even de aan
dacht on vestigen, dat meisies. die nu M.U.L.O.-
examen e.d. doen en er over denken daarna een op
leiding aan de Huishoud- en Industrieschool te gaan
volgen, goed doen zich daarvoor nu reeds on to
geven.
Menigeen wacht dikwijls totdat ze geslaagd is
en geeft zich na de sluitingsdatum. 1 Juli. nog op
voor een opleiding aan de Huishoud- en Industrie
school, men loopt dan de kans öf niet meer geplaatst
te kunnen worden bij een opleiding, die reeds to
veel leerlingen telt. öf men dupeert de opleiding,
die op de aangegeven datum niet het vereischtc
aantal leerlingen telt en dan noodgedwongen op
geheven zou moeten worden. Dit laatste kan het
geval worden met de leerares-onleiding. Wanneer
er meisjes zijn, die er over denken deze te volgen,
na behaald U.L.O.-examen, 3 iaar H.B.S. enz., dan
is het gewenscht. zich nu reeds voorwaardelijk op
•te geven. Men verbindt zich dan nog tot niets en
wij weten ten naaste bii. hoeveel leerlingen er ver
moedelijk in de leerares-opleiding komen.
S. H. DE GLEE.
Directrice Huishoud- en
Industrieschool.
Twaalf dooden bij de vlucht der beide
Chineesche kanonneerbooten.
Sjanghai. Eerst thans wordt bekend, dat bij do
vlucht der beide Chineesche kanonneerbooten
„Haisjen" en „Haitsji" verdwaalde granaten van de
„Haitsji" in het woonhuis van het douanekantoor
van Kanton en in een kleine hut zijn terechtgeko
men, waarbij tien douanebeambten en twee burgers
werden gedood.
FORMOSA DOOR TYPHOON GETEISTERD.
65 schepen worden vermist.
Tokio. Naar uit Tainan op Formosa wordt be
richt, heeft een hevige typhoon daar ernstige scha
de aangericht.
De visschersvloot, welke op 18 Juni was_ uitgeloo-
pen is nog niet teruggekeerd. Meer dan 65 schepen
worden vermist. Bovendien is nabij Tsihoklca een
schip met 20 scholieren omgeslagen. Alle opvaren
den zijn verdronken.
Schepen van de Japansche kustwacht zijn uitge
varen, om naar de vermiste visschers te zoeken.
Uit Bolzano in Noord-Italië wordt gemeld, dat
tengevolge van het smelten van sneeuw op de ber
gen en in de dalen van Vcnosta twee lijken zijn
blootgekomen, afkomstig van smokkelaars, die in
den afgeloopen winter door een lawine werden
overvallen, toen zii trachtten smokkelgoederen van
Zwitserland naar Italië over de grens te brengen.
dalen de weg gaat naar ons begrip nu eenmaal
omlaag. Zooals iedere vergelijking gaat ook deze
mank, maar ze geeft toch een vrij goed beeld van
den tegenwoordigen economischcn toestand. Want
evenals onze alpinisten zijn de.verschillende rijken
vast door allerlei banden aan elkaar verbonden.
Komt één der bergbeklimmers te vallen, dan bezorgt
dit de anderen allerlei last, ze loopen zelfs kans te
worden meegesleurd, hoewel dit risico voor een be
kwaam alpinist wellicht niet heel groot is. Voor den-
gene, die een misstap doet, is het aan elkaar verbon
den zijn op dat oogenblik een voordeel, ja, in den
regel het behoud.
Nu zijn er onder bergbeklimmers stellig bekwamen
en minder bekwamen. Wanneer een aantal touristen
tenslotte na een aantal ongevallen behouden bene
den komt, dan zullen ze dit aan de bekwamen onder
hen te danken hebben.
Evenzoo gaat het de staten op hun weg door de
tegenwoordige malaise. Voor allen voert het pad
omlaag, dat wil zeggen door achteruitgang en onge
mak, maar wanneer straks de kentering komt, liet
eind van de reis wórdt gehaald, dan zal dit te dan
ken zijn aan hen, die de beste maatregelen hebben
genomen, al konden ze niet verhinderen, dat ze mee
naar beneden moesten.
Het is niet ondenkbaar, dat onze touristen in zoo
groote moeilijkheden komen, dal één van het gezel
schap moet worden opgeofferd. Ook in de economi
sche samenleving kan dit gebeuren. Maar dit. zal
vermoedelijk steeds degene zijn, die de grootste dom
heid heeft begaan, de grootste fout heeft gemaakt.
De bewuste alpinist is waarschijnlijk reddeloos ver
loren, het land dat volkomen wordt losgelaten, even
eens.
De overigen gaan verder, verlost van een zwakke
broeder en de kans is groot, dat ze gemakkelijker en
eerder nu hun einddoel zullen bereiken.
Hebben wij het slechter of beter dan on
ze buren?
Wanneer wc de getroffen regeeringsmaatregelen
op hun juiste waarde willen schatten, is de eenige
maatstaf, die men kan aanloggen: hoe is de toestand
hier in vergelijking met die van elders? Ook wij zijn
aan de anderen vastgekoppeld en kunnen dus on
mogelijk een volkomen tegenovergestelde richting
inslaan. Als in heel Europa de welvaart afneemt,
dan is het ondenkbaar, dat in Nederland het omge
keerde het geval zou zijn.
Wel echter kan het hier betrekkelijk heel wat
beter zijn dan op andere plaatsen. En alleen in deze
betrekkelijkheid komt de bekwaamheid van onze be
windvoerders tot uitdrukking. Ook weer niet geheel,
maar toch ten deele.
Degenen, die er het best van allen voorstaan, heb
ben de grootste zekerheid zonder ernstige schokken
het eind te zullen halen, waarna ze zich dan weer
kunnen oprichten.
Die landen echter, die het op 't oogenblik het moei
lijkst hebben, loopen de meeste kans onder te gaan,
d.w.z. een deel van hun bevolking te zien terugval
len in de diepste armoede, die moeilijk zal zijn te
overwinnen, aangezien het, buitenland hen heeft los
gelaten, evenals ook die deelen van hun vroegere
rijk, die zich op eenige wijze konden redden.
Bedriegen de verschijnselen niet, dan hebben wij
in Nederland alle reden tot tevredenheid. Want be
trekkelijk zijn we er nog heel goed aan toe. Zooals
gezegd is dit niet alléén het gevolg van de bekwaam
heid onzer regeerders ook andere factoren zijn
van gewicht maar deze is er toch stellig in ver
werkt.
I-Ioe precies de verhouding is tusschen den econo-
mischen toestand hier en elders kan ten deele blijken
uit allerlei statistische gegevens en kan wellicht het
onderwerp vormen voor een volgend opstelletje.
r.