De Brabantsche Brief van RADIO Ulvcnhout, 22 October 1935. Men i er, Da's gisteren 'nen druk ken dag geweest! Om te beginnen hadden we verlejen week 'n dag vaarding ontvangen om gehoord te worden i.z. de tenlastelegging aan Mar- tinus, Judocus, Simon Ba- stiaansen (den Blaauwe, onder ons gezeed), ter za ke dat hij in den avond of op omstreeks 27 September 1935 in de herberg „de Gouden Koe" zich zou heb ben schuldig gemaakt aan nishandeling van een amb tenaar in de uitoefening zijner bediening, den ge meente- tevens onbezoldigd rijksveldwachter Adrianus van den Heuvel door hem, meergenoemden veld wachter vast te grijpen in den kraag van zijn uni form en in het achterdeel van zijne broek en hem, meergenoemden van den Heuvel, zoo het erf op te smijten, zijnde een stuk grond behoorende bij en onmiddellijk grenzende aan de achterzijde van bovenvermelde herberg, waardoor den mishandelde terecht kwam op zeven, of omtrent zeven, althans vele stalemmers, althans meer dan eenen stalemmer, waardoor de veldwachter van den Heuvel lichamelijk letsel bekwam, - althans een ontwrichten pols en inwendige pijnen onder aan den rug, geconstateerd door hem, veldwachter zelve, bij ambtseedig proces verbaal door hem, veldwachter van den Heuvel, op gemaakt den 27en September 1935 en zou verdachte Bastiaansen deze handelingen hebben gepleegd met het kennelijke doel den veldwachter meergenoemd wederrechtelijk uit de herberg-lokaliteit „de Gouden Koe" te verwijderen, toen hij, veldwachter in dit voor het publiek toegankelijk locaal zich bevond in zijne bediening van gemeenteveldwachter te Ulvenhout; en nadere verklaringen te verstrekken als getuige in deze zaak, ten kantore van den E.A. Heer Rechter van Instructie in het gebouw der Arrondissements- Rechtbank te Breda, op Maandagmiddag 21 October 1935 te twee ure." En ten tweede, amico, was 't kermis in de stad! Onmiddellijk had den bakker toen ie ook zoo'n pam pier had ontvangen, de heele feestcommissie gecon voceerd, om twee redenen. „Ten eerste", zei-ie op de vergadering in de bak kerij: „ten eerste om honze ouding vast te stellen bij 't stilte veroor en ten tweede: om deus dagvèèrdiging op te nemen in de notulen van de feestcommissie, waant 't zou driewerf zonde en jammer zijn, as deus onbegrijpelijk maar deftig pampier nie geboekstaafd wier in de hannalen van Huivenhout, waarvan deus notulen van den Bult", toen klopte-n-ie op de schou wers van onzen secretaris, maar 't manneke kreeg aanvechtingen om er onder te bezwijmen, „waar van deus notulen 'n gouwen bladzij, wa zeg ik? 'n gouwen oofdstuk vurmen!" Pats, dee z'n hamerke. „En 't vonnis mot er later ok bijgeplakt worren, veurzitter", riep den Blaauwe! „Daar komt gin vonnis!" maakte den hakker uit. „Van da vertesseltje op dit pampier is niks aan ders waar as die zeuvcn stalemmers en hoe hebbe ze in Berda da-d-in malkaar gedraaid mee die emmers?" Hoe ze dit vertesseltje in malkaar hebben gedraaid zijn ze nog gin-eens zeker van! Ze weten hamper hoe veel hommers of 't waren! Lees die passage maar 's veur, secretaris." Bultje de Bie las: „waardoor den mishandelde te recht kwam op zeuven of omtrent zeuven" (den bak ker knikte) „althans vele stalemmers (den bakker knipte z'n oogen slim toe) „althans meer dan ééncn stalemmer, waardoor den veldw „Stop", zeiden den bakker en zijn hamerke tege lijk: „Stoppoppop, genogt!" En toen, na 'nen diepzinnigen zucht: ,,'t Zwakke punt zit 'm in den Jaan zij'n bedie ning! Hij had daar op dieën moment niks te „be dienen" dieën geaktbal! De kwestie is deuze: hij kwam as kameraad binnen, uit nuuwsgierigheid! En ik heb 'm deur den Blaauwe laten buitensalamande- rcn as kameraad en nie as veldwachter!" Hij zweeg. Wij voelden allemaal dat ie de zaak aan 't goeie end vasthad. En hij gaf hij is geen Raadslid voor niks! en hij gaf ons allemaal de ge legenheid, om dat 's goéd te voelen „Wa moois", ging ie toen verder: „neeë, nou brikt m'nen klomp! Ge zou mee 'nen ouwen kameraad nie meugei doen wa ge wilt! En as ie vanavond weer bin nenkomt, dan zal ik 'm zeivers buitenstaampen. Is ie bedonderd? Mee z'n blaauwe plekken op z'n eh gewitwel! Jammer dat ie er ging portretje van hee laten maken as stuk van hovertuigink!" Daverend applaus. „Ge zij kameraden of ge zij gin kameraden, sode- wist bovendien dat Terry niet ver van haar af was en er verscheen een glimlach om haar lippen bij de gedachte dat hij nu in de kleine kapel rustte, zijn ééne arm achter zijn hoofd gevouwen, zooals ze hem zoo dikwijls op het zonnige strand van de Torrens Baai had gezien. Niet lang daarna sluimerde ze in. HOOFDSTUK X. Terry's besluit. Zes en dertig uur later. De nacht welke op het eiland was door gebracht en de daarop gevolgde dag, behoorden reeds tot het verleden, en Phil werd dien ochtend met een gevoel van schrik wakker... het angstige gevoel, dat haar iets onaangenaams wachtte. Gedurende enkele minuten lag ze droomerig voor zich uit te staren en wist ze zich eigenlijk nog niet precies te herinneren wat er zou gebeuren. Doch loen was haar herinneringsvermogen weer volmaakt helder. Dien dag zou Terry vertrekken... hij ging naar Londen, om vandaar een reis te ondernemen, die twaalf lange maanden zou duren. Het leek haar een eeuwigheid toe. Gedurende die twaalf maanden zou verdriet, niets dan verdriet haar deel zijn. Terry had voortdurend afleiding, want hij zou van de eene plaats naar de andere trekken en alle mogelijke ervaringen opdoen. En zij... ja, zij was degene die achterbleef en moest wachten... En het bitterste en wreedste van alles was dat ze zwijgend moest wachten en niemand mocht weten dat Terry en zij elkander liefhadden. Het scheidings jaar was oneindig makkelijker te dragen geweest, wanneer ze publiek verloofd hadden kunnen zijn, zoodat tante Jem en de anderen als het ware den wachttijd mèt haar hadden meegemaakt Hun sym juu", viel ie uit: „en as den Rechter-Commissaris da nie verstaat, dan za'k 'm op z'n vestje spouwen, dat ie nooit moeite mot doen om lid van ons propclub te worren, waant dat ie dan mee vlag en wimpel gedeeballenteerd wordt!" Pats!!! Toen stond den Joost op, ge kent 'm, dat weduw- manneke, vergeten weareldkampioenneke, dat nou op de fiets reist in worsterijen en aanverwanten. Hij stampt iederen dag zoo'n kleine honderd kilometers bij malkaar om zijnen baas van zijnen worst af te helpen! „Jongens", zee den Joost: „ik vind dat den Fielp goed gesproken hee! As wij Maandag allemaal op deuze zelfste manier starten en we houwen goed vast dan winnen wij op de Rechtbank mee twintig kop- lengtes, 'k heb gezeed.". En zoo, amico, zijn we Maandagmiddag met z'n allen naar de stad gebust. Den jubilaris was er ook bij. Maar hij sprak niet veul den Jaan. „Hoe is 't mee de blaauwe plekken, Janus?" vroeg den Joep. „Die zijn weg", zei den Jaan onverschillig. „Dus ge kunt van den middag niks bewijzen", riep den Joost: „as den Rechter-Commissaris z'n eigen overtuigen wil Ons bus liep haast 'nen slagerswinkel binnen, zoo zat den chauffeur, die alles wist, te lachen. Ge moet weten, we waren met zo'n groot gezel schap, dat wc 'n „eigen" buske hadden afgehuurd bij van Hooydonk. Van Hooydonk ree zeivers, want 't was de bedoeling om er 'n leutig kermisdagke van te maken. En daar is 'nen Ulvenhouter voor te vinden. Efkens voor tweeën zaten we in de wachtkamer van de Rechtbank. Non geschuurden vloer, 'n ouwer- wetsche, geverniste tafel in 't midden, banken langs de kant en stoeltjes om de tafel en lekker warm was 't er. Wij, in ons Zondagsche pak, we kregen 'n echte „Gouwe Koei"-stemming. „Kan 't nog laank duren, brigges?" vroeg den Fielp aan den Marechausseee, die daar zoo wat de wacht hield. „Niks van te zeggen", gaf ie ten antwoord: „ik weet wel, den Rechter-Commissaris is er nog nie. 't Is laat geworren van den mergen." Toen haalde den Fielp 'nen stok kaarten uit zij nen broekzak en na vijf minuten zat de propclub om de tafel. Den Fielp ging piek. „Denk er om. me speulen in den pot, mannen, sjuust as Zondags". 'k Stak 'n sigaar aan. „Ge meugt hier nie rooken", zee de berenmuts. „En as ik jou 'n sigorke presenteer?" „Ok nie", toen wees ie op 'n bordje: Verboden te Rooken. „Zijn jullie hier nie verzekerd", vroeg den Blaauwe? „Vraagt da maar aan den president", maakte den marechaussee er z n eigen af. „Zoo gaauw as ik 'm weer 's spreek", zei den Tiest, Toen begost 't spel Den Fielp zat er in! „Wel nondekarjuuvier ie uit en meteen sloeg ie mee zijn vuistje ter grootte van nen roggemik op 't tafeltje: „nou had ik ze zoo schoon! Hedde 't gezien, brigges? Is 't nie om nou nooit meer n kaart in oew pooten te nemen?" Wij plaizier, dat verstaat ge! Daar wierd gelachen, gekwekt, en daar stond opeens 'nen deftigen me neer in 't deurgat, die ons vroeg wat we hier uit spokten. Den Fielp stond op, trok m bij zijnen revèr, en zei: „hedde gij verstajum van proppen, menier? Nou mot te toch 's zien. ik heb deus kaarten, ik piek be grepte, ik speul ditte veur, schuppenzeuven, maar de twee en de viei en de zes heb ik in haanden en nouw, potverblomme, nou zitten daar den Dré en den Blaauwe zonder schuppen in d'r pooten! Den Joost gooit de vijf en ik hang! Is 't nie godgeklaagd menier? Bij den tweeden slag? Waant 'k had m nen piek al binnen, mee deus haas, kek hij draaide zijnen slag Daar was geen woord tusschen te brengen. Als den Fielp in 't vuur van 't kaartspul is, dan kaart ie mee zijn volle driehonderd pond lichaamsgewicht en dan zet ie 'n stem op, dat 't allegaar dondert. „Ge had de twee veur motten brengen" zee den Jaan. „Wie houdt nouw toch de twee in z'n bóeren- vlerken, as ie..." „Houde gij oewen kop, sufferd", commandeerde de Fielp: „mokte gij maar persessen-vanbaal, kever; re ken maar da k oe helpen zal in den Raad, bij de al- gemeenc beschouwingen, oofdstuk pliesie!" Toen liet den Fielp dieën menier zijnen jas los, Nou, ge kost goed zien, waar ie 'm vast had gehad...! „Kever, sufferd?" zee den Jaan: „al zijde gij nou honderdduuzend keer lid van den Raad, ik zet oew op de bon, edelachtbare! Brigges gij zijt m'nen ge tuige: beleediging van 'nen ambtenèèr in z'n fung- sie!" Hij was er bij gaan staan, zoo kwaad was ie! Want wat den Fielp nou gezegd had, algemeene beschou wingen... hoofdstuk politie, z'n feest viel in dui gen...! pathie en begrijpen zou haar zooveel geholpen heb ben. Ze had er reeds een flauw vermoeden van op wel ke manier ze zou moeten optreden, en het was af schuwelijk te bedenken dat alles zoo geheimzinnig in zijn werk diende te gaan. Dat had ze al begrepen op dien ochtend na den storm, toen een motorboot vanuit Torrenby naar haar en Terry was gaan zoe ken. Het was een wondermooie morgen geweest en niets wees er op dat de natuur den vorigen dag op zulk een ontzaggelijke wijze huis had gehouden. Ze hadden uit alle macht gewuifd en geroepen, terwijl de boot in het zicht kwam, en toen die dicht bij was ontdekte ze Piers en Dick Matheson aan den voor steven. Diep in haar hart was Phil teleurgesteld geweest, dat Budge er ook niet bij was. Ze had altijd het meest van hem gehouden en na de uitgestane angsten was het heerlijk voor haar geweest zijn goed, sproetig gezicht het eerst te zien. „Waarom kwam Budge niet mee?" vroeg ze dan ook onmiddellijk. Terry had al dadelijk een beschrij ving van hun avontuur gegeven en genoot er van dat het gevaar nu veilig en wel voorbij was. „Er was geen plaats meer voor hem over", ant woordde Piers. „En daar ik de oudste ben, ging ik natuurlijk voor." Hij sprak op kalmen, eenigszins hautainen toon en scheen het niet meer dan logisch te vinden, dat hij bij afwezigheid van zijn vader aan het hoofd van het gezin stond. Phil had vaak lachend opgemerkt, dat hij zich als een troonop volger kon gedragen, waarop Budge dan placht te antwoorden dat hij een verduivelde despoot was.. „Het is een afschuwelijke nacht voor ons geweest" vervolgde Piers. „Tante Jem en Venetia waren half krankzinnig van angst. En ik geloof niet dat Budge en ik er eigenlijk veel beter aan toe waren" voegde hij er aan toe, terwijl hij haar glimlachend aanzag... Den Blaauwe schupte Janus z'n stoeltje zachtjes weg. En als den Jaan weer ging zitten, ge ver staat...! Hij kwam op z'n gewitwel op den vloer te recht en hij kon daar nog weinig hebben, van wege de pas genezen blaauwe plekken...! Hij glom van woede. Wreef over z'n broek. Schold, tierde. Zelden hadden wij zo'n leut g'ad onder 't kaarten. En nou was 't spul nog pas aan den gang! Den marechaussee stond sjuust te kijken of ie kramp in den buik had en daarvan niks mocht la ten merken...! En dieën meneer, die geen woord meer verstaan baar had kunnen maken, die stond te kijken of de vveareld verging en hij 't geen onaardig schouwspel vond. En als ik naar die twee menschen keek, dan kreeg ik 'n heel eigenaardig voorgevoel. „En gij zet dat allegaar in de notulen, Bult", com mandeerde den Fielp naar onzen fecstsecretaris: „ge leest ze veur op onze eerstvolgende vergadering van de feestcommissie." „Wat voor feestcommissie is dat?" vroeg dieën meneer." ,,'t Gaat oew eigenlijk gin bal aan", zee den Fielp. ,,'t is geelm, maar daar gij toch nie op Hulvenout woont, de kwestie is deuze, die lapswaans" hij wees den Jaan aan: „die gaat 1 Januari mee pen sioen en nou zetten we 'n feest in malkaar veur 'm. Ondertusschen doet ie niks aanders as ons dwars ziten, hij is zoo nuuwsgierig as 'n wijf en zoodoende heb ik 'm lest, in m'n kwaliteit van veurzitter, deur den Blaauwe (Martinus, Judocus, Simon Bastiaan sen boog) huit de ge-eime feestvergadering laten sal- lemaanderen en daarom zijn me nouw icr, waant dieën geaktbal. onze Sjerlok Holmes, hee verbaal gemokt...! Heb ik er één woord om gelogen, van Geaktballum?" zoo keerde den Fielp z'n eigen nijdig naar den Jaan. „Neeë", zee den Jaan: „ge wit genogt da'k er spij van heb en da'k nie wist da juilie daar veur mijn 'n feest aan 't regelen waren!" Daar was weer geen woord tusschen te krijgen geweest. Maar dieën menier, die nog geen tijd had gekregen ZONDAG 27 OCTOBER. HILVERSUM (1S75 M.) 8.30 NCRV, 9.30 KRO, 10.00 Ned. Evang. Vereen., 11.30 KRO, 5.00 NCRV, 7.45—11.00 KRO. 8.30 Morgenwijding olv. Kapt. J. Salomon mmv sopraan alt en orgel; 930 Gram.pl; 10.00 Kerkdienst in de Ned. Herv. Kerk te Coevorden. 11.30 Orkestconcert en Gram.pl.; 1.00 Lezingen en orkestconcert; 2.00 Lezing; 2.30 Orkestconcert, lezing en Gram.pl; 4.30 Ziekenhalfuur; 5.00 Gewijde muziek; 5.20 Kerk dienst uit de Geref. Kerk (Nieuwe Oosterkerk) te Rotterdam; 7.50 Causerie; 8.10 Berichten; 8.15 Or kestconcert, zang en gram.pl.; 10.30 Berichten, gr. pl.; 10.40—11.00 Epiloog. HILVERSUM (301 M.) 8.00 VARA, 10.00 VPRO, 12.00 AVRO, 5.00 VARA, 8.00—12.00 AVRO. 8.57 Carilonspel S. Nees; 9.00 Voetbalnieuws; 9.05 Tuinbouwpraatje S. S. Lantin- ga; 9.30 Carillonspel J. Denijn en S. Nees; 9.45 Prof. Dr. J. Tinbergen: Het plan van den arbeid; 10.00 Zondagshalfuur voor kinderen; 10.30 Kerk dienst uit de Rem. Kerk te Alkmaar. Voorg.: Mej. Ds. F. W Rappold; 12.00 Klokkenspel en uurslag van het Stadhuis te Veere; 12.01 Filmpraatje L. J. Jordaan; 12.30 Carillonbespeling St. Nees; 12.50 De Octophonikers olv. B. Drukker en Gram.pl; 2.00 Boekbespreking Dr. P. H. Ritter Jr.; 2.30 Piano recital J. Odé; 3.00 Omroeporkest olv. A. v. Raai te; mmv. W Spruit (sopraan) en Mr. H. Smedes (te nor) 4.00 Dordrechtsch Mannenkoor „Caecilia" olv. D. W. van Leeuwen; 4.20 Gram.pl.; (Om 4.45 Sportberichten); 5.00 Sportpraatje; 5.20 Intern. Vocaal Jeugdconcert; 7.20 Fragm. uit Heijermans' „Droomkoninkje' olv. W. v. Cappellen; 8.00 Berich ten; 8.15 Omroeporkest olv. N. Treep; 9.00 Radio journaal; 9.15 „De familie Stastok", spel naar Hil- debrand door J. v. d. Poll. Leiding; Kommer Kleyn 10.00 Omroeporkest olv. A. van Raalte mmv. F. La- mond (piano); 10.30 Gram.pl; (Om 10,45 Verslag schaakmatch EuweAljechin; 11.00 Berichten; 11.10—12.00 De AVRO-Decibels olv. Eddy Meenk. DROITWICH (1500 M.) 9.5010.35 Kerkdienst; 12.50 Pianorecital; 1.20 Or kestconcert olv. Greenwood mmv. tenor; 2.20 Gr. pl.; 3.05 BBC-Northern Ireland-orkest olv. Brown; 4.05Het Squire Octet mmv. S. Thomas (tenor), 4.50 Kerkdienst voor de kinderen; 5.20 „The Apostle Play" van Mell, bew. White en Whitworth; 5.50 BBC-Orkest olv. Lewis mmv. C. Sharpe (cello); 7.05 Voordracht; 7.25 A. Busch (viool) en R. Ser- kin (piano); 8.15 Kerkdienst; 9.05 Liefdadigheids- oproep; 9.10 Berichten; 9.20 L. Jeffries en zijn or kest mmv. V. Lambelet zang; 10.35 Het Bridgewa- ter-kwintet; 11.05 Epiloog. KALUNDBORG (1251 M.) 11.2012.20 M. Hansen's orkest; 2 454.35 Koor- en orkestconcert; 5.20 Zie VARA; 7.50 Kwartet; 8.20 Gevar. programma; 9.30 Operettemuziek olv. R-eesen; 10.2011.50 Dansmuziek. een lach, die het jonge meisje méér zei dan honder den woorden van genegenheid. Piers' innemende glimlach zou zonder twijfel ver oorzaken dat hij heel wat vrienden in zijn leven kreeg, die hij echter door zijn heerschzucht vermoe delijk op een gegeven oogenblik weer zou verliezen en zelfs tot vijanden kon maken. En kort daarop had het kleine incident plaats gevonden, waardoor maar al te duidelijk tot het jonge meisje doordrong in welk een valsche posi tie haar stilzwijgen haar zou brengen. Piers was op Dick Matheson en zijn zwager toegeloopen, en had de laatste zijn hand toegestoken. „We zullen je nooit voldoende kunnen danken voor hetgeen je voor Phil deed", zei hij heesch. „Je hebt haar op jouw beurt het leven gered." En onmiddellijk zag Phil in hoe belachelijk het was dat haar broer op zulk een stijve manier zijn dank betuigde aan Terry aan den man die haai liefhad. Piers was natuurlijk heel anders opgetreden, indien de werkelijke staat van zaken hem bekend was geweest, want dan had hij immers geweten dat haar leven Terry nog veel dierbaarder was dan haar eigen broer. En nu, terwijl ze nog in bed lag en in gedachten alles wat er gebeurd was gedurende de laatste twee dagen naging, voelde ze dat haar familie geen an dere, intiemere houding tegenover Terry kon aan nemen, omdat hun niets van hun liefde bekend was. Ze zouden natuurlijk denken dat ze precies de zelfde vriendschappelijke belangstelling ten opzichte van Terry voelde als de overigen, méér niet. Terwijl Piers zich op zijn gewone deftige manier uitdrukte had ze moeite gehad niet los te barsten en te zeggen: „Wees niet zoo belachelijk. Natuurlijk zou hij me gered hebben als hij kon, want... we be hoorden elkander toch toe". En evenals ze zich op dat bewuste oogenblik in had moeten houden, be om zijnen hoed af te zetten of z'n parapluie op te bergen, liep plotseling weg, of ie of ie nouja, of ie den trein moest halen. Toen ging er 'n belleke...! Daar zouden we t' hebben. Den Fielp stak zijnen kaartenstok in den zak. Hij was wit van kwaadheid. De marechaussee, die op 't belleke was weggegaan kwam terug om Janus te roepen. Adrianus van den Heuvel?" „Ben ik', zee Janus kordaat, „Voor den Rechter-Commissaris komen." „Present", zei Janus manhaftig en toen borstelde- n-ie z'n eigen wat proper. „Weten jullie wie dieën meneer van daarsjuust was?" vroeg den marechaussee mee 'n veulbclovend gezicht. Wij zwegen van *n drukkend voorgevoel...! „Den Rechter-Commissaris!" Wij zwegen weer! Keken malkaar is aan. Toen zuchtte den Fielp: „da's dan vanmiddag zoo- veul as mijnen tweeden vuilen piek..., plazierige kermis, Fielp." 't Was heel stillekes in de getuigenkamer gewor den. Maar maar maar wat was dat? Daar wierd aan den anderen kant van den muur iemand uitgefoeterd... de spanen sprongen er af...! Dat dat was de stem van dieën Rechter...! Tien minuten later kwam den Jaan binnen. Wit als 'nen doek. „Mmmmannen," zee-t-ie heesch: „de zaak gaat nie deur..., ik heb ze gesust...!" Amico, ik docht da'k wa kreeg van 't lachen! Maar 'n plazier g'ad op de kermis! Plazier...! Trui heeft nog geen woord tegen me gesproken. En 't is nou Dinsdagavond. Kom ik schei er af. Over 't feest, als 't zoover is! Toch maar veul groeten van Trui en als altij, geen haarke minder van oewen toet a voe DRé. MAANDAG 28 OCTOBER. HILVERSUM (1875 M.) NCRV-uitzending. 8.00 Schriftlezing en medita tie; 8.159.30 Gram.pl; 10.30 Morgendienst; 11.00 Chr. lectuur; 11.3012.00 en 12.15 Gram.pl; 12.30 Orgelconcert Jan Zwart; 2,00 Voor de scholen; 2.35 Causerie A. J. Herwig; 3.153.45 Knipcursus; 4.00 Bijbellezing; 5.00 Het Utrechtsch pianokwartet en gram.pl; 6.30 Vragenuur; 7.00 Ned. Chr. Persbureau 7.15 Reportage; 7.30 Vragenuur; 8.00 Berichten; 8.05 NCRV-orkest olv. P. v. d. Hurk en Chr. Gem. Zangvereeniging „Zanglust" olv. J. van Beek; 9.00 J. de Jonge: Beginselen voor Stedebouw; 9.30 Ver volg concert mmv. H. van Wezel (cello)Om 10.00 Berichten; 11.0012.00 Gramofoonplaten. HILVERSUM (301 M.) Algemeen programma, verzorgd door de VARA. 8.00 Orgelconcert J. Jong; 8.30 Gramofoonpl.; 10.00 Morgenwijding VPRO.; 10.15 Gramofoonpl.; 10.30 Declamatie C. Rijken; 10.45 Viool en piano; 11.10 Vervolg declamatie; 11.30 De Flierefluiters olv. E. Walis; 12.00 Gramofoonpl.; 12.30 De Zonneklop pers olv. Cor Steyn; 1.00 Gram.pl.; 1.151.45 Or- vitropia olv. Jan van der Horst; 2.00 Gram.pl.; 2.45 Voor de vrouw; 3.15 De Notenkrakers olv. D. Wins; 3.40 Declamatie R. Numan; 4.00 E. Walis en zijn orkest; 4.30 Kinderuurtje; 5.00 Orgelspel C. Steyn; 5.20 Gram.pl; 6.30 Muzikale lezing P. Tig- gers; 7.10 Dr. H. Polak: Het Gooische Natuurreser vaat; 7.30 Fluit, cello en piano; 8.00 Herhaling SOS-berichten; 8.03 Nieuwsberichten; 8.10 De Bo- hemians olv. Jan van der Horst; 9.00 Zang door Tassia Ossipova; 9.30 Gram.pl.; 10.00 Nieuwsber.; 10.05 Fantasia olv. E. Walis en declamatie C. Rij ken; 11.00 Gram.pl. en pianospel J. Jong. DROITWICH (1500 M.) 10.3510.50 Morgenwijding; 11.05 Causerie; 11.20 Gram.pl.; 11.50 Duitsche les; 12.05 Het Schotsche Studio-orkest; 1.05 Gram.pl; 1.50 Orgelconcert B. Mason; 2.25 Voor de scholen; 3.20 Gram.pl.; 3.55 Voor de scholen, 4.20 Viool en piano; 4.50 Orkest concert olv. Grant; 5.35 BBC-Dansorkest olv. H. Hall; 6.20 Berichten; 6.50 Koorconcert; 7.10 7.30 en 7.50 Lezing; 8.20 Pianorecital H. Jones; 8.50 „The Air-Do-Wells" in hun repertoire; 9.50 Berichten; 10.20 Het Spencer Dyke strijkkwartet; 11.3512.20 Dansmuziek. KALUNDBORG (1261 M.) 11.201.20 Strijkorkest olv. Magnussen; 2.504.50 Omroeporkest; 8.05 Koorconcert; 8.25 Omroepor kest olv. Reesen; 9.05 Reportage; 9.50 Kamermu ziek door blaaskwartet; 11.0512.35 Dansmuziek. KEULEN (456 M.) 5.50 Orkestconcert 9.50 Schrammelconcert; 11.20 Uit Hamburg: Nedersaksisch symphonieorkest; 1.35 Kwintetconcert; 3.30 Pianorecital; 4.20 Omroepor kest; 6.20 Solistenconcert; 8.30—9.20 Zang door Karl Erb (tenor) 10.2011.20 Blaasconcert. RADIO PARIJS (1648 M.) 7.20 en 8.20 Gramofoonplaten; 12.35 Orkestconcert olv. Touche; 2.50 Gram.pl.; 5.50 Orkestconcert; 6.50 Vervolg orkestconcert; 8.20 Concert; 9.05 Kamer muziek 11.0512.35 Dansmuziek. greep ze dat dit in de toekomst nog erger zou wor den. Ze zou elke impulsie moeten onderdrukken en coinedie dienen te spelen. Enkele minuten later alsof er nog meer na druk op het bewuste feit gelegd moest worden gebeurde er iets wat haar opnieuw herinnerde aan hetgeen haar te wachten stónd. De deur van haar kamer werd op een kier behoedzaam geopend, en tante Jemina gluurde om het hoekje om te zien of ze wakker was. „En hoe voelt het kleine meisje zich vanmorgen?" vroeg ze teeder. „Ik heb je maar wat langer laten slapen, omdat je op het steenen bed van „De Heilige Hubertus" wel geen goede nachtrust zult hebben genoten." „De bank was een tikje hard," gaf Phil glim lachend toe. „Ik heb vroeger nooit geweten dat ik zooveel beenderen en botjes bezat. Ik ben echter vol maakt gezond, tante Jem, en heb er heusch geen nadeelige gevolgen van ondervonden." „Dan zal ik je ontbijt maar gauw boven brengen." Tante Jem verliet de kamer om kort daarop terug te keeren met een blad waarop een smakelijk ontbijt stond. Phil had echter bitter weinig trek, doch at wat om haar tante peizier te doen. Natuurlijk kwam het gesprek weer op het avontuur, dat kon nu een maal niet anders. „We hebben in doodsangst gezeten", vertelde Je mina rillend. „Er is heel wat verdriet en ellende in het leven, maar een van de afschuwelijkste dingen die er toch wel kunnen bestaan is te weten dat iemand van wie je houdt in gevaar verkeert en men niets maar ook niets kan doen om te helpen." „Ik weet het", antwoordde Phil. „Ik tobde ook voortdurend over U en de anderen. Maar wij kon den U evenmin laten weten, dat we veilig en wel op het eiland zaten." Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1935 | | pagina 18