Engeland bedreigd door Japan? De Schaduw van de Rijzende Zon $T!l»UHKEM Rand Het Plan van den Arbeid. Donderdag 31 October 1935. SCHAGER COURANT. Tweede Blad. No. 9841 Wie installeeren het Landhuis 7 - Hoe heet het Landhuis 7 Het antwoord van Laval aan Engeland. Zeilschip gezonken. De particuliere wapenfabricage. Paniek in een brandende tramwagen. Versterkte Abessijnsche stad gebombardeerd. Bloedige botsingen tusschen mijnwerkers en politie. ^Un&e/riX: óéh o&n onn cU Nog een gevolg van de Duitsche Jodenvervolging. De gevolgen der economische sancties voor Frankrijk. De jonge deelneemsters en deelne mers aan den kleurwedstrijd, onze at tractie tijdens de Mica, moeten nog wat geduld hebben. Het aantal inzendingen was zeer groot en we zullen met zorg het voortreffelijke werk dat velen leverden, beoordeelen. Als we klaar zijn, zullen we den uitslag in de krant zetten, meisjes en jongens, en meteen erbij vermelden, wanneer de prijzen afgehaald kunnen worden. en Ook aan deze attractie namen zeer velen deel en ook hier is het: Nog wat geduld, s.v.p.I Zoodra we alle inzendin gen nagezien hebben en dus de uitslag kunnen bepalen, zullen we daarvan in de courant mededeeling doen. Londen: De Parijsche correspondent van de „Times" maakt melding van de tegenvoorstellen, d.ie de Fransche regeering bij wijze van proef heeft uit gewerkt in antwoord op de voorstellen, die Italië heeft gedaan. Deze Fransche tegenvoorstellen worden mo menteel te Londen onderzocht en waarschijnlijk zal men te Parijs reeds binnen 48 uur antwoord hebben. Het zijn volgens den correspondent zuiver Fransche voorstellen en van overeenstemming of directe goed keuring kan geen sprake zijn, aangezien de deskun dige van het Foreign Office voor Abessijnsche kwesties, Maurice Peterson, die tezamen met zijn Franschen collega St. Quentin te Parijs de Italiaan sche voorstellen heeft onderzocht en Zondag naar Rome teruggekeerd is, in het geheel geen volmachten bezat. Naar verluidt zou hij verklaard hebben, dat de Italiaansche voorstellen practisch waardeloos waren. Omtrent den inhoud der Fransche voorstellen is niets bekend. Men gelooft echter dat zij neerkomen op het goedkeuren van een bepaalden vorm van Ita liaansche controle op eenige Abessijnsche provincies. De Italiaansche voorstellen. Parijs: Volgens het „Petit Journal" zouden de thans door Frankrijk en Engeland onderzochte Itali aansche voorstellen gebaseerd zijn op een onder scheid tusschen het Amharisch en het niet-Amhari- sche gedeelte van Abessinië. Het eerste zou onder Volkenbondscontrole gesteld moeten worden. De voor stellen zouden de volgende punten behelzen: 1. Bestuur: een Italiaansch adviseur bij den Negus, Italiaansche gouverneurs of Italiaansche advi seurs in de randprovincies en in het bijzonder ten Westen van Addis Abeba. 2. Leger: instelling van een vorm van vreemdelin genlegioen, waardoor het in dienst nemen van Ita liaansche eenheden en gedeeltelijk Italiaansche troependeelen mogelijk wordt. 3. Territoriale bepalingen: Harrar blijft bij Abessinië Ogaden wordt Italiaansch, in Tigre en Danalcil worden de grenzen zoodanig gewijzigd, dat de Ita liaansche veroveringen bevestigd worden. Abessinië's toegang tot de zee: het systeem van een vrije haven wordt vervangen door dat van een corridor. Het schijnt echter nog niet vast te staan of deze door Italiaansch, Fransch of En- gelsch gebied zal loopen. Lavai's toelichting aan Engeland. Parijs: In de „Echo de Paris" schrijft Perti- nax, dat Laval op 26 October de Engelsche regeering ,een toelichting heeft gezonden op de Fransche nota van 18 October, die geheel overeenstemt met de ver zekeringen, die mondeling reeds den Britschen am bassadeur te Parijs zijn gegeven. Uitdrukkelijk wordt verklaard, dat de Engelsche vloot, indien zij in de Middellandsche Zee door een Italiaansch eskader wordt aangevallen, op den bijstand der Fransche ma rine kan fekenen. Bij den huidigen stand van zaken blijft do FranschBritsche solidariteit echter niet tot de zee beperkt, doch geldt zij ook te land en in de hicht. Als gevolg van deze verzekering zou men volgens Pertina x het terugroepen van een aantal Britsche oorlogsschepen, in elk geval van twee linieschepen en verscheidene kruisers uit de Middellandsche Zee ■verwachten. De resultaten van de FranschBritsche besprekin gen van de laatste weken kunnen aldus geresumeerd worden: onder de huidige omstandigheden is we- derzijdsche bijstand der beide vloten geoorloofd. Het aantal Engelsche oorlogsschepen in de Middelland sche Zee wordt echter verminderd, zonder evenwel iot de normale sterkte te worden teruggebracht. Ouddorp. (Goeree en Overflakkee). Oct. Tenge volge van het ruwe weer heeft Dinsdagavond het zeilschip „Lena", schipper T. Braber, afkomstig van Stad aan 't Haringvliet, welk schip, geladen met bie ten, uit de haven de Kil te Ouddorp naar Putters- hoek zou vertrekken, het zeiltuig verloren. Hierna is het scheepje bij de gasboei van De Grevelingen ge- stooten en vol water geloopen. De opvarenden, schip per en knecht, zijn er in geslaagd met de roeiboot te Herkingen aan wal te komen. Van de „Lena" steekt alleen nog de mast boven water. uit. Een opzienbarende getuigenis. Gisteren is voor de commissie tot onderzoek naar de particuliere wapenaanmaak de heer Noël Baker als getuige gehoord, die particulier secretaris van Henderson te Genève is geweest tijdens den duur van de ontwapeningsconferentie. Onder vrij groote opschudding verklaarde deze getuige, dat de conferentie zoo goed als gereed was geweest met een ontwerp-conven- tie tot beperking van de luchtmacht en ver bod van het bombardeervliegtuig als aanvals wapen, toen de Britsche technische deskundi gen met zooveel bezwaren waren gekomen, dat de adviseurs van andere landen ook te rugkrabbelden en ten slotte niets van het ontwerp overbleef dan een onbruikbaar ge raamte dat Henderson weigerde in dien vorm in de volle conferentie ter sprake te bren gen. „Hadden de Britsche deskundigen, zeide getuige, met dezelfde energie en hardnekkig heid voor de noodzakelijkheid van ontwape ning in de lucht gevochten, als waarmee ze hun bezwaren verdedigd hadden, dan zouden we thans in dit land niet met onze handen in het haar zitten over de uitbreiding van de Duitsche luchtmacht en de eventueele gevaren die daaruit voor Engeland kunnen voort vloeien." Veertig personen gewond. Los Angeles: In een der drukste winkelstraten van Los Angeles sloegen Dinsdag met een luiden knal plotseling de vlammen uit het onderstel van een tramwagen. Onder de passagiers brak een paniek uit. Zij sloegen de ruiten in en probeerden uit den wa gen te springen. Veertig personen liepen daarbij snij- en brandwonden op. Een dertigtal gewonden moest in een ziekenhuis behandeld worden. De brand, die ver moedelijk door kortsluiting is ontstaan, kon spoedig gebluscht worden. BRAND AAN BOORD VAN AMERIKAANSCH VRACHTSCHIP. New York. Het 5838 ton metende Amerikaansche vrachtschip „Exarch" deelde gisterenmiddag draad loos mede, dat zijn lading door brand beschadigd was en dat het zich 750 mijlen ten Oosten van New York bevond. Aangezien de „Exarch" zich sedertdien 'et meer om hulp tot schepen in de nabijheid heeft wend, neemt men aan, dat het schip zijn reis eeft voortgezet. De „Exarch" heeft negen passagiers en een bemanning van 36 koppen aan boord en ver trok Vrijdag j.1. uit New York naar Griekenland. ROME, 30 Oct. (A.N.P.) Uit Mogadiscio wordt gemeld, dat een escadrille Caproni-bombardements- vliegtuigen gisteren de versterkte Abessijnsche stad in het Zuidoosten van Abessynië Magalo heeft ge bombardeerd en in brand gestoken. De vliegtuigen wisten het vuur van het luchtafweergeschut te ont wijken en kruisten voortdurend boven de stad, waar op zij een ware bommenregen lieten vallen, totdat de in de versterkingen gelegerde Abessijnsche strijd krachten uit de stad vluchtten de bergen in. Tijdens een luchtaanval op Gabron- Darre vloog een muni tiedepot in de lucht. Nadat de loopgraven rondom Magalo waren ge bombardeerd en de Abessijnsche soldaten aldus wa ren gedwongen hun dekking te verlaten, vlogen de Italiaansche machines laag over de vluchtenden heen, die door machinegeweervuur uit de vliegtui gen bestookt werden. Tenslotte wordt nog van Italiaansche zijde ge meld, dat een afdeeling Doebats uit Italiaansch-So- maliland tusschen Scialave en Gorrahei, een Abes sijnsche afdeeling heeft verslagen en 732 geweren heeft buitgemaakt. New York. TeMannington in den staat Ken- tuclcy hebben bloedige botsingen plaats gehad tus schen de politie en georganiseerde mijnwerkers. Ze venhonderd tot de vakvereeniging behoorende mijn werkers verschenen in vracht- en luxe-auto's in het plaatsje en trachtten een kolenmijn binnen te drin gen, waar ongeorganiseerde arbeiders te werk waren gesteld. Een poging der mijnpolitie, de indringers met traangas te verdrijven, mislukte. De arbeiders dron gen steeds meer op. Vanuit de menigte zouden onge veer 200 revolverschoten gelost zijn, waarop de poli tie met machinegeweervuur antwoordde. Vijftien personen werden gewond, waarvan 2 zwaar. Daar verdere ongeregeldheden werden gevreesd, werd een mitrailleurafdeeling van de Nationale Garde, als mede cavallerie naar Mannington gezonden. Kort voor deze voorvallen hadden andere arbeiders bij twee elders gelegen mijnen een betooging gehouden. MEVR. ROOSEVELT ALS RADIO-SPREEKSTER. Washington. Uit een gisteren gepubliceerd rap port blijkt, dat mevrouw Roosevelt, de echtgenoote van den president der Vereenigde Staten, in het af- geloopen jaar door het uitspreken van 16 radiorede- voeringen van 15 minuten, bijna evenveel heeft ver diend als de president der Vereenigde Staten zelf, n.1. een bedrag van 72.000 dollar. Mevrouw Roosevelt heeft echter de geheele opbrengst van haar. radio redevoeringen afgestaan aan het béstuur van de American Friends Service, die het voor liefdadige doeleinden heeft gebruikt. Onrustbarende toestand in het Verre Oosten HONGKONG, 30 Oct. '35. Het is niet zoozeer met het oog op den oorlog in Afrika, dat men in Engeland weder zooveel aan dacht wijdt aan de bewapening te land, ter zee en in de lucht, doch omdat men daar rekening houdt met de toekomst, die wellicht gebeurtenissen van nog veel rampspoediger aard voor ons verbergt. Al le Engelschen zien dit misschien niet zoo duidelijk in, doch die 'Angelsaksers, die relaties hebben in het Verre Oosten en de stommingen kennen, welke heer- schen in de landen, die aan den Stillen Oceaan gren zen, hebben daarvoor een open oog. Men kan den toestand niet voldoende beoordeelen, als men afgaat op de berichten in de bladen, die menigmaal gepubliceerd worden met speciale bedoe lingen. Men moet ter plaatse zijn of goede verbin dingen bezitten in dat deel van de wereld, wil men een goed inzicht krijgen in hetgeen er omgaat en wat daarvan in de naaste toekomst de gevolgen kun nen zijn. De dringendste vraagstukken en de zwaar ste zorgen komen niet ter sprake in officieele en of- ficieuse verhandelingen, gewisselde nota's en in krantenberichten. Van die zijde verstaat men maar al te goed de kunst, om zijn gedachten achter de gebezigde woorden te verbergen, Japan stelt overdreven eischen. Men kan wel zeggen dat de zending, waarmede de groote Engelsche financier Leith Ross eenigen tijd geleden werd belast en waarvoor hij een reis naar Oost-Azië ondernam, welke evenwel geen succes op leverde, tot op zekere hoogte een keerpunt vormt in de Oost-Aziatische politiek. Ten eerste, omdat de bedoelingen van Japan den Engelschen nog nooit zoo duidelijk gebleken zijn en ten tweede omdat, als gevolg van deze Japansche houding, de beide Angelsaksische groote mogendheden, Groot-Brittan- nië en de Vereenigde Staten, het beter eens moeten zien te worden over hun eigen politiek in de naaste toekomst en hun evenwijdig loopende belangen in den Stillen Oceaan, dan tot nog toe het geval was. Er kan geen twijfel aan bestaan, of Engeland heeft nog niet zoo lang geleden pogingen in het werk gesteld, om een modus vivendi met Japan tot stand te brengen. Dit was een taktielc, die in de Vereenigde Staten met wantrouwen en ergernis werd gadegeslagen. Na het bezoek, dat Leith Ross aan Tokio heeft gebracht moet men in Engeland evenwel hebben ingezien, dat van zulk een modus vivendi geen sprake kan zijn, met het oog op de overdreven eischen van Japan en de imperialistisch-radicale ge zindheid van de Japansche militairistische partij. Engeland was wel bereid en daaruit blijkt thans ook zijn afzijdige houding, toen Japan in 1931 op rukte tegen Mandsjoerijke en Noord-China, om in het Noordelijke deel van China de suprematie van Japan te erkennen, waartegenover het zijn buiten gewoon groote economische belangen in Midden- en Zuid-China, verbonden met een voorzichtigen politie- ken invloed op de centrale regeering in Nanking, wilde veilig stellen.. Daarbij kwam dan nog in den laatsten tijd een speciale belangstelling voor de Zui delijke provincie Tsjetsjoean, die men min of meer gelieerd beschouwde met Tibet, waar de Engelsche invloed reeds vrij groot schijnt te zijn. Engeland moet Japan de vrije hand laten in China. De Japanners hebben bij de onderhandelingen met Leith Ross echter duidelijK doen uitkomen en la ter hebben zij daar nog een schepje opgelegd dat de Engelschen alleen zeker konuen zijn, dat hun enorme kapitalen, belegd in Sjanghai, en ten Zuiden daarvan, in de toekomst geen gevaar liepen, indien zij bereid waren, zich in alle opzichten te schikken naar de wenschen en belangen van Japan bij de „sa neering" en andere maatregelen van dit land in ge heel Cnina. Dat dit geen bloote bedreiging beteekent, hebben de Engelschen reeds ondervonden door de houding, welke de regeering van Tsjang Kai Sjek den laatsten tijd aanneemt, want Tsjang Kai Sjek heeft zijn minister van Buitenlandsche Zaken, die was afgetreden omdat hij volgens de Engelschen te Japansch gezin zou zijn, onmiddellijk weder in de zelfde functie aangesteld, onder invloed van Japan. In Europeesche kringen in Uost-Azië koestert men niet den minsten twijfel of Japan volgt met de grootste aandacht den loop der gebeurtenissen in Europa; het wacht slechts op een verscherping van den toestand, om zich op zijn beurt te laten gelden. En aangezien de Europeanen in het Verre Oosten dienaangaande geen twijfel koesteren, voltrekt zich langzamerhand een taktische toenadering tusschen Engeland en de Vereenigde Saten. Zoo komt het ook dat reeds bepaalde overeenstemming bereikt is tus schen Londen en Washington zij het dan nog niet officieel ten aanzien, van de omstandigheid, dat Amerikaansche oorlogsschepen de Engelsche kunnen vervangen in Oost-Azië, wanneer deze laatste even tueel order kijgen, om naar den Atlantischen Oceaan te stoomen. Italiaansche immigratie in het Noorden van Australië? Ook over een ander thema hoort men hier veel spreken. Tot de voorwaarden, die Japan princi pieel aan Engeland heeft gesteld voor het tot stand komen van een modus vivendi, moet namelijk ook behoord hebben de eisch, dat het principe van de open deur tegenover Japan zou moeten gelden voor het geheele Britsche Rijk. Dan zou in de toekomst een geweldig conflict niet hebben kunnen uitblijven. Nu vraagt men zich hier af, vooral na de rede van den minister van Buitenlandsche Zaken. Sir Samuel Hoare, over de noodzakelijkheid en de mogelijkheid om over te gaan tot een nieuwe verdeeling der grondstoffen en het rekening houden met de behoef te aan expansie van bepaalde Europeesche landen ten einde zich van hun bevolkings-overschot te ont lasten, of Noord-Australië, dat bijna geheel onbe volkt is, geen uitweg zou kunnen bieden. Het is na tuurlijk slechts een mogelijkheid, die overwogen zou kunnen worden. De Japansche emigratie werpt reeds lang begeerige blikken op bedoeld gebied: zou men het nu niet kunnen openstellen voor een Italiaan sche immigratie op groote schaal? Daardoor zou de binnenlandsche spanning daar te lande verminderen en haar gevaarlijke uitwerking op de internationale politiek geheel worden opgeheven of althans aanmer kelijk verminderd. Uit dit alles blijkt, overduidelijk, hoezeer Japan juist de laatste weken zijn schaduwen over Enge land werpt. van Telefunken, als U de volmaakte weergave dezer radio-toestellen slechts éénmaal hebt gehoord! Prijzen: van f106.- tot f250.- WAT ANDEREN ER VAN DENKEN. Oudkarspel, Oct. 1935. Aan de Redactie van de Schager Courant. Uw aanbod om te schrijven naar aanleiding van het artikel: „Het Plan van den Arbeid, neem ik in dank aan. De schrijver van de Economische Kro niek is natuurlijk een feilen tegenstander van het Plan. Iemand, die enkel en alleen is georiënteerd op de basis- van het kapitalisme is bij voorbaat reeds „par tijdig", als het z.g.n. sociale maatregelen betreft. Al d o et men erg geleerd, en men haalt de filosofie en Karl Marx er bij, dan kan men evengoed erg dom zijn in het oplossen van maatschappelijke pro* blemen. 't Allermooiste is wel als de schijver deze zin lan ceert: „De doorvoering van het nationaal-socialisme is stellig een groote verandering". De welbekende zendeling Stanley Jones schreef, dat het fascisme de laatste stuiptrekking is van het kapitalisme. De Amerikaan Upton Sinclair schrijft: Fascisme ia Kapitalisme plus Moord. In economische en sociale zin is dus het nationaal socialisme heelemaal geen verandering, wel een vei> scherping van de methoden van het kapitalisme. Verandering van bezitsverhoudingen heeft onder het nationaal socialisme dan ook heelemaal niet plaats. En dat nu is juist o o k de fout van de plannen makerij van de S.D.A.P. Men zou het Plan van den Arbeid kunnen noemen een soort van Nieuw-Kapi- talisme. - - Het oude en vermolmde kapitalisme weet geen raad meer om de boel op gang te brengen. De S.D. A.P. neemt het initiatief om nieuw leven te blazen in onze oude en vermolmde maatschappij. Zij ver- geet dat een vernieuwing der maatschappelijke sa menleving alleen kan plaats vinden door een gron dige verandering der bezitsverhoudingen. Die gewij zigde verhoudingen brengen een andere klasse aan het bewind, de oude en onbekwame heerschende klasse wordt geliquideerd en tenslotte komt er een samenleving, waarin de klasse 1 o o z e maatschappij zegeviert, 't Is in dit proces, dat Marx ons den weg wijst en die weg zal moeten worden gekozen door de arbeidersklasse en op dien weg zullen kroniek schrijvers van allerlei soort reeds bij voorbaat ver klaren dat dit de weg des duivels is. Zij zullen tegenwerken, saboteeren, verdacht ma ken; zij zullen alles in het werk stellen om de komst der nieuwe maatschappij te verhinderen. Zij zullen als zij moeten kiezen tusschen de dictatuur van het kapitalisme en de dictatuur van het prole tariaat, het eerste kiezen. Voor de arbeidersklasse zal de weg zwaar zijn, maar...... Een wereld valt voor hen te winnen. Proletariërs aller landen, vereenigt U. C. BORST Pz. Arische dienstmeisjes in Luxemburg zeggen den dienst op. Men meldt aan de N. R. Ct.: Na de kwestie der huwelijkswetgeving vraagt nog een ander aspect der laatste jodenwetgeving de aandacht. Het komt in Luxemburg tegenwoor dig namelijk voor, dat Duitsche dienstmeisjes, die bij joodsche families dienen, dezen dienst per 1 Ja nuari a.s. opzeggen. Gevraagd, waarom zij willen vertrekken, luidt dan het antwoord, dat zulks niet het geval is wijl zij tot het nationaal-socialisme be keerd zouden zijn geworden, doch dat er uit Duitschland druk op hen wordt uitgeoefend, door bedreigingen tegen de in Duitschland wonende fa milieleden of ouders. Deze bedreigingen bestaan bv uit boycott, het ontnemen van pensioenen, het niet meer in aanmerking komen voor leveranties aan de overheid etc. Natuurlijk is het gevolg, van een en ander dan, dat de familie haar dochter ver zoekt de dienstbetrekking bij de joodschee familie in Luxemburg te verbreken. Parij s: Ten aanzien van de gevolgen der eerst daags in werking tredende economische sancties schrijft „Le Jour", dat Frankrijk van 1 Januari tot 30 September 1935, naar Italië goederen heeft uitge voerd ter waarde van 435 millioen francs, waaronder voor een bedrag van 100 millioen francs aan land bouwproducten. Het heeft voor een bedrag van 300 millioen francs uit Italië ingevoerd. De Fransch Italiaansche handel zal derhalve door de sancties meer dan 700 millioen francs per jaar inboeten. Voor 100 millioen francs aan landbouwproducten zullen in de schuren verrotten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1935 | | pagina 5