In dagen van spanning Om de veiligheid van België De steun aan de kleine boeren Nederland en de inier- nationale toestand Staking in New-York breidt zich uit De electrificatie der spoorwegen Van vadermoord verdacht Donderdag 12 Maart 1936. Postrekening No. 23330 SCHAGER 79ste Jaargang. No. 9933 CODHANT. Int. Telef. No. 20 Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Vrijdags. Bij Inzending tot fs morgens 8 uur, worden Advertentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst. Uitgave der N.V. v.h. P. Trapman Co., Schagen 8 PAGINA'S. Prijs per 3 maanden f 1.80. Losse nummers 6 cent. AD VERTEN. TIëN van 1 tot 5 regels t0.85, Iedere regel meer 15 cent (bewijsno, inbegrepen). Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. WINTERPLOEG LICHTING 1935 BLIJFT ONDER DE WAPENEN. Minister Colijn wijst er in zijn radiorede op, dat er voor het oogenblik geen re den tot ongerustheid is en spreekt het vertrouwen uit, dat de aanhouding van de dienstplichtigen van zeer korten duur is. In verband met den door de jongste inter nationale gebeurtenissen geschapen toestand heeft Minister Colijn gisteravond een radior rede gehouden, waarin hij mededeelde, dat als voorzorgs-maatregel de dienstplichtigen, die Zaterdag met groot verlof zouden gaan, on der de wapenen blijven. Dr. Colijn legde er echter den nadruk op, dat deze maatregel geen enkele reden vormt voor ongerustheid. Uit de uitvoerige berichten en beschouwingen, de laatste dagen in onze dagbladen verschenen, heeft ook het Nederlandsche volk kunnen vernemen, dat de politieke spanningen in Europa weer grooter ge worden zijn. Het ligt niet in mijn voornemen tot u te spreken over het geschil zelf dat daartoe aanleiding gegeven heeft. Nederland is daarbij niet rechtstreeks betrok ken, omdat wij geen partij zijn bij het verdrag van Locarno. Met de internationale rechtsvragen, die met het ontstane geschil verbonden zijn, hebben wij dus geen directe bemoeienis. Dientengevolge gaat dus ook de afwikkeling van de strijdvraag, zooals ik de zaak thans zie, buiten ons om. Daarentegen moet door ons wèl rekening worden gehouden met de mogelijke gevolgen, die het voorgevallene zou kunnen hebben voor het be houd van den vrede in Europa. En dan prijs ik mij gelukkig er reeds dadelijk op Ie kunnen wijzen, dat blijkbaar allerwege de neiging aanwezig is om het gevaar voor oorlog te keeren, om langs den weg van onderlinge besprekingen den vrede in Europa te handhaven. Frankrijk heeft zich gewend tot den raad van den Volkenbond, Engelands minister van buitenlandsche zaken heeft een bezadigde houding aangenomen en tot overijlde daden is bet nergens gekomen. Er is dus, zooals de zaken nu staan, reden om te vertrou wen, dat men er in zal slagen, langs vredelievenden weg tot oplossing van bet gerezen geschil te gera ken. Dit neemt intusscben niet weg dat het geraden moet worden geacht, de ontwikkeling van den gang van zaken met nauwkeurige oplettendheid te blijven volgen. Men kan niet zeggen, dat alle gevaren reeds ver dwenen zijn, omdat in de eerste phase van het conflict koele beradenheid den toon aangaf. De m o- g e 1 ij k h e i d van toenemende spanning mag niet geheel uitgesloten worden geacht en met die mo gelijkheid moet dus rekening worden gehouden. Dit geldt met name voor een land met zoo blootgestelde ligging als Nederland; een land, welks legerstelsel bovendien zoo is ingericht, dat niet het geheele jaar door beschikt kan worden over een voldoend aantal geoefende militairen om de noodige voorzorgsmaat regelen te treffen tot verzekering eener mobilisatie wanneer die noodig mocht blijken. In zulk een periode bevinden wij ons thans, nu a.s. Zaterdag voor de dienstplichtigen van de z.g. winter- ploeg het tijdstip zou zijn aangebroken om met groot verlof huiswaarts te keeren. Ging dit door, dan zou een zoodanige vermindering van de sterkte aan ge oefende militairen intreden, dat daardoor gemist, zou worden wat juist in dagen van internationale span ning niet kan worden ontbeerd. Het is in verband hiermede, dat de re geering besloten heeft de dienstplichtigen van de regimenten infanterie en van het regiment wielrijders, die thans voor eersté oefening onder de wapenen zijn en eerstdaags huis waarts zouden keeren, tot nader order in wer- kelijken dienst te houden. Ik spreek het vertrouwen uit, dat men in dezen maatregel niet meer zal zien en er voor al niet meer in zoeken zal dan er werkelijk in gelegen is. De regeering vertrouwt, dat het geschil op vredelievende wijze zal worden opgelost, maar zij acht het niettemin noodzakelijk, aan de nu eenmaal in ons legerstelsel bestaande lacune tegemoet te komen op een wijze, die de geringste bezwaren voor de betrokkenen meebrengt en internationaal het min ste stof opjaagt. Indien toch de winterploeg aan het einde der week met groot verlof ging, en de omstan digheden zouden er onverhoopt eens toe leiden, dat oproeping van groot-verlofgangers noodig werd, dan zou dit èn in het eigen land èn naar buiten een veel ernstiger indruk maken dan de maatregel, die thans genomen zal worden. Ik hoop en ik vertrouw zelfs, dat de aanhouding van de dienstplichtigen, die an ders binnen enkele dagen naar hunne haardsteden zouden terugkeeren, van zeer korten duur zal zijn. Binnenkort zal de toestand zich wel duidelijker gaan afteekenen. En verloopt de strijdvraag zooals de re geering denkt dat zij vermoedelijk verloopen zal, dan zal de bijzondere maatregel die nu genomen wordt, weer spoedig tot het verleden behooren. Daarom maan ik nog eens aan om zich niet te laten verontrusten. Het is beter dat men later ge tuigen moet dat de regeering wel heel erg voorzich tig is geweest dan dat haar, met hoe geringe kans ook, later verweten zou kunnen worden, dat zij ge dut had op een tijd dat waakzaamheid plicht was. Ik verzoek den luisteraars dan ook, wanneer zij straks hunne legersteden opzoeken, even rustig te gaan slapen als zij dat ook andere nachten doen. Er is voorshands geen enkele reden om ongerust te zijn. Reeds 40.000 huisbedienden er bij be trokken. New York: De leider van de vakvereenïging der stakende huisbedienden heeft opdracht gegeven, de staking uit te breiden tot dedistricten Brooklyn en Queens. De politie heeft medegedeeld, dat thans 2.347 gebouwen en wolkenkrabbers door de staking getroffen worden, en dat het aantal stakers 40.000 bedraagt. In den loop van gisternacht hebben de woning maatschappijen een accoord van drie jaar aangebo den, alsmede j aarlij ksche arbitrage, doch terzelfder tijd hebben de stakers met algemeene stemmen tot uitbreiding der staking besloten. Nog niet door de regeering goedgekeurd; nader overleg wordt nog gepleegd Er wordt nog eens de aandacht op gevestigd dat de plannen tot verdere electrificatie van spoorwegen, waaromtrent in de pers een bericht is verschenen, door de regeering nog niet zijn goedgekeurd. Daaromtrent wordt nader overleg gepleegd, mede in verband met andere plannen de reorganisatie van het spoorwegbedrijf betref fende. Vijf wegwerkers door trein gegrepen Londen Nabij Preston is een trein, wel ke van Blackpool naar Preston ging. op een zeventigtal wegwerkers in gereden. Vijf arbeiders werden door den trein ge grepen en op slag gedood. DE MINISTER VAN BINNENLANDSCHE ZAKEN VRAAGT DE MEDEWERKING VAN DE BURGEMEESTERS. Wie voor steun in aanmerking zullen komen De minister van binnenlandsche zaken heeft aan de burgemeesters een circulaire verzon den in verband met het voornemen van zijn ambtgenoot van landbouw en visscherij, om als steun aan de categorie van de z.g. kleine hoeren, een geldelijke uitkeering te doen. Voor deze steunuitlceering komen alleen in aanmerking zij, wier hoofdberoep is het uit oefenen van akkerbouw of veehouderij, die niet zijn aangeslagen in de inkomsten- of vermogénsbelasting en .tijdens de gehouden inventarisaties maximaal drie melkkoeien hielden, terwijl zij van 1 Januari 1936 tot het tijdstip van de voor deze uitkeering afgege ven verklaring niet door de gemeenten of door een burgerlijke instelling van weldadigheid zijn ondersteund, dan wel in het laatstelijk genoemd tijdvak te werk zijn gesteld bij een van rijkswege gesubsidieerde werkverschaffing, noch op 1 Januari aangesloten waren bij de werkloo- zenkas van een vereeniging, gesubsidieerd ingevolge het werkloosheidsbesluit 1917. De provinciale landbouwcrisis-organisaties zullen in verband met het bovenstaande aan de gemeenten een staat zenden, waarop alle, voorloopig voor een uitkeering in aanmerking komende kleine boeren zijn vermeld. In verband hiermee wordt in bovenbedoelde cir culaire de medewrking van de burgemeesters in geroepen. De minister wijst er daarbij op, dat het welslagen van de uitvoering van de ontworpen steunregeling in hooge mate afhankelijk is van het spoedig ontvangen van de adviezen. OVERSTROOMINGEN IN LITTAUEN Köwno De was van Njemen en Neris heeft den vorm van een ramp aangenomen. Te Kow- no is de oude stad overstroomd. In sommige "Straten staat het water twee meter hoog. Het verkeer kan slechts met behulp van bootjes wor den onderhouden. WOESTIJNZAND IN HET REUZEN GEBERGTE Berlijn Skiloopers, clie tijdens een sneeuw storm in het Reuzengebergte in een der berghut ten hadden gescholen, kwamen na den storm tot de ontdekking, dat de gevallen sneeuw overdekt was met zand. Een onderzoek wees uit, dat men hier met woestijnzand te doen had. Men ver moedt, dat het in Afrika of Azië door den wind is opgenomen en met sneeuw vermengd is. Een dergelijk verschijnsel heeft men onlangs, zooals bekend, in Italië waargenomen. DE STAKING BIJ DE ENGELSCHE VLIEG TUIGFABRIEKEN WORDT VOORTGEZET Londen 300 arbeiders bij de Fairey-vlieg- tuigfabriken hebben gister met een meerderheid van 51 stemmen besloten de staking voort te zetten. OVERSTROOMINGEN IN HONGARIJE Boedapest, 11 Maart Door nieuwe over stroomingen van de rivieren in het gebied Cu- mania, is het land over een oppervlakte van 10.000'H.A. onder water gezet. Hierdoor is voor een bedrag van een millioen pengó schade aan gericht. Twee mannen te Coevorden gearresteerd. De politie te Coevorden heeft Dinsdag ge arresteerd de arbeiders G. IC en A. E., die ervan verdacht worden T. IC, den vader van den eersten verdachte, in den nacht van 1 op 2 Januari 1919 in het Coevorder-kanaal te hebben geworpen, waarbij deze is verdron ken. De heer T. IC was op 2 Januari 1919 spoorloos verdwenen. Toen men hem nergens vond is men in het Kanaal gaan zoeken en heeft men hem voor den stuw in het Coevorder-kanaal in de buurt van Holthema gevonden. Men had toen geen bijzondere aanwijzingen, dat van misdrijf sprake zou zijn en men veronderstelde, dat misbruik van sterken drank als de oorzaak moest worden aangezien. Toen echter in het laatst van 1935 de weduwe K. kwam te overlijden, gingen er geruchten, dat G. K. zijn vader in het water zou hebben geduwd. De gemeentepolitie is naar aanleiding van die ge ruchten een breedvoerig onderzoek gaan instellen. Het verzamelde materiaal heeft haaf thans aanlei ding gegeven tot deze arrestatie over te gaan. Een bijzonder motief tot dit misdrijf is tot nu toe niet gebleken. Verondersteld wordt, dat men hier met een dronkemansgeschiedenis te maken heeft. Militaire overeenstemming met Frankrijkl Briefwisseling gepubliceerd. BRUSSEL. De Fransche ambassadeur te Brussel, Laroche, heeft minister-president Van Zeeland een schrijven overhandigd, dat de Belgische premier in de Kamer heeft voor gelezen. Deze brief komt in de plaats van de militaire overeenkomst van 16 September 1920, vervat „in de brieven, welke op 10 en 15 September 1920 zijn gewisseld tusschen den minister president en minister van buitenlandsche za ken van Frankrijk en den Belgischen minis ter-president. De regeering der Fransche Republiek en die van Z.M. den koning der Belgen hebben deze militaire overeenkomst op 7 September 1920 goedgekeurd." De overeenkomst van 1920 had ten doel, volgens den inhoud der in 1920 door de beide regeeringen gewisselde brieven, welke te Genève zijn geregistreerd de garanties voor den vrede en de veiligheid, welke voortvloeiden uit het Volkenbondspact te versterken. Het verdrag verzekerde de technische voorwaarden voor een militaire samenwerking tusschen Frankrijk en België voor het geval van een nietuitgelokten aan val van Duitschland. In 1925 kwam het verdrag van Locarno, dat op uit voeriger en meer gepreciseerde wijze de garanties, welke in 1920 onder oogen waren gezien, verwezen lijkte. MINISTER VAN ZEELAND. Dit verdrag werd gesloten door den president der Republiek en door de Kamers goedgekeurd. Dit verdrag vormt een van de essentieele elemen ten voor den internationalen status van België. De verplichtingen, welke er in worden gedefinieerd zijn met het Volkenbondspact de ecnige, die op het stuk van de garantie en den bijstand Frankrijk en België verbinden. Het spreekt vanzelf, dat de beide regeeringen meer dan ooit vastbesloten zijn er ge trouw aan te blijven. Uit een militair oogpunt bezien bevat het accoord van 1920 terzelfder tijd algemeene schikkingen be treffende een contact tusschen de staven en bijzon dere schikkingen nopens een gemeenschappelijke be zetting van den linker-Rijnoever. De beide regeeringen, constateerende, dat er in deze overeenkomst enkele punten zijn verjaard, erkennen, dat het van belang is een enkel element thans te laten gelden, te weten dat het accoord tusschen beide bestaat en dat zij er thans prijs op stellen het te bevestigen, voor wat betreft de handhaving van een contact tusschen de staven, ten doel hebbende de uitvoering der verplichtingen, bepaald bij het Rijnpact van Locarno, zoo mede de bestudeering van de technische voorwaarden voor een eventueele toepassing van genoemde verplichtingen. Het blijft overeengekomen, dat een dergelijk con tact geen enkele politieke verplichting kan mede brengen, noch eenige verplichting voor wat betreft de organisatie van de landsverdediging van de be langhebbende partijen. Ik heb de eer het voorafgaande in overeenstem ming met de Fransche regeering te bevestigen. Minister-president Van Zeeland heeft in dezelfde termen de overeenkomst namens de Belgische re geering bevestigd. REDEVOERING VAN VAN ZEELAND. Brussel. Eerste Minister Van Zeeland heeft gister in de Kamer een belangrijke redevoering uit gesproken over de opzegging van het verdrag van Locarno. Hij verklaarde, dat de oplossing, waarnaar thans gezocht wordt, in geen enkel opzicht een pre mie mag vormen op de schending van verdragen en dat een middel gevonden moet worden om de internationale orde te herstellen, terwijl alle denk bare voorzorgsmaatregelen moeten worden genomen om de gebeurtenissen niet aan de controle der machthebbers te laten ontsnappen. Van Zeeland bewaarde het stilzwijgen over de on derhandelingen, „die ongetwijfeld moeilijk en wel licht langdurig zullen zijn" en wees er op, dat het streven er in wezen op gericht moet zijn het gevaar van een oorlog voor het heden envoor de toekomst op te heffen. Hij legde er krachtig den nadruk op, dat het absoluut noodzakelijk is, dat de mogend heden eensgezind blijven en vastbesloten om in vol ledige, onderlinge overeenstemming te handelen. In den aanvang zijner redevoering had Van Zee land verklaard het volkomen eens te zijn met de Fransche regeering over de handhaving van het gedeelte van het Fransch-Belgische militaire verdrag dat niet verjaard is, d.w.z. het onderhouden van contact tusschen de generale staven der beidé lan den.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1936 | | pagina 1