Utopieën worden werkelijkheid De techniek verandert het aanzicht van de Aarde. Dammen en kanalen geven vruchtbaar land. Noodlijdend hotelbedrijf in Zwitserland. ALLES wat de menschelijke her senen kunnen verzinnen, laat zich omzetten in den daad. Men moet de menschen alleen maar tijd laten. Het is nog geen hon derd jaar geleden, dat de mensch begon de oppervlakte van onze woonplaneet om te bouwen, de korst van de aardbol met kanalen te doorsnijden, met tunnels te doorboren, door dalversperringen en stuw dammen de wereldkaart te veranderen. Het Suez-kanaal, de doorbreking van de Korintische Isthmus, de verbinding tus- schen Noord- en Oostzee, het Panamaka naal, het kanaal tusschen Weser en Elbe zijn kenteekenen van de geschiedenis van uit in alle onder de zeespiegel gelegen ge deelten, terwijl de hooger liggende gebie den vruchtbaar en bewoonbaar worden. Een toekomstdroom? Latere generaties zullen het antwoord geven. Nederland heeft met de aanleg van stuwdammen, waterwerken, en droogma kingen het groote voorbeeld gegeven. In Zuid-Amerika aan de Eio Negro in Uruguay ontstaat in samenhang met een groot waterkrachtwerk het grootste kunst matige meer, dat bijna driemaal zoo groot is als het Bodem-meer. Aan de grens tusschen de Noord-Ameri- kaansche Staten Arizona en Nevada is de Natuurkrachten, dienstbaar gemaakt aan de menschheid. Er bestaan zelfs plannen om in de Mid- dellandsche Zee door het laten zakken van de waterspiegel (het Atlantropa-pro ject) hetzelfde te bereiken. Bij Gibraltar zal een stuwdam met een reuze-waterkrachtwerk de eigenlijke af voer in de Middellandsche Zee regelen, woordoor dan de zeespiegel jaarlijks een meter zestig moet zakken. Kilometer bree- de vlakten zullen dan uit de zee opstijgen, 160.000.000 paardekrachten wordt met de ze afvloeiing gewonnen. Maar de moeilijk heden bij dit project schijnen niet te over winnen te zijn. Het zijn vooral de niet te voorziene klimatorische veranderingen, die een sterk zakken van de zeespiegel zou den kunnen bewerkstelligen. Wat gebeurt er met de havens, die dan op groote afstanden van de kust komen te liggen, wat met de rivieren, wier beddin- het geologische ingrijpen, maar misschien ook eerst het begin. Zooals de enkeling zijn woning doelma tig inricht, zoo zal de menschheid de ro- teerende bol waarop hij leeft, zóó omvor men, als hij hem noodig heeft, om ver keerswegen, nieuwe grondstofbronnen, ver dere levensruimte en meer voedsel te ver schaffen. De strijd geldt vooral de woeste nij. De stuwdam van Assuan, een van de grootste waterwerken van de wereld, was de eerste overwinning van de techniek over de woestenij. Bij Gebel-Aulia aan 't Albert-meer ont staan verdere stuwdammen, die stuk voor stuk de woeste grond in land veranderen, die bebouwd kan worden. Het wemelt op de Sahara van projecten, die dienstbaar gemaakt kunnen worden. Eenige doorbraken van de Middelland sche Zee naar de Libische woestijn, of paar de oase van Iwa en het water stroomt Boven: De stuwdam van Assuan maakt het geheele Nijlgebied vruchtbaar. Midden: De Pontijnsche moerassen, eerst een .on vruchtbaar koortsland, thans vruchtbare akkers. Rechts:. Tot de afsluitdijk van de Zuiderzee werd gesloten, had Nederland er een proviiicie bij gewonnen. O n d er Reusachtige muren moeten er gemaakt worden door den Boulderdam. Het onmogelijke zal de techniek van de toekomst mogelijk ma ken. Waar echter dat onmogelijke tegen de natuurwetten indruischt waar het handelt om 't evenwicht van de aar de, komt de grens voor de voorwaarts stormen de menschengeest. Zijn opgaven liggen op ander terrein. Wjj staan aan het begin van een beheer- schen en uitbuiten van de natuurkrachten. Men zal beginnen met het maken van groote krachtwerken, om de warmte van het binnenste der aarde, die door de diver se vulkanen vrijkomt, te benutten voor de groote electriciteitswerken. Waarom ook deze warmtebron niet te benutten? Het krachtwerk Larda rello in Italië werd in 1916 gebouwd, levert 12.000 kilo watt en voorziet vijf steden van electri- sche energie. De warme dampen worden door buizen opgevangen, die 120 meter diep in de aard bodem reiken. Daar de druk van de stoom gelijkmatig blijft en ook de hoeveelheid, die steeds uit de bronnen komt, is het dus een perpetuum mobile aan energie. Eb en vloed van de zeeën worden reeds volkomen uitgebuit. Twee groote projecten schijnen spoedig werkelijkheid te zullen worden, het werk aan den mond van de Severn bij Bristol en het werk aan de Noord-Amerikaansche kust bij Gastport in de staat Maine. Het opkomende water, dat tijdens de vloed in de monding van de Severn stroomt, dat op 500.000.000 kubieke meter wordt geschat, zou door een geweldige stuwdam opgevangen worden. Na het op- Boulderdam ontstaan, wiens reusachtige stuwmuur het hoog-water van de Colorado regelen moet. In de staat Washington wordt de groot ste Coule-dam met zijn 83 meter hooge stuwmuur gebouwd. Overal op het vaste land grijpt de hand van den techniker in, verandert den loop van het water, de aderen van de aarde en daarmee de vorm van zijn oppervlakte. Daartoe behooren ook de groote droogleg gingen van onzen tijd en van de toekomst. Sedert Frederik de Groote, die de door braak van de Oder practisch uitnutte en daarmede in Duitschland de eerste syste matische drooglegging doorvoerde, zijn reusachtige stukken braakliggende gronden drooggelegd. Verder bestaan er in Duitschland plannen om het land uit te brei den ten koste van de Noord- en Oostzee; door dijken en dam men moet het eeuwen en eeuwen geleden verdronken land tus schen de Noord- en Oost-Friesche eilanden teruggewonnen worden. Er is reeds een begin- gemaakt met de enor me droogleggings wer ken aan de Slees wij k- Holsteinsche kust. Een tegenhanger van de drooglegging van de Zuiderzee. Heele provincies zul len uit de zee opstij gen, bebouwd en be woond kunnen worden. Italië legde de Pon tijnsche moerassen droog. Waar eerst water en moeras was, ont staan nu nederzettin gen en welige akkers. gen zullen verdrogen. Het grondwater zou wegsijpelen en het land in een woestijn veranderen. Het ingrijpen in de geologische vorming heeft zijn grenzen en gevaren. In milli- oenen jaren heeft de aardbol zich uitgeba lanceerd; grijpt de mensch in,dit even wicht in, dan zijn de gevolgen niet te over- zjei). De zeestroomingen zijn niet door toe val ontstaan. De aardomwentelingen, de loop van het water, de luchtstroomen heb ben in samenwerking de richting bepaald. Wij hooren van projecten, die er zich mee bezig houden de loop van de zees'troomin- gen te verleggen. In Atlanta zou de golf stroom, die er ontstaan is in de Golf van Mexico, door enorme stuwdammen afge voerd worden, om met zijn warm water de Oost-Amerikaansch-Canadeesche kust te omspoelen en de reusachtige ijsklompen van Groenland te doen versmelten. Voor West-Europa, dat zijn gematigd klimaat aan de golfstroom te danken heeft, zou dat een catastrofe voor het klimaat beteekenen, heete korte zomer en Siberi sche winter einde van onze bodemcul tuur. treden van de eb stroomt het opgevangen water door tribunes in de zee terug, tot dat de waterspiegels aan beide kanten van den dam even hoog zijn. Daar het verschil van waterhoogte tusschen eb en vloed on geveer elf meter bedraagt en er dus een voldoende sterk verval ontstaat, hoopt men in de zeven uren, die de turbines dagelijks werken een energie van 10.000.000 kilowatt uur te winnen. Veel heeft de moderne mensch reeds be reikt, toch heeft hij nog slechts een begin gemaakt, een bescheiden begin. Zwitserland is het land van de hotels. Nog in 1929 waren 120.000 personen in het hotelbedrijf werkzaam. Voor den we reldoorlog kwamen elk jaar ongeveer 500.000 buitenlanders naar Zwitserland en De moerassen in Duitschland worden drooggelegd. gaven in het land niet minder dan 250 mil- lioen Zw. francs uit. Op het oogenblik is dit aantal bezoekers tot op de helft ge daald en naar alle waarschijnlijkheid zal het in den loop der eerstvolgende jaren nog verder terugloopen. Er is reeds veel gedaan, om het Zwitser- sche hotelbedrijf, dat onder een schulden last van ongeveer 1.1 milliard francs ge tukt gaat, te helpen. De bondsregeering heeft b.v. een verbod uitgevaardigd, dat er voor 1940 geen nieuwe hotels mogen worden geopend en de buitenlandsche rei zigers kregen flinke reducties van de Zwit- sersche spoorwegen. De schepper van het Hotelplan Duttweiler trachtte ook op an dere wijze te helpen: hij verlaagde de prij zen en trok dusdoende toch nog een groot aantal buitenlandsche gasten in de leeg staande hotels. Het plan is echter over het algemeen te gecompliceerd en stuit dan ook op veel tegenstand. De reusachtige kapitalen, die in de groo te hotels geïnvesteerd zijn, behooren voor het grootste gedeelte niet aan de eigenaars, doch zijn geleend. Juist daarom is het Zwitsersche hotelbedrijf ook zoo gevoelig voor de crisis. Had de bondsregeering niet ingegrepen, dan zou reeds een aanzienlijk deel van het bedrijf ineengestort zijn. Voor den oorlog kwam ongeveer 30 pro cent van alle reizigers uit Duitschland. Door de contigenteeringsmoeilijkheden is dit aantal echter in den laatsten tijd van jaar tot jaar minder geworden. Desondanks vormen de Duitschers ook op het oogen blik nog een groot percentage van de be zoekers. Wanneer men bij het Duitsche voorbeeld blijft, dat al naar believen ook tot de andere staten uitgebreid kan wor den, doet zich de volgende situatie voor: Duitschland heeft aanzienlijke lire-vorde ringen op Italië. Tegelijkertijd heeft Italië een z.g. „reislire" ingesteld, die een zeer goedkoop oponthoud in Italië mogelijk maakt. Het is nu begrijpelijk, dat een groot aantal Duitschers, die tot nog toe aan Zwitserland de voorkeur gaven, thans naar Italië trekken omdat en daar veel goedkooper leven dan in Zwitserland. Bo vendien zijn Joego-Slavië, Hongarije, Tsje- cho-Slowakije en Denemarken geliefde va- cantie-oorden geworden: landen waar men eveneens veel goedkooper terecht kan dan in Zwitserland. Door de reis- en register- mark trekt overigens ook Duitschland te genwoordig veel buitenlandsche bezoekers. Zooals uit de Duitsche statistieken blijkt, heeft daar het reisverkeer in de laatste ja ren een groote vlucht genomen. De vooruitzichten voor de Zwitsersche hoteliers zijn dan ook werkelijk slecht. Twee dingen werken hierbij op funeste wijze samen: ten eerste de hooge verblijf kosten, die uit de hooge valuta voortsprui ten en ten tweede het slechte functionee- ren van de reisverkeersovereenkomsten. Daarbij komt nog, dat het hotelbedrijf jaarlijks groote sommen voor vernieuwin gen moet uitgeven. Dat zijn vaste lasten, die even hoog blijven, of er nu veel of weinig bezoekers komen. Het is zeker geen toeval, dat in gebieden, die aan Zwitserland grenzen, het bezoek van reizigers in de laatste jaren goed was, terwijl de Zwitsersche hoteliers steen en been klagen. In de Italiaansche Dolomieten is op het oogenblik slechts met de grootste moeite een kamer te krijgen en ook in Beieren en in Frankrijk heeft men niet over gebrek aan bezoekers te klagen. Het is duidelijk, dat Zwitserland er het grootste belang bij heeft, zijn vreemdelin genverkeer niet alleen te behouden, doch ook op te voeren. De heerlijke natuur van het land zal ook in de toekomst zijn aan trekkingskracht op vele buitenlanders blij ven uitoefenen. Maar in deze slechte tij den is het voor touristen een beslissend iets, wanneer men in andere landen, die ook vele schoonheden herbergen, veel en veel goedkooper terecht kan. Deze gedach- tengang is ook in Zwitserland niet onbe kend. Het is dan ook te verwachten, dat men zal trachten, de prijzen nog verder naar omlaag te schroeven en aan de reis verkeersovereenkomsten een beteren vorm te geven.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1936 | | pagina 4