Koningen zonder land.
Arrondissements-Rechtbank
ct huis
Pip
Woensdag 1 Juli 1936.
SCHAGER COURANT.
Derde blad. No. 10009
te Alkmaar.
met de
DE „KUNST" DER DIPLOMATIE.
TERUGKEER NAAR STRESA?
GENEVE, 29 Juni 1936.
Men veroorlove mij een bekentenis: bij de aan
komst van den negus op het Gare Cornavin was ik
er na aan toe, alle politieke overwegingen geheel te
.vergeten en mij, geheel als de groote menigte, door
mijn gevoelens te laten leiden. Want. de scène had
iets absoluut spookachtigs: onwerkelijk en van een
grotesken tragiek. Het meest tragisch was misschien
het oogenblik, waarop ras Nasiboe, die zijn keizer
sinds zijn verbanning nog niet gezien had, Haile
Selassie begroette. De negus, bleek onder zijn zwarte
gelaatskleur en opgewonden, stond eenige oogenblik-
ken verstijfd en legde daarna den ras zijn hand op
het hart. Het was een tooneel, zoo verre van alle
realiteit, dat men bijna weer aan sprookjes zou kun
nen gelooven. En ik moest aan een kinderraadsel
jdenken, waarin gevraagd wordt, wie een koning zon
der land is. Het antwoord luidt, de koning uit het
kaartspel. In Genève is de waarheid van deze kin-
iderwijsheid geheel bevestigd; de negus is op het
pogenblik nog slechts een koning uit het kaartspel
,van de groote mogendheden.
En toen de verzamelde menigte ïn een gejuich
„Vive l'Empereur" uitbarstte, kon ik het gevoel niet
meer kwijt, dat er in liet groote publiek toch wel
zeer weinig begrip voor de werkelijke realiteit van
'de politiek leeft. Het korte oogenblik van de aan
komst was vol geladen met symboliek. Voor een
enkel moment verdrong de negus weer de vertegen
woordigers der groote mogendheden Eden werd
door de menigte bijna onder den voet geloopen en
niemand lette op hem, terwijl de nieuwe Fransche
minister van Buitenlandsche Zaken Yvön Delbos in
het geheel niet werd opgemerkt. Het was het laatste
oplichten van het vuur, dat Oost-Afrika verzengd
heeft en vele goede verwachtingen in Europa in asch
legde.
Geen bodem meer onder de voeten
Hoe beschamend het is: ïn de Geneefsche atmos
feer vergeet men den ernst. Men leeft er van anecdo-
ten, geruchten, sensaties en nieuwsgierigheid. De
„kunst" van de Geneefsche diplomatie zal ook deze
week geheel tot ontplooiing komen. Men behoeft
Werkelijk geen profeet te zijn, om dit te kunnen voor
spellen; de eerste drie dagen hebben het reeds bewe
zen.
Tot het opstellen van de agenda alleen behoorde
reeds een flink portie moed. Men kon niet vermijden,
het Abessijnsche conflict en het Locarnoprobleem in
het lijstje op te nemen. Maar zij figureeren beiden
niet op de eerste plaats. Daarentegen onderhield men
zich over de kolonisatie van AssyriSche vluchtelin
gen en over slavernij. Ook aan deze agenda ontbreekt
de symboliek niet: het kwam den diplomaten in
het geheel niet tot bewustzijn, dat zij slaven van de
procedure zijn. Zij zijn Ahasverisch vluchtenden voor
de werkelijkheid, ook zij allen zijn „koningen zonder
land": de koninklijke kunst der diplomatie berust
in ieder geval te Gencve niet meer op realiteiten.
Zij allen, die dezer dagen geweldige redevoeringen
zullen houden, hebben geen grond meer onder de voe
ten.
Gouden bruggen voor Italië.
De groote politiek wordt in de ministeries van Bui
tenlandsche Zaken gevoerd en niet in Genève.
Downing Street, Quai d'Orsay, Wilhelmstrasse en
Palazzo Chigi zijn de plaatsen, waar beslissingen
Vallen. Niet de stad van Jean Jacques Rousseau.
Blikt men van Genève uit daarheen, dan hoort
men in de eerste plaats van de Engelsche delegatie,
'dat Eden over Duitschland buitengewoon slecht te
Bpreken is. Downingstreet heeft Berlijn het niet be
antwoorden van de vragenlijst zeer kwalijk geno
men en nog meer heeft men zich geërgerd over de
activiteit van Von Ribbentrop tijdens zijn Pinkster-
bezoek aan Lord Londonderry. Ribbentrop heeft zoo
als bekend niet slechts de onhandigheid begaan, voe
ling te nemen met. hooge officieren van de Engelsche
luchtmacht, doch bovendien ook tegen den Engelschen
ambassadeur te Berlijn, sir Eric Phipps, gepolemi
seerd. Dit geldt in Engeland als niet „gentleman-
like." Men geeft in Engeland openlijk toe, dat de
wending in de sanctiepolitielc mede een gevolg is van
'de ontstemming tegenover Duitschland.
De Franschen zijn over het algemeen met zeer te
vreden gezichten naar Genève gekomen. Op het
laatste oogenblik, eenige uren voor het vertrek, heeft
Eden een onderhoud met de Quai d'Orsay gehad en
op 'denzelfden 'dag hield 'de Engelsche minister van
Oorlog Du ff Cooper een opzienbarende rede over de
noodzakelijkheid van de Fransch-Engelsche vriend
schap. In de Fransche delegatie is men de meening
toegedaan, dat deze rede een wending in de houding
van het Engelsche kabinet heeft aangekondigd. In
ieder geval is het zeer wel mogelijk, dat bij nieuwe
onderhandeling met Duitschland Frankrijk in een
betere positie zal zijn geplaatst, wijl Londen aan Pa
rijs het initiatief overlaat.
Dit initiatief zal tengevolge hebben, dat men het
weer in de richting van Stresa zal gaan zoeken. De
eenige ernstige bemoeiing, die men in Genève be
speurt, is dan ook de poging, voor den terugkeer van
Italië naar het concert der groote mogenheden gou
den bruggen te slaan.
(Auteursrecht V.P.B.)
Hij en Zij en de vacantie.
Strafzitting van Maandag 29 Juni,
Alkmaar.
EEN SLAGER, DIE NIET. HOOREN WILDE.
Onze politierechter begint al weer aardig op stoot
te raken, Zoo langzamerhand neemt hij weer de
derde versnelling en 100 kilometer in de bocht.
Vanmiddag althans had hij weer 16 candidaten
voor de sukkelamolen onder 't mes genomen en dat
is voore en man, die evenals zijn verslaggever, hem
reeds geheel zijn rechterlijk leven in Alkmaar ge
trouw gebleven is het zesde kruisje bijna voor de
hejft is gepasseerd, een kranige,prestatie, vooral als
men niet niet de niaaimachihe werkt, doch volgens
de methode Ledeboer iedere politierechterszaak met
zorg onder de loupe neemt.
Dit gebeurde zeker met den jeugdigen slagcrsas-
sistent Theodorus van Duin, thans logé van het pen
sion Pistor aan den oever van den snellen Hoever-
vliet, die zijn patroon den slager C. A. Duin aan de
Koningsweg voor f 32 in den nek had gezien. De heer
Theodorus was al reeds niet heel smetteloos en door
het Hof voorwaardelijk en definitief veroordeeld;
doch de slagerspatroon had het er toch maar op
gewaagd en zag zooals gewoonlijk, zijn goed ver
trouwen deerlijk beschaamd.
Het bleek voorts tot smartelijke verbazing van den
politierechter, dat verdachte, die stond onder toe
zicht van den heer Jacob Stam, door het Hof was
ontheven van de verplichting, zich niet meer niet
geldelijke zaken in te laten. Door deze onoordeelkun
dige en dwaze verzachting in de bijzondere voorwaar
den had men in de hand gewerkt dat de zwakke
broeder weer in zijn vroegere fouten was hervallen.
Tot zijn eigen nadeel, zei de officier, die thans 6
maanden voorwaardelijk vorderde. Vonnis tenslotte
4 maanden gev,
Nïbbixwoud.
OPPASSEN IS NU DE BOODSCHAP.
De jongeheer Nicolaas Vleerlang uit Nïbbixwoud,
een oogenschijnlijk sullige knulletje, had echter toch
het lef gehad, een tiental fruitkisten achterover te
drukken en stond daarvoor op 28 Mei terecht. Maar
hij genoot het voorrecht om uitstel van executie te
krijgen, teneinde de R.C. Reclasseering gelegenheid
te geven, het gevalletje nog eens met een liefdesoog
te bekijken. Mr. Windhaus, de volijverige en ook
goed georiënteerde secretaris, kwam nu den uitslag
van het onderzoek rapporteeren met het aangename
resultaat, dat de droge Klaas heden werd vereerd
met een voorw. veroordeeling, 3 maanden met 3
proefjaren. Hij zal bij een oom onder toezicht worden
gesteld.
Wieringen*
.VEEL GEKNOEI EN ABSOLUUT GEEN
VOORDEEL.
Een reusachtige inwoner van Wieringen, met het
volmaakte uiterlijk van kampioen worstelaar en
zwaargewicht bokser, die we verdachten zoowat half
Wieringen in elkaar te hebben getimmerd, en door
een zee van bloed naar het Alkmaarsche bokke-
bankje te zijn gewaad, bleek echter te zijn de café
houder, groente- en brandstoffenhandelaar Gerrit Go-
mes en zich te hebben schuldig gemaakt aan het
vervalschen van een nummerbewijs, dat stond op
den naam van zijn schoonvader en dat hij onder het
plenzen van veel zweetdroppelen op zijn eigen naam
over had weten te brengen. Natuurlijk zóó stumpe
rig, dat het bedrog bij den eersten oogopslag werd
ontdekt. Het was dan ook meer een stommiteit dan
kwaad opzet, doch dergelijke grappen worden door
de rechtbank zeer kwalijk genomen en kwam de
groote Gerrit er beneden de 40 pop boete of 40 dagen
mik mummelen beslist niet af. De officier had 'm
zelfs 50 gulden uit den zak willen knijpen.
Helder.
DRIE HEEREN, DIE WILDEN DE NATUUR
IMITEEREN.
Wij stellen u achtereenvolgens voor, een drietal
kunstenaars, de fruitverkoopers Nic. Koning, Pieter
Kalis en Cornelis Brcgman, die de natuur hadden
willen nabootsen en in de Heldersche Courant had
den geadverteerd met imitatie Jaffa appelen, heer
lijk zoet en zonder pit, tegen den civielen prijs van
7, 8 a 10 voor een kwartje, terwijl de prijs bij de bo
nafide handelaren tamelijk hooger was. Het bleek
echter, dat den koopers geen Jaffa, doch de min
derwaardige Valencia- of Solappelen in de handen
werden gestopt, zooals eenige concurrenten en be
stuurders van de plaatselijke vereeniging voor de
belangen van den fruithandel, zich gehaast hadden
te vergewissen, door voor 'n kwartje van dergelijke
imitaties in te slaan.
Wegens het uitoefenen van oneerlijke concurren
tie stonden de 3 slimmerikken dan ook terecht en
moesten heel wat onaangenaams hooren over de uit
gehaalde truc hun concurrenten een vlieg af te van
gen. De straf was eveneens lang niet malsch en
werd Nic. Koning als de autor intellectualis aange
wezen, veroordeeld tot f 60 boete of 25 dagen; Pieter
Kalis tot f 50 boete of 25 dagen en Cornelis Bregman,
de onnoozelste van het imitatie Jaffa-trio tot f 25
boete of 15 dagen hechtenis.
Helder,
MONACO-ALLURES.
De caféhouder Cornelis G. T. M. Winter te Den
Helder had gelegenheid gegeven tot hazardspel door
de beoefening van een soort bankspel, waarbij de
kans niet door den beoefenaar kon worden bepaald,
strafbaar bij de wet alzoo! De gokkerij genoot het
verwachte succes en vermoedelijk zou men 's avonds
nog lustig aan de speeltafel hebben gezeten, doch
er kwam een kink in den kabel in den persoon v. d.
heer H. J. Meijer, een kelner, die werd beticht .la
zarus" te zijn thuis gebracht, en op dien grond door
den heer Winter was ontslagen. De kelner beweer
de echter te zijn belasterd en sprak daarover met
agent de Haan, waarbij toen ook ter sprake kwam
het verboden bankspel. Natuurlijk knoopte de Haan
als actief politieman die aanwijzing in het oor en
het gevolg was dat de caféhouder tegen de lamp liep
en thans tot f 20 boete of 10 dagen werd veroordeeld.
Hoorn.
NOG EEN OUD VUILTJE, DAT WAS BLIJVEN
HANGEN.
De heer Corn. Jac. Anth. Huisman, die bij de ju
stitie zoo populair is als een Chineesche Wolhand-
krab bij een fuikenvisscher, kocht in 1926 tegen den
formidabelen prijs van 25 pop een nog in prima
staat verkeerende auto, merk „Last Sob", onder con
dities sine qua non, dat de prachtwagen het eigen
dom zou blijven van den verkooper, Hendrik IJsma
monteur te Hoorn, tot de laatste cent was afbetaald.
Meneer Huisman voldeed correct aan deze overeen
komst tot f 15, toen vond hij het zeker lang genoeg,
de brave Hendrik te hebben uitgehangen, en liet den
monteur naar het nog resteerende tientje fluiten.
De heer IJsma ontwikkelde toen echter de activiteit,
die Huisman had ontbroken en deed aangifte, met
ï.Zoo te loopen!" merkte hij tot Frobisher op,
„met de vlugheid van een jongen en de beval
ligheid van een meisje!
Een aardig gezicht, niet? De lange beenen die
springen en het lichaam dat vliegt!" en Betty
stormde de steenen trappen op en het huis bin
nen.
Uit de houding van Hanaucl sprak een span
ning, die met zijn luchthartige woorden, kwalijk
overeenstemde, en vol verwachting staarde hij
naar de stomme vensters van het huis Betty even
wel. had voor haar tocht nauwelijks een minuut
noodig gehad. Zij verscheen weder bovenaan de
treden met een tamelijk groote enveloppe in de
hand en voegde zich weer bij de groep.
„Monsieur, wij hebben getracht dit voor u
achter te houden", sprak zij zonder bitterheid
doch met diep leedwezen. „Gisteren ik, vandaag
Ann,evenals wij vele jaren lang getracht heb
ben, het verborgen te houden voor Dijon. Thans
evenwel, is er niets meer aan te doen".
Zij had de enveloppe geopend, en er een ka
binet-portret uitnemende, overhandigde zij dit
aan Hanaud.
i,Dit is het portret van mijn tante ten tijde van
haar huwelijk met mijn oom".
Het was het portret, drie kwart ten voeten
uit, van een slanke vrouw, met de rechte leden
der jeugd, in wier gelaat een trek van koppig
heid de plaats had ingenomen van de bekoorlijk
heid der jeugd. Het was een gelaat, ernstig ge
plooid door een verdriet; de oogen overschaduwd
en peinzend, de mond teeder en zelfs in de
nuchtere wedergave door een foto, met een
zweem van een lastig humeur. Het deed Jim
Frobisher. die over den schouder van Hanaud
heen naar het portret had staan kijken, uit
roepen, niet „zij was mooi", doch, ,ik wilde dat
ik haar gekend had".
Ja! Een kameraad", voegde Hanaud er b3.
Een fleurig strandpakje.
gevolg dat laatstgemelde meneer heden voor de po
litierechter werd gerequireerd.
De verdachte was evenwel niet aanwezig, zoodat
ook zijn advocaat Mr. Judell zeker niet tot zijn on
verdeeld genoegen, voor „spek en boonen" was ge
arriveerd. De officier releveerde dit alles, lichtte uit
voerig het doopceel van den verduisteraar, bereids 5
maal veroordeeld, terzake vermogens- en andere de
licten en vorderde 5 maanden gevangenisstraf, welke
straf door den politierechter tot 2 maanden werd ge
reduceerd. Let echter op, dat meneer in verzet komt!
S c h o o r 1.
DAT WERD NOG EEN WEINIG VOORDEELIGE
SCHATGRAVERIJ.
De Schoorlsche landbouwer Cornelis Petrus Baar,
een kerel als een boom, met een kleur als een pi
oenroos was van meening, dat men in een zoo zand-
rijk dorp, een wagentje min of meer niet zou missen
en had zich op 6 Mei de vrijheid gepermitteerd een
wagen duinzand te annexeeren! Een daad van eigen
gereidheid, die hem Maandagmiddag bracht voor
den politierechter, die hem tot 10 gulden boete of 5
dagen hechtenis veroordeelde.
Helder.
DAT BLIJFT ALTIJD EEN-GEVAARLIJK
EXPERIMENT.
Een te Helder woonachtige veehouder Cornelis
Verheul was zoo n beetje cour d'argent en als gevolg
van die penibele omstandigheden was op zijn 6
koeien beslag gelegd. Het was nu zaak voor Kees om
met zijn fikken van die koebeestjes af te blijven, want
met zulke vrijpostigheden wordt door de justitie
niet gespot. Maar de man was zoo stom om dit ge
vaar niet te achten en verkocht door bemiddeling
van zijn zwager de koeien aan den veehouder Vis
ser, die er geen notie van had, dat hij eigenaar werd
van in beslag genomen vee. Natuurlijk kwam Kees
Verheul er niet lekker af en kreeg 2 maanden tijd
om in de cel over zijn stommiteit na te denken.
Winkel.
EEN PRACHT EXEMPLAAR VAN EEN
STAATSBURGER.
De heer R. T. W. Dekker, een 39-jarig los arbeider
te Winkel noemt zich lid der Rev. Soc. Arb.partij,
maar we gelooven niet dat ook deze partij reden
heeft op een dergelijke asociale partijgenoot trots te
zijn.
Stond deze meneer toch voor eenige weken als
verdachte voor den politierechter ter zake diefstal
van electrisch licht, thans sierde hij weer het zon-
daarskanepeetje, op grond van het feit dat hij reeds
gedurende 193419351936 clandestien de water
leiding had afgemelkt. De huisbaas wenschte die
leverantie niet te betalen en dus was de heer Dek
ker, die omtrent het mijn en dijn zeer vrijzinnige
Betty had een tweede foto uit de enveloppe
genomen.
„Doch dit, mijnheer, is dezelfde dame, een jaar
geleden".
De tweede foto was genomen te Monte Carlo,
en het was moeilijk te gelooven, dat zij van
dezelfde vrouw was, zulk een tragische veran
dering had er in die tien jaren plaats gegrepen
Hanaud hield de beide portretten naast elkan
der. De gratie, het kleine tikje humeur waren
verdwenen; de gestalte was breed geworden; de
gelaatstrekken grof en zwaar; de wangen vet,
de lippen hingen slap omlaag; en in de oogen
stond niets dan heftigheid te lezen. Het was een
beeld van jammerlijk verval.
„Het verstandigst is, er geen doekjes om te
winden, mademoiselle", zeide Hanaud welwil
lend, „deze foto"s verraden het duidelijk genoeg
Mevrouw Harlowe was dus. tijdens haar laat
ste levensjaren aan den drank?"
„Sedert den dood van mijn oom". legde Betty
uit. „Zooals u waarschijnlijk zult weten was
haar leven, tot zij hem huwde, vrij ellendig en
eenzaam geweest. Doch toen had zij ten minste
een droom om voort te leven Toen Sim. Harlowe
evenwel gestorven was.en zij besloot haar
uitlegging met een gebaar.
„Ja", antwoordde Hanaud. „van af het oogen
blik waarop wij voor deze zaak hier kwamen,
mademoiselle, hebben mijnheer Frobisher en ik
natuurlijk geweten, dat er een geheim achter
stak. Wij wisten het vóór uw achterhoudend
heid van gisteren, en vóór die van mademoiselle
Upcott van heden. Waberski moest hebben af
geweten van iets, wat u niet gaarne zoudt wil
len dat bekend werd. alvorens hij zijn bedrei
gingen richtte tot uw advocaten te Londen, of
eenige aanklacht tegen u inbracht".
(Wordt vervolgd)
FEUILLETON
Naar het Engelsch
door
A. E. W. Mason
30'.
Gestroopt tot op de huid! en zij lachte woest;
toen kwam het geluid alsof ja, dat kan het
geweest zijn! alsnog zij omlaag werd gedrukt
en vast gehouden, en de stem van mevrouw ging
tot een gekreun over en toen stilte en vervol
gens die andere stem, in een zacht, helder ge
fluister „zoo is het genoeg". En al dien tijd stond
ik daar in het duister o!"
Wat werd door u gedaan, nadat dat heldere
gefluister uw ooren had bereikt", vroeg Hanaud
streng. „Neem uw handen van uw gezicht weg,
als 't u blieft, en laat mij hooren".
Ann Upcott gehoorzaamde hem. Zij wierp het
hoofd terug, terwijl de tranen haar over de wan
gen stroomden.
ftlk keerde mij om, lispelde zij. ,Ik vluchtte de
kamer uit. Ik sloot de deur achter mij o zoo
zachtjes. Ik vluchtte",
f,Vluchtte? Vluchtte? Waarheen?**
r,De trap op naar mijn kamer".
s,En gij hebt niet gescheld? U maakte niemand
wakker? U is gevlucht naar uw kamer! En daar
hebt gij als een klein kind uw hoofd tusschen
de beddelakens verborgen! Kom, kom, made
moiselle l"
s,En wiens stem denkt gil dat het was, die
zoo helder fluisterde zoo is het genoeg?" Die
van den onbekende, van wien gij dezen morgen
in de bibliotheek gesproken hebt?"
„Neen mijnheer", hernam Ann. „Ik zou het u
niet kunnen zeggen. Indien er gefluisterd wordt
gelijkt de eene stem precies op de andere".
,J)och u moet aan die stem een eigenaar heb
ben toegekend. Wegloopen en wegkruipen
dat doet niemand.
„Ik meende, dat het die van Jeanne Baudin
was".
En Hanaud zette zich ïn zijn stoel achterover
het meisje aanziende met een blik, waarin even
veel afschrik als ongeloovigheid te lezen stond
Jim Frobisher stond achter hem en schaamde
zich over zijn eigen ras. Was er een meer door
zichtige uitvlucht denkbaar? Indien zij gedacht
had, dat de verpleegster Jeanne Baudin in de
kamer was geweest, waarom was zij dan omge
keerd en gevlucht?"
,Kom nu mademoiselle* vervolgde Hanaucl.
Zijn stem was eensklaps zacht geworden, bijna
smeekend. „Dat kunt u mij niet wijs willen ma
ken".
Met een hulpeloos gebaar keerde Ann Upcott
zich tot Betty.
5,Nu zie je het!" zeide zij.
t,Ja"? antwoordde Betty. Zij zat een paar se
conden in twijfel en sprong toen eensklaps op.
s,Wacht!" zeide zij, en vóór iemand haar kon
tegenhouden, was zij reeds halfweg den tuin in-
gerend naar het het huis. Jim Frobisher vroeg
zich af, of Hanaud in het eerst haar het heen
gaan had willen beletten, doch haar bij nader
inzien had laten gaan. Het was zeker, dat hij
in de beginne een kleine, snelle beweging had
gemaakt, en zelfs nu, keek hii Betty, terwijl zij
zich over het breede grasperk haastK met een
ondoordringbaren. eigenaardigen blik na.