et huis
|>ijl
De regeering tegen plaatselijke
protectie
met de
Streekmeetiog van S.D.A.P
en N.V.V.
Seizoen-Opruiming
Gemotoriseerde werktuigen in
den Landbouw.
Geen bezwaar lenen uitvoering
van werken met uitsluitend
plaatselijke arbeidskrachten
Onder dagteekening van 28 April 1036 heeft
de regeering zich tot de gemeentebesturen ge
richt met een circulaire waarin bezwaar wordt
gemaakt tegen de meer en meer inburgerende
gewoonte, dat in bestekken voor aanbesteding
van werken de voorwaarde wordt gesteld, dat
de bij de uitvoering benoodigde materialen van
de in de desbetreffende gemeente wonende han
delaren of fabrikanten moeten worden betrokken
of dat het werk met plaatselijke arbeidskrachten
moet worden uitgevoerd. Het komt voor aldus
wordt in de circulaire verder opgemerkt dat
bij het plaatsen van orders de mededinging
wordt beperkt lot in de gemeente gevestigde
ondernemingen, dat die ondernemingen worden
gesubsidieerd teneinde ze in staat te stellen or
ders uit voeren welke orders zonder sub- tenge
volge van binnonlandsche of buitenlandsche
concurrentie, aan het bedrijf zouden zijn ont
gaan, en voorts, dat voor het uitvoeren van
werken door particulieren voorschotten worden
toegekend, eenige garantie wordt verleend of. bij
verkoop van gemeentegrond, al dan niet eenige
reductie op den prijs wordt toegestaan.
Na de ontvangst dier circulaire door de ge
meentebesturen is bij die besturen inzonder
heid bij die van grootere gem. een toestand
van onzekerheid ontstaan omtrent de al dan
niet mogelijkheid van uitvoering van werken,
waarbij uitsluitend of grootendeels van plaatse
lijke arbeidskrachten wordt gebruik gemaakt,
met als voornaamste drijfveer in de tegenwoor
dige ongunstige financieele omstandigheid van
die arbeidskrachten eenige verbetering te bren
gen. Die toestand van onzekerheid kan leiden
tot vertraging of uitstel van het uitvoieren van
werken, hetgeen het algemeen landsbelang,
voor zoover dat ook door plaatselijke werkver
ruiming wordt gediend, niet ten goede zal komen
De vereeniging van Nederlandscho gemeenten
heeft in een uitvoerige nota den minister van
binnenlandsche zaken medegedeeld, dat ze zich
in beginsel zeer wel kan aansluiten bij zijne
zienswijze dat plaatselijke protoctie moet worden
vermeden, doch dat bij haar de vraag rijst, of
aan het begrip plaatselijke protectie niet eene
averechtsche beteekenis wordt verbonden, indien
inen het toepast ten aanzien van werken, welke
door de gemeente zelf worden ondernomen en
waarbij wel de voornaamste drijfveer is, in de
ongunstige., economische ..omstandigheden harer
werklooze ingezetenen althans plaatselijk eenige
verlichting te brengen. Men zal terecht \an
plaatselijke protectie kunnen spreken -- aldus
de nota indien een gemeente ten aanzien ■san
door derden ondernomen werken concessies
verleent om de tewerkstelling van plaatselijke
werkloozen te bevorderen niet echter, indien
het hoofddoel van het ondernemen van het
werk, als b.v. bij de werkverschaffing, is op
eigen territoir den werkloozen arbeid te ver
schaffen.
Voorts wordt in bedoelde nota door het
bestuur der vereeniging van N ederlandsche
gemeenten aangevoerd dat daar naar de
mecning van de regeering de armenzorg
welke ook omvat de verzorging van degenen
die door werkloosheid geen bestaansmidde
len hebbende taak der gemeente is, het be
denking ontmoet indien de gemeenten door
de regeering niet de vrije hand zoude wor
den gelaten in dat deel van haar laakdoor
doeltreffende middelen voor zooveel in haar
vermogen is te voorzien, en ze de gemeen
tebesturen zoude beltten of moeilijkheden in 't
verschaffen van passenden arbeid aan
eigen werklooze ingezetenen.
H FEUILLETON
Naar het Engelsch
door
A. E. W. Mason
44.
„Ja.... ja...." zeide Betty. „Maar., maar
ik heb nog steeds hoop, dat het snoer op een
verkeerde plaats gelegd is, en dat het nog terecht
zal komen. U moet wel begrijpen, dat monsieur
Boris eenig geld verwachtte van mijn advocaten
uit Londen. Zonder eenigen twijfel wilde hij
met mij tot een accoord komen. Het ziet er niet
naar uit, alsof hij het snoer moet hebben gesto
len. Indien hij het had gedaan, zou hij niet
zoo hard om duizend pond verlegen zijn geweest.
Jim liet Boris buiten zijn verdere beschou
wingen vallen. Hij had aan hem gedacht met een
trilling van hoop, dat gebleken zou zijn dat hij de
dief was, zoodra Hanaud zijn naam genoemd
had. Doch deze hoop verdween in rook, tegen
over de doodbedaarde logische redeneering van
Betty. Doch van den anderen kant, indien Boris
en Ann werkelijk medeplichtigen waren aan
den moord, omdat hij zich in het bezit van zijn
legaat wenschte te stellen, kon het halssnoer zeer
goed aan Ann ten deel zijn gevallen. Van welken
kant men de zaak ook bekeek, de feiten sche
In een conferentie welke de minister aan ver
tegenwoordigers van de vereeniging van Neder-
landscke gemeenten wel heeft willen toestaan,
werd de strekking van vorenbedoelde nota nog
nader toegelicht. Daarbij bleek, dat voorgeko
men misbruiken,- welke ht gevolg waren van liet
streven naar plaatselijke protectie, er de regee
ring, toe hebben gebracht, de hierbovenaange-
haalde circulaire te verzenden, om op die wijze
bare inzichten ter kennis van alle gemeentebe
sturen te brengen. De bedoeling er van is ech
ter geenszins de gemeentebesturen moeilijkheden
in den weg te leggen bij het ter hand nemen
van werken, welke het karakter dragen van
werkverruiming en in dezen financieel moei
lijken tijd wellicht zouden kunnen worden uit
gesteld, doch ondernomen worden om de plaat
selijke werkloosheid te verlichten.
Hoewel de minister overwegend bezwaar
heeftdat gemeentebesturen bij de openbare
aanbesteding van werken voorschrijvendat
uitsluitend ter vlaatse gevestigde aannemers
daarvoor kunnen inschrijvenontmoet het
bij hem in het algemeen geen bedenking, dat
bij openbare aanbesteding waarbij in
schrijving zonder eenige beperking mogelijk
is wordt bepaald, dat bij de uilvoering
uitsluitend plaatselijke arbeidskrachten
moeten worden te werk gesteld, zij het dan
ook, dal den aannemer vrijheid wordt gela
ten een kern van eigen arbeidskrachten Ie
gebruiken.
Tenslotte betoogde de minister met klem, dat
de circulaire allerminst ten doel heeft het uit
voeren van werken door d gemeenten op eeni-
gerlei wijze te belemmeren doch uitsluitend be
oogt een onder invloed van de tijdsomstandighe
den gaandeweg hier en daar opgekomen ontoe-
laatbaren vorm van plaatselijke protectie voor
taan te weren.
ANNA PAULOWNA
Het weerbericht van Zaterdagavond, waarbij „be
wolkte lucht met regenbuien" werd voorspeld, gaf
de velen in onze gemeente en daarbuiten die het
plan hadden opgevat deze streekmeeting van S.D.
A.P. en N.V.V. te bezoeken, al niet veel moed op een
mooien dag, zooals men die, wil een meeting op het
open veld slagen, toch zoo hard noodig heeft. Was
menigeen dus op grond van dit weerbericht reeds in
bangen twijfel, het weer van Zondagmorgen was nog
veel slechter, als bedoeld weerbericht deed ver
wachten. Een ruwe bonkige wind met vrijwel gere
geld voortdurende stofregens, nu cn dan eens afge
wisseld door zwaardere buien, deed het laatste
sprankje van hoop, dat het misschien toch nog wel
iets zou kunnen worden, teniet. En, ofschoon om
streeks één uur de wind iets ging ruimen, waardoor
de hoop op een mogelijk toch nog drogen middag
weer herleefde, ook die hoop bleek ijdel, want toen
om half drie het terrein, waar de meeting zou wor
den gehouden, voor het publiek werd geopend, en de
eerste bezoekers daarop werden toegelaten, begon
nen de stofregens al heel spoedig weer hun lusten
bot te vieren. De meeting-leiders begrepen, dat het
op deze wijze op een mislukking zou moeten uitloo-
pen, waarom besloten werd van de zaal van den heer
Slikker, waarvan men zich tevoren verzekerd bad,
gebruik te maken voor deze bijeenkomst en aldus
van de meeting nog te redden wat mogelijk was. In
de*nog geheel ruime zaal werden vlug alle beschik
bare stoelen (ruim 400, naar ons verteld werd) aange
sleept en zoo dicht mogelijk op elkaar geplaatst, om
nog zoo veel mogelijk menschen te kunnen bergen.
Maar toen kwam ook wel spoedig vast te staan, dat
deze meeting, indien zij op gunstig weer had kunnen
bogen, zeker wel oen zéér ruim bezoek ten deel zou
zijn gevallen, want alle beschikbare plaatsen weiden
onmiddellijk bezet en er bleef nog een aanzienlijk
aantal meetinggangers over, die zich met een staan
plaats (maar ditmaal toch een droge) moesten behcl-
nen hoe langer hoe meer naar Ann te wijzen.
„Welnu, wij zullen nagaan, of het ook ver
keerd is weggeborgen geworden", zeide Hanaud.
„Doch intusschen. mademoiselle, zou het aanbe-
veiling verdienen, dat dit kistje door u op slot
werd gedraaid, en dat u het van middag bij uw
bankiers in bewaring gaf."
Betty sloot het deksel en draaide de knoppen
een voor een om. Drie malen werd een snelle
opvolging van een scherp tikken in de kamer
vernomen.
„U heeft toch niet de combinatie gebruikt, die
altijd door mevrouw Harlowe gebruikt werd,
^-hoop ik?" vroeg Hanaud.
„Ik weet niet welke combinatie zij gebruikte"
zekle Betty. Zij plaatste het juweelenkistje weer
in de kast, en het zoeken in kastn en laden nam
een aanvang. Het bleek even vruchteloos als
het zoeken naar den pijl in de schatkamer.
„Méér kunnen wij niet doen", gaf Hanaud te
kennen.
„Jawel, één ding."
De opmerking kwam van Ann Upcott, en werd
kalm geuit. Zij stond geheel alleen, zeer bleek
en uitdagend. Thans wist zij, dat de verden
king op haar gevallen was. De zorg, waarmede
een ieder haar vermeed, had haar geen twijfel
overgelaten.
Hanaud keek in de kamer rond.
„Wat kunnen wij dan nog meer doen?" vroeg
hij.
„U kunt een onderzoek instellen in mijn ka
mers"
„Neen!" riep Betty heftig uit. „Dat zal niet
gebeuren!"
„Alsjeblieft" zeide Ann. „Het is niet meer dan
eerlijk tegenover mij.
Mijnheer Bex schudde driftig met zijn hoofd.
pen. En dit, terwijl ons toch door verschillende per
sonen uit Wieriugen, Wieringermeer, lvolhorn enz.,
werd medegedeeld, dat de fietstochten, die men van
uit die plaatsen naar dezo meeting had willen onder
nemen cn waarvoor veel animo bestond, in den let
terlijken zin volkomen in het water waren gevallen.
Alleen van Den Helder was de fietstocht doorge
gaan, hoewel met een aanzienlijk geringer aantal
deelnemers dan men zich had voorgesteld. Deze stoet
fietsen, met de aan den kop daarvan uitgedragen
Plan-leuzen en Planvlaggen, leverde een beslist
suggestieven aanblik op.
De heer P. S. van dpr Vaart van Den Helder open
de de bijeenkomst en riep alle aanwezigen, die al
léén reeds door hun hier zijn onder weersomstan
digheden 'als die van dit oogenblik, toch wel blijk
geven van hun ernstigen wil, om mede de inzet voor
de actie, die Partij en Vakbeweging in de naaste toe
komst zullen gaan voeren, tot een demonstratie van
eenswillendheid te maken, een hartelijk welkom toe.
Deze streeknummers toch zijn bedoeld als inzet voor
de op 6 September a.s. op elf plaatsen in ons land te
houden Provinciale meetings, waarmee de actie v.oor
de verkiezingen, welke in 1937 gehouden zullen wor
den, zal worden ingeleid. Die verkiezingsactie zal
zwaar zijn en veel van onze krachten vergen, maar
met en naast elkaar strijdend zal zij kunnen voeren
tot het door alle alle aanwezigen gewenschte doel.
Nadat hierop het „Heldersche Fanfarecorps" een
tweetal mooie muzieknummers heeft gegeven, vangt
do heer Evert Vermeer, die als spreker zal optreden,
zijn rede aan.
De heer Vermeer wenscht de eerste woorden van
een der Plan-liederen: ,In de duisternis der tijden,
heffen wij den fakkel op!" tot het onderwerp van zijn
rede tc maken.
Spreker schetst hierop de gevaren van dezen tijd.
Aan alle zijden wordt het menschdom door oorlog,
uiilitairisme. fascisme en nationaal-socialisme be
laagd. Hiertegen kan slechts concentratie van alle
democratische krachten met een op die krachten
rustende Volkenbond, de eenige macht zijn, die red
ding brengt. Voor een door crisisellcnde tot wan
hoop gebrachte en verscheurde natie, dient echter
ook op andere wijze een uitweg te worden gezocht.
Onze regeering is in hare bestrijding van den crisis
volkomen gefaald. Als Colijn zegt: „Het eerste, wat
wij noodig hebben, is rust", wenscht spr. te vragen:
„Is het dan mogelijk, dat een werklooze proletariër,
wiens kinderen aan den honger zijn prijs gegeven,
rustig kan zijn? Of een te grond gaand middenstan
der? Of een boerenstand, die door het lage prijspeil
der door haar voortgebrachte producten, voorloopig
geen uitkomst ziet? Kunnen dezo rustig blijven? Zij
kunnen dit niet. Wij wenschen géén rust! (Daverend
applaus). Spr. wenscht tegen de aanpassing, welke
thans aan de menschen wordt opgedrongen, het Plan
van den Arbeid te zetten, waardoor 200.CÖ0 arbeiders
zullen kunnen worden te werk gesteld, waardoor
ook den bouw onzer maatschappij in gunstigen zin
zal worden gewijzigd en ordening verkregen wordt.
Nederland is onder Colijn tot een ruine geworden. Wij
zullen weer hebben te bouwen, maar liet voorbeeld
ons door Zweden en Denemarken gegeven.
Op 6 September begint onze verkiezingsstrijd, die
uiterst zwaar zal zijn Do Nationaal-Socialisten zul
len dezen strijd, het Duitsche voorbeeld getrouw,
waarschijnlijk voeren met gummiknuppels en ploer-
tendooders. Spr. haalt hierbij o.a. aan de laffe over
val, welke Vrijdagnacht bij Abcoude is gepleegd. Li
beralen en Anti-RevoluLionnairen die hun doods
strijd zien aankomen, zullen al het mogelijke doen,
om deze ditmaal nog te ontkomen. Aan de andere zij
de bieden ons de Communisten een eenheidsfront
aan, maar zoolang deze in hun heilstuat Rusland
andersdenkenden, ook de sociaal-democraten, nog
kerkeren of naar Siberië zenden, wenschen wij van
dit aanbod in géén geval gebruik te maken. Ook de
staking in de Wieringermeer, die een stap terug
werd, schetst spr. als het gevolg van communistisch
drijven. Die minnaar wijzen wij dus af. Die is ons
te hartstochtelijk.
AI zal de strijd dus zwaar zijn, toch zal ieder
hebben te bedenken, dat wat gedaan moet worden,
nog slechts klein is, vergeleken bij het groote leed,
dat in naastbij liggende landen aan velen onzer is
aangedaan. Geeft dus uw uiterste kracht. Versterkt
op alle wijzen uw organisaties, .zoowel die van Partij
en Vakverbond, als die van den Sportbond, muziek-
en zangvereenigingen, enz. en trekt op 6 September
op onder de leuze: Het moet, het kan, op voor het
Plan! (Langdurig daverend applaus, gevolgd door
een geestdriftig gezongen „Internationale".
Dan zingen de gelijknamige Zangvereenigingen „De
Stem des Volks" van Den Helder en Anna Paulowna
tezamen enkele toepasselijke nummers, waarvan het
eerste „Voor het Plan, kameraad!" duor het publiek
gebisseerd werd.
Achtereenvolgens treden dan nog verschillende
groepen van den Arbeiders Sportbond (afdeelingen
Den Helder en Anna Paulowna) op, waarbij tevens
een paar aardige tafereeltjes werden vertoond, ter
wijl het „Heldersche Fanfarecorps" voor de noodige
afwisseling bleef zorgen.
Het was omstreeks kwart over vijf, toen do heer
Van. der Vaart de ondanks den tegenslag toch nog
door meer dan vijfhonderd personen bezochte en dus
nog zéér goed geslaagde bijeenkomst, na een geest
driftig slotwoord, deed uiteengaan.
„Mademoiselle kon niet juister handelen",
merkte hij op.
Ann richtte zich tot Hanaud.
„Ik zal u niet vergezellen. In mijn kamer zult
u niets afgesloten vinden, behalve een kleine le
deren brie ven tasch. De sleutel daarvan ligt in
de linkerlade van mijn toilet-tafel. Ik zal in de
bibliotheek op u wachten."
Hanaud maakte een buiging, doch voor hij
een verdere beweging kon maken, deed Betty
iets. waarvoor Jim haar op de plaat.shadkunnen
omhelzen, in het bijzijn van iedereen. Want zij
was recht op Ann toegetreden, en sloeg een arm
om haar middel.
„Ik zal bij jou blijven wachten, Ann", zeide
zij. „Het is natuurlijk te gek om van te spre
ken", en zij bracht Ann de kamer uit.
HOOFDSTUK XV.
Het vinden van den Pijl.
De kamers van Ann waren gelegen op de twee
de verdieping, een slaap- en een zitkamer, door
een deur met elkander verbonden, en met ven
sters die uitzagen op de tuin Zij waren laag van
verdieping, doch ruim. en terwijl Hanaud in de
slaapkamer om zich heen zag, sprak hij op een
loon van twijfel:
„Ja.... wel beschouwd, zou iemand, wien
plotseling een schrik op het lijf werd gejaagd, in
het donker in deze kamer zeer goed in het rond
kunnen stommelen, en vergeten, waar de knop
van het licht zich bevond. Naast het bed be
vindt zich er geen". Daarna haalde hij de schou
ders op. „Doch anders, dusen de twijfel
verdween uit zijn stem.
Deze woorden waren Grieksch voor den com
Overal seizoenopruiming,
Koopjes, veel en velerlei.
Trekken kleurig en aanlokkTijk,
Aan 't huishoud'liik oog voorbij!
In de mooie étalages
Prijzen, die verrast doen staan,
Zóó dient zich dit blij gebeuren
Met een zomer-glimlach aan!
Voor zoovele Nederlanders
Is dit duidelijke taal.
Voor zoovele Nederlanders
Zijn de tijden wel wat schraal!
En ze gaan aandachtig speuren.
Nu 't seizoen hun tegenlacht.
Naar het koopje, waarop maanden
Vaak in stilte was gewacht!
En zoo menig nuttig vrouwtje.
Staat van d'eigen keus versteld
En ze fluistert opgetogen:
Kijk eens hier, da's toch geen geld!
't Zag het in de étalage.
'k Heb gewogen en gewikt.
Maar toch eind'lijk voor zóó'n prijsje
't Toch maar op den kop getikt!
Jaarlijksche seizoenopTuiming!
Dit is wel zeer nuttig werk.
Gij maakt ook de zwakke koopers
In de zomermaandon sterk.
Gij verlegt voor smalle beurzen
Weer eens tijdelijk de grens.
En voldoet in menig opzicht
Aan zoo menig stillen wensch!
Jaarlijksche seizoenopruimng.
Houdt de koopjes maar gereed,
't Is aan al Uw trouwe klanten
Werkelijk heel goed besteed!
Maar ik had nog één verzoekje.
Dat bezorgt U vast geen strop:
Ruim, als 't kan beneden inkoop.
Ook meteen de crisis op!!
KROES
Juli 1936 (Nadruk verboden)
Het nut van den rugmotor
Kleine, draagbare motoren kunnen hij ver
schillende soorten van arbeid goede dienstien'
bewijzen en worden in de laatste jaren hoe lan
ger hoe meer gebruikt.
Vooral voor hak- en snoeiwerk is zoo'n mo
tortje zeer geschikt. Men heeft nu een draag
baar motortje van slechts 68 c.c. en van 1 P.K.
dat op een rusdrager in beugels schokvrij opge
hangen. Goede kwaliteit staal heeft het moge
lijk gemaakt dergelijke motoren, die steeds op
volle kracht kunnen werken, met een gewicht
van dertien kilogram samen te stellen.
De overbrenging geschiedt door een staal
draadkabel yan slechts 15 m.m. doorsnede en is
bedrijfszeker, het drijfwerk van de werktuigen
is klein en toch zóó stevig, dat daadwerkelijk
gesproken kan worden van gemotoriseerde hand
werktuigen, die den arbeider in staat stellen
veel. meer arbeid te verrichten Aan den kabel
kunnen verschillende werktuigen en onderdeelen
bijvoorbeeld de hak of de heggeschaar door
een stekker zonder meer worden aangesloten.
Met slechts vijf liter brandstof-verbruik wor
den op deze manier viif H. A. land in tien uur
grondig losgehakt.. Met slechts drie liter ben
zine in denzelfden tijd kunnen ongeveer vijf
honderd vierkamte meter manshoogte hagen mo
torisch worden gesnoeid. Daardoor ontstaan ge
heel nieuwe besparingsmogelijkheden in de hak
en snoeiwerkzaamheden. alsook bij de instand
houding van de eindelooze hagen, die in de ko
mende jaren de rijksautowegai zullen omzoo
men.
missaris van politie en diens secretaris en mon
sieur Bex. Maurice Thevenet inderdaad, zag
Hanaud scherp aan, alsof hij op het punt stond'
een van die vragen te doen, waartoe hij was
uitgenoodigd. Doch Girardot de Commissaris,-
die na het beklimmen van twee trappen nog
hevig stond te hijgen, sprak het eerst.
„Wij zullen hier niets van belang vinden,"
meende hij. „Dat mooie meisje zou ons nooit
hebben yoorgesteld onzen neus in haar zaken te
steken, wanneer hier iets te ontdekken viel."
„Men kan nooit weten", antwoordde Hanaud
„Wij zullen toch eens kijken.
Jim liep weg naar de zitkamer. Hij koester
de volstrekt geen verlangen Hanaud en den com
missaris stap voor stap bij hun onderzoek t9
\olgen; en op de tafel in het midden van de zit
kamer had hij een vloeiboek en wat postpapier
ontdekt, alsmede de noodige schrijfgereedschap
pen. Hij wenschte orde en regelmaat te bren
gen in dien warboel van gissingen en feiten en
leugens, die hij de laatste twee dagen had door
leefd: hij wilde alles in zijn gedachtegang rang
schikken, en wist geen betere manier om dit te
doen, dan dit onder de hoofden „voor" en „te
gen" neer te schrijven, op de wijze van Robin-
son Crusoë op diens onbewoond eiland. Terwijl
Hanaud zocht en zocht zou hij een rustig uur
tje voor zich hebben. Hij nam een vel papier,
koos op goed geluk af een pen uit het bakje en
begon. Het kwam Ann Upcott evenwel op heel
wat velletjes postpapier te staan, en meer dan
eens viel zijn pen uit het ondereinde van zijn
pennehouder, alvorens hij gereed was. Doch
eindelijk had hij zijn vraagstuk in deze termen
ondergebracht:
(Wordt vervolgd.)