De
C y p r u st
Grondwetsherzienin;
De Olympische
vlam brandt
VARIA
Engeiands toekomstige vlootbasis
De estafette Olympia-Berlijn. Een
boodschap van baron de Conbertin.
Olympia, 20 Juli (ANP). Het Olympisch vuur
brandt. Dc eerste fakkel is ontstoken en langs een
keten van meer dan 3000 estafetteloopers zal het
vuur van liet Grieksche Olympia naar Berlijn wor
den gebracht. De eerste fakkel heeft zijn vuur van
dc Grieksche zon gekregen, het heilige Olympische
vuur, dat als zinnebeeld van de zich eeuwig vernieu
wende jeugd en als een vredessymbool der volkeren
door Griekenland, Bulgarije, Joegoslavië, Hongarije,
Oostenrijk, Tsjecho-Slowakije naar Duitschland ge
bracht zal worden, waar in het Olympische stadion
op 1 Augustus de spelen der elfde Olympiade zullen
beginnen.
De grootste idee is werkelijkheid geworden. De
laatste estafettelooper zal dien openingsdag om 4
uur precies, het stadion te Berlijn, den brandenden
fakkel in de hand, binnenkomen. Twaalf dagen is
het Grieksche vuur onderweg geweest, het is van
hand tot hand gegaan, meer dan 3000 athleten heb
ben het gedragen. Maar behalve het vuur dragen de
loopers ook een olijftak in een koker, terwijl een
boodschap van den stichter der moderne Olympi
sche spelen, baron Picrre de Coubertin, hedenmor
gen te Olympia voorgelezen eveneens naar Berlijn
zal worden meegegeven.
Vanmorgen straalde de zon, als alle dagen over
Olympia. De zon heeft ditmaal echter een bijzondere
taak, zij zal den eersten fakkel doen ontgloeien.
Reeds zeer vroeg ontwaakte het anders zoo rustige
dorp. De hoofdstraat is vol menschen, ook vele bui
tenlanders zijn aanwezig, waaronder talrijke journa
listen en filmoperateurs. De spanning onder de dui
zenden stijgt, met het uur. Door de stad trekt de
jeugd, muziek voorop. Het gaat naar Altis, de his
torische plek, waar tegen 10 uur de plechtigheid zal
plaats vinden. Het borstbeeld van baron de Couber
tin, dat in 1934 tijdens de 40e zitting van het Interna
tionaal Olympisch Comité daar onthuld werd, is voor
deze gelegenheid naar Altis gebracht. Tegen 10 uur
klinkt bazuingeschal van den Kronos, het is het tee
lten, dat de plechtigheid zal beginnen.
Deze vindt voor de oude ruines, waar ook de Zeus-
tempel staat, plaats. Na het bazuingeschal begaven
15 jonge Grieksche meisjes zich door de Krypta, den
naar het oude stadion voerenden tunnel, naar de
plaats, waar een spiegel is neergezet. Enkele meis
jes houden een soort staf vast, waaraan licht ont-
brandbare stoffen zijn verbonden. Aller oogen zijn
op het glas gericht. Eerst wat rook en dan brandt
het Olympisch vuur. De.meisjes brengen het vuur
nu weer door de Krypte naar de Altis, waar een al
taar is opgericht en waar zoo dadelijk de eerste
fakkeldrager zijn vuur zal ontvangen. De meisjes
dragen moderne lcleeren, ook al als een symbool van
het jonge Hellas. Zestig jeugdige fakkeldragers heb
ben naast het altaar hun plaats gevonden, veertig
van hen nemen deel. Priesters van de Grieksch Ka
tholieke kerk geven hun zegen aan de estafette. Dan
treedt de burgemeester van Pyrgos, de hoofdstad
van Ellis naar voren. Bij de buste van de Coubertin
spreekt hij een rede uit, waarin hij van de beteeke-
nis der Olympische Spelen gewaagt en de geschiede
nis der spelen nagaat. Na hem houdt de onderstaats
secretaris van het politieke bureau van den Griek-
schen Minister-president, Senor Gakopulos een rede,
waarin hij liet uitkomen, dat de organisatoren van
AAN HET HOF VAN
EEN NOMADEN-VORST.
De eindelooze eenzaamheid van
de Mongoolsche steppen biedt aan
haar bewoners, haast uitsluitend
.vee-fokkende nomaden, bijna nooit
eenige afwisseling. Slechts zelden
verdwaalt een vreemdeling naar
deze woestenij, zelden trekt een
handelskaravaan voorbij, en zelfs
aan het hof van de vorsten der
stammen verloopen de dagen in
eindelooze eentonigheid. Maar wan
neer er werkelijk eens bezoekers
komen, meestal vorsten van ande
re stammen of priesters, dan wor
den zij bij hun aankomst luisterrijk
ontvangen en door bijzondere fees
telijkheden geëerd. De bezoeker
wordt afgehaald met een indruk-
wekkenden optocht en geleid naar
de voor hem bestemde tent, die
naast het vorstelijk paleis is opge
richt.
Ieder vorst is eigenaar van een
sleehen paleis, gebouwd in Chinee-
schen stijl. Dit paleis is een tee
lten van zijn waardigheid en rijk
dom. Maar hij geeft er toch de
voorkeur aan, om den meesten tijd
van zijn leven in een ecnvoudigen
vilten tent (jurte) door te brengen.
Deze woontent bestaat uit een
houten stelling en vilten dekken,
die er over gelegd zijn. Het opbou
wen en afbreken van deze tent
duurt slechts een minuut, zoodat
men haar gemakkelijk op een ka
meel kan laden en medenemen.
Den gast wordt door den vorst
bij den maaltijd een hap gebraden
vet schapcnvleesch aangeboden.
Hij mag daarvan niets gebruiken,
maar moet alleen een stukje offe
ren aan de goden. Verder wordt
deze feestelijkheid opgeluisterd
door het optreden van worstelaars.
De gast beloont de kampioenen met
een .eeresjerp of een muntstuk.
Het feest wordt besloten met paar
denrennen. De Mongolen, een oud
ruitervolk, hebben sinds eeuwen
deze sport beoefend. De paarden
galoppeeren, maar er zijn ook tel
gangers. De ruiters zijn niet veel
meer dan jongens. Zij rijden zon
der zadels, maar zijn gekleed in een
stevige vilten broek. Een schreeuwt:
de start! De toeschouwers staan om
de baan heen, die rond om een heu
vel loopt. De overwinnaar werpt
deze estafette de diepste waarheid der Olympische
traditie hebben aangevoeld. Tenslotte heeft de Duit-
schc gezant te Athene, Dr. Pistor een korte toespraak
gehouden, waarna 60 jongelingen in spreekkoor de
beide eerste verzen der achtste Olympische ode van
Pindar in oud-Grieksche taal voordroegen.
Vervolgens traden de jonge meisjes naar voren. Zij
ontsteken op het altaar het vuur. En toen kwam het
eigenlijke hoogtepunt van de plechtigheid. De menig
te volgde het eenvoudige, maar juist daarom ontroe
rende ceremonieel met adembeklemmende stilte. De
60 jeugdige Grieksche athleten kwamen naar voren,
zij legden in de moderne Grieksche taal den Olym-
pischen eed af. Plechtig klonken de woorden door de
ruimte.
Op dat moment werd de boodschap van baron
Pierre de Coubertin, den stichter der moderne Olym
pische Spelen voorgelezen.
Athleten, zoo heet het in het document, dat de
fakkeldragers naar Berlijn zullen brengen, gij, die
met ijverige handen van Olympia naar Berlijn het
symbolische vuur zult brengen, ik wil u als grond
legger en eerepresident der moderne Olympische
Spelen zeggen, op welke wijze mijn gedachten u
zullen begeleiden en welke beteekenis ik hecht aan
uw prestatie.
Wij beleven plechtige uren, want overal
om ons heen schijnt de menschheid eindelijk
tot het inzicht te komen, dat de crisis,
waarin zij gevangen is, in de allereerste
plaats een crisis der opvoeding is. Vijftig
jaren zijn voorbijgegaan sedert den dag, dat
ik, met uitschakeling van alle persoonlijke
ambities, begon een hervorming der opvoe
ding voor te bereiden in de overtuiging, dat
noch een politieke, noch een sociale stabi
liteit bereikt kan worden zonder er aan
voorafgaande paedagogische hervorming.
Ik geloof, dat ik mijn taak vervuld heb; zij
het niet volledig. Overal in de wereld heeft
de lichamelijke opvoeding haar plaats, de
opbloei der lichaamscultuur heeft niet al
leen voor de volksgezondheid zijn waarde,
doch helpt den enkeling heen over de da-
gelijksche zorgen des levens.
Wij mogen ons met dit resultaat gelukwenschen.
Maar daarmede is nog niet alles gedaan. De geest
moet los gemaakt worden van banden, welke hem
door op den spits gedreven eenzijdigheid knellen,
vooral daar, waar de arbeid gespecialiseerd is. De
toekomst behoort den volkeren, die het het eerst
wagen de opvoeding van den opgroeienden jongen
man te hervormen. Want hij is het en niet het
kind, die het lot grijpt en het gestalte geeft. Op deze
wijze wordt een krachige door den geest doortrok
ken vrede geschapen, die weer gezonde eerzucht en
sterke wilskracht tot resultaat heeft.
Athleten, ik vertrouw u mijn boodschap toe, die
wel de laatste is, die ik geven kan. Het Duitsche
comité heeft in samenwerking met alle landen de
organisatie van de estafette op zich genomen. De
loop begint bovendien op een plek, van waaruit
eeuwen zijn belicht en nog heden ten dage wordt
menig actueel probleem met de oude antieke for
mules opgelost.
Vraagt aan de te Berlijn verzamelde athleten,
mijn arbeid voort te zetten en te volbrengen, opdat
de bond tusschen lichamelijke en geestelijke kracht
voor den vooruitgang en de eer der menschheid
voor eeuwig bezegeld wordt.
De Olympische vlam brandt
Dadelijk na het voorlezen van dit historische do
cument zetten jongens en meisjes het Griesche volks
lied in. Wederoui weerklinken van den Kronos ba
zuin- en fanfaregeschai. Het is precies 11 uur
l'm.e.t.), de zon staat in het Zcnith. Een kanonschot
dreunt over de velden. De eerste fakkellooper, Con-
stantijn Condylis, treedt bewogen naar voren. Ilij
steekt den fakkel aan, neemt het document van ba
ron de Coubertin en de olijftak van de Altis. Dan
start hij. de fakkelestafette is begonnen. Het heilige
Olympische vuur wordt door de jeugd van vele lan
den over bergen en dalen door steden en door de
eenzaamheid naar Berlijn gedragen. Condylis ver
dwijnt, nagestaard door duizenden en duizenden.
Op weg naar Tripolis
En terwijl na het vertrek van den eersten looper
de eigenlijke feesten aanvangen, heeft Condylis
reeds na 1 kilometer zijn vuur overgedragen aan
den tweeden athlect.
's-Gravenhage. Naar wij vernemen is het advies
van den Raad van State over de voorstelling tot
Grondwetsherziening de vorige week Dinsdag in den
ministerraad behandeld. Naar aanleiding daarvan
worden nog enkele technische wijzigingen in de voor
stellen aangebracht.
Mede in verband met het vertrek van H. M. de
Koningin naar het buitenland is de indiening van de
voorstellen tot Grondwetsherziening eerst in den loop
van de volgende maand te verwachten.
COLUMBIAANSCHE STAD WEGENS AARDBE
VING ONTRUIMD.
De stad Tuquerres, van 30.000 inwoners in Colum-
bia, is Zondag door de bevolking ontruimd, nadat
een nieuwe aardbeving de vernieling voltooid had,
die door den aardschok van Vrijdagnacht was begon
nen. Men betwijfelt of de stad weer zal worden op
gebouwd. De vluchtelingen zijn uitgeweken naar
Pasto in Ecuador, waar zij door het Roode Kruis
verzorgd worden.
INBRAAK OP KLAARLICHTEN DAG TE
DORDRECHT.
Op klaarlichten dag is gistermorgen omstreeks tien
uur aan den Groenendijk te Dordrecht een brutale
inbraak gepleegd.
Toen de bewoners afwezig waren hebben twee man
nen zich toegang verschaft tot de woning en daarbij
ruim f 250.— buit gemaakt. Hoewel de politie een
vrij nauwkeurig signalement heeft van de inbrékers,
die door een derde die op den uitkijk stond, werden
geassisteerd, is zij er nog niet in geslaagd de daders
te arresteeren.
STRATEGISCHE WAARDE VAN MALTA
STERK VERMINDERD.
In Engeland houdt men zich op dit oogen-
blik druk bezig met de vraag, of Cyprus
als toekomstige basis voor zee- en lucht
macht ingericht zal worden.
Tengevolge van de Italiaansche overwinning op
Abessinic is Engeiands positie in de Middellandsche
Zee ernstig in gevaar gekomen. Het „Brittannia rules
the waves" geldt niet meer voor het traject Gibraltar
—Port Said. Engeland heeft hier niet meer de al
leenheerschappij, sinds Italië getoond heeft een con
current te zijn, waarmede geducht rekening gehou
den moet worden. Malta is als steunpunt voor de
Engelsche vloot vrijwel waardeloos geworden. Be
grijpelijk is het derhalve, dat Engeland thans naar
een ander en veiliger steunpunt voor vloot en lucht
macht uitziet. Het heeft zijn oogen laten vallen op
een territorium, dat weliswaar langen tijd bij En
geland behoort, doch dat tot dusver vrij stiefmoeder
lijk behandeld geworden is: het eiland Cyprus.
Velen hebben dit eiland wel eens het „Assche-
poestertje van het Britsche wereldrijk" genoemd.
Niet gering is het aantal Engelschcn, dat niet eens
weet. waar dit eiland gelegen is. Zij wetén wellicht
niet eens, dat Engeland dit eiland reeds in 1878 be
zet heeft. Zelfs de anti-Britsche relletjes, die ip 1931
onder de bevolking van dit eiland uitbraken, ver
mochten niet eens een groote belangstelling voor dit
eiland op te wekken. En wellicht had dit eiland nog
steeds „als schoone slaapster van het Britsche we
reldrijk" gefungeerd, indien er geen Italiaansch-Abes-
sinisch conflict ware geweest, waardoor de heeren
van de Britsche admiraliteit thans wel gedwongen
zijn de mogelijkheid onder de oogen te zien om op
een der eilanden der Dodecanesos een nieuwe vloot
basis te bouwen.
Thans schijnt men in Engeland ontdekt te
hebben, dat niet alleen Cyprus bij uitstek ge
schikt is om als vlootbasis gebruikt te wor
den, doch dat dit eiland onverwachte pers
pectieven kan openen voor het geheele Brit
sche imperium.
De Engelsche luchtweg naar Klein-Azië, Britsch"-
Indië en Zuid-Afrika loopt tot dusver, na Athene
als laatste Europeesche luchthaven, naar Alexandrië
in Egypte. Hier splitsen zich de beide belangrijke
luchtlijnen. Een gaat naar Gaza, Bagdad en zoo naar
Britsch-Indië, terwijl de andere via Kairo, Khartoem
naar Zuid-Afrika gaat. Het knooppunt van deze
belangrijke luchtroutes licht derhalve in een stad,
die strikt genomen geen Engelsch bezit is. Waarom,
zoo vraagt men zich thans in Engeland af. zou men
dan in de toekomst in plaats van Alexandrië niet
Cyprus nemen?
De afstand CyprusAthene bedraagt ongeveer 500
mijl, terwijl dit eiland 250 mijlen van Port-Said en
ongeveer ioo mijl van Palestina verwijderd is. Of
schoon het eiland grootendeels uit bergland bestaat,
heeft het op verschillende plaatsen vlakten, die zich
uitstekend voor den bouw van een vlieghaven eige
nen. Door een vlieghaven op Cyprus te bouwen, zou
de route naar Indië en Australië met ongeveer 150
mijlen verkort worden. Het grootste voordeel voor
Engeland zou echter daarin gelegen zijn, dat het op
Cyprus een permanente luchtvloot van eenige hon
derden vliegtuigen stationneeren kan, die naar ge
lang noodzakelijk, naar ieder punt van de Middel
landsche Zee gedirigeerd kunnen worden.
Ook de voordeelen, die Cyprus als vlootba
sis biedt, acht men in Engeland niet gering.
Toen het conflict met Abessinië verleden jaar
ontstond, was de Engelsche vloot op Malta
niet meer veilig en was gedwongen een toe
vlucht in de haven van Alexandrië te zoe
ken. Dit feit was het, dat de wereld de oogen
deed openen. Men kwam tot de ontdekking,
dat de heerschappij van de Engelsche vloot
in de Middellandsche Zee niet meer zoo on
wrikbaar vaststond, zooals tot voorheen het
geval geweest was. Dit „vluchten" van de
Engelsche vloot ondervond Groot Bx-ittannië
als een onwaardig en beschamend iets. Doch
het was de eenige keuze. De andere haven,
die wellicht nog als tijdelijke vlootbasis in
aanmerking kwam, was Haifa, doch deze
haven is onbeschei'md en lag derhalve open
voor een Italiaansche aanval.
Het eiland Malta definitief als vlootbasis opgeven,
is volgens de Engelsche marine-experts niet. noodza
kelijk en evenmin gewenscht. Malta is en blijft een
belangrijk steunpunt voor de Britsche zeemacht. Het
is evenwel absoluut noodzakelijk om naast Malta een
vervangende vlootbasis aan te leggen. En hiervoor is
het eiland Cyprus de best denkbare keuze. Italië
heeft namelijk in de Middellandsche Zee en dit
maakt Engeland ten zeerste ongerust niet één,
doch verschillende luchtvloot-steunpunten. Op het
eiland Pantcllaria, gelegen halverwege tusschen Si
cilië en Tunis op een afstand van 160 zeemijlen ten
Noord Westen van Malta, ligt een Italiaansche lucht-
vlootbasis. Deze is, gelijk de Engelsche experts argu-
menteeren, van groote strategische beteekenis voor
een macht, die het Westelijk gedeelte van de Mid
dellandsche Zee van het Oostelijk gedeelte afsluiten
wil. En op Pantellaria, zoowel als op Rhodos en op
de eilanden der Dodekanesos heeft Italië reeds zoo
veel vliegtuigen gestationeerd, dat deze eilanden de
indruk maken van druk bevolkte bijenkorven.
Hoe John Buil dan ook het probleem van de Mid
dellandsche Zee bekijkt, zijn blik valt steeds weer
op Cyprus. Dit eiland is bijna 300 mijl van de
dichtstnabijzijnde Italiaansche bezitting verwijderd,
zoodat de voordeelen van dit eiland, vergeleken bij
Malta, dadelijk in het oog springen. Tenslotte leeft
op Cyprus hetgeen evenmin van belang ontbloot
is niet zooals op Malta een bevolking met een uit
gesproken Italiaansche gezindheid. De 400.000 men
schen, die dit eiland bevolken, bestaan hoofdzakelijk
uit Grieken en Turken, waarop Engeland ï'ekenen
kan. Al met al kan men zeggen, dat het voor Enge
land van het grootste belang is Cyprus als vloot
basis en als knooppunt voor de Engelsche luchtlijnen
in te richten. Met dit probleem houdt men zich dan
ook in Engeland op het oogenblik druk bezig.
zich op den grond voor zijn vorst,
waarop de gast hem een houten
plaat geeft, waar een zegenspreuk
opgeschreven is.
ZWEEDSCH ARSENICUM
NAAR ZUID-AFRIKA.
De vroeger tot het Kreuger con
cern behoorende Bolidenmijn in
Zweden, welke als de grootste pro-
duceerende onderneming van Euro
pa geldt, is er in geslaagd een
groote technische moeilijkheid te
overwinnen. Bij de goudproductie
ontstonden groote hoeveelheden ar
senicum, waarvoor men geen afzet
had en die wegens de gx'oote gif
tigheid in speciaal gebouwde berg
plaatsen moesten worden opgesla
gen. Op het oogenblik moet de
opgeslagen hoeveelheid meer dan
1.000' ton bedragen. Naar verluidt is
de maatschappij er thans in ge
slaagd aanzienlijke hoeveelheden
arsenicum naar Zuid-Afrika te ver-
koopen, waar het gif zal dienen
ter bestrijding van de sprinkhanen
plaag. Volgens het bericht zouden
de maandelijksche verschepingen
500 ton bedragen.
UITSTERVING VAN TOENDRA
RENDIEREN VOORKOMEN.
Een tiental jaren geleden was 't
aantal rendieren in de toendra zoo
klein, dat de Eskimo's dikwijls in'
dagen geen vleesch konden gebrui
ken. Deze vleeschschaarschte werd
zelfs zoo nijpend, dat vele Cana-
deesche Eskimogezinnen honger le
den en de hulp inriepen van de
Noord-Canadeesche regeering in
Alaska. Vanuit Siberië werden toen
ruim 1200 kariboes geïmporteerd,
die het klimaat van Alaska kunnen
verdragen. In dien tusschentijd is
het aantal cai'iboes zoo snel ver
meerderd, dat thans ongeveer 750
duizend dieren te tellen zijn. Twee
derden van de kariboe-jaclit, welke
voortdurend onder controle staat
van de regeering, komt toe aan
Alaska-Eskimo's, terwijl de verde
re opbrengst voor den buitenland-
schen handel is bestemd.
WAT LONDEN DOET VOOR
DOOFSTOMME KINDEREN.
Te Londen bestaat een doofstom-
meninstituut voor kinderen. Alle
ouders van doofstomme kinderen,
die den leeftijd van zeven jaar heb
ben bereikt, zijn verplicht hun
kind naar dit instituut te brengen.
De geleerden zijn het er over eens,
dat de mensch in zijn jeugd het
meest ontvankelijk is voor het ge
voel, waarom vroegtuig doofstom
men-onderwijs noodzakelijk wordt
geacht. Door middel van gevoelige
platen, welke met zwakke electri-
sche stralen in verbinding staan,
leert men de kinderen de namen
kennen van de voorwerpen om zich
heen. De proeven, welke men met
deze platen heeft genomen, en wel
ke door de kinderen moeten wor
den betast, zijn zoo uitstekend ge
slaagd, dat men van meening is,
dat zij een groote ommekeer zul
len brengen in het toekomstige
doofstommen-onderwijs.
HOOGE THERMOMETER.
STANDEN.
In verband met de hooge tempe
ratuur, die de laatste dagen in
verschillende landen heerscht, zul
len misschien velen er belang in
stellen, iets over de hoogste tem
peraturen te vernemen, welke tot
nu toe op aarde voor zoover
werd opgeteekend zijn waarge
nomen. De absoluut hoogste warm
tegraden bereikten 50° Celsius
(45° Reaumur) en werden beleefd
in Arabië, Mesopotamië, do Saha
ra, Pundsjab, in Britsch-Indië, in
het binnenland van Australië en
in zekere streken van Californië.
Het is echter niet de absolute
hoogte der temperatuur alleen
merkt een weerkundige in de
Köln. Zeitung op, die ons gevoel
van warmte bepaalt, maar ook de
vochtigheid der lucht speelt daar
bij een rol. Bij droge lucht kunnen
zonder schade warmtegraden wor
den verdragen, die bij groote voch
tigheid der lucht zonnesteek ver
oorzaken.
In de Death-Valley (Doodsval
lei), Califoimië, teekenden de weer
kundige waarnemers in den zomer
van 1891 op vijf dagen een hoogste
temperatuur van 50° Celsius aan,
zonder bijzonderlijk door die warm
te gehinderd te worden; maar de
vochtigheid der lucht was gelijktij
dig ook zeer gering (23 25 percent).
Wegens de groote vochtigheid is
de zomer in de oostelijke Verecnig-
de Staten met zijn hooge tempera
turen zeer onaangenaam, en komen
veel gevallen van zonnesteek voor,
terwijl in de woestijnen van Ari-
zona en Zuid-Californië, waar de
lucht droog is, de mensch zich bij
hooger hitte nog heel wel gevoelt.
Wat de ontwikkeling van gi'oote
warmte in onze streken betreft,
deze staat in den nauwsten samen
hang met de verhoudingen der
luchtdrukking over Middel-Europa.
Heerscht hier hooge pressie, zoo
dat noord-oostelijke tot zuid-ooste
lijke winden overheerschend zijn,
dan brengt dat groote warmte, die
voortdurend tot een omkeer in de
verdeeling der pressie plaats heeft.
Deze wordt dan gewoonlijk ingeleid
door het ovei'komen van atlanti-
sche depressiën, die aan haar zuid
zijde meestal door lichte wervel
winden vergezeld gaan. Als deze
over het Kanaal of over het zui
delijke Engeland liggen, dan bren
gen ze voor onze streken gewoon
lijk onweer en afkoeling. Blijven
de lichte wervelwinden evenwel uit,
dan duurt de hitte voort. Is de
pressie over den Atlantischen
Oceaan voortdurend hoog, maar
over Zuidoostelijk Europa daaren
tegen diep, dan is het zomerweer
hier koel en vochtig.
Ware het mogelijk deze pressie-
verdeeling voor geruimen tijd voor
uit te bepalen, of traden slechts
de uitersten dier pressie steeds
scherp te voorschijn, dan zou het
uitvoerbaar zijn, het weer lang
vooraf te voorspellen. Maar de
pressie-verdeeling over westelijk en
noordwestelijk Europa is grillig,
en haar wisseling schijnt tamelijk
los van eiken regel. Derhalve is
niemand in staat verscheiden dagen
vooruit de weersgesteldheid met ze
kerheid te voorzeggen, zoodat de
conclusie ligt voor de hand aan
de voorspelling ook van de meest
wetenschappelijke weerprofeten
hoogstens een betrekkelijke waarde
is toe te kennen.
IN HET MODERNE
ALGIERS.
Twee zakenlieden uit Algiers
hebben zich onlangs een klein
vliegtuig aangeschaft, waarmede zij
hun zakenreizen afleggen. Daar zij
met dit vliegtuig natuurlijk niet tot
aan de woning van hun cliënten
kunnen vliegen, hebben zij zich
ieder een opvouwbaar rijwiel aan
geschaft, dat zij op hun vliegrei
zen meenemen. Wanneer zij nu er
gens een goede landingsplaats ont
dekken, dalen zij, zetten hun vlieg
tuig op een veilige plaats en de rest
van den weg wordt per fiets af
gelegd.