Inbraak in een
Het voornaamste onderdeel der
klassieke Olympiade
De Olympische geest
weer eens zoek»
hulpposkantoor
Uitstervende volken
De oude brandkast
geopend
„De Spaansche Tango
HOE OWENS DE 100
METER WON Hier
naast ziet men hoe de
Amerikaansche negerstu-
dentJesse Owens de 100
meter in 10.2 seconde liep
een tijdwaarnaar de
arootste sprinters op de
wereld reeds jaren ge
streefd hebben. Men heeft
kunnen lezen, dat het
scheidsgerecht dit wereld
record niet erkend heeft
daarna nauwkeurige me
tingen gebleken is, dat de
loopers een sterke wind in
de rug hadden.
Hiernaast ziet men ge
heel rechts Owens de eind
streep passeeren.
Italiaansehe incidenten tijdens de voet
balmatch Italië-Vereenigde Staten.
,Geef ze maar aan den
Negus".
Berlijn, 4 Aug. (Bijz. dienst A.N.P.) „De zin der
Olympische spelen ligt niet in het overwinnen,
maar in het deelnemen, niet te veroveren, maar
ridderlijk te strijden is het wezenlijke in het leven".
Deze uitspraak van den stichter der moderne
Olympische spelen, baron de Coubertin, die tijdens
de openingsplechtigheid met groote letters op het
scoringsbord prijkte, heeft blijkbaar op sommige
deelnemers haar uitwerking gemist en helaas moest
reeds op den tweeden dag blijken, dat bepaalde ploe
gen meer door nationale eerbied dan door den Olym-
pischen geest bezield zijn.
De eerste incidenten, die het gevolg van deze gees
tesgesteldheid zijn, hebben zich Maandag voorge
daan tijdens de voetbalmatch tusschen Italië en de
Vereenigde Staten. Het Italiaansehe voetbal neemt
in Europa een voorname plaats in en terecht mee-
nen ook de Italianen zelf, dat zij tot de landen be-
hooren, die in 't voetbaltoumooi een redelijke kans
maken. Daarentegen is het algemeen bekend, dat
het Amerikaansche voetbal, dat in het sportleven
ivan de Vereenigde Staten een veel minder voorname
plaats inneemt dan in Europa'en Zuid-Amerika, op
niet al te hoog peil staat, zoodat d9 Italianen op
een gemakkelijke overwinning rekenden. Dat dit
niet is meegevallen ziet men o.a. uit het resultaat
dat de Italianen zich slechts met een 10 overwin
ning tevreden moesten stellen.
De teleurstelling over den niet verwaohten
krachtigen tegenstand der Yankees kwam tot
uiting in steeds ruwer spel en steeds minder
sportief optreden der Italianen, die herhaalde
lijk door den Duitschen scheidsrechter Wein-
gartner gewaarschuwd moesten worden.
Het moet voor kroonprins Umberto, die met
7000 landgenooten de match bijwoonde, niet
aangenaam zijn geeweest, toen plotseling de
Amerikaan Fiedler, bij het spelen van den
bal door een half dozijn Italianen besprongen
werd, die hem bijna letterlijk te lijf gin
gen. Daarbij trachtte Piccini hem op zoo
danige wijze met de vuist te bewerken, dat
de scheidsrechter hem met de hand naar de
zijlijnen verwees. Een gejoel ging op en eeni-
ge Italiaansehe spelers liepen op den scheids
rechter toe en duwden zijn hand omlaag,
terwijl anderen hem op een afstand met de
vuist dreigden. Een ontoelaatbare zwakheid
was het van scheidsrechter Weingartner, dat
hij blijkbaar voor de bedreigingen zwichtte
en Piccini liet doorspelen.
Ook in het verdere verloop van den wedstrijd kwam
liet nog tot eenige onaangenaamheden als natrappen
jn dreigen met de vuist, zoodat het Duitsclie publiek,
dat in het algemeen zeer sympathiek Itegenover do
Italianen staat, herhaaldelijk van zijn afkeuring
blijk gaf en aan het slot de Amerikanen hartelijk
toejuichte en hun toeriep: „Geef ze maar aan den
Negus".
HET MATERIAAL VAN DE NEDERLAND-
SCHE AMBULANCE TERECHT
's-Gravenhaffe Door bemiddeling van de
Ilaliaansche legatie is giser aan liet hoofdbe
stuur van liet Nederlandsche Roode Kruis be
zorgd een 35-tal collies, bevattende sanitair ma
teriaal van de Nederlandsche ambulance in
Abessynië, dat indertijd in Dessie achter was
gelaten en in Italiaansehe handen was gevallen
Op bevel van de Italiaansehe legerleiding is
dit materiaal naar den Haag gezonden.
Het bericht bevestigd
Naar aanleiding van het bericht, waarin me
degedeeld werd, dat het materiaal van de Neder
landsche ambulance terecht was, vernemen wij
nader van de zijde van het Roode Kruis, dat
men daar inderdaad bericht heeft ontvangen,
dat 35 collies in den Haag waren aangekomen.
Deze collies zijn nog niet door de douane inge
klaard en zoo lang deze formaliteiten niet ver
vuld zijn, konden geen mededeelingen worden ge
daan omtrent den staat, waarin het materiaal
verkeert.
WELK een belangrijke plaats het hard-
1 oopen op de oude Olympiade innam,
blijkt wel uit het feit, dat van de eerste
tot de dertiende Olympische in de oud
heid de loop van het eene einde van het sta
dion naar het andere een afstand van ruim
190 metr het eenige nummer was. En ook
later, toen de verschillende andere nummers
ingevoerd wei-den, zooals discucwerpen en wor
stelen, bleef het hardloopen het voornaamste
nummer van de Olympiade vormen.
Van Heracles die het eerste stadion bouwde,
wordt verteld, dat hij sneller dan een hert was
en dat hij de wilde paarden van Diomedes ving.
Nu moge dit een beetje fantastisch lijken, maar
van den winnaar der 94ste Olympiade 404
v. Chr. Lasthenes genaamd wordt verteld,
dat hij over een afstand van 30 kilometer nog
sneller liep dan een paard En deze tijd behoort
toch niet meer tot die der Grieksche sagen. De
knaap Polymnestor uit Milet, die in 632 v. Chr.
de overwinning behaalde, liep zelfs vugger dan
een haas.
Het valt moeilijk uit te maken of de oude
Grieksch eloopers sneller waren dan onze tegen
woordige sprinters zijn. Zeker is het dat wij de
prestaties der Grieksche jongelieden niet mogen
onderschatten. Men beperkte zich spoedig niet
meer tot een wedstrijd over de lengte van het
stadion, maar begon ook twee keer en zelfs vier
keer de baan. te loopen Men moet wel in het
oog houden, dat de baan in het oude Olympische
stadion niet op een bepaalde manier aangelegd
werd om topprestaties te verkrijgen. Het loopen
op tijd was ongekend. Wel had men een indee
ling in series en difs ook een finale.
Een indruk der snelheid krijgt men het best.
wanneer men hoort dat Heracles het stadion in
een ademtocht doorliep. Dit is in het geheel niet
zoo fantastisch en wijst op de enorme ademha
lingstechniek der Grieksche athleten.
In de vijfde eeuw voor Christus genoten vooral
de loopers uit Kroton, zooals Milon en Phayllos
vermaardheid om hun groote snelheid Er wa
ren zelfs athleten, die meer dan een overwin
ning behaaden, die zoowel de enkele als de dub-
bel-stadionloop en bovendien de langeafstands
loop wonnen. Dit waren de driekampers. Degeen
die drie kransen veroverde genoot de hoogste
roem. Volgens de overlevering was Phannas
uit Pellene de eerste, die deze prestatie leverde
en wel bij de 67e Olympiade (512 v. Chr.) Een
ander was uit Kroton afkomstig en heette Asty-
los. Hij veroverde op de 75e Olymipiade de drie
kransen, terwijl hij op de 73 reeds twee gewon
nen had. Maar tijdens de 76 Olympiade herhaalt
hij wederom de prestatie om drie eerste plaat
sen te veroveren. Men kan zich wel voorstellen,
dat Astylos met zijn acht kransen in 12 jaar tüds
de gevierdste looper der oudheid was. Men zou
hem eigenlijk de Oud-Grieksche Nurmi kunnen
noemen.
IN DE BESTELLERSKAMER WAS
ALLES OVERHOOP GEHAALD.
250 GULDEN BUITGEMAAKT.
Toen gisterochtend de hulpbesteller Eenink te
Warnsveld om zes uur als eerste op het hulppost
kantoor kwam bemerkte hij, dat het raam van de
bestellerskamer open geschoven stond, terwijl in de
kamer de grootste wanorde heerschte. De laadjes
van de bestellers bleken opengebroken te zijn, de
kwitanties, postzegels en briefkaarten lagen over
al over den grond verspreid. De deur van de op het
kantoor staande brandkast bleek tevens geopend.
De brievenbesteller wekte onmiddel
lijk den brievengaarder, wiens slaapver
trek aan de andere zijde van het hnlp-
postkantoor gelegen is. Deze stelde di
rect den gemeenteveldwachter van een
en ander in kennis. Bij het ingestelde
onderzoek bleek de oude brandkast op
handige wijze geopend te zijn. De kast
was niet geforceerd. Een bedrag van
f 250.de opbrengst tot dusver van de
rijwielbelasting, wordt uit de kast ver
mist. Een bedrag van f100, dat er vlak
naast lag, hebben de dieven of de dief
onaangeroerd gelaten, evenals een hoe
veelheid nieuwe rijwielplaatjes.
Vingerafdrukken zijn niet gevonden. Onmiddel*
lijk heeft men met de hulp van den politiehond van
den rijksveldwachter uit Brummen een onderzoek
ingesteld. Een spoor leidde tot een in de nabijheid
gelegen oud schoolgebouw. Onder een afdak bleef
de hond staan, zoodat het vermoeden bestaat dat de
inbreker met de fiets is gekomen, welke hij tijdens
zijn operaties in het hulppostkantoor blijkbaar on
der het afdak heeft geplaatst. Met deze aanwijzing
en een goed geslaagden voetafdruk tracht de poli
tie thans den dader op te sporen.
Verdwenen volken van
Amerika en Afrika.
Ook de Eskimo's gaan
hun ondergang tegemoet
De Eskimo van zui
ver ras niet meer in tei.
Het uitsterven van gansche vol
ken is een bekend cultuurhisto
risch verschijnsel. Opeens in de
verwarring van een nieuwe, gecom
pliceerde, voor hen totaal onbegrij
pelijke wereld geraakt, slagen deze
arme kinderen der natuur er niet
in, zich aan de geheel gewijzigde
levensvormen van hun nieuwe om
geving aan te passen. Ze beschik
ken niet over voldoende lichame
lijke en geestelijke kracht om zich
tegen den stormloop van den nieu
wen tijd, die zich baanbrcekt,
schrap te zetten. Vele belangrijke,
ja bloeiende volksstammen, dragers
van oude en roemrijke beschavin
gen, zijn op deze wijze te gronde
gegaan. Men denke slechts aan de
Inca's, die eeuwen geleden in Zuid-
Amerika een waarlijk hoogen trap
van beschaving hadden bereikt,
aan de Maja's, wier bewonderens
waardige architectuur aan de
bouwwerken van de oude Egyp te-
naren doet denken en die thans
nog door haar ruines op het schier
eiland Yucatan de archeologen in
verbazing brengt. Deze volken,
evenals de eens zoo machtige Az
teken die het tegenwoordige Mexi
co bevolkten, zijn door het contact
met de Europeesche veroveraars
geheel van den aardbodem wegge
vaagd.
De Tasmaniërs.
Ook in onze dagen kan men in
verschillende afgelegen deelen van
de wereld het verschijnsel van het
uitsterven van de laatste epigonen
van eertijds krachtige volksstam
men waarnemen. Zoo verdwenen
bijvoorbeeld nog niet lang geleden
de laatste vertegenwoordigers van
de inheemsclie bevolking van Tas-
manië. De kolonisatie van Tasma-
nië begon in den eigenlijken zin
van het woord eerst in het begin
van de 19e eeuw, toen de Engel-
schen daar hun eerste strafkolonie
stichtten. Daar de Tasmaniërs te
genover dergelijke vertegenwoordi
gers van de Europeesche bescha
ving terecht weinig vertrouwen
aan den dag legden, begon tus
schen de Britsche kolonisten en de
inheemsche bevolking een verbit
terde strijd. Een deel van de Tas
maniërs viel door de kogels van de
Engelsche karabijnen, een deel viel
aan den alcohol ten offer. De bevol
king van Tasmanië, die in 181f
vele duizenden telde, daalde in
enkele tientallen jaren tijds tot
216 zielen en dit restant werd door
het Britsche koloniale bestuur naar
het kleine eiland Flinder overge
bracht. In 1847 telden de Tasma
niërs nog slechts 45 zielen. Zij wer
den een anthropologische beziens
waardigheid. De laatste Tasmaniër
Op soortgelijke wijze werd de
Maoristam op Nieuw-Zeeland, zoo
al niet totaal vernietigd, dan toch
gedecimeerd. In het jaar 1769
schatte Kapitein Cook het aantal
Nieuw-Zeelandsche inboorlingen
nog op minstens 250.000. In 1886
was de bevolking dank zij de „wel
daden van de Europeesche bescha
ving" reeds tot op 42000 geslonken.
Indianen en Boschjes-
mannen.
Hetzelfde lot trof de Amerikaan
sche Indianen. Ten tijde van de
ontdekking van Amerika door Co-
lumbus werd het Amerikaansche
continent door eenige millioenen
Roodhuiden bevolkt. Thans telt 't
Een cariturist van de New York Post", 'die
den Spaansche burgeroorlog als boven afgebeeld
ziet)
Indianenvolk in de Vereenigde
stierf in 1876.
Staten niet meer dan circa 100.000
zielen, waarvan buitendien slechts
ongeveer een vierde volbloed India
nen zijn. De rest verreweg de
meerderheid dus is het product
van een meer of minder duidelijk
zichtbare rassenvermenging.
Zeer interessant zijn uit cultuur
historisch oogpunt nog de Wedden,
de vroegere bewoners van 't eiland
Ceylon. Dit jungle-volk telt tegen
woordig in totaal vrouwen en
kinderen inbegrepen niet meer
dan 150 zielen.
Van de Afrikaansche stammen
zijn de Boschjesmannen ten doode
opgeschreven. Dit kleine volk, dat
tot de oudste bewoners van Afrika
behoort, kenmerkt zich door zijn
uiterst primitieve levensvormen en
kan zich niet aanpassen aan de
nieuwe wereld, die thans in Afrika
in wording is. Van dezen vroeger
zeer talrijken stam zijn slechts
5000 a 6000 zielen overgebleven.
Ook de Poolvolken ten
ondergang gedoemd.
Ook de volksstammen, die de
arctische zones van onze planeet
bewonen, vertoonen de duidelijke
kenteekenen dat zij langzaam aan
het uitsterven zijn. Het totale aan
tal Eskimo's in Noord Amerika be
draagt ter nauwernood 40.000. In de
Westelijke deelen van Groenland
kwamen in de 150 jaren van sa
menleving met de Europeesche ko
lonisten vele huwelijken tusschen
Europeanen en Eskimo's tot stand,
zoodat men tegenwoordig haast
geen volbloed-Eskimo meer in deze
streken aantreft. De halfbloeden
worden daar als vertegenwoordi
gers van een edeler en hoogere
soort beschouwd en vooral de Eski
movrouwen, in wier aderen Euro-
peesch bloed vloeit, hebben de bes
te huwelijkskansen. De dag schijnt
niet ver meer te zijn, dat een ras
zuivere Eskimo tot de uitzonderin
gen behoort
De levensgeschiedenis van alle
uitgestorven en ten doode opge
schreven volksstammen bewijst, dat
vermenging met andere rassen al
tijd tot gevaarlijke verzwakking
van het eigen ras leidt een zoo
gevaarlijke verzwakking doorgaans
dat zij bijna altijd den algeheclen
ondergang van het volk na zich
sleept