Propaganda voor Nederl.
Fabrikaat
et huis
»iji
Raad Oude Niedorp
<s>
met de
En het werkloosheids»
vraagstuk
EEN ONDERHOUD MET IR. F. H. E. GULJE,
VOORZITTER VAN DE ALG. R.K.
WERKGEVERSVEREENIGING.
Een der redacteuren van het A.N.P. heeft met den
heer ir. F. H. E. Gul je, een onderhoud gehad over
de nationale propaganda-campagne voor Nederl.
Fabrikaat.
Op zijn vraag aan ir. Gulje, de sociale zijde van
deze actie eens te willen belichten, deed de voor
zitter van de algemeene R.K. Werkgeversvereeniging
uitkomen, dat zulks eigenlijk gelijk staat met het
intrappen van een open deur. Wie even nadenkt ziet
het noodlottige van de werkloosheid en de noodzaak
om al het mogelijke daartegen te doen, zelf wel in.
Slechts voor degenen, die niet nadenken, (en helaas
zijn die er nog heel veel) kan het zijn nut hebben,
nog eens op dit punt te wijzen.
Nederland telt thans meer dan 400.000 werk-
loozen. Dat zooveel huisvaders en gezinnen
moeten rondkomen van een karig steunbe
drag, zichzelf bniten de samenleving weten
gesloten en weinig of geen hoop op de toe
komst kunnen vestigen, is reeds iets ontzet
tends. Maar werkelijk benauwend wordt het
probleem, als we aan de toekomst gaan den
ken. Onze bevolking neemt jaarlijks toe met
ongeveer 100.000 zielen. Jaarlijks komen er
tienduizenden jongens van school, die, waar
dan ook, een plaatsje in de maatschappij ver
wachten, een bescheiden plaats, vanwaar ze
zich dan door eigen ijver kunnen opwerken,
zooals hun vader en grootvader dat voor
hen gedaan hebben. Allen zijn zij optimist,
zooals de jeugd altijd optimist is, zij reke
nen er op dat zij vroeg of laat hun kans krij
gen en hopen op succes.
En zie: de maatschappij neemt hen niet meer op.
Zij blijven buitengesloten. De schooldeur is achter
hen dichtgeslagen, maar geen andere deur opent zich
voor hen. Met hun diploma's in hun zak met al hun
voornemens en plannen, moeten zij wachten. Weken
en maanden, jaren achtereen. Maar het perspectief
verbétert niet. Weldra worden zij te oud voor jongste-
bediende of halfwas-arbeider, en voor geschoolden
arbeid missen zij de routine. Zoo zien zij hun jeugd
voorbij gaan en opent zich voor hen een leven zon
der eenigen inhoud.
In Nederland zijn thans 160.000 werklooze jongens
tusschen 14 en 24 jaar. Er valt niet aan te twijfelen of
dit een sociale wantoestand is. Er dreigt zich een
klasse van uitgestootencn te vormen, desperado's, die
een constant gevaar vormen voor de openbare rust
en orde. Maar dat is nog niet het ergste. Het ergste
is dat onze volkskracht gevaar loopt, ondermijnd te
worden. Want als de toekomst voor de jeugd zoo
weinig uitzicht biedt, ligt het voor de hand dat zeer
veel jongeren op den duur gaan nalaten, zich ver
der te ontwikkelen. Integendeel stompt het dage-
lijksch nietsdoen hun geest af en het hoog intellec
tueel peil, waarop ons volk terecht zoo groot gaat,
zullen wij niet kunnen handhaven. Na afzienbaren
tijd zal zich een tekort gaan vertoonen: niet aan
menschen met academische opleiding, maar w c 1
aan uitblinkers onder hen, niet aan arbeiders, maar
wel aan vaklui. Het geestelijk leven in ons land zal
verschijnselen van onmacht en decadatie gaan vertoo
nen: Nederland dreigt een natie van de tweede rang
te worden, met breede lagen van paupers en anal-
phabeten. Men lache niet te spoedig bij dit laatste
woord, men zegge niet dat dat ondenkbaar is.
Want het een leidt tot het ander en waarom zou een
vader zijn kinderen eigenlijk naar school sturen,
wanneer hij uit ervaring weet, dat er voor hen toch
geen toekomst is.
Instinctief is Nederland zich van dit gevaar be
wust, en er geschiedt al veel, om de jeugd aan de
demoralisatie te onttrekken. In alle steden welhaast,
zijn comité's, die zich met het vraagstuk bezig hou
den op het platteland zijn bijna alom werkkam
pen waar men aan de jongens tenminste enkele we
ken gezonde arbeid geeft, als een weldaad. In Den
Haag heeft men het twee-op-een-stelsel, waarbij men
tusschen twee jongens een enkele dagtaak ver
deelt. In Amsterdam bestaan schijnfirma's, lugubere
instellingen eigenlijk, die gefingeerde transacties af
sluiten en zinloos werk verrichten, alles om de werk
looze jongens maar aan den gang te houden.
Maar niets van dit alles vermag het kwaad te
stuiten, het blijven crisis-instellingen, die op den
duur te kort schieten. Het eenige afdoende middel
is opheffing der werkloosheid langs natuurlijken
Vergadering van den Raad der gemeente Oude
Niedorp, gehouden op Vrijdag 21 Augustus 1936, des
avonds 8 uur.
Voorzitter de heer C. G. M. van Baar, Burgemees
ter, tevens secretaris.
Aanwezig zijn alle leden.
Na opening door den Voorzitter volgt vaststelling
van de notulen.
Ingekomen is een schrijven van de besturen van de
afd. Oude Niedorp van de Hanze en van de afd.
Oude Niedorp van den Kon. Ned. Middenstandsbond,
houdende verzoek tot deelname door de gemeente
aan het Middenstandsborgstellingfonds te Alkmaar.
B. en W. stellen voor, dit adres in hunne handen
te stellen voor prae-advies.
De Voorzitter doet lecture van een oorspronke
lijk tot dit onderwerp betrekkelijk ingekomen schrij
ven, waarop door B. en W. is beslist dat aan dit
fonds door deze gemeente niet zal worden deelge
nomen, daar voor dit doel geen geld# beschikbaar
is. Voorts is te dezer zake nog ingekomen een schrij
ven van den Min. van Binnenlandsche Zaken, ge
richt aan de Burgemeesters der gemeenten, betref
fende opheffing van het crisiscomité. Verder wordt
in dit schrijven medegedeeld, welke lichamen ver
moedelijk hiervoor in de plaats zullen komen. O.a.
wordt daarin genoemd vorenbedoeld fonds ter voor
ziening in de crediet-behoeften van kleine midden-
standersv Het staat echter niet vast of noodlij
dende gemeenten hiervoor eene bijdrage beschik
baar mogen stellen.
De heer Kolkman vraagt, of het de bedoeling is
dat B. en W. aan de regeering vragen, of deze ge
meente een bijdrage beschikbaar mag stellen, wel-
k vraag door den Voorzitter bevestigend wordt be
antwoord.
De raad besluit overeenkomstig voorstel van B.
en W.
Een adres van de afd. Schagen van den Ned. Bond
van Koffiehuis-Restauranthouders en -slijters tot in
voering van hetzij het 1/3, hetzij het 2/3 tarief voor
de in dezen bond georganiseerde bedrijven voor de
personeele belasting, wordt voor kennisgeving aan
genomen, aangezien deze zaak hier reeds geregeld is.
Adres alsvoren tot verlaging van de personeele
belasting voor den grondslag biljarten.
De minderheid van B. en W. stelt voor hierop af
wijzend te beschikken, daar hiervoor de vereischte
goedkeuringen niet zullen worden verkregen: de
meerderheid om den hoofdsom te verlagen tot f 15.
De Voorzitter deelt mede. als minderheid van B.
en W., niet met de meerderheid mede te kunnen
gaan, op bovenvermelden grond. Tot heden geldt in
weg: door het scheppen van normaal werk voor onze
jeugdige arbeiders. Om Nederland in dé toekomst
van onafzienbare ellende te redden, is het thans
noodzakelijk, de werkgelegenheid te vergrooten. En
dat kan, wanneer alle Nederlanders zich de kleine
moeite geven, naar Nederlandsch fabrikaat te vra
gen, wanneer zij iets noodig hebben, dat is de
sociale beteekenis van de Nederlandsch-fabrilcaat ac
tie. Het is verwonderlijk, hoe ons volk, dat enorme
bedragen opbrengt aan werkloozensteun en boven
dien nog groote sommen vrijwillig geeft om den
nood der werkloozen te verzachten, niet veel meer
dit eenvoudige en natuurlijke middel aangrijpt om
het kwaad uit te roeien. Men zou den menschen
haast willen toeroepen: geeft minder aalmoezen,
maar koopt Nederlandsch fabrikaat.
Nog is het niet te laat om onze volkskracht te red
den, veel wordt er in dezen tijd over nationale saam-
hoorigheid gesproken, maar het koopen van Neder-
landsche producten lijkt mij een allereerste plicht
van hen, die zich met hun medeburgers verbonden
weten door onverbrekelijke banden. Het gaat niet
om geld, want de Nederlandsche industrieproducten
zijn in veel gevallen nog goedkooper dan de buiten-
landsche. Het gaat alleen om wat meer overleg bij
degenen, die nog geld hebben uit te geven. Laten
zij toch begrijpen, wat van hen afhangt, en door een
kleine moeite een grooten dienst aan onze natie be
wijzen: waar mogelijk Nederlandsch fabrikaat koo
pen.
deze gemeente het tarief van f20 per biljart, het
welk dus neerkomt op f60.daar in deze gemeen
te 200 opcenten op deze belasting worden geheven.
Volgens het voorstel van de meerderheid van, B. en
W. zou dus de belasting worden teruggebracht op
f45.—.
De heer Van Zoonen vreest ook, dat geen goedkeu
ring zal worden verkregen. Spr. vindt f60 echter
veel te hoog. De caféhouder wordt in de uitoefe
ning van zijn bedrijf hierdoor ten zeerste geschaad.
Door den hoogen aanslag gaat het aantal biljar
ten achteruit. Waar voorheen 2 biljarten waren, is
nu een biljart en bij anderen werden de banden af-
gcsloopt. Uit een oogpunt van billijkheid zou spr.
het toejuichen, wanneer de raad tot verlaging be
sloot. Bovendien helpt reclame bij deze belasting
niets. Het is een vast bedrag.
De heer Bakker zegt, het bedrag veel te hoog te
vinden. Het bezoek aan de café's vermindert, terwijl
meer belasting door caféhouders moet worden opge
bracht. Dit is ondoenlijk. Spr. is er voor dat de ge
meente door verlaging van den grondslag demon
streert, dat dit niet te doen is.
De Voorzitter erkent, dat verlaging voor caféhou
ders billijk zou zijn. Spr. is echter hierom huiverig
hiertoe te besluiten, omdat hierdoor bij de regeering
de indruk gewekt zou kunnen worden, dat de ge
meente wel wat te gemakkelijk besluit tot verlaging
van de belastingen. Onlangs werd in de gemeente
Heerhugowaard hiertoe besloten, doch van de regee
ring werd eenvouding bericht ontvangen dat het be
sluit diende te worden ingetrokken. Ook spr. gelooft
dat het eerder nadeel dan voordeel zal opleveren.
Dit werd ook t.a.v. de vermakelijkheidsbelasting en
de hondenbelasting betoogd. Toch verplichtte de re
geering deze gemeente tot heffing van 20 op de
vermakelijkheidsbelasting.
De heer De Heer vraagt, of het niet aan te toonen
is hoeveel minder dan voorheen aan belasting op
biljarten wordt ontvangen.
De Voorzitter zegt, dat 1 biljart werd afgeschaft
doch er is er weer één bijgekomen. Aan de hand
van cijfers is het voor deze gemeente dus moeilijk
aan te toonen dat we op het hellend vlak zijn.
Tenslotte gaat de raad met algemeene stemmen ac-
coord met het voorstel van de meerderheid van B.
en W.
Voorloopig worden vastgesteld de rekeningen over
1935; de gemeenterekening sluit met een batig slot
voor den gewonen dienst van f 1563.17 en met een
nadeelig slot voor den lcapitaaldienst van f 767.11, ter
wijl de rekening van het Armbestuur een batig saldo
van f 173.12 zal aanwijzen.
Bij de rondvraag merkt de heer Bierman op, dat
de lichtpunten op den Reidersweg de laatste dagen
niet branden.
De Voorzitter zegt, dat ze wel branden, doch te
laat, nl. van 19—12 uur. De klokken zullen verzet
moeten worden.
De heer Molenaar vraagt, of de weg bij de kerk
nog verbeterd wordt. De toestand is er slecht.
De Voorzitter zegt, dat nog niet kon worden na
gegaan wie eigenaar is van het door den heer Mo
lenaar bedoelde weggedeelte.
Hierna sluiting.
HILVERSUM (1875 M.)
AVRO-uitzending. 8-00 Grampl; 10.00 Morgenwij
ding; Grampl; 10.30 Pianorecital; 11.00 Voordracht;
11.30 Lyra-trio; 12.15 Kovacs Lajos en zijn orkest; 1.15
Grampl; 1.45 AVRO-Aeolian-orkest; 2.30 Orgel en alt;
3.15 Grampl; 3.30 Pianorecital; 4.00 Voordracht; 4.30
Radio-kinderkoorzang; 5.00 Kinderuurtje; 5.30 Gram,
pl; 5.45 Omroeporkest; 7.00 Dansmuziek; 8.00 Berich
ten A.N.P.; 8.10 Gevarieerd programma mmv. Renova
Kwintet, Kovacs Lajos' orkest en solisten. In de pau
ze; Radiotooneel; 10.45 Reportage schaaktournooi
Nottingham; 11.00 Berichten A.N.P.; 11.10—12.00 En
semble Pali.
HILVERSUM (301 M.)
KRO-uitzending. 8.009.15 en 10.00 Grampl; 11.30
—12.00 Godsd. halfuurtje; 12.15 KRO.-orkest; 1.00
Grampl; 1.20 KRO-Melodisten; 2.00 Voor de vrouw;
3.00 Vervolg concert; 3.45 Grampl; 4.00 KRO-orkest;
4.45 Grampl; 5.00 Vervolg KRO-orkest; 5.45 Felicita
ties; 6.00 Grampl; 6.15 KRO-Melodisten; 7.15 Cause
rie: De orde der Kruishaeren; 7.35 Grampl; 8.00 Be
richten A.N.P. en mcdedeelingen", 8.10 Russisch or
kest „Slawa"; 830 Grampl; 8 50 Vervolg concert; 9.10
Grampl; 9.30 KRO-orkest; 10.15 Grampl; 10.30 Nieuws
berichten A.N.P.; 10.35 KRO-Troubadours; 11,30—
12.00 Grampl.
DROITWICH (1500 M.)
11.05 Orgelspel; 11.35 Grampl; 12.20 BBC-Schotscli
orkest en solist; 1.35 Troise and his Mandoliers; 2.35
Grampl; 3.20 Jack Wilson and his versatile fiveï
4.05 Grampl; 4.35 Het Norbert Wethmar Trio en so
liste; 5.35 Het London Zigeunerorkest; 6.20 Berich
ten; 6.50 Het BBC-Variété-orkest en solist; 8.20 Film
praatje; 8.35 George Scott-Wood and his six Singersï
9.05 Het BBC-Symphonie orkest; 10.00 Berichten;
10.20 Radiotooneel; 10.50 Het Gershom Parkington
kwintet; 11.35 Maurice Winnick en zijn orkest; 11.50
—12.20 Dansmuziek (Gr.pl.)
RADIO-PARIS (1648 M.)
7.20 en 8.20 Grampl; 11.20 Kamerorkest; 2.50 Gram.
pl; 3.20 Orkestconcert; 4.20 Grampl; 5.50 Kameror
kest; 7.20 „Cosi fan tutte", Mozart; 11.0512.35
Dansmuziek en populair concert.
KEULEN (456 M.)
6.50 Orkestconcert; 12.20 Dito; 1.35 Omroepkleinorkest
4.20 Grampl; 5.35 Pianorecital; 6.20 Omroepkwintet;
7.20 Omroeporkest; 9.05 Liszt-concert;
BRUSSEL (322 en 484 M.)
322 M.: 12.20 Grampl; 12.50 Populair concert; 1.30 Sa-
lanorkest; 1.502.20 Grampl; 5.20 Salonorkest; 6.50 en
7.20 Grampl; 8.20 Salonorkest; 9.50 Omroepdansor-
kest; 10.30—11.20 Grampl; 484 M.: 12.20 Grampl;
12.50 Salonorkest; 1.30 Populair conceri; 1.502.20
Grampl; 5.20 Pianorecital; 6.25 Grampl; 7.25 „Cosi
fan tutte", Mozart; 10.30—11.15 Grampl.
DEUTSCHLANDSENDER (1571 M.)
S.30 Operetteconcert; 10.20 Berichten; 10.50 Cello en
piano; 11.05 Weerbericht; 11.20—12.20 Omroeporkest.
Natuurlijk is 'i prachtig als u even wilt
kijken naar onze plaatjes-met-'n-praatje over
veilig verkeer. En toch hebben we nog liever,
dat u ze overslaat, mits.u dan maar uit
uzèlf al die wenken In practijk brengt.
H FEUILLETON
Naar het Engelsch
door
A. E. W. Mason
G8.
Hanaud had deze laatste woorden gesproken
met een triomf in zijn stem, die Jim Frobisher
buiten zich zelf bracht.
„Is u niet een beetje te vlug?'* vroeg hü.
„Toen de zegels verwijderd waren en wij deze
kamer binnentraden stond de pendule niet op de
schoorsteenmantel, doch op het ingelegd kabinet
Hanaud knikte ten teeken dat hij het er mee
eens was.
„Mademoiselle Upcott had ons haar verhaal
gedaan vóór de lunch. Na de lunch bezochten
wij deze kamer. De stand van deze pendule, was
tijdens de uren voor de lunch veranderd".
Hij wees naar den draagstoel. „U weet, hoe ge
makkelijk dat kon geschieden.'"
„Kom, kom"! herhaalde Frobisher ongedul
dig. „Daaruit volgt nog niet, dat het gedaan
werd."
„Ook al waar", hernam Hanaud. „Dan zullen
wij overgaan tot het beantwoorden van één van
de vragen van uw memorandum. Wat was het
geen door mij van af het terras van den Toren
gezien werd? Ik zag den rook van dezen schooi
steen de lucht in kronkelen. Ja, mijnheer, ik
heb alles van dit huis, de vensters, de deuren en
de schoorsteenen, goed in mijn geheugen ge
prent. En daar op dien middag, bij al de warm
te van een late Med, stijgt er rook op uit den
schoorsteen van een verzegelden kamer. Er
moest dus een toegangsweg bestaan, waarvan
wij niets wisten! En van deze had iemand ge
bruik g maakt. Maar wie? Vraag dat aan u-
zelven! Wie verliet Maison Grenelle onmiddel
lijk nadat ik was vertrokken, en verliet het al
leen? Die pendule moest weer op haar plaats
gezet worden. Er schenen ook een paar brie
ven verbrand te moeten worden.
Dien laatsten zin had Jim nauwelijks aan
gehoord. De pendule hield nog steeds zijn ge
dachten bezig. Zijn grootste argument was hem
uit de hand geslagen; zijn eenige droom, de on
schuld van Betty te kunnen vaststellen in weer
wil van iedere bewijsvoering en ieder feit, wat
tegen haar kon worden aangevoerd, was tot
rook vervlogen. Hij liet zich op een stoel neer
vallen.
„U heeft alles zoo buitengewoon snel begre
pen", sprak hij bitter.
„0, volstrekt niet!" kwam Hanaud daarte
gen op. „Schrijf mij geen gave toe, boven de ge
wone, mijnbeer. Ik ben er in getraind dat is
alles. Ik heb mijn volle twintig minuten in de
arena doorgebracht. Luister eens, hoe alles ging
Hij zag Frobisher met een vermakelijken glim
lach aan. „Het is jammer, dat onze leergierige
vriend Maurice Thevenlet niet hier is, om zijn
voordeel met 't lesje te doen In de eerste plaats
dus! Ik wist, dat mademoiselle Betty hier iets
deed, wat van belangwas. Het kon alleen het
verbranden van die brieven geweest zijn. Mis
schien méér. Ik moest wachten en zien. Goed!
Daar staande voor den spiegel, maakt mademoi
selle Ann haar losse opmerking, dat het haar
voorkwam, alsof de pendule thans lager stond.
Begrijp ik daar reeds iets van! Neen, neen Doch
wel is mijn belangstelling gewekt. Vervolgens
valt mij iets eigenaardigs op: een stuk pracht
werk van Bevenuto Cellini. hoog en wel weg
gezet op dien schoorsteenmantel, waar niemand
het zien kan. Ik neem het dus eens daar af, en
draag het naar het venster, waar ik het ten
zeerste bzewonder, om het vervolgens weer naar
den schoorsteenmantel terug te brengen maar
nu merk ik op het hout van deze laatste vier
plekjes op, die daar zeer goed gemaakt konden
zijn, door de vier pootjes van die aardige Louis
XV pendule, wanneer deze op haargewone
plaats stond. Ja, en het bovenste van dat inge
legd kabinet, dat zooveel lager is dan de schoor
steenmantel. lijkt mij daarna ook meer de gewo
ne plaats toe voor dat kunststuk van Benve-
nuto Cellini. Daar kan iedereen het zien. Dus
spreek ik tot mijzelven: „Mijn beste Hanaud. dat
juffertje heeft haar ornamentjes op een andere
plaats gezet". Doch weet ik waarom? Neen, mijn
vriend, iik vertelde u reeds eerder dat herhaal
ik thans in alle nederigheid, dat wij de slaven
zijn van het toeval. Het toeval is een uitstekende
meester, wanneer zijn kinderen er niet bij in
slaap vallen, en het was mij dien middag bui
ten gewoon goed gezind. Zie eens! Ik sta in de
hal, in zak en asch over dit geval. Want ner
gens kan ik een begin ontdekken. Aan den muur
achter mij hangt een ouderwetsche barometer
in den vorm van een braadpan, en aan den te
gen over gestelden wand, een spiegel vóór mij.
Ik sla mijn oogen van den grond op, en zie bij
toeval, den barometer achter mij, weerkaats in
den spiegel vóór. Bij zuiver toeval, trekt dit
mijn aandacht. Want zie, dat de wijzer van den
barometer op storm staat. Dat is natuurlijk on
zin. Ik keer mij om. De barometer staat op mooi
weer. En als een bliksemstraal schiet het mij te
binnen en l>egrijp Ik. Ik kijk naar den stand
van den wijzer zonder naar leters te zien. Wan
neer ik recht naar de wijzerplaat zie wijst de
barometer naar mooi weer. Keer ik mij om en
kijk er naar door den spiegel dan staat hü op
storm Nu heb i'k het! Ik loop haastig naar de
schatkamer terug. Ik doe de deur op slot, want
ik wensch niet betrapt te worden. Ik raak de
pendule niet aan. Neen, voor geen geld van de
wereld, zou ik die pendule' aanraken. Doch ik
neem mijn horloge in de hand. Ik ga vlak te
genover den spiegel staan. Ik houd mijn horloge
tegen den spiegel, ik open het glas en verzet de
wijzers zoodanig, tot zii in den spiegel gezien
half elf aanwüzen. Nu houd ik mijn horloge
recht voor mün oogen. Het is half twee. Nu ben
er achter! Wat voor bewü'zen heb ik meer noo
dig? Münheer, ik was er. Want nauwelijks is
de deur door mü ontsloten, of ik sta van aan
gezicht tot aangezicht tegenover mademoiselle
Betty! En zü! Zelfs hoewel ik haar toen reeds
verdacht, kreeg ik een schok, dat verzeker ik
u. De goede God weet, dat ik vrij wel onvat
baar geworden ben voor verrassingen. Doch één
oogenhlik was het masker van haar gelaat ge
vallen. Ik voelde iets langs mijn ruggegraat
loopen. Want in haar mooie oogen stond moord
lust te lezen".
Hü stond bü de herinnering aan dien moord-
lustigen blik in gedachten verzonken. „Brrr!"
rilde hü, en schudde zich als een grooten hond.
die pas uit het water komt.
„Doch u praat veel te veel, mijnheer Frobis
her", zeide hü met een geheel andere stem. ,en
u berooft mademoiselle van haar nachtrust, die
zü een uur geleden reeds had moeten hebben.
Gaat u mee?"
Hij dreef zün metgezellen de kamer uit in de
hal. draaide het licht op, sloot de deur van de
schatkamer en stak den sleutel in zün zak.
(Wordt vervolgd.)