Exporfcmoeilijkheden
voor onzen tuinbouw
Ernstig verkeersongeval
te Amsterdam
wat zeer door den Voorzitter wordt betreurd rele-
vcerde de heer Nobel de gebeurtenissen en bèsloot
met te zeggen, dat wij te Hoorn blijkbaar te veel
waren.
De heer v. d. Laan vroeg onder groote hilariteit,
waar de diverse sprekers al die woorden vandaan
haalden. Spr. hoorde nu liever een stukje zang en
gaf dezen raad: Houdt maat bij uw werk en op uw
bijeenkomsten.
Nadat toen de Voorzitter nog eens het woord had
gevoerd, volgde samenzang.
De koffietafel wachtte reeds en in opgewekte stem
ming werd hieraan door bijna een ieder deelgenomen.
Een rondwandeling door Schagen besloot het eer
ste programma-gedeelte.
Lezing van den heer Lonwes.
's Middags hield de Weled. Heer H. D. Louwes,
Westpolder, Ulrum, een lezing over het onderwerp:
De Boerenstand in de volksgemeenschap.
De heer Louwes zeide o.m. het volgende:
In het feit, dat'Uw Bestuur mij vroeg deze lezing
te houden, ligt reeds een symptoom van veranderen
de dingen. Wat zijn die veranderde dingen? Vooral
dit: de menschheid wil zich ontworstelen aan de
Ovcrheersching van het nuchtere verstand en de
jacht naar alleen stoffelijke welvaart en wil zich
weer bezinnen op de waarden van ziel en geest. De
menschheid zoekt naar dieper levensfundament, dan
alleen verstand en techniek kunnen brengen. Die
diepere levensfundamenten zijn 'in onzen boeren
stand en daarmede vat ik dan samen de boeren,
de tuinders, de landarbeiders, de plattelandsmidden
stand nog niet zoover verloren gegaan als elders
en daardoor gaan alom de oogen weer meer open
voor de geheel eenige en onvervangbare waarde van
den boerenstand, voor een maatschappelijk,, sociaal,
politiek en geestelijk gezond volk.
Als de zuivere levenskrachten, nog steeds in onzen
boerenstand aanwezig, goed worden ontwikkeld, zal
er een rijken oogst uit voortkomen, een zegen voor
die van het land en die van de stad beide.
Op het gebied der veehouderij, van den tuin- en
akkerbouw staat Nederlandsch boerenstand mee aan
de spits in de wereld. En dat grootendeels door eigen
kracht en durf!
En onze boerenstand is nog steeds even
durvend en ondernemend en hij zal zijn plaats
verdedigen als onze Regeering maar zorgt,
dat wij redelijke kansen krijgen, in ons land
en elders.
Na deze inleiding wil ik er toe overgaan aan te ge
ven, hoe ik mijn stof wil behandelen; ik merk daar
bij op, dat ik heden weinig of niet zal spreken over
de economische zijde van het bedrijf en de landbouw
crisiswetgeving. Dat zou ons te ver voeren, hoe be
langrijk die dingen ook zijn en hoe nauw stof en
geest hier ook dooreen gestrengeld zijn.
Ik wil het nu hebben over:
I. De beteckenis van den boerenstand voor een
gezond volk.
II. Enkele grieven van onzen boerenstand tegen
over „die van de stad".
III. Hoe beter?
I. Het groote feit, dat wij nu het Nederlandsche
volk, de Nederlandsche openbare mcening hebben
duidelijk te maken, is, dat, afgezien van de eischen
van stoffelijke welvaart en sociale gerechtigheid,
ons volk aïleen een gezond, welvarend, gelukkig
volk zal zijn zoolang het in het midden heeft een
talrijken flinken boerenstand. Dat doet aan de waar
de van andere bevolkingsgroepen niets af, maar het
is de groote les der geschiedenis. Waarom?
a. De boerenstand ls.de jeugdbron aan een volk.
Hij levert een geboorte-overschot, dat de stedelijke
bevolking aanvult.
Ook vormt de boerenstand een reserve aan ver
standelijke en geestelijke volkskracht, daar het men-
schcnmateriaal en met name de flinksten er
lang niet zoo snel worden verbruikt als in de steden.
b. De boerenstand heeft een gezonde kijk op de
samenleving. Hij weet, dat de niensch eerst iets
moet ontvangen voor hij wat verteren kan. De oer
oude wijsheid leert den boer zuinig zijn, leert hem
rekenen met de kwade kansen van morgen, leert
hem een duidelijk besef van het beperkte kunnen der
menschheid. De stedeling meent, dat, als men maar
fabrieken en schepen bouwt, men alles kan en dat
men naar hartelust kan verteren, de boer weet, dat
alle menschemacht nog geen korrel graan kan ma
ken of een uur zonneschijn geven.
c. De boerenstand heeft een sterk gevoel voor or
de en gezag in de samenleving; evolutie, wanorde,
staatkundige proefnemingen zijn hem onsympathiek.
Op zijn eenzame, onverdedigbare hoeve heeft hij te
goed ondervonden, wat het ontbreken van een sterk
gezag in de samenleving beteekent.
d. De boerenstand heeft een sterk godsdienstig
besef. Dit vloeit mede voort uit het besef van afhan
kelijkheid van allerlei onbeheerschbare machten en
aan het zoeken van steun daartegen.
Uit al deze dingen vloeit de onvervang
bare waarde van den boerenstand voor de sa
menleving voort. Wij moeten ons volk daar
de oogen voor openen; ons volk is in dit op
zicht nog een gelukkig volk. Het kan nog met
behouden volstaan, het behoeft nog niet te
herscheppen. Laten de wanhopige pogingen,
die Engeland aanwendt om zijn verwaar
loosden boerenstand te herscheppen, den Ne
derlander alles zeggen. Laat de geweldige in
zet van een geheele Staatsmacht op de behou
denis van den boerenstand zooals wij in
Duilschland zien onze blikken niet voor
bij gaan.
Dit alles is ook de diepste rechtsgrond van onze
geheele landbouwcrisiswetgeving, het gaat om de
toekomst van ons volk, waar het gaat om het be
houd van een flinken boerenstand, als arbeider van
ons grootste nationale bezit: onzen bodem.
II. Laat ik nu trachten de grieven der boeren
nader te formuleeren.
In de eerste plaats heeft onze boerenstand het be
sef in ons volksleven miskend te worden, niet alleen
wat zijn bestaansmogelijkheden betreft, maar ook
als deel der nationale samenleving. Dit gevoel van
miskenning door onze openbare meening is een
mengsel van een soort minderwaardigheidsgevoel bij
zich zelf en het bemerken van oppervlakkig oor
deel over hem elders. De boer is de min of meer
geslotcne, de stugge, die onze openbare meening
voor een veel te groot deel vormt, begrijpt hem niet,
vindt hem allerminst een vlotte vent en acht zich
zelf in denken, voelen en begrijpen superieur. De
boer voelt dit aan, weet dat dit geheel ten onrechte
is, weet dat zijn inzicht, begrijpen en aanvoelen
minstens even juist is, mist echter de gelegenheid en
de vaardigheid dit te doen gelden.
Aan den anderen kant heeft ook onze stedelijke
bevolking, en die voor haar schrijven en spreken,
groote schuld; men begrijpt den boer niet en doet
ook geen moeite hem te begrijpen. Men kijkt niet
door conventies, eischen der mode en der society-
schijn heen en is te veel blind voor die levenswaar
den, welke het echte leven bepalen en inhoud
geven.
Als voorbeeld noem ik de strijd over den zomer
tijd. Het gaat mij hier allerminst om het voor en
togen; bovendien de strijd is uitgestreden! Maar het
was de loon, waauu de sinjd van de zijde van „die
van de stad" is gevoerd, die zooveel kwaad bloed
bij den boerenstand heeft gezet. De stedelijke bevol
king was van de zon afgeweken met haar levens
gewoonten? niét de boerenbevolking. Toen de wet
gever met de wet in de hand de stedelijke bevol
king tot een meer natuurlijke levenswijze 'wilde
terugbrengen, ondervond de boerenbevolking daar
van last en nadeel. Als de stedelijke bevolking nu
deze feiten had erkend en op die basis de gcdach-
tenwisseling had gevoerd zou er lang niet die scherp
te in het debat zijn gekomen, die er wel kwam, nu
„die van dd stad" een hoogen borst gingen opzetten
en op hoogen toon het platteland terecht wezen, dat
het waagde zich te verzetten.
De groote grief van den boerenstand is een eeuwen
oude grief: de overschatting van de beteekenis van
handel en industrie, de onderschatting van de be
teekenis van den landbouw in ons geheele volk!
Een -eeuwenoude grief, zeker al dateerend uit onzen
gouden eeuw.
III. De belangrijkste vraag is nu: hoe verder en
hoe beter? Het antwoord, dat de praktijk van ons
nationaal leven op deze vraag zal geven is niet al
leen van belang voor onzen boerenstand. Er is on
rust in de wereld, ook in onzen boerenstand. Nie
mand weet wat uit die onrust nog kan voortkomen.
Over onze Oostergrenzen woont een volk, dat een
geheel anderen Staatsvorm heeft verkregen en dat
sterker, zoo mogelijk nog dan vroeger den boer, eco
nomisch en cultureel in het midden der openbare
belangstelling plaatst. En de prijzen, die de Duitsche
boer voor zijn producten ontvangt en de waar
deering, die hij geniet, brengen beroering in onzen
boerenstand. Over onze Zuidergrenzen wonen volke
ren, die door stakingen in groote onrust verkeeren
en die, tegenover de, ontvlambaarheid en onrust der
indüstrieele arbeidersbevolking toonen wat een rus
tige, zekere boerenbevolking voor een natie waard
kan zijn.
Ik wil geen onrust zaaien, ik wil de vrees niet tot
de slechte raadgeefster maken; maar men be-
grijpe de moeilijke positie van den Nederlandschen
boer en de spanning waaronder hij leeft. Ik bepleit
hier geen oud en geen nieuw stelsel1; ik wil slechts
met klem dit zeggen tot ons Volk en onze Regee
ring: zie naar het Zuiden en zorg voor een flinken,
redelijk behandelden boerenstand! Zie naar het
Oosten en zorg er voor, dat de strijd om al of geen
ander stelsel geschieden kan in de rustige sfeer dei-
redelijke overtuiging en niet in die der economische
wanhoop.
Maar wat moeten wij, als Nederlandsche boeren
nu zelf doen? En het antwoord kan kort en krach
tig zijn: Ons zelf zijn en blijven, steunen op eigen
kracht!
Ik wil thans trachten dit antwoord nog eenigszins
nader uit te werken.
Ons zelf zijn en blijven! Wij moeten boeren blij
ven in voelen en denken, in vreugde en in ernst,
in het geheele leven. Dat zit hem niet in een vast
gehouden eigen kleedij, dat zit hem ook niet in het
in stand houden of met kunst en vliegwerk tot
nieuw leven brengen van eigen levensgewoonten,
maar dat zit hem in ons innerlijk zijn. Is ons beroep
voor ons een levensvervulling of een kostwinning
zonder meer?
Ons beroep eischt ons geheel op en 'moet ons mede-
vormen in denken, voelen, zijn. Wij zijn dienaars
der in de natuur werkende goddelijke krachten;
wij kunnen die krachten door ons werk leiden en
aan ons dienstbaar maken. Maar steeds is het de
natuur, die tot ons spreekt, den gang van ons
werk bepaalt. Daarin ligt de sleutel van het boeren
leven, daarmede moet er harmonie zijn en die har
monie moet ons leven beheerschen. Ons leven moet
zijn ernstig, tot nadenken geneigd, zijn voldoening
vindend in het werk, niet in het vermaak.
Als dat de grondslag is van ons leven, behoeven
wij ons bij voorbaat niets dat schoon en goed is, op
het land of in do stad, ontzeggen. Als wij er maar
een innerlijk leven' bij houden, dat zich voor den
eenvoud en de reinheid der natuur niet behoeft te
schamen en een geweten, dat niet behoeft te vluch
ten voor de Goddelijke Werkelijkheid, die uit de na
tuur spreekt en die ons in het Evangelie openbaar
is geworden.
Wij moeten ook ons zelf blijven als Nederlandsche
boeren, als onderdanen van Koningin Wilhelmina,
die eens dat krachtige nationale wachtwoord uit-
VRIJDAG 11 SEPTEMBER.
HILVERSUM (1875 M.)
8 00 VARA. 12.00 AVRO. 4-00 VARA, 8.00 VPRO, 11.00
VARA. 8.00 Grampl; 10.00 Morgenwijding VPRO;
10.15 Voordracht en grampl; 12.00 Kovacs Lajos' or
kest en Grampl; 1.3Ó Grampl; 2.00 Omroeporkest;
3.15 Dansmuziek; 4.00 Grampl; 5.00 Voor de kinde
ren; 5.30 „Melody circle"; 600 Grampl; 6.15 De Flie
refluiters mmv. solist; 7.00 „De ontwikkeling van
het moderne dagbladbedrijf"; 7.20 Orgelspel; 7.50
Berichten A.N.P.; 7.58 Berichten; 8.00 Cursus: „Wat
dunkt IT van de mensch"; 8.30 Pianorecital; 0.00
Cursus: Gezin, cultuur en volk; 9.30 Grampl; 10.00
Causerie over Suriname; 10.30 Gramül; 10,4-0 Avond
wijding; 11.00 Berichten A.N.P.; 11.05 Jazzmuziek
(Gr.pl.); 11.3512.00 Grampl.
HILVERSUM (301 M.)
Algemeen programma, verzorgd door de NCRV.
8.159.30 Grampl; 10.30 Morgendienst; 11.00—12.00
Viool en piano, en gr.pl; 12.15 Grampl; 12.30 Orgel
spel; 1.30 Grampl; 1.45 Ensemble v. d. Horst; 2.30
Chr. lectuur; 3.00—3.45 Vervolg concert; 4-00 Sopraan
en piano; 5.00 Declamatie en grampl:; 6.30 Tuin-
bouwpraatje; 7.00 Berichten; 7.15 Literaire lezing;
7.45 Reportage; 8.00 Berichten A.N.P.; 8.15 Arnhem-
sche Orkestvereeniging; 9.00 Causerie: „Het Arabi
sche Vraagstuk"; 9.30 Vervolg concert. (Om 10.00
Berichten A.N.P.); 10.30—11.30 Grampl. Schriftlezing.
DROITWICH (1500 M.)
11.20 Orgelspel; 11.50 Harmonieconcert; 12.50 Dans
muziek; 1.35 Trioconcert; 2.20 BBC-Northern-orkest
mmv. solist; 3.20 Het Buxton Spa-orkest; 4.20 E. Co-
lombo's orkest; 5.05 Grampl; 5.35 Kwintet concert;
6.20 Berichten; 6.50 BBC Mannenkoor mmv. solisten
7.20 Sportpraatje; 7.35 Dansmuziek; 8.20 BBC-Sym-
phonie-orkest mmv. solisten; 9.30 Concert uit Milaan;
10.00 Berichten; 10.30 Visscherijpraatje; 10.50 BBC-
Harmonie-orkest mmv. solist; 11.3512.20 Dansmuz.
RADIO-PARIS (1648 M.,
7.20 en 8.20 Grampl; 11.20 Concert; 12.35 Grampl;
I.35 Zang; 1.50, 3.05 en 4.20 Grampl; 5.50 Orkest con
cert; 8.20 Pianorecital; 9.05 Operette-uitzending; 11.05
1.05 Orkestconcert.
KEULEN (456 M.)
6.50 en 12.20 Orkestconcert; 1.35 Omroepkleinorkest;
2.35 Grampl; 5.20 Omroeporkest en solisten; 7.20
Grampl; 8.05 Rijkspartijdag 1936; 10.50—12.20 Om
roeporkest, boerenkapel, -koor.
BRUSSEL (322 en 484 M.)
322 M.: 12.20 Grampl; 12.50 Klein-orkest; 1.30 Salon
orkest; 1.50—2.20 en 5.20 Grampl; 6.50 en 7.20 Dito;
8.23 Svmphonieconcert; 10.30—11.20 Grampl.
484 M.; 12.20 Grampl; 12.50 Salonorkest; 1.30 Klein-
orkest en zang; 2.00—2.20 Grampl; 5.20 Accordeon-
muziek; 6.10 en 6.35 Grampl; 6,50 Kamermuziek;
7.35 Zang; 8.20 Voor oudstrijders; 10.3011.20 Dans
muziek.
DEUTSCHLANDSENDER (1571 M.)
8.20 Appèl der politieke leiders; 10.20 Berichten;
10.40 Cello en piano; 11.05 Scheepswcerbericlit;
II.20—12.20 Dansmuziek.
6ai: wij willen ons zelf zijn en blijven! Wij hebben
voort te bouwen aan eigen aard, eigen instellingen,
eigen rechtsopvattingen! Die zijn Nederlandsch en
dat is iets eigens.
En met ons volk heeft onze boerenstand gemeen:
dat hij vertrouwt op eigen kracht, dat hij vrij wenscht
te zijn in zijn maatschappelijke bewegingen, in zijn
geestelijk en politiek leven, dat hij op zijn recht
staat, ook tegenover den Staat.
Wij hebben voor een groot deel eigen lot in eigen
handen. Als wij volop boer zijn, zullen wij een ge
past, fier standsgevoel hebben en wij zullen wegen
zoeken en vinden en dat georganiseerd uit te leven.
Zouden wij Nederlandsche boeren en tuinders, die
een zoo grootsch gebouw van organisatieleven stich
ten door eigen kracht, zouden wij te laks, kleinge-
loovig en te weinig zelfvertrouwend zijn om ons zelf
te helpen een rechtvaardige plaats in ons volksle
ven te verkrijgen?
Op het monument op den Afsluitdijk staat: Een
volk dat leeft bouwt aan zijn toekomst! Er is een
weg om een volk, dat een zoo geweldig werk onder
neemt om zijn landbouwfundament uit te breiden,
en welk volk nu nog meer oog heeft voor het groot-
sche ingenieurswerk, dan voor de grootheid van spa
en ploegen welke volgen, de oogen te openen. Voor
de onvervangbare boeren geldt het oude Geuzen
lied:
Helpt nu U Self, so helpt U Godt
Uit der tyrannen bandt en slot
Benaude Nederlanden!
Deze rede werd door een krachtig applaus on
derstreept.
Sluiting.
Onder groote instemming dankte de heer Bergsma
den heer Louwes voor zijn interessante lezing. Wij
hebben vandaag nu 3 menschen gehoord, zei spr.,
die geheel onwetend van elkaar een volkomen even
wichtigheid hebben getoond en een volkomen gelijke
richting hebben gevolgd. Het kan niet anders, daar
moet waarheid in liggen; anders zouden zij niet één
zelfde gevoelsnaar hebben weten wakker te roepen.
Ons is duidelijk geworden, dat wij een taak heb
ben te vervullen in onze naaste ontving.
Werkt mee aan den opbouw en kracht van het
platteland, zoo besloot spr.
Van de gelegenheid tot het stellen van vragen en
maken v. opmerkingen (over aanmerkingen durfde
de heer Bergsma niet te spreken) werd geen gebruik
gemaakt.
Allen werd nu een kopje thee gepresenteerd en
was de tijd aangebroken om weer huiswaarts te ke'e-
ren.
Deze landbouwdag, die -zoo uitstekend geslaagd is,
zal ongetwijfeld nog langen tijd in de herinnering
van zijn bezoekers blijven.
GERINGE UITVOER BIJ GROOTE VRAAG
STEEDS NIJPENDER WORDT
DE TOESTAND
Ov initiatief van het centraal hurequ
van de tuinbouw-veilingen in Nederland is
(listermiddag in de Handelsbeurs te Ulrechi
een buitengewone algemeene vergadering
gehouden, teneinde de aandacht van de re
geering en van het Nederlandsche volk
te vestigen ov de exvort-moeilijkheden
waaraan de Nederlandsche tuinbouw ten
onder gaaten om deze moeilijkheden onder
het oog te zien.
Voor deze bijeenkomst waren alle aangeslo
ten veilingsvereenigingen opgeroepen en verte-
ZATERDAG 12 SEPEMBER.
HILVERSUM (1875 M.)
VARA-uitzending. 8.00 Grampl; 10.00 Morgenwij
ding VPRO; 10.15 VARA-Groot-orkest, VARA-tooneel,
orgel en voordracht; 12.00—1.45 Grampl; 2.00 Socia
listische Volksscholen in Mexico, causerie; 2.20 „Me
lody circle"; 2.45 Filmpraatje; 3.00 Grampl; 3.40 „De
stand van het spellingsvraagstuk", causerie; 4.00 De
Flierefluiters mmv. solist; 4.35 Esperanto-uitzending;
5.00 Grampl; 5.40 Literaire causerie; 6.00 Orgelspel;
6.30 VAR A-Orkest; 7.30 Leidsch studentenleven, cau
serie; 7.45 „Merijntje Gijzen voor de VARA", inter
view; 8.00 Herh. S.O.S.-ber., 8.03 Nieuwsberichten A.
N.P., VARA-Varia; 8.15 Grampl; 8.45 Toespraak; 9.00
De Bohemians; 9.30 Vroolijk programma; 9.50 Gram.
pl; 10.00 Berichten A.N.P.; 10.05 VARA Groot-orkest
11.00—12.00 Grampl.
HILVERSUM (301 M.)
KRO-uitzending. 8.00—9.15 en 10.00 Grampl; 11.30—
12.00 Godsd. halfuur; 12.15 Grampl; 1.00 KRO-orkest;
I.45 Grampl; 2.00 Voor de jeugd; 2.30 Grampl; 3.00
Kinderuur; 4.00 Grampl; 4.15 KRO-orkest en grampl
6.00 Grampl; 6.20 Journ. Weekoverzicht; 6.45 Grampl;
7.00 Berichten... 7.15 Medische causerie; 7.35 Actueele
aetherflitsen; 8.00 Berichten A.N.P.; Mededeelingen;
8.10 Overpeinzing en concert; 8.30 KRO-Melodisten
mfnv. solisten en de Jungle-Serenaders. (Om 9.30
Filmpraatje; 10.30 Berichten A.N.P.; 10.35—12.00
Gram.pl.
DROITWICH (1500 M.)
II.20 BBC-Northern-orkest mmv. soliste; 12.35 Gram.
ld; 1.20 Commodore Grand orkest; 2.20 BBC-Northern
Ireland-orkest mmv. soliste; 3.20 Orgelspel; 3.50 Het
J. H. Squire Celeste Octet; 4.35 Het BBC-Schotsche
orkest mmv. soliste; 5.35 Dansmuziek; 6.20 Berich
ten; 6.50 Piano-syncopations; 7.05 Koorconcert; 7.20
Militair concert mmv. solist; 8.20 Radiotooneel; 8.50
Variété-programma; 10.00 Berichten; 10.30 Voordracht
10.50 BRC-orkest mmv. soliste; 11.50 Berichten; 12.00
12.20 Dansmuziek.
RADIO-PARIS (1648 M.)
7.20 en 8.20 Grampl; 11.20 Concert; 11.50 Grampl;
12.35 en 1.20 Grampl; 1.35 Zang; 1.50, 2.50 Grampl;
4.20 Pascal-orkest; 5.50 Grampl; 8.35 Opera-uitzend.;
11.35 Populair concert.
KEULEN (456 M.)
6.50 Grampl; 12.20 Th. Hollinger's orkest en solisten;
2.35 Grampl; 3.20 Rijkspartijdag 1936; 10.50—12.20
Gevar. concert.
BRUSSEL (322 en 484 M.)
322 M.: 12.20 Grampl; 12.50 Dansmuziek; 1.30 Salon
orkest; 1.50 Grampl; 2.23 Max Alexys' orkest; 3.05
Grampl; 3.20 Klein-orkest; 4.20 Grampl; 4.50 Zang;
5.05 en 5.20 Grampl; 7.20 Dito; 8.20 Omroeporkest;
10,30 Dansmuziek; 11.05—12.20 Grampl; 484 M.: 12.20
Grampl; 12.50 Salonorkest; 1.30 Dansmuziek; 1.50
Grampl; 2.20 Dito; 3.20 Max Alexys' orkest; 4.35 Klein
orkest; 5.20 Nieuwe muziek; 6.35 Grampl; 6.50
Vervolg van 520; 8.20 Reportage Katholiek Congres
te Mechelen; 9.35 Kamermuziek; 10.30 Grampl; 11.20
—12.20 Dansmuziek.
DEUTSCHLANDSENDER (1571 M.)
8.30 Populair concert; 10.20 Berichten; 10.40 Friede-
mann-kwartet; 11.05 Scheepsweerbcricht; 11.20—
12.15 Dansmuziek.
genwoordiges van den Christelijken en 'den
Ned. Katholieken boeren- en tuindersbond, den
Nederlandschen Tuindersbond en het Konink-»
-lijk Neerlandsch Landbouw Coinité uitgenoo-
digd.
'Rede F. V. Val-star.
De voorzitter, de heer F. V. Valstar, zei in
zijn openingsrede, dat ondanks den millioe-
nensteun uit het landbouwcrisisfonds de toe
stand van den tuinbouw hoogst ernstig is ge
worden en dat de tuinbouw niet kan blijven
bestaan, wanneer in het buitenland alle deuren
en vensters voor zijn producten zijn gesloten.
Niet om te protesteeren en te manifesteeren is
men hier bijeen gekomen doch om te overleggen
wat voor en tuinbouwexport kan worden go-
daan.
Voor den steun kan men dankbaar zijn, maar
genezing brengen kan hij niet. Sedert de alge-
meene vergadering in Februari is de export
nog verder teruggeloopen.
Toenemende betalingsmoeilijkhe
den.
Onze export wordt voornamelijk getroffen
door de toenemende betalingsmoeilijkheden in
den handel met Duitschland en de voor den
tuinbouw absoluut onvoldoende betalingsmo-
gelijkheid over de .clearing. De behoefte over
onze Oostgrens aan het Nederlandsche tuin
bouwproduct is nog even belangrijk als vroe
ger en is zelfs voor sommige artikelen nog toe
genomen. Het geringe bedrag, dat echter voor
den tuinbouw op de clearing met Duitschland
beschikbaar is. is een der hoofdzaken van den
meer dan kritieken toestand, waarin onze tuin
bouw verkeert. Gelegenheid om in andere lan
den compensatie te vinden is er niet.
Uitvoerig schetste spr. de invoerbelemmo-
ringen in andere landen en de toenemende ta
rieven in Duitschland, waarin het in Mei 1933
afgesloten handelsverdrag weinig verbetering
bracht. Door de betalingsmoeilijkheden hielden
de dircte betalingen van den tuinbouw prac-
tisch geheel op. Het clearing-verdrag van einde
1934 bracht voor den tuinbouwexport geen ver
betering. En ondanks de groote vraag bleef de
uitvoer uiterst gering. Steeds nijpender werd
de noodtoestand van den tuinbouw.
De vraag is thans, wat er gedaan kan worden
Het was niet noodig, zelfs onder het huidige
systeem der clearing, den tuinbouwexport en
daarmede den tuinbouw te laten doodbloeden
Spr. wil geen critiek oefenen, omdat de tuin
bouw slechts gebaat is met opbouwend werk. De
toestand, zooals die voor den tuinbouwexport
naar Duitschland op het einde van 193$ en in
hetb egin van 1934 geworden was, is een niet
te aanvaarden grondslag voor het aandeel, dat
aan dezen tak van export op de clearing dient
te worden toegewezen. Heel het Nederlandsche
volk verkeert in nood en de tuinbouw alleen kan
daarop geen uitzondering vormen. Maar hij kan
slechts zijn deel dragen en niet meer dan dat,
Ieder dient zijn deel te dragen.
Spr. concludeert, dat de clearing op tal van
punten verkeerd gewerkt heeft. In het aan het
einde van dit jaar afloopende clearing—verdrag
zou met het oog op de instandhouding van den
tuinbouwexport een ruimer plaats voor dezen
export noodzakelijk zijn. De werkloosheid in don
tuinbouw heeft ongékede afmetingen aangeno
men. De middenstand ondervindt den terugslag
van den nood, waarin de tuinbouw verkeert.
De handel in tuinbouw-producten dreigt geheel
te ontwrichten.
Ons oog is en blijf naast God nu op de
regeering gevestigd, zegt spr. Wij kunnen niet
meer verder. Wij hebben onzen plicht gedaan
en zullen onzen plicht blijven vervullen, in de
hoop en het vertrouwen dat de regeering onze
slem zal horen en een tuinbouwexport de plaats
zal geven, die hem toekomt .zoodat de tuin
bouw zijn bestaansmogelijkheid weer zal kun
nen terugvinden.
Meisje van 17 jaar het slachtoffer
Te ongeveer half negen is gistermorgen op
de Stadhouderskade, te Amsterdam, hoek Van
der Helststraat een gevaarlijk verkeerspunt
een 17-jarige wielrijdster door een auto aan
gereden. Het meisje werd tegen den grond ge
smakt en bleef buiten kennis liggen. Met een
hersenschudding en een schedelfractuur is zij
in zeer ernstigen toestand naar het Wilhelmina
gasthuis vervoerd.
Omtrent de toedracht van het ongeval is ko
men vast te staan, dat het meisje, uit de Van
der Helststraat komend, met vrij groote snelheid
voor een vrachtauto langs wilde rijden. De be
stuurder remde krachtig, als gevolg waarvan
de chauffeur van een achter hem rijdenden per
sonenauto naar links uitweek om een aanrij
ding met den zwaren wagen te voorkomen. Hij
kon daarbij niet vermijden, dat de plotseling
voor hem opdoemende wielrijdster een klap van
zijn auto kreeg, met het vermelde noodlottige go-
volg.
TYPHUS-EPTDEMIE IN STAATSZIE KEN-
HUIS VAN OHIO
New York In het staatsziekenhuis van
Ohio te Columbus, is een typhus-epidemie uit
gebroken. Er zijn reeds vele gevallen met doo-
j delijken afloop. In het geheel zijn reeds 3200
j personen ingeent. Er zijn uitgebreide maatrege-
len genomen.