De „Sirenes" vier meters zeewaarts Het incident van Pakkoi De positie van het_ schip gunstig Drooglegging Woensdag 16 September 1936. SCHAGER COURANT.Vierde blad. No. 10064 Sportvliegfuig in den Nieuwen Waterweg neergestort Een kijkje in de machinekamer Pogingen om het schip vlot te krijgen mis lukten echter van de Zuiderzee EEN STERK ESKADER VAN DE JAPANSCHE VLOOT IN DE CHI- NEESCHE WATEREN. Tokio, 15 Sept. - Een sterk eskader van de Ja- pansche vloot in de Chineesche wateren is gecon centreerd nabij Hasinan-eiland, op 170 mijl van Pak- hoi, verklaarden de Japansche vloot-autoriteiten te Sjanghai. Zij voegden hieraan toe, dat de Japansche autoriteiten spoedig de Chineesche autoriteiten zullen verzoeken maatregelen te nemen om alle hinderpa len voor een onderzoek naar het incident van Pak- hoi ter plaatse uit den weg te ruimen en de Japan sche inwoners van Pakhoi te beschermen. Verder constateerde generaal-majoor Ogisu, de chef van den staf van het leger te Formosa, dat de inci denten van Tsjengtoe en Pakhoi onmiddellijk volg den op de moorden op Nakayama, een Japansch ma rine-officier, van Kayao, een Japansch inwoner van Sjanghai. Hij vermoedt, dat de Kwo Min Tang achter deze beide misdaden steekt, Deze beide misdaden konden niet plaatselijk worden geregeld, zooals de Chineesche autoriteiten verlangen. Het Formosa-le- ger volgt nauwkeurig de ontwikkeling van het inci dent van Pakhoi en hoopt, dat de Chineesche re geering de traditioneele dwaling zal opgeven en een andere houding tegenover Japan aanneemt. Incident te Hongkong. Britsch schip beschoten. Hongkong. Op de Westrivier zijn gisteravond schoten gelost op het Britsche s.s. „Tailee", waar door een Chineesch kwartiermeester werd gedood en de Britsche kapitein en een tweede Brit werden gewond. Matrozen van de Britsche kanonneerboot „Cicala" zijn aan land gezet, om een onderzoek in te stellen. Verwacht wordt, dat de Britsche regee ring krachtige vertoogen zal richten tot de Chinee sche regeering. Nader uit Hongkong: Het staat thans vast, dat de beschieting van de Engelsche kanonneerboot Cicala" het werk is geweest van Chineesche boeren, die er zich over beklaagden, dat hun rijstvelden werden overstroomd door de deining, die 't Britsche schip maakte. Toestel gezonkende vlieger on gedeerd gebleven. Maassluis Toen gisteravond omstreeks 7 uur de Nederlandsche sportvlieger R. Verloren van Thomaat met het Koolhoven F.K. 46 toestel PH- F.K.C. van de nationale luchtvaart school ter hoogte van Poortershaven bij Maassluis bo ven den nieuwen Waterweg" cirkelde, is het toe stel, waarschijnlijk doordat het in een stroom van warme lucht is geraakt, afgegleden en in het water terecht gekomen. Volgens ooggetiügen moet de vlieger boven verschillende schepen ge vaarlijke manoeuvres uitgevoerd hebben, waar bij hij te dicht boven de pijp van het s.s „Oranje polder' is gekomen. Omtrent de juiste toedracht van het ongeval zal een nader onderzoek wor den ingesteld. Het toestel verdween onmiddellijk onder water, doch de piloot wist er uit te komen, en werd door een landbouwer, die het ongeval had zien gebeuren en met een bootje het water opging, opgepikt. Hij bledk geheel ongedeerd te zijn. Het Duitsche stoomschip „Diana" nam de verongelukte vlieger aan boord en bracht hem naar Maassluis, waar hij tenslotte door een bootje van Smit en Go's bergingsmaatschappij aan land werd gezet. Te Maassluis werd hij van droge kleeren voorzien. In den loop van den avond is hij weer naar huis teruggekeerd. De bergingsmaatschappij Smit en Go is nog gisteravond begonnen met de werkzaamheden om het gezonken vliegtuig, dat op Ypenburg thuis hoort, aan de oppervlak te te brengen. Onvoorzichtigheid van den vlieger de oorzaak. Nader vernemen we uit Maassluis Omtrent de juiste toedracht van het ongeluk vernemen wij nader dat de heer R. V. van Th. omstreeks half zeven in zijn sportvliegtuig een schip, waarop zich een kennis van hem bevond, op den Nieuwen Waterweg ter hoogte van Poortersha ven uitgeleide deed. Daarbij heeft de vlieger te laag gevlogen. Door deze onvoorzichtigheid heeft een der vleugels van het toestel het water geraakt. De vlieger kon zich eenigen tijd aan het drij vende toestel vasthouden. Een landbouwer is hem met een bootje te hulp geschoten en heeft hem tenslotte opgepikt. Het vliegtuig behoorde niet te Ypenburg doch op Waalhaven thuis. PETROLEUM ONTDEKT IN MORAVIë. Praag, 15 Sept. Nabij Hodonin ïn Moravië (Tsjecho Slowakije), is een petroleumbron aange boord, welke per dag 10 ton zou kunnen leveren. MERRILL EN RICHMAN NOG TE MUSGRAVE. New York. De Oceaanvliegers Merrill en Rich- man bevinden zich nog steeds te Musgrave op New Foundland. Een van de beide vliegtuigen, welke zijn vertrokken om hen te helpen, brengt benzine en olie, waarom de .vliegers telegrafisch hebben ver- zocht. opstuwen, om opnieuw te trachten op de zelfde wij ze, zooals dit 's nachts had plaats gehad, terrein te winnen. Het was dan ook om dien tijd ongeveer, dat groote rookpluimen uit de schoorsteenen van de „Hector", „Nestor" en „Holland" aankondigden, dat men zich op de sleepbooten gereed maakte met het trekken aan te vangen. De stoomfluit op de „Sirenes" gaf daartoe het sein, dat wederom prompt door de sleepboot werd beant woord en geleidelijk zag men hun sleepers zich spannen. Ook de winches begonnen hun daadwerke lijke steun te verleenen, alsmede de schroef van de „Sirenes" zelf. Groot was de belangstelling der op strand en dui nen verzamelde menschen, die ongetwijfeld hoopten het schip, zoo niet geheel vlot te zien brengen, dan toch getuige te kunnen zijn het wederom een flink eind in zijn element te zien trekken. Helaas, hun [verwachtingen, die niet minder door de bergers zelf gedeeld werden, kwamen niet in vervulling. Het prachtige stille zomerweer, dat een absoluut vlakke zee toonde, en het beneden verwachting blijvende (vloedtij waren oorzaken, dat het resultaat slechts Bchamel was. Hoe de booten ook trokken, hoezeer men ook de maximale kracht, die men durfde uit oefenen, op de ankertrossen zette, de te lage water stand deed ten slotte inzien dat verder pogen kracht [verspillen beteekende en werd om 5 uur het werk Stopgezet. Morgenochtend vroeg zal opnieuw begonnen wór den en waar het nachttij gewoonlijk meer water [brengt dan 't dagtij, vertrouwt men met meer succes het werk te hervatten. De resteerende tijd wordt ge bruikt alles daarvoor in gereedheid te brengen en tot vroeg in den morgen, ongeveer half vier, is dus de gedwongen rust aan boord weergekeerd. AAN BOORD VAN HET S.S. „SIRENES". 15 September 1936. Vanmorgen moest ik mijn reportage afbreien, op dat U dan nog in de krant van vandaag iets zou lezen over het interessante bergingswerk. Nu zal ik er mee verder gaan. Het is dan bijna 6 uur geworden en besluit ik een kijkje te gaan nemen in de machinekamer. Ik daal een serie ijzeren trappen af en bevind me op de vloer van de machinekamer, waar een machinist en een olieman de wacht hebben. Beiden zijn juist bezig met het rollen van een sigaret en voor de zooveelste maal bewonder ik de vingervlugheid waarmee dat geschiedt. De jonge machinist wijdt aan de bezig heid slechts een half oog, het andere anderhalf is gevestigd op de glimmende, bewegende stalen deelen der machine, die aan zijn hoede is toevertrouwd. Beiden presenteer ik een sigaar, welke met een ge noeglijke glimlach wordt aangenomen. Blijkbaar zijn ze van de goede hoedanigheden van de Hollandsche Karei I uitstekend op de hoogte en verdwijnen de sigaretten plots naar een of andere reserve-bergplaats en met zichtbare voldoening wordt aangestoken. Ik maak een praatje met den machinist. Vlot gaat het direct niet, maar het gaat! Ik tracht hem duide lijk te maken, hoe ik zijn ruime machinekamer be wonder en de soepele wijze, waarop alles draait en wentelt. De olieman komt intusschen aandragen met een emmer met olie in de ecne hand, de andere ge wapend met een lange koperen spuit. Met de laat ste wordt een hoeveelheid olie opgezogen en met mathematische zekerheid zie ik hem een dun straal tje spuiten op het bepaalde machinedeel dat daar aan behoefte schijnt te hebben.' Nadat alles in mijn buurt behandeld is, verdwijnt hij met spuit en emmer naar een ander gedeelte van de machineruimte, om daar de manipulaties te herhalen. De telegraaf staat op „Vol achteruit", de dikke zuiger- en schuif- stangen gaan regelmatig op en neer, de geweldige askrukken draaien en daarmee de vierbladige schroef, die met geweldige klappen achter het schip het water in heftige beroering brengt. Daar rinkelt de telegraaf. De wijzer gaat van „Vol achteruit" op „Vol vooruit", weer terug op „Vol achteruit" om daarna op „stop" te blijven staan, het teeken dat nu voor goed gestopt worden kan. De machinist sluit stoom af en als het spreekwoorde lijke „duiveltje in een doosje" verschijnt de olieman bij de telegraaf, draait de handle op de manier zoo als eerst de wijzer deed, tot ook de pijl daarvan op stop staat en het zachte gestomp der machines heeft plaats gemaakt voor een opvallende stilte. Nu weer naar boven. Ook op het dek is de rust weergekeerd. Geen gerommel meer van de winches, geen gekraak van blokken en touwwerk. Nog steeds hangt een dikke mist over schip en zee en na de warmte uit de machinekamer voel je de natte kilte. De kust is onzichtbaar en evenzoo de lichten der sleepbooten. Het geheel is een donkergrauw waas, waarin man nen bedrijvig heen en weer bewegen, opbergend en gereedmakend voor de volgende werkzaamheden, vanmiddag. Dit is spoedig gebeurd en weldra zijn de leiders in hun hutten verdwenen; het volk op een of andere plaats waar ze zich ook eenige uren voor een slaapje weten op te schieten en ik loop nog even rond op het thans verlaten glibberige, natte dek. Toch niet geheel verlaten. Bij het langzaam door de mist dringende daglicht, zie ik in de scheme ring een enkele man op het dek staan, en na naar hem toe. Naast hem staat een groote zak, waarin juist zijn hand verdwijnt en met een groote andijvie- struik weer te voorschijn komt. Ik wensch hem „goe den morgen" en maak de opmerking dat we blijk baar vandaag andijvie zullen eten. Hij knikt, terwijl hij met een groot mes de stronk afsnijdt en die met een sierlijke zwaai over de verschansing doet ver dwijnen en ik bedenk me, hoe veel minder gecompli ceerd het leven van onze keukenprinsessen zou zijn als ze ook zoo'n groote vuilnisbak ter beschikking hadden. De rest van de struik verdwijnt in stukjes in een groote ketel voor hem. Hij is de man, die, nu alles slaapt, zijn werk heeft, want als de overigen hun welverdiende rust genoten hebben, zullen een veertigtal hongerige magen dat werk weten te waar- deeren. Zoo gaat alles rustig zijn gang en ook ik be gin lust te voelen mij bij de rustende afdeeling te voegen. (Speciale berichtgeving van 'de Schager Courant)] S.S. SIRENES"!' ,15 September 1936. In den namiddag, pl.m. half zes. Eerst hedenmorgen .bij laag water was te consta- teeren, welk resultaat de nachtelijke werkzaamheden hadden bereikt. Ofschoon niet heel omvangrijk, hl eek toch dat het schip zich een viert al meters ach terwaarts had verplaatst. Een groot gat in het hoofd toonde aan, waar de boeg van het vaartuig eerst had gezeten en duidelijk kwam uit, hoe deze de steenen kris en kras op zij gedrukt en door elkaar geworpen had. Doch niet alleen achterwaarts, maar wat ook .van belang was, hadden de sleepbooten en het hieuwen op de ankertouwen het achterschip meer zeewaarts getrokken, waardoor de positie zeker gun stiger genoemd kon worden, daar de bergers zich .voorstellen het schuins achterwaarts te kunnen af- sleepen. Het wachten was nu verder tot des namid dags c.a. 4 uur, de vloed het water voldoende zou %an 'Boord van 'de ^Sirenes* wordt met man en macht gewerkt om het schiv zoo svoedig mo gelijk vlot te krijgen. De bedijking van den N.-O.-polder. Nadat bij de begrooting voor het Zuiderzeefonds voor het jaar 1936 was besloten tot aanleg van den N.O.-polder, werd in 1936 met kracht gewerkt aan de nadere uitwerking van de plannen en het treffen van voorbereidende voorzieningen, zooals den aanleg van werkhavens te Urk en te Lemmer, teneinde in 1937, in overeenstemming met het plan, een eerste deel van de bedijking te kunnen aanleggen. Voor dat doel zijn op deze begrooting belangrijke bedragen uitge trokken, waarop in de toelichting op de betreffende artikelen wordt teruggekomen. Dientengevolge wordt op den gewonen dienst een totaal bedrag van f 27.625.000 uitgetrokken, tegenover f 16.850.000 ten vo- rigen jare. Op de begrooting van het Zuiderzeefonds voor 1936 werd als eerste post voor de indijking en droog making van den N.O.-polder een bedrag uitgetrokken van f2.000.000, dienende ter bestrijding van de kosten van de het eerst ter hand te nemen werken, n.1. het maken van een werkhaven met opslagterreinen, een fundeeringsput met omringdam en een aansluitend gedeelte van den ringdijk nabij Urk en een werkha ven c.a. bij Lemmer, welke werken intusschen aan besteed werden en thans in uitvoering zijn. Zeer bin nenkort zal nabij de aansluiting met de Overijsselsche kust een dijksvak als proef worden aanbesteed. In aansluiting hiermede ligt het in het voornemen, in 1937 den aanleg van de dijkvakken Lemmer-Urk, Urk-Ramspol en Ramspol-Kadoelen, een en ander met bijkomende werken, als werkhavens, geulen, enz., krachtig ter hand te nemen, terwijl ook een begin zal worden gemaakt met den aanleg van het kanaal Blokzijl-Kadoelen met bijkomende werken. MACMAHON IN HOOGER BEROEP. Londen. Tegen het vonnis van MacMahon is hooger beroep aangeteekend. TWEE ARABIEREN TER DOOD VEROORDEELD Jeruzalem Het hof te Jeruzalem heeft twee Arabieren, die in Augustus op de weg tusschen Haifa en Jeruzalem een convooi en een troepen- afdeeling hadden beschoten, ter dood veroor deeld. Dit zijn de eerste doodvonnissen, door bet hof uitgesproken sedert het uitbreken der on lusten. WAPENSMOKKELAARS GEARRESTEERD. De Weensche7 politie heeft een aantal per sonen gearresteerd, die wapenen aan Spanje wilden leveren. Klaarblijkelijk werkten de smokkelaars voor de regeering te Madrid aan gezien de leider een socialistisch politicus was, die een groote rol heeft gespeeld in de Oosten- rijksche sociaal-democratische partij. Zijn naam wordt evenwel geheim gehouden. Hii is er in geslaagd te ontvluchten. Verder exploitatie van de Wieringermeer. Het ramingscijfer voor de Wieringermeer is geste gen van f 4.481.000 in 1936 tot f 4.788.500, welke stij ging in hoofdzaak is toe te schrijven aan meerdere ontginning en tijdelijke exploitatie der gronden en daarmede verband houdende bouw en exploitatie van boerderijen en woningen. Door voortzetting van de uitgifte van boerderijen én onbehuisd land zal het mogelijk zijn, in het na jaar van 1937 het laatste gedeelte van de Wieringer meer, dat nog in noodniengsel ligt, in exploitatie te nemen. Het ligt in de bedoeling, hier in 1937 den grond slag te leggen - voor de outillage van eenige staats bedrijven .van de grootte van een normale boerderij.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1936 | | pagina 11