T&OOPER
Herfst in de
OMGEVINGNIEUWS
Raad Nieuwe Niedorp
Wier inger meer
Rede van Ds. Schermerhorn
Feuilleton
3§f
In den polder doet men niet aan
winterslaap. Een druk ver-
eenigingsleven staat voor de
deur.
't Is herfst in de Wieringermeer....
Van de Haukes tot Medemblik en van
Den Oever tot Kolhorn vertoont het zwerk
hetzelfde beeld: voortjagende wolken, die nu
hier en dan daar weer hun natte last op het
aardrijk laten vallen.
Een gure wind drijft steeds weer nieuwe
wolken aan en slaat den voetganger en wiel
rijder den regen en hagel in het gelaat.
Het is koud in den polder.
Door het ontbreken van een natuurlijke
beschutting door hooge boomen vieren de
gure Octoberstormen in Neêrland's twaalfde
provincie hoogtij.
Hét valt niet mee per rijwiel of te voet den
storm te moeten trotseeren. Meter voor me
ter moet men hem bekampen.
Het treurige nieuws van het vergaan van
den Scheveningschen logger roept in den te
gen den wind worstelenden Wieringermeer-
der herinneringen op aan den tijd, dat in
den polder niet alleen storm, doch ook brui
send zeewater en torenhooge golven vrij spel
hadden. Onwillekeurig huivert men bij de
gedachte, dat op dezelfde plaats, waar men
zich thans bevindt, nog slechts voor enkele
jaren de zeeman heeft, gevochten voor be
houd van leven en goed. Een veilig gevoel is
het thans grond onder de voeten te voelen.
Drommen landarbeiders ziet men dikwijls
reeds midden op den dag huiswaarts tijgen:
het werk is afgelascht! regenverlet is aan de
orde van den dag.
In de woningen branden de kachels. Het
gezin zit gezellig bij- den huiselijken haard.
De dagen korten snel. Reeds om 5 uur valt
de avond in en worden de lampen aangesto
ken.
De Wieringermeer gaat haar winterslaap
in...
Allicht is men geneigd dit te zeggen, doch
men is dan toch abuis. Vooral op maat
schappelijk terrein kan niet worden gespro
ken van winterslaap, integendeel, gedurende
de herfst- en wintermaanden werkt het ver-
eenigingsleven eerst op volle kracht. In de
zomerdagen, met hun lange werkdagen,
komt er niet veel van deel te nemen aan 't
vereenigingsleven. Des winters wordt de
schade ingehaald en het groote aantal ver-
eenigingen, dat de Wieringermeer in haar
jonge leven reeds telt, is er het bewijs van.
dat de Wieringermeerders het vereenigings
leven liefhebben.
Begrijpelijk is de animo voor vereenigings
leven intusschen wel. Iedere kolonist heeft
immers hetzelfde ideaal: mede te werken aan
de verdere voltooiing van Neerland's grootste
bouwwerk, de drooglegging der Zuiderzee.
Dat gezamenlijk streven en het leven onder
dezelfde omstandigheden brengt de men-
schen te zamen.
„Eendracht maakt macht", zegt het spreek
woord. De waarheid hiervan wordt door de
feiten in de Wieringermeer wel bevestigd.
Het vereenigingsleven beweegt zich hier
niet alleen op ontspannings of sportgebied
(muziek-, zang-, voetbal-, schaakvereeniging,
enz.), ook op cultureel gebied wordt in de
Wieringermeer veel gedaan.
Dank zij een zeer diligente commissie voor
Land- en Tuinbouwonderwijs, is een serie
cursussen georganiseerd, die in menige an
dere Nederlandsche plaats niet zal worden
aangetroffen. Naast de bekende land- en
tuinbouw- en bijenteeltcursussen heeft, die
commissie voor de huisvrouwen en jonge
dames de gelegenheid opengesteld haar ken
nis in costuumnaaien en knippen te verrij
ken. Bovendien heeft de commissie een in
middels reeds befaamden cursus „Het Be
stuur van het Rijk, de Provincie en de Ge
meente" georganiseerd, waarvoor groote be
langstelling, blijkt te bestaan.
Ook van de geestelijke verzorging kan niet
Worden gezegd, dat deze den winterslaap
ingaat. Een uitgebreid programma hebben de
godsdienstige organisaties voor dezen win
ter opgesteld.
De orth. Ned Hervormde Evangelisatie
heeft zelfs expres voor de wintermaan
den naast den godsdienstonderwijzer
een hulpprediker aangesteld, terwijl, naar
verluidt, de Kerkeraad der Ned. Herv. Kerk
voor het komende seizoen eveneens een hulp
prediker zal aanstellen.
De winter staat voor de deur
Het Wieringermeersche vereenigingsleven
gaat ontwaken. Het ga hem goed in het ko
mende seizoen.
Aan een uitgebreid en goed georganiseerd
vereenigingsleven heeft de Wieringermeer
behoefte! Dat het moge bijdragen tot de uit
eindelijke voltooiing van onzen schoonen
polder!
WIERJNGEN
In de groote zaal van Cinema de Haan
werd Woensdagavond een groote vergade
ring gehouden van het I. R. H. (Internati
onale Roode Hulp). Als spreker trad op Ds.
N. J. C. Schermerhorn, met als onderwerp:
„Heeft deze maatschappij nog recht van
bestaan?"
Na een kort openingswoord door den
voorzitter, vangt te 8 uur Ds. Schermer
horn zijn rede aan. Spr. heeft alle reden
om deze vraag te stellen, 't Is op 't oogen-
blik in deze wereld een wonderlijke boel.
Er heerscht een wanorde; een groote chaos.
Reeds dadelijk komen twee vragen sterk
naar voren:
le. Kunnen wij deze huidige maatschap
pij in wording en wijze begrijpen?
2e. Welke maatstaf kunnen wij ter be
oordeeling aanleggen?
Om te beginnen de eerste vraag. Spr. ver
baast zich erover, dat velen van de heden-
daagsche toestanden niets en niemendal be
grijpen en vreemd tegenover deze maat
schappij staan. Zij klagen maar, doch wil
len niet inzien, dat ze op een verkeerde
plaats zijn terecht gekomen.
Hoe staan wij tegenover elkaar? De mees
ten leven om zich stoffelijk te bevoordeelen
en te handhaven en vinden dat normaal.
Men doet zijn best, om 't zoo goed moge
lijk te krijgen.
Dit streven om zich stoffelijk te bevoor
deelen, stempelt iemands leven en doet
steeds de maatschappij vervormen, wat
men dan de maatschappelijke orde noemt.
Hoe ziet deze maatschappelijke orde er
dan wel uit, die zoo mooi voorgedaan
wordt? De beide uitersten hiervan zijn:
rijkdom, weelde en overdaad, contra ar
moede, ontbering en ellende.
We kunnen dan ook een drieledige groe
peering onderkennen:
le. een kleine klasse met groote win
sten, de zuivere kapitalisten.
2e. de meer of minder welgestelden,
(middenstand of bourgeoisie).
3e. de massa-arbeiders (proletariaat).
Tusschen deze drie klassen kan heden
onmogelijk een zeer vriendelijke houding
bestaan. Allen leven uit dezelfde geest:
hun hooge begeerte. En dan wel ten eerste
de begeerte om te hebben, om te bezitten.
Steeds zien we een overgaan naar een
hoogere klasse (b.v. Rockefeller), of neer
storten in een lagere klasse.
Ondanks dit alles is er een verwoede
strijd van allen tegen allen. Gevolg: be
drog, diefstal en zelfs moord.
Hoe staan wij daar tegenover? Dat deze
maatschappij zóó is, is niet 't gevolg van het
feit, dat de menschen slecht zijn. Neen, zij
zijn dom en geven zich geen rekenschap
van de levensvragen. Tedereen spreekt over
slechte menschen. doch schakelt zichzelf al
tijd uit. Maar in wezen lijken we toch' alle
maal op elkaar.
We strijden niet om plezier van een an
ders ondergang te beleven, doch zijn door
't huidige maatschappelijke stelsel gedoemd
om te strijden of te gronde te gaan. Als
gevolg hiervan moeten we deze huidige
maatschappij veroordeelen en we mogen
haar niet langer beschermen.
Als grondstelling voert spr. dan' aan: Ie
der heeft recht op wat hij zelf gemaakt
heeft. Niemand kan echter alleen iets ma
ju*.
43.
Barbara glimlachte.
„Ik hoop, dat jullie hem te pakken krij
gen ik voel me niets veilig, zoolang als
die Strooper hier rondzwerft Ik heb zoo'n
idee dat 't op Marske House gemunt heeft
en dat Jan en Juffrouw Greer op een of
andere manier met hem in verband staan.
Bovendien ben ik er persoonlijk bij geinte
resseerd, omdat iemand vannacht mijn wa
gen gebruikt heeft, en mij, zooals Jan me
wou laten gelooven, heeft verdoofd."
Keating fronste zijn wenkbrouwen. Hij
zag die gevallen nu in een heel ander licht
maar zei er niets over en nam na een paar
minuten afscheid van haar.
's Middags kwam Barbara geheel alleen
naar de lijkschouwing, terwijl Jan en juf
frouw Greer tezamen waren gekomen. Ze
luisterde zonder veel belangstelling naar
het vrij droge, proces, en verwonderde zich
alleen een beetje over de behecrschte hou
ding van juffrouw Greer, die in 't geheel
niet in overeenstemming was met haar ze
nuwachtig gedrag van dien morgen.
Maar toen Larry zijn getuigenis aflegde,
toonde Barbara meer belangstelling. Eens
keerde hij zich even om, teneinde het hof
te overzien, en daarbij ontmoetten hun
oogen elkaar. Barbara onderging een vreem
de sensatie. Hij zag er werkelijk goed uit,
niet veel meer dan een jongen en toch
beweerde Keating, dat hij de meest beruch
te bendeleider was van Engeland. Barbara
begon aan het juiste oordeel van den in
specteur te twijfelen en luisterde nauwe
lijks, naar zijn getuigenis, toen hij aan de
beurt kwam. Pas toen de Jury de uitspraak
deed: „moord met voorbedachten rade, door
een of meerdere onbekende personéh",
schoot haar iets zeer opmerkelijks te bin
nen: superintendant Kaye was niet opgeroe
pen, en toch had Keating uitdrukkelijk ge
zegd, dat Kaye het was, die het lijk had
gevonden. Nu herinnerde Barbara zich, dal
Keating over de*vondst getuigenis afgelegd
had in naam van Kaye, en dat de Coroner
een ontstemde opmerking gemaakt had
over de afwezigheid van den superinten
dant. Toen had Keating iets op een briefje
geschreven, en dat aan den Coroner over
gereikt, waarna het onderwerp niet meer
was aangeroerd.
Barbara was in zooverre tevredengesteld,
ken, daar alles 't werk is van een heele
gemeenschap.
Hieruit volgt, dat alles wat door-gemeen
schappelijke arbeid verkregen is, aan deze
gemeenschap toebehoort.
Hoe komt 't nu, dat de rijkdommen en
goederen der aarde niet aan de gemeen
schap behooren?
Alles is toch door arbeid ver
kregen? 't Is hen ontnomen. Oorspronke
lijk had men sterkeren in lichaamskracht,
later sterkeren in geest. Zij maakten zich
meester van de bodem, lieten anderen er
op werken tegen geringe vergoeding. Ge
volg: dienstbaarheid en slavernij. De arme
had niets meer om te verkoopen dan zijn
werkkraht. Ook heden is dit nog zoo.
Er wordt dan ook slechts geprodueerd
voor winst, doch niet voor de behoefte.
Maar al te vaak volgt vernietiging, om
toch maar vooral de prijs op peil te houden
En hoevelen lijden geen gebrek? Spr. leest
hierbij eenige ontstellende cijfers voor, die
helaas ook voor ons eigen land gelden.
Is dit stelsel dan wel rechtvaardig? En
toch verdedigt men het. Evenzeer verlangt
men koloniën voor industrieele export. De
ze honger naar afzetgebied geeft aanleiding
tot internationale botsingen en oorlogen,
wat eigenlijk niets anders zijn dan com-
mercieele handelsondernemingen.
Geldregeering voert de wereld ten gronde.
Vlillïoenen verkeeron in grooten nood, doch
kunnen ondanks de hooge productiemoge
lijkheden, niet aan hun minimumbehoeften
voldoen.
Er is^toch verandering mogelijk? Men
stuit echter op de geestestraagheid. De
massa denkt weinig na en is geneigd de
huidige werkelijkheid als de ecnig moge
lijke te beschouwen.
Niets blijft, alles is aan verandering en
groei onderhevig. Men moest eens meer
doordrongen zijn van de Christelijke mo
raal: Hebt uw naasten lief gelijk uzelven.
Wanneer wij zin voor waarheid hebben,
dan komen we voor deze wereld te staan
als onverzoenlijke revolutionnairen. Er be
hoeft toch geen nood te bestaan? De we
reld beschikt over alle middelen, die kun
nen leiden tot broederschap. Alles kan te
genwoordig in een minimum van tijd wor
den geproduceerd.
De bodem en de productiemiddelen moe
ten in handen van de gemeenschap. Ieder
een moét hiervan deel uitmaken en er
mag geen parasiteerende klasse meer be
slaan, die zelf niets uitvoert.
Wanneer de arbeid niet meer gedaan
werd om anderen rijk te maken, doch om
er zelf van mee te profiteeren. dan krijgt
men arbeidsvreugde en verdwijning van
klassetegcnsland. Er zal een samenwerken
komen om 't leven rijker en schooner te
maken.
De heer Zoutsma uit Den Oever vraagt
daarna aan spr. een duidelijker uitlegging
van zijn schrijven in de Schager Courant
van Zaterdag j.1. Op klare wijze wordt
hem deze verstrekt.
Een hartelijk applaus door 't vrij talrijke
publiek beloonde Ds. Schermerhorn voor
zijn gloedvolle rede.
Hierna volgde sluiting.
Vergadering van het Revolution.
nair Anti-Militaristisch Comité.
Jo de Haas spreekt.
Woensdagavond heefr Jo de Haas voor
het Rev. Anti-Mil. Gewestelijk Comité, in
de zaal van den lieer Scheltus gesproken.
Te ruim half acht sprak de heer R. Hol-
tjer het openingswoord uit, waarna Jo de
Haas dadelijk met zijn rede aanving.
Spr. belichtte het anti-militarisme in ver
band met de gebeurtenissen in Spanje op
een duidelijke wijze.
Spr. zei o.a. dat de leiders van het anti-
militarisme thans een moeilijke taak heb
ben. Zij moeten niet alleen tegen het kapi
talisme strijden maar ook tegen sommige
kameraden uit eigen kring, die door de ge
welddadige strijd in Spanje van meening
zijn veranderd. Dat daar die strijd woedt
is de schuld van de arbeiders zelf; zij toch
1:ebben in de 18 jaren na den wereldoorlog
hun taak als anti-militarist niet begrepen
en dit blijft, zooals we thans zien, niet on
gestraft. Velen hebben geloofd in den Vol
kenbond. Deze brengt echter geen ontwape
ning, neen eerder bèwapening. Momenteel
is de wereld eigenlijk niets dan één groot
wapenarsenaal, waaruit de fascisten wapens
putten om de arbeiders om hals te brengen.
dat ze Larry gezien had, maar het ergerde
haar, dat Kaye niet op de proppen gekomen
was. En toch had zij hem ook gezien, een
kleinen corpulenten man, dien ze terloops
had aangemerkt als een idealen butler en
dien ze, als ze na afloop der zitting niet
dadelijk weggereden was, in Keating's ge
zelschap aangetroffen zou hebben. In de
kam ei' van den Coroner bespraken de twee
onafscheidelijkcn het geval en wisselden
van gedachten dat wil zeggen, Keating
sprak en Kaye luisterde. De inspecteur ver
telde, wat hij bij stukjes en brokjes van
Barbara gehoord had.
„De wagen het gedrag van juffrouw
Greer—en die andere dingen", besloot hij
knorrig, „me dunkt, dat we, alles bij el
kaar genomen, de verklaring op Markse
House kunnen vinden. Kaye. Ik zou wel
eens willen weten, wat Jan gisteravond uit
gevoerd heeft. Een kastelein en een tabaks
handelaar in Coulsdon bevestigden zijn a-
libi, maar ik weet niet Jan is een glib
berige kwant"
Kaye glimlachte peinzend.
„In elk geval denk ik, dat Jan's alibi
wel in orde zal zijn." meende hij: „Den
Strooper moeten we hebben en ik ge
loof, dat we hem hebben ook."
„Dus je meende wat je vanmorgen zei?"
vroeg Keating.
„Zeker, maar ik gééf er de voorkeur aan
mijn ontdekking voor me te houden, tot ik
met bewijzen voor den dag kan komen."
„Zelfzuchtige hond", zei Keating beleefd.
„Ik hoop, dat er van je theorie niets terecht
komt."
Kaye keek listig uit zijn vriendelijke oog
jes.
„Alles komt samen in dat huis" was hij
zoo goed te zeggen. „Vroeg of laat kan 't
nog interessant worden. De Strooper is al
leen in Reigate om Jan te bewaken en als
ik me niet vergis, zal Larry niet ver af
zijn."
Keating knikte en kreeg plotseling zijn
wekelijkschen inval. Hij begon dien opge
togen uit te leggen. Kaye luisterde een
poosje en glimlachte toen breed.
„Zie ik er uit als een butler?" vroeg hij
vroolijk.
De Spaansche arbeiders vallen als slacht
offers van hun eigen fouten, zij hebben
dus als het ware zelfmoord gepleegd. Velen
roepen: wapens naar Spanje; ons advies is:
„Geen wapens naar Spanje".
Spreker besprak verder nog de laatste in
ternationale gebeurtenissen.
Nadat nog eenige vragen waren beant
woord, sloot de voorzitter de vergadering.,
onder dank aan den spreker.
Binnenkort zal met de uitvoering
der werkobjecten worden begonnen.
70% uitkeering in plaats van 80.
Als het niet goed is, hooren we het
well Alle zeilen bij de mast!
Vergadering van den raad op Donderdag
29 October 1936, 's middags om 2 uur.
Voorzitter de heer P. Pluister, burgemees
ter; secretaris de heer S. Haringhuizen.
Allen zijn aanwezig.
Na opening volgt vaststelling van de no
tulen.
Van de ingekomen stukken, noemen we
de goedkeuring van eenige raadsbesluiten.
Mededeeling wordt gedaan, dat door Ged.
Staten werd goedgekeurd de begrootïng
voor het dienstjaar 1936 en dat het quotiënt
bedoeld in het 2e lid van art. 16 van het
Financieele Verhoudingswet is vastge
steld op 14.6367.
Proces-verbaal van kasverificatie.
Protestmotie.
Aan de orde is de protestmotie van den
heer Gaijaard tegen de afschaffing van den
huurbijslag, waarover in de vorige vergade
ring de stemmen hebben gestaakt. Waar de
situatie door de maatregelen na de devalua
tie is gewijzigd en daardoor deze motie geen
zin meer heeft, wordt van stemming afgezien.
Aangedrongen op het doen uit
voeren van de werkobjecten.
Verzoek van de afdeeling Nieuwe Niedorp
van den Ned. Bond van Arbeiders in het
Landbouw-, Tuinbouw- en Zuivelbedrijf om
in verband met de stopzetting van de werk
verschaffing in de Wieringermeer zoo spoe
dig mogelijk de diverse plaatselijke werk
objecten te doen uitvoeren.
B. en W. zijn voornemens per 1 November
met een reeds goedgekeurd werkverschaf-
fingsobjept een aanvang te doen maken.
De goedkeuring op de overige subsidie
aanvragen, welke reeds geruimen tijd ge
leden zijn ingediend, zal vermoedelijk eerst
daags afkomen.
Het goedgekeurde werkobject is het voet
balveld te 't Veld, omtrent de andere objec
ten heeft de voorzitter zich met de bevoegde
instanties verstaan en heeft den indruk ge
kregen dat goedkeuring spoedig zal volgen.
Het betreft natuurlijk geen objecten waar
lang aan gewerkt kan worden.
Aanvulling veldwachtersverordening.
Voorstel tot aanvulling van de veldwach
tersverordening in verband met de benoe
ming van capitulanten tot gemeenteveld
wachter in dezen zin, dat daarin ter vol
doening aan de daaromtrent van hoogerhand
ontvangen aanschrijving wordt opgenomen
de bepaling, dat de dienstjaren door den be
trokken c.apitulant bij de Koninklijke Mare
chaussee, de Politietroepen of bij 'n ander
Rijkswapen doorgebracht niet voor perio
dieke verhooging in aanmerking komen en
derhalve benoeming van capitulanten steeds
zal geschieden op de in de verordening aan
gegeven minimum wedde.
Goedgevonden.
Voorstel tot het vragen van ontheffing van
de verplichting, opgelegd in artikel 179, 2e
lid, der Gemeentewet (benoeming van capi
tulanten in gemeontebetrekkingen, anderen
dan die van gemeenteveldwachter). Dit be
treft alleen den meteropnemer-gcldophalcr
van de gasfabriek.
Aldus wordt besloten.
„Niemand kan er meer butlerachtig uit
zien dan jij", zei Keating weinig vleiend.
„Denk er eens over na. Ik moet nog een
woordje met onzen vriend Larry spreken,
vóór hij er tusschen uit gaat. Tot ziens. Als
ik je weer zie, moet je links van me staan,
en heel netjes vragen: „asperges mijnheer?"
Hij ontweek handig een stoot in de rib
ben en vertrok.
„Sommige lui kunnen nou eenmaal niks
verdragen, is 't wel?" merkte de chauffeur
grinnikend op. „Ik moet tenminste heel wat
gehad hebben, voor ik zoover ben als hij!"
Larry grinnikte terug en sleepte zijn „dron
ken kameraad" de Angels Crescent in. Hij
had er terecht op vertrouwd, dat een derge
lijke verschijning in de Barbican niets onge
woons was en slaagde er in, zonder al te veel
de aandacht getrokken te hebben, bij Lou
Staam te komen. Eens in den winkel, nam hij
Keating vierkant op en bracht hem naar de
lift in de achterkamer, en vandaai naar be
neden.
Zyn aankomst in den bovensten kelder ver
oorzaakte vrij wat opzien.
,,'n Cadeautje voor jou. Lou," grinnikte
Larry, en liet Keating op den vloer glijden.
„Drommels, daar heb je Vloóienpoeier.
riep Chorley verbaasd. „Wat is er nou te
doen, Larry?"
Larry nam zijn sigarettenkoker en keek
Chorley even aan. Vervolgens stak hij lang
zaam een sigaret op en ging kringetjes bla
zen. Zijn stilzwijgendheid maakte ouden Lou
zenuwachtig.
„Wat ben je voornemens met dien rus te
doen?" vroeg hij. „Die zaak is ja zeer ge
vaarlijk."
„Zet hem maar in den kelder hier beneden,
Lou. Hij komt we] weer bij, hg is alleen maar
verdoofd. Ik heb persoonlijke redenen, waar
om ik hem nou niet in de stad kan laten
rondsukkelen. De zaak zit zoo, dat als ik
hem vrijlaat, hy mij inrekent," verklaarde
Larry. Toevallig ontmoetten zijn oogen die
van Chorley.
„Onthoud, Chorley," zei hij nadrukkelijk,
70 pet. uitkeering voor de R.K.
school.
Verzoek van het bestuur van de R.K.
school voor gewoon lager onderwijs te 't
Veld onder deze gemeente om Ingevolge
artikel 205ter der Lag er-onderwijswet 1920
aan het bestuur te willen uitkeeren 80 pet.
van de waarde, waarop het gebouw van
genoemde school, blijkens de actie van
taxatie d.d. 30 September 1921 is geschat.
Deze taxatie bedraagt f 51500.
In verband met bet feit, dat een der vier
leslokalen al eenige jaren niet als zoodanig
is gebruikt en het niet te verwachten is,
dat dit binnen afzienbaren tijd wederom in
gebruik zal worden genomen, stellen B.
en W. voor de uitkeering te bepalen op 70
pet. van genoemd bedrag, derhalve op
f 3S150.
Dit bedrag werd door B. en W. redelijk
geacht, maar dat zal wel uitgemaakt wor
den.
De heer De Boer gaat niet met de motï-,
veering accoord. dat het 4e lokaal niet bin
nen afzienbaren tijd in gebruik zal worden,
genomen. Spr. denkt van wel.
De Voorzitter heeft er met verschillende
personen over gesproken, die met hem van
meening waren, dat er zich bijzondere om
standigheden voordoen.
De heer Gaijaard vraagt hoeveel leerlin
gen de school bezoeken.
De Voorzitter zegt, dat er 3 leerkrachten
zijn. hoeveel leerlingen weet spr. zoo precies
niet.
De heer Leegwater weet het ook niet ze
ker, maar meent dat er pl.m. 140 leerlin-
gèn zijn.
De heer Olie vraagt of er overleg is ge
pleegd met het hoofdbestuur.
De Voorzitter oordeelt dat niet noodig,
neemt men er genoegen mee. dan is het
goed. gaat men er niet mee accoord, dan
kan men in beroep gaan en dan zal wel
uiteemaakt worden wie er gelijk krijgt.
Het voorstel van B. en W. wordt in stem
ming gebracht en aangenomen met 6—1
stem, die van den heer De Boer.
Leening ten behoeve van de
uitkeering.
Voorstel tot het aangaan van een geld-
leening tot bovenvermeld bedrag tegen be
taling van een jaarlijksche annuiteit van
ten hoogste f 2073.19, gedurende 40 jaren
(berekend tegen een rente van 41/4 pet.)
Conform wordt besloten.
Kasgeldleening.
Voorstel tot het aangaan van een kas
geldleening voor 1937 tot een bedrag van
ten hoogste f 10000.tegen een rente van
uiterlijk V/> pet. boven het promessedis
conto van de Ned. Bank. Allen voor.
Ingekomen is het verslag der vergadering
van de Commissie voor den Vleeschkeu-
ringsdienst van 12 October j.1. en begroo
ting voor den dienst voor 1937.
Ingekomen is voorts bet verslag van de
vergadering der Commissie van beheer over
de gemeenschaopeliike gasfabriek Winkel
N. Niedorp, gehouden op 16 October j.1.,
welk verslag door den Secretaris wordt
voorgelezen.
De heer Olie spreekt er zijn verwonde
ring over lilt, dat men vanuit Winkel do
afschrijving nu wilde verschuiven.
Aangeboden wordt de begrooting voor 't
dienstjaar 1937.
Wanneer alle zeilen bij de mast gezet
worden, aldus de Voorzitter, kan de ergste
graad van noodlijdendheid voorkomen
worden. De begrooting is sluitend gemaakt
met een volledige uitkeering uit bet werk-
loosheidssubsidicfonds en dito belastingbij-
drage. De post onvoorzien bedraagt f600.
Tegen ongeoorloofde prijsopdrijxing.
Voorstel tot verleening van een crediet
van f1000.— aan den burgemeester voor
betaling van goederen bij eventuccle inbe
slagneming in verband met ongeoorloofde
prijsverhooging. Goedgevonden.
De Voorzitter kan nog mededeelen dat zich
hier geen gevallen van prijsopdrijving heb
ben voorgedaan.
Bij de rondvraag verlangt niemand hot
woord; sluiting volgt.
dat je hier niets mee te maken 'hebt. Je hoeft
het Keating niet gemakkelijk te maken, maar
ik wil niet, dat hij beschadigd wordt. Als ik
hem op reis wil sturen, zal ik hem zelf wel
komen halen."
Chorley haalde zijn schouders op. „Waar
komt die innige vriendschap ineens van
daan
„Nieuwsgierigheid," zei Larry op school-
meesterachtigen toon, „'is vergeeflijk in een
kind, natuurlijk in een vrouw, maar betreu
renswaardig in een man. Het eenige wat je te
doen hebt, is te zorgen dat hij jou leelijke
facie niet te zien krijgt, of die van Lou."
„Ganz alleen met de ratten, hè?" klakte
Lou. „Ratten houden niet van inspecteurs, hè,
Chorley?"
Chorley beantwoordde den zet met een
flauw glimlachje, dat onmiddellijk verdween,
toen hij merkte dat Larry hem aankeek.
Hij stak geen hand uit om Larry te helpen,
toen die den inspecteur weer naar de lift
sleurde, en ging ook niet meer naar beneden.
De onderste kelder was een donker hol,
waar 't rook naar rottend stroo en vocht, en
alleen maar gemeubeld was met een ruwe
krib, waarboven een ring in den muur be
vestigd was. Daaraan hing een ijzeren ket
ting met een slot. Larry wond den ketting
om Keating's borst, sloot hem en deed een
paar passen achteruit om, voor hij naar de
lift ging, zijn werk nog eens te keuren.
„Ik moet Keating nog een en ander betaald
zetten," zei hij tegen Lou, „dus laat hem niet
denken, dat hy bij Ritz is. Zorg, dat alles
wat hij als diner krijgt, eetlust is, en maak
de andere maaltijden niet te overvloedig. Met
water en brood kan iemand een heelen tijd in
leven blijven; en laat hem vooral niet mer
ken, waar hij is, en zorg ook, dat hij je niet
herkent."
„Reken daar maar op," zei de oude man
„Ik heb geen lust, de rest van myn leven in
eeen cel door te brengen. Ik zal den Bursch
zelf voederen, met mijn gezicht bedekt."
(Wordt vervolqd.)