T&OOPER Herfst in de OMGEVINGNIEUWS Raad Nieuwe Niedorp Wier inger meer Rede van Ds. Schermerhorn Feuilleton 3§f In den polder doet men niet aan winterslaap. Een druk ver- eenigingsleven staat voor de deur. 't Is herfst in de Wieringermeer.... Van de Haukes tot Medemblik en van Den Oever tot Kolhorn vertoont het zwerk hetzelfde beeld: voortjagende wolken, die nu hier en dan daar weer hun natte last op het aardrijk laten vallen. Een gure wind drijft steeds weer nieuwe wolken aan en slaat den voetganger en wiel rijder den regen en hagel in het gelaat. Het is koud in den polder. Door het ontbreken van een natuurlijke beschutting door hooge boomen vieren de gure Octoberstormen in Neêrland's twaalfde provincie hoogtij. Hét valt niet mee per rijwiel of te voet den storm te moeten trotseeren. Meter voor me ter moet men hem bekampen. Het treurige nieuws van het vergaan van den Scheveningschen logger roept in den te gen den wind worstelenden Wieringermeer- der herinneringen op aan den tijd, dat in den polder niet alleen storm, doch ook brui send zeewater en torenhooge golven vrij spel hadden. Onwillekeurig huivert men bij de gedachte, dat op dezelfde plaats, waar men zich thans bevindt, nog slechts voor enkele jaren de zeeman heeft, gevochten voor be houd van leven en goed. Een veilig gevoel is het thans grond onder de voeten te voelen. Drommen landarbeiders ziet men dikwijls reeds midden op den dag huiswaarts tijgen: het werk is afgelascht! regenverlet is aan de orde van den dag. In de woningen branden de kachels. Het gezin zit gezellig bij- den huiselijken haard. De dagen korten snel. Reeds om 5 uur valt de avond in en worden de lampen aangesto ken. De Wieringermeer gaat haar winterslaap in... Allicht is men geneigd dit te zeggen, doch men is dan toch abuis. Vooral op maat schappelijk terrein kan niet worden gespro ken van winterslaap, integendeel, gedurende de herfst- en wintermaanden werkt het ver- eenigingsleven eerst op volle kracht. In de zomerdagen, met hun lange werkdagen, komt er niet veel van deel te nemen aan 't vereenigingsleven. Des winters wordt de schade ingehaald en het groote aantal ver- eenigingen, dat de Wieringermeer in haar jonge leven reeds telt, is er het bewijs van. dat de Wieringermeerders het vereenigings leven liefhebben. Begrijpelijk is de animo voor vereenigings leven intusschen wel. Iedere kolonist heeft immers hetzelfde ideaal: mede te werken aan de verdere voltooiing van Neerland's grootste bouwwerk, de drooglegging der Zuiderzee. Dat gezamenlijk streven en het leven onder dezelfde omstandigheden brengt de men- schen te zamen. „Eendracht maakt macht", zegt het spreek woord. De waarheid hiervan wordt door de feiten in de Wieringermeer wel bevestigd. Het vereenigingsleven beweegt zich hier niet alleen op ontspannings of sportgebied (muziek-, zang-, voetbal-, schaakvereeniging, enz.), ook op cultureel gebied wordt in de Wieringermeer veel gedaan. Dank zij een zeer diligente commissie voor Land- en Tuinbouwonderwijs, is een serie cursussen georganiseerd, die in menige an dere Nederlandsche plaats niet zal worden aangetroffen. Naast de bekende land- en tuinbouw- en bijenteeltcursussen heeft, die commissie voor de huisvrouwen en jonge dames de gelegenheid opengesteld haar ken nis in costuumnaaien en knippen te verrij ken. Bovendien heeft de commissie een in middels reeds befaamden cursus „Het Be stuur van het Rijk, de Provincie en de Ge meente" georganiseerd, waarvoor groote be langstelling, blijkt te bestaan. Ook van de geestelijke verzorging kan niet Worden gezegd, dat deze den winterslaap ingaat. Een uitgebreid programma hebben de godsdienstige organisaties voor dezen win ter opgesteld. De orth. Ned Hervormde Evangelisatie heeft zelfs expres voor de wintermaan den naast den godsdienstonderwijzer een hulpprediker aangesteld, terwijl, naar verluidt, de Kerkeraad der Ned. Herv. Kerk voor het komende seizoen eveneens een hulp prediker zal aanstellen. De winter staat voor de deur Het Wieringermeersche vereenigingsleven gaat ontwaken. Het ga hem goed in het ko mende seizoen. Aan een uitgebreid en goed georganiseerd vereenigingsleven heeft de Wieringermeer behoefte! Dat het moge bijdragen tot de uit eindelijke voltooiing van onzen schoonen polder! WIERJNGEN In de groote zaal van Cinema de Haan werd Woensdagavond een groote vergade ring gehouden van het I. R. H. (Internati onale Roode Hulp). Als spreker trad op Ds. N. J. C. Schermerhorn, met als onderwerp: „Heeft deze maatschappij nog recht van bestaan?" Na een kort openingswoord door den voorzitter, vangt te 8 uur Ds. Schermer horn zijn rede aan. Spr. heeft alle reden om deze vraag te stellen, 't Is op 't oogen- blik in deze wereld een wonderlijke boel. Er heerscht een wanorde; een groote chaos. Reeds dadelijk komen twee vragen sterk naar voren: le. Kunnen wij deze huidige maatschap pij in wording en wijze begrijpen? 2e. Welke maatstaf kunnen wij ter be oordeeling aanleggen? Om te beginnen de eerste vraag. Spr. ver baast zich erover, dat velen van de heden- daagsche toestanden niets en niemendal be grijpen en vreemd tegenover deze maat schappij staan. Zij klagen maar, doch wil len niet inzien, dat ze op een verkeerde plaats zijn terecht gekomen. Hoe staan wij tegenover elkaar? De mees ten leven om zich stoffelijk te bevoordeelen en te handhaven en vinden dat normaal. Men doet zijn best, om 't zoo goed moge lijk te krijgen. Dit streven om zich stoffelijk te bevoor deelen, stempelt iemands leven en doet steeds de maatschappij vervormen, wat men dan de maatschappelijke orde noemt. Hoe ziet deze maatschappelijke orde er dan wel uit, die zoo mooi voorgedaan wordt? De beide uitersten hiervan zijn: rijkdom, weelde en overdaad, contra ar moede, ontbering en ellende. We kunnen dan ook een drieledige groe peering onderkennen: le. een kleine klasse met groote win sten, de zuivere kapitalisten. 2e. de meer of minder welgestelden, (middenstand of bourgeoisie). 3e. de massa-arbeiders (proletariaat). Tusschen deze drie klassen kan heden onmogelijk een zeer vriendelijke houding bestaan. Allen leven uit dezelfde geest: hun hooge begeerte. En dan wel ten eerste de begeerte om te hebben, om te bezitten. Steeds zien we een overgaan naar een hoogere klasse (b.v. Rockefeller), of neer storten in een lagere klasse. Ondanks dit alles is er een verwoede strijd van allen tegen allen. Gevolg: be drog, diefstal en zelfs moord. Hoe staan wij daar tegenover? Dat deze maatschappij zóó is, is niet 't gevolg van het feit, dat de menschen slecht zijn. Neen, zij zijn dom en geven zich geen rekenschap van de levensvragen. Tedereen spreekt over slechte menschen. doch schakelt zichzelf al tijd uit. Maar in wezen lijken we toch' alle maal op elkaar. We strijden niet om plezier van een an ders ondergang te beleven, doch zijn door 't huidige maatschappelijke stelsel gedoemd om te strijden of te gronde te gaan. Als gevolg hiervan moeten we deze huidige maatschappij veroordeelen en we mogen haar niet langer beschermen. Als grondstelling voert spr. dan' aan: Ie der heeft recht op wat hij zelf gemaakt heeft. Niemand kan echter alleen iets ma ju*. 43. Barbara glimlachte. „Ik hoop, dat jullie hem te pakken krij gen ik voel me niets veilig, zoolang als die Strooper hier rondzwerft Ik heb zoo'n idee dat 't op Marske House gemunt heeft en dat Jan en Juffrouw Greer op een of andere manier met hem in verband staan. Bovendien ben ik er persoonlijk bij geinte resseerd, omdat iemand vannacht mijn wa gen gebruikt heeft, en mij, zooals Jan me wou laten gelooven, heeft verdoofd." Keating fronste zijn wenkbrouwen. Hij zag die gevallen nu in een heel ander licht maar zei er niets over en nam na een paar minuten afscheid van haar. 's Middags kwam Barbara geheel alleen naar de lijkschouwing, terwijl Jan en juf frouw Greer tezamen waren gekomen. Ze luisterde zonder veel belangstelling naar het vrij droge, proces, en verwonderde zich alleen een beetje over de behecrschte hou ding van juffrouw Greer, die in 't geheel niet in overeenstemming was met haar ze nuwachtig gedrag van dien morgen. Maar toen Larry zijn getuigenis aflegde, toonde Barbara meer belangstelling. Eens keerde hij zich even om, teneinde het hof te overzien, en daarbij ontmoetten hun oogen elkaar. Barbara onderging een vreem de sensatie. Hij zag er werkelijk goed uit, niet veel meer dan een jongen en toch beweerde Keating, dat hij de meest beruch te bendeleider was van Engeland. Barbara begon aan het juiste oordeel van den in specteur te twijfelen en luisterde nauwe lijks, naar zijn getuigenis, toen hij aan de beurt kwam. Pas toen de Jury de uitspraak deed: „moord met voorbedachten rade, door een of meerdere onbekende personéh", schoot haar iets zeer opmerkelijks te bin nen: superintendant Kaye was niet opgeroe pen, en toch had Keating uitdrukkelijk ge zegd, dat Kaye het was, die het lijk had gevonden. Nu herinnerde Barbara zich, dal Keating over de*vondst getuigenis afgelegd had in naam van Kaye, en dat de Coroner een ontstemde opmerking gemaakt had over de afwezigheid van den superinten dant. Toen had Keating iets op een briefje geschreven, en dat aan den Coroner over gereikt, waarna het onderwerp niet meer was aangeroerd. Barbara was in zooverre tevredengesteld, ken, daar alles 't werk is van een heele gemeenschap. Hieruit volgt, dat alles wat door-gemeen schappelijke arbeid verkregen is, aan deze gemeenschap toebehoort. Hoe komt 't nu, dat de rijkdommen en goederen der aarde niet aan de gemeen schap behooren? Alles is toch door arbeid ver kregen? 't Is hen ontnomen. Oorspronke lijk had men sterkeren in lichaamskracht, later sterkeren in geest. Zij maakten zich meester van de bodem, lieten anderen er op werken tegen geringe vergoeding. Ge volg: dienstbaarheid en slavernij. De arme had niets meer om te verkoopen dan zijn werkkraht. Ook heden is dit nog zoo. Er wordt dan ook slechts geprodueerd voor winst, doch niet voor de behoefte. Maar al te vaak volgt vernietiging, om toch maar vooral de prijs op peil te houden En hoevelen lijden geen gebrek? Spr. leest hierbij eenige ontstellende cijfers voor, die helaas ook voor ons eigen land gelden. Is dit stelsel dan wel rechtvaardig? En toch verdedigt men het. Evenzeer verlangt men koloniën voor industrieele export. De ze honger naar afzetgebied geeft aanleiding tot internationale botsingen en oorlogen, wat eigenlijk niets anders zijn dan com- mercieele handelsondernemingen. Geldregeering voert de wereld ten gronde. Vlillïoenen verkeeron in grooten nood, doch kunnen ondanks de hooge productiemoge lijkheden, niet aan hun minimumbehoeften voldoen. Er is^toch verandering mogelijk? Men stuit echter op de geestestraagheid. De massa denkt weinig na en is geneigd de huidige werkelijkheid als de ecnig moge lijke te beschouwen. Niets blijft, alles is aan verandering en groei onderhevig. Men moest eens meer doordrongen zijn van de Christelijke mo raal: Hebt uw naasten lief gelijk uzelven. Wanneer wij zin voor waarheid hebben, dan komen we voor deze wereld te staan als onverzoenlijke revolutionnairen. Er be hoeft toch geen nood te bestaan? De we reld beschikt over alle middelen, die kun nen leiden tot broederschap. Alles kan te genwoordig in een minimum van tijd wor den geproduceerd. De bodem en de productiemiddelen moe ten in handen van de gemeenschap. Ieder een moét hiervan deel uitmaken en er mag geen parasiteerende klasse meer be slaan, die zelf niets uitvoert. Wanneer de arbeid niet meer gedaan werd om anderen rijk te maken, doch om er zelf van mee te profiteeren. dan krijgt men arbeidsvreugde en verdwijning van klassetegcnsland. Er zal een samenwerken komen om 't leven rijker en schooner te maken. De heer Zoutsma uit Den Oever vraagt daarna aan spr. een duidelijker uitlegging van zijn schrijven in de Schager Courant van Zaterdag j.1. Op klare wijze wordt hem deze verstrekt. Een hartelijk applaus door 't vrij talrijke publiek beloonde Ds. Schermerhorn voor zijn gloedvolle rede. Hierna volgde sluiting. Vergadering van het Revolution. nair Anti-Militaristisch Comité. Jo de Haas spreekt. Woensdagavond heefr Jo de Haas voor het Rev. Anti-Mil. Gewestelijk Comité, in de zaal van den lieer Scheltus gesproken. Te ruim half acht sprak de heer R. Hol- tjer het openingswoord uit, waarna Jo de Haas dadelijk met zijn rede aanving. Spr. belichtte het anti-militarisme in ver band met de gebeurtenissen in Spanje op een duidelijke wijze. Spr. zei o.a. dat de leiders van het anti- militarisme thans een moeilijke taak heb ben. Zij moeten niet alleen tegen het kapi talisme strijden maar ook tegen sommige kameraden uit eigen kring, die door de ge welddadige strijd in Spanje van meening zijn veranderd. Dat daar die strijd woedt is de schuld van de arbeiders zelf; zij toch 1:ebben in de 18 jaren na den wereldoorlog hun taak als anti-militarist niet begrepen en dit blijft, zooals we thans zien, niet on gestraft. Velen hebben geloofd in den Vol kenbond. Deze brengt echter geen ontwape ning, neen eerder bèwapening. Momenteel is de wereld eigenlijk niets dan één groot wapenarsenaal, waaruit de fascisten wapens putten om de arbeiders om hals te brengen. dat ze Larry gezien had, maar het ergerde haar, dat Kaye niet op de proppen gekomen was. En toch had zij hem ook gezien, een kleinen corpulenten man, dien ze terloops had aangemerkt als een idealen butler en dien ze, als ze na afloop der zitting niet dadelijk weggereden was, in Keating's ge zelschap aangetroffen zou hebben. In de kam ei' van den Coroner bespraken de twee onafscheidelijkcn het geval en wisselden van gedachten dat wil zeggen, Keating sprak en Kaye luisterde. De inspecteur ver telde, wat hij bij stukjes en brokjes van Barbara gehoord had. „De wagen het gedrag van juffrouw Greer—en die andere dingen", besloot hij knorrig, „me dunkt, dat we, alles bij el kaar genomen, de verklaring op Markse House kunnen vinden. Kaye. Ik zou wel eens willen weten, wat Jan gisteravond uit gevoerd heeft. Een kastelein en een tabaks handelaar in Coulsdon bevestigden zijn a- libi, maar ik weet niet Jan is een glib berige kwant" Kaye glimlachte peinzend. „In elk geval denk ik, dat Jan's alibi wel in orde zal zijn." meende hij: „Den Strooper moeten we hebben en ik ge loof, dat we hem hebben ook." „Dus je meende wat je vanmorgen zei?" vroeg Keating. „Zeker, maar ik gééf er de voorkeur aan mijn ontdekking voor me te houden, tot ik met bewijzen voor den dag kan komen." „Zelfzuchtige hond", zei Keating beleefd. „Ik hoop, dat er van je theorie niets terecht komt." Kaye keek listig uit zijn vriendelijke oog jes. „Alles komt samen in dat huis" was hij zoo goed te zeggen. „Vroeg of laat kan 't nog interessant worden. De Strooper is al leen in Reigate om Jan te bewaken en als ik me niet vergis, zal Larry niet ver af zijn." Keating knikte en kreeg plotseling zijn wekelijkschen inval. Hij begon dien opge togen uit te leggen. Kaye luisterde een poosje en glimlachte toen breed. „Zie ik er uit als een butler?" vroeg hij vroolijk. De Spaansche arbeiders vallen als slacht offers van hun eigen fouten, zij hebben dus als het ware zelfmoord gepleegd. Velen roepen: wapens naar Spanje; ons advies is: „Geen wapens naar Spanje". Spreker besprak verder nog de laatste in ternationale gebeurtenissen. Nadat nog eenige vragen waren beant woord, sloot de voorzitter de vergadering., onder dank aan den spreker. Binnenkort zal met de uitvoering der werkobjecten worden begonnen. 70% uitkeering in plaats van 80. Als het niet goed is, hooren we het well Alle zeilen bij de mast! Vergadering van den raad op Donderdag 29 October 1936, 's middags om 2 uur. Voorzitter de heer P. Pluister, burgemees ter; secretaris de heer S. Haringhuizen. Allen zijn aanwezig. Na opening volgt vaststelling van de no tulen. Van de ingekomen stukken, noemen we de goedkeuring van eenige raadsbesluiten. Mededeeling wordt gedaan, dat door Ged. Staten werd goedgekeurd de begrootïng voor het dienstjaar 1936 en dat het quotiënt bedoeld in het 2e lid van art. 16 van het Financieele Verhoudingswet is vastge steld op 14.6367. Proces-verbaal van kasverificatie. Protestmotie. Aan de orde is de protestmotie van den heer Gaijaard tegen de afschaffing van den huurbijslag, waarover in de vorige vergade ring de stemmen hebben gestaakt. Waar de situatie door de maatregelen na de devalua tie is gewijzigd en daardoor deze motie geen zin meer heeft, wordt van stemming afgezien. Aangedrongen op het doen uit voeren van de werkobjecten. Verzoek van de afdeeling Nieuwe Niedorp van den Ned. Bond van Arbeiders in het Landbouw-, Tuinbouw- en Zuivelbedrijf om in verband met de stopzetting van de werk verschaffing in de Wieringermeer zoo spoe dig mogelijk de diverse plaatselijke werk objecten te doen uitvoeren. B. en W. zijn voornemens per 1 November met een reeds goedgekeurd werkverschaf- fingsobjept een aanvang te doen maken. De goedkeuring op de overige subsidie aanvragen, welke reeds geruimen tijd ge leden zijn ingediend, zal vermoedelijk eerst daags afkomen. Het goedgekeurde werkobject is het voet balveld te 't Veld, omtrent de andere objec ten heeft de voorzitter zich met de bevoegde instanties verstaan en heeft den indruk ge kregen dat goedkeuring spoedig zal volgen. Het betreft natuurlijk geen objecten waar lang aan gewerkt kan worden. Aanvulling veldwachtersverordening. Voorstel tot aanvulling van de veldwach tersverordening in verband met de benoe ming van capitulanten tot gemeenteveld wachter in dezen zin, dat daarin ter vol doening aan de daaromtrent van hoogerhand ontvangen aanschrijving wordt opgenomen de bepaling, dat de dienstjaren door den be trokken c.apitulant bij de Koninklijke Mare chaussee, de Politietroepen of bij 'n ander Rijkswapen doorgebracht niet voor perio dieke verhooging in aanmerking komen en derhalve benoeming van capitulanten steeds zal geschieden op de in de verordening aan gegeven minimum wedde. Goedgevonden. Voorstel tot het vragen van ontheffing van de verplichting, opgelegd in artikel 179, 2e lid, der Gemeentewet (benoeming van capi tulanten in gemeontebetrekkingen, anderen dan die van gemeenteveldwachter). Dit be treft alleen den meteropnemer-gcldophalcr van de gasfabriek. Aldus wordt besloten. „Niemand kan er meer butlerachtig uit zien dan jij", zei Keating weinig vleiend. „Denk er eens over na. Ik moet nog een woordje met onzen vriend Larry spreken, vóór hij er tusschen uit gaat. Tot ziens. Als ik je weer zie, moet je links van me staan, en heel netjes vragen: „asperges mijnheer?" Hij ontweek handig een stoot in de rib ben en vertrok. „Sommige lui kunnen nou eenmaal niks verdragen, is 't wel?" merkte de chauffeur grinnikend op. „Ik moet tenminste heel wat gehad hebben, voor ik zoover ben als hij!" Larry grinnikte terug en sleepte zijn „dron ken kameraad" de Angels Crescent in. Hij had er terecht op vertrouwd, dat een derge lijke verschijning in de Barbican niets onge woons was en slaagde er in, zonder al te veel de aandacht getrokken te hebben, bij Lou Staam te komen. Eens in den winkel, nam hij Keating vierkant op en bracht hem naar de lift in de achterkamer, en vandaai naar be neden. Zyn aankomst in den bovensten kelder ver oorzaakte vrij wat opzien. ,,'n Cadeautje voor jou. Lou," grinnikte Larry, en liet Keating op den vloer glijden. „Drommels, daar heb je Vloóienpoeier. riep Chorley verbaasd. „Wat is er nou te doen, Larry?" Larry nam zijn sigarettenkoker en keek Chorley even aan. Vervolgens stak hij lang zaam een sigaret op en ging kringetjes bla zen. Zijn stilzwijgendheid maakte ouden Lou zenuwachtig. „Wat ben je voornemens met dien rus te doen?" vroeg hij. „Die zaak is ja zeer ge vaarlijk." „Zet hem maar in den kelder hier beneden, Lou. Hij komt we] weer bij, hg is alleen maar verdoofd. Ik heb persoonlijke redenen, waar om ik hem nou niet in de stad kan laten rondsukkelen. De zaak zit zoo, dat als ik hem vrijlaat, hy mij inrekent," verklaarde Larry. Toevallig ontmoetten zijn oogen die van Chorley. „Onthoud, Chorley," zei hij nadrukkelijk, 70 pet. uitkeering voor de R.K. school. Verzoek van het bestuur van de R.K. school voor gewoon lager onderwijs te 't Veld onder deze gemeente om Ingevolge artikel 205ter der Lag er-onderwijswet 1920 aan het bestuur te willen uitkeeren 80 pet. van de waarde, waarop het gebouw van genoemde school, blijkens de actie van taxatie d.d. 30 September 1921 is geschat. Deze taxatie bedraagt f 51500. In verband met bet feit, dat een der vier leslokalen al eenige jaren niet als zoodanig is gebruikt en het niet te verwachten is, dat dit binnen afzienbaren tijd wederom in gebruik zal worden genomen, stellen B. en W. voor de uitkeering te bepalen op 70 pet. van genoemd bedrag, derhalve op f 3S150. Dit bedrag werd door B. en W. redelijk geacht, maar dat zal wel uitgemaakt wor den. De heer De Boer gaat niet met de motï-, veering accoord. dat het 4e lokaal niet bin nen afzienbaren tijd in gebruik zal worden, genomen. Spr. denkt van wel. De Voorzitter heeft er met verschillende personen over gesproken, die met hem van meening waren, dat er zich bijzondere om standigheden voordoen. De heer Gaijaard vraagt hoeveel leerlin gen de school bezoeken. De Voorzitter zegt, dat er 3 leerkrachten zijn. hoeveel leerlingen weet spr. zoo precies niet. De heer Leegwater weet het ook niet ze ker, maar meent dat er pl.m. 140 leerlin- gèn zijn. De heer Olie vraagt of er overleg is ge pleegd met het hoofdbestuur. De Voorzitter oordeelt dat niet noodig, neemt men er genoegen mee. dan is het goed. gaat men er niet mee accoord, dan kan men in beroep gaan en dan zal wel uiteemaakt worden wie er gelijk krijgt. Het voorstel van B. en W. wordt in stem ming gebracht en aangenomen met 6—1 stem, die van den heer De Boer. Leening ten behoeve van de uitkeering. Voorstel tot het aangaan van een geld- leening tot bovenvermeld bedrag tegen be taling van een jaarlijksche annuiteit van ten hoogste f 2073.19, gedurende 40 jaren (berekend tegen een rente van 41/4 pet.) Conform wordt besloten. Kasgeldleening. Voorstel tot het aangaan van een kas geldleening voor 1937 tot een bedrag van ten hoogste f 10000.tegen een rente van uiterlijk V/> pet. boven het promessedis conto van de Ned. Bank. Allen voor. Ingekomen is het verslag der vergadering van de Commissie voor den Vleeschkeu- ringsdienst van 12 October j.1. en begroo ting voor den dienst voor 1937. Ingekomen is voorts bet verslag van de vergadering der Commissie van beheer over de gemeenschaopeliike gasfabriek Winkel N. Niedorp, gehouden op 16 October j.1., welk verslag door den Secretaris wordt voorgelezen. De heer Olie spreekt er zijn verwonde ring over lilt, dat men vanuit Winkel do afschrijving nu wilde verschuiven. Aangeboden wordt de begrooting voor 't dienstjaar 1937. Wanneer alle zeilen bij de mast gezet worden, aldus de Voorzitter, kan de ergste graad van noodlijdendheid voorkomen worden. De begrooting is sluitend gemaakt met een volledige uitkeering uit bet werk- loosheidssubsidicfonds en dito belastingbij- drage. De post onvoorzien bedraagt f600. Tegen ongeoorloofde prijsopdrijxing. Voorstel tot verleening van een crediet van f1000.— aan den burgemeester voor betaling van goederen bij eventuccle inbe slagneming in verband met ongeoorloofde prijsverhooging. Goedgevonden. De Voorzitter kan nog mededeelen dat zich hier geen gevallen van prijsopdrijving heb ben voorgedaan. Bij de rondvraag verlangt niemand hot woord; sluiting volgt. dat je hier niets mee te maken 'hebt. Je hoeft het Keating niet gemakkelijk te maken, maar ik wil niet, dat hij beschadigd wordt. Als ik hem op reis wil sturen, zal ik hem zelf wel komen halen." Chorley haalde zijn schouders op. „Waar komt die innige vriendschap ineens van daan „Nieuwsgierigheid," zei Larry op school- meesterachtigen toon, „'is vergeeflijk in een kind, natuurlijk in een vrouw, maar betreu renswaardig in een man. Het eenige wat je te doen hebt, is te zorgen dat hij jou leelijke facie niet te zien krijgt, of die van Lou." „Ganz alleen met de ratten, hè?" klakte Lou. „Ratten houden niet van inspecteurs, hè, Chorley?" Chorley beantwoordde den zet met een flauw glimlachje, dat onmiddellijk verdween, toen hij merkte dat Larry hem aankeek. Hij stak geen hand uit om Larry te helpen, toen die den inspecteur weer naar de lift sleurde, en ging ook niet meer naar beneden. De onderste kelder was een donker hol, waar 't rook naar rottend stroo en vocht, en alleen maar gemeubeld was met een ruwe krib, waarboven een ring in den muur be vestigd was. Daaraan hing een ijzeren ket ting met een slot. Larry wond den ketting om Keating's borst, sloot hem en deed een paar passen achteruit om, voor hij naar de lift ging, zijn werk nog eens te keuren. „Ik moet Keating nog een en ander betaald zetten," zei hij tegen Lou, „dus laat hem niet denken, dat hy bij Ritz is. Zorg, dat alles wat hij als diner krijgt, eetlust is, en maak de andere maaltijden niet te overvloedig. Met water en brood kan iemand een heelen tijd in leven blijven; en laat hem vooral niet mer ken, waar hij is, en zorg ook, dat hij je niet herkent." „Reken daar maar op," zei de oude man „Ik heb geen lust, de rest van myn leven in eeen cel door te brengen. Ik zal den Bursch zelf voederen, met mijn gezicht bedekt." (Wordt vervolqd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1936 | | pagina 7