BINNENLAND
De Nijenrode-zaak
Abonneert U op
dit blad
Bevolkingsonderzoek in de
Onze pluimveestapel wordt
afgeslacht.
Twee kinderen aangereden
Gecompliceerde aanrijding
te Wassenaar
Treffende plechtigheid
in het zwaar getroffen
Scheveningen
Weder ongeluk op
drooggelegde Zuiderzeepolders
Zetel der stichting zal worden
gevestigd te Amsterdam.
In tegenwoordigheid van vele autoritei
ten, onder wie de Commissaris der Ko
ningin in de provincie Noordholland en
den Burgemeester van Haarlemmermeer,
dien heer Mr. A. Slob, heeft gistermiddag in
het Raadhuis te Hoofddorp de officieele
stichting plaats gehad van de „Stichting
voor het bevolkingsondërzoek iii de droog
gelegde Zuiderzeepolders".
Bij deze plechtigheid heeft Prof. Dr. H.
N. ter Veen, hoogleeraar in de sociale
aardrijkskunde voorzitter van het bestuur
der stichting een rede uitgesproken.
Toen op 4 Januari van dit jaar de Zui-
derzeeverecniging haar 50-jarig bestaan
herdacht, aldus Prof. ter Veen werd
erop gewezen, dat de vereeniging haar
taak nog niet had volbracht. Nog 200.000
H.A. zullen worden drooggelegd en geko
loniseerd. Deze kolonisatie van een uitge
strektheid ter grootte eener Nederlandsche
provincie zal niet-, als weleer, vrij en on
belemmerd plaats vinden, doch geleid door
de overheid.
De huidige maatschappij toch ge
looft niet meer, dat het grootste
sociale nut verkregen wordt door
de vrije onbelemmerde toestrooming
van kolonisten en de spontane se-
lectie. Hoe verschillend de inzichten
in Nederland ook. mogen zijn ten
opzichte der sociale politiek in het
algemeen, vrijwel allen zijn ervan
overtuigd, dat de landsregeering
zich bij voortduring zal moeten
blijven bezighouden met de nieuwe
poldePbevolking, ook wanneer de
eigenlijke drooglegging zal zijn vol
tooid.
Het „Verslag der commissie inzake het
bestudeeren van de uitgifte der Zuiderzee-
gronden" is geheel gegrond op deze ge
dachte, de overheidszorg voor de bevolking
van den Wieringermeerpolder en zijn
woongebied is een treffend bewijs voor de
rationeele oriënteering der sociale politiek.
Hier lag voor de Zuiderzeevereenigin'g de
nieuwe taak, even aantrekkelijk als be
langrijk, n.1. het verzamelen van gegevens
omtrent de reeds drooggelegde gebieden en
hun bewoners en de bcstudeering daarvan,
opdat geen kennis verloren ga, waarvan
het nageslacht nut zou kunnen hebben.
Nadat het contract verkregen was met
hen, die de idee der Zuidcrzeevereeniging
zouden moeten verwezenlijken moesten
twee zaken nader worden vastgesteld:
a. het terrein onzer werkzaamheden;*•-
b. de organisatorische vorm, waarin deze
zouden worden verricht.
Wat het eerste punt betreft, zij opgemerkt,
dat het object onzer onderzoekingen is aan
gegeven in den naam onzer organisatie.
Art. 2 onzer statuten bepaalt, dat ons
onderzoek zich zal uitstrekken op het ter
rein der anthropologie, psychologie, erfe
lijkheden, dialectologie, phonetiek, land
huishoudkunde, folklore, sociografie, rechts
wetenschap en sociale hygiene. Onze stich
ting is in evenveel secties verdeeld, elk
zelfstandig arbeidend, maar „zooveel mo
gelijk in onderling verband".
Een zoo breed opgezet onderzoek, dat een
werk zal zijn van langen duur en gezien
van wetenschappelijk standpunt ook niet
zal eindigen wanneer de laatste polder is
drooggelegd, eischt een daaraan aangepas-
ten organisatievorm.
Daarom werd besloten een zelfstandige
organisatie te vormen en wel een stichting.
Waar zou de zetel der nieuwe stichting
gevestigd worden? Dit was meer dan een
formeele vraag. Niet alleen, omdat wij in
den loop der jaren een omvangrijk grond-
materiaal zullen verzamelen, dat tot in
lengte van dagen zijn waarde zal behou
den, maar dit materiaal moet ook kunnen
worden bestudeerd. Daartoe zal het, sta
tistisch bewerkt, ter beschikking moéten
kunnen worden gesteld van allen, die wil
len voortbouwen op dat materiaal. Noodig
was dus een vestigingsruimte in een stad,
die een centrum is van wetenschap en ge
makkelijk te bereiken. De beslissing werd
vergemakkelijkt, toen de burgemeester van
Amsterdam, dr. W. de Vlugt en de wet
houders Boekman en Rodrigues de Mi
randa van hun groote belangstelling voor
de stichting blijk gaven door een in uit
zicht stellen van een vestigingsruimte in
Amsterdam.
De uiteindelijke beslissing omtrent den
zetel der stichting werd genomen na over
leg met de landsregeering, wier steun voor
ons onmisbaar is.
Voor de verbinding tusschen de overheid
en onze stichting is een curatorium ge
vormd, waarin bereids zitting genomen
hebben Z. Ex. Dr. H. Colijn, Jhr. Mr. Dr. A.
Röell, Dr. W. de Vlugt en Prof. v. d. Hoe
ven, voorzitter van de Kon. Akademie v.
Wetenschappen.
Na de rede van Prof. Dr. H. N. ter Veen
werd dc stichtingsacte ten overstaan van
den notaris, den heer G. S. J. Heinsius,
verleden.
De Commissaris der Koningin in de pro
vincie Noord-Holland, Jhr. Mr. Dr. A. Röell,
hield daarop een korte rede, waarin hij op
de groote beteekenis van dc tot standko-
ming der stichting wees.
POGING TOT DIEFSTAL IN EEN HULP-
SCHOOL.
Twee mannen aangehonden.
De Amsterdamsche politie heeft Woens
dagavond twee mannen van resp. 24 en 25
jaar aangehouden, die een poging tot dief
stal hebben gepleegd in een hulpschool van
de gemeente aan den Kramatwrg, waar
levensmiddelen voor den dienst van maat-
schappelijken steun zijn opgeslagen. Een
der mannen was reeds door verbreking van
het slot der buitendeur binnengedrongen,
tot hij gesnapt werd en evenals de ander,
die op de uitkijk had gestaan, werd aange
houden. Beidon zijn in het bureau Linnaeus-
etraat opgesloten.
PRINS BERNHARD BLJ MINISTER
COLIJN.
Gisterenmiddag heeft Prins Bernhard van
Lippe Biesterfeld een bezoek gebracht aan
den Minister-President dr. H. Colijn. De
Prins arriveerde enkele mimiten voor drie
uur in een hofauto voor het Departement
van Koloniën, in gezelschap van zijn secre
taris, Jhr. Ir. Roell, Z.D.II. werd bij den
ingang van het departement ontvangen door
den secretaris-generaal, Jhr. Mr. O. E. W.
Six, die den Prins naar boven geleidde.
Minister Colijn ontving Prins Bernhard
in zijn werkkamer. Bij het onderhoud tus
schen -den Prins en den Minister-President
was geen der andere hecren aanwezig.
Het bezoek van den Prins aan het departe
ment van koloniën was allengs in de stad
bekend geworden. Toen de Prins om 3 uur
arriveerde, kon dit nog vrijwel onopgemerkt
geschieden, doch na een half uur stond
reeds een dichte mcnschcnmenigte op het
Plein, om het oogenblik, dat de Prins het
ministerie zou verlaten, af te wachten.
De restitutie der graanrechten
komt niet tot haar recht.
Door de vereeniging van broederijen en
pluimveefokbedrijven werd gisteren het
volgende^telegram aan den minister van
landbouw verzonden:
„De afslachting van onzen pluimveestapel
zet zich voort. Heden was de aanvoer op de
Barnevelder pluimveemarkt weer ruim 30
pet. hooger dan in de correspondeerende
week van het vorig jaar.
Zooals wij uw Excellentie in ons telegram
van 2 dezer reeds mededeelden, is de hui
dige positie op de Engelsche en onze binnen-
landsche eiermarkt van dien aard, dat de
restitutie der graanrechten aan de pluim
veehouders niet tot haar recht komt. Op de
Barnevelder eiermarkt van heden gaf de
binnenlandsche koopman den toon aan, zoo
dat er van een prijsoptrekkende werking
tengevolge der getroffen restitutie-regeling
geen sprake was en het door uwe Excellentie
gestelde doel dus niet werd bereikt.
Alleen een rechtstreeksche restitutie kan
thans uitkomst brengen".
Een der knaapjes gedood.
Te Labbegat, onder de gemeente Waal
wijk, had gisterochtend een droevig onge
luk plaats.
Twee zoontjes van den landbouwer van
Peer uit Labbegat liepen kort voor negen
uur op den weg CapelleWaalwijk. Zij
waren op weg naar school. Door nog on
bekende oorzaak werden de kinderen, de
9-jarige Jan en de 8-jarige Barend, door
een hen achterop komende vrachtauto
van den vrachtrijder R. uit Labbegat, aan
gereden. Dc knaapjes kwamen onder den
wagen terecht. Jan van Peer werd op slag
gedood, terwijl zijn broertje zwaar gewond
van onder de vrachtauto werd gehaald.
Geneeskundige hulp was spoedig ter plaat
se. Het stoffelijk overschot, werd naar de
ouderlijke, woning vervoerd. Ook het ge
wonde knaapje werd naar het ouderlijk
huis gebracht.
Drie auto's op elkaar gevlogen.
Gisterenochtend heeft op den Rijksstraat
weg te Wassenaar een gecompliceerde aan
rijding plaats gehad, tusschen drie auto's,
met het gevolg, dat twee van de wagens
zoodanig werden beschadigd, dat zij met
den politie-kraanwagen moesten worden
weggesleept.
Omtrent de oorzaak dezer aanrijding ver
nemen wij, dat een uit de richting den Haag
komende auto, bestuurd door don heer O.
uit Oegstgeest, de Raadhuislaan wilde in
slaan en daartoe den linker richtingaanwij
zer uitstak. Dit schijnt niet opgemerkt te
zijn door een hem achterop rijdenden auto
mobilist, den heer IL, uit den Haag, die
met groote snelheid op eerstgenoemde auto
inreed, juist op het oogenblik, dat uit de
richting Leiden een auto, bestuurd door den
heer B. uit den Haag, naderde. De heer B.
die de botsing zag aankomen, week plotse
ling naar j;echts uit, en kwam op het rijwiel
pad terecht, waar een heer en een dame
zich op de fiets bevonden. Om deze te ont
wijken, wendde de heer B. het stuur om en
botste toen tegen een boom, waarbij hij
echter ook de twee wielrijders nog raakte,
die licht gewond werden. Na verhonden te
zijn, konden deze huiswaarts keeren.
De wagens van H. en B. werden ernstig
beschadigd, die van O. kwam er beter af en
kon zijn weg vervolgen.
Be Koningin houdt een toespraak
tot de nagelaten betrekkingen der
omgekomen visschers.
Het was gisterochtend tusschen half elf
en elf uur voor de Prinses Julianakerk aan
den Nieboerweg een druk aanrijden van
auto's. Voorbijgangers vroegen zich af wat
er aan de hand was en nieuwsgierigen
wendden zich tot de kosteres der kerk, die
echter van niets afwist. Uitsluitend ge-
noodigden werden tot het kerkgebouw toe
gelaten en deze genoodigden, allen nagela
ten betrekkingen van de omgekomen Sche-
veningsche visschers, waren alleen op de
hoogte van den aard der plechtigheid, welke
in de kerk zou plaats hebben.
Er hadden zich vrij veel belangstellen
den bij den ingang van het kerkgebouw
opgesteld toen men precies 11 uur in de ver
te een auto zag naderen met den Koninklij
ken standaard. De Koningin, begreep men,
had behoefte gevoeld, persoonlijk de zwaar
getroffenen te troosten. Inderdaad bleek
Hare Majesteit zich naar het kerkgebouw
te begeven. Onze vqrstin, die bij den in
gang ontvangen werd door de predikanten
Ds. H. Stolk en Ds. J. G. Feenstra, werd
door de omstanders eerbiedig gegroet. Zij
begaf zich naar de consistoriekamer, waar
HILVERSUM H
Orkest Concerten
VARA Orkest
VARA Groot Orkest
Nieuwsberichten A.N.P.
Gramofoonrauziek
Godsdienstige Uitz.
Morgenwijding VPRO
Dansmuziek
Dansmuziek
Dansmuziek
Dansmuziek
Causerie
Lezingen
Economische
VARA
Inst. voor Arbeiders
Ontw. VARA
Litter. Causerie VARA
Causerie VRO
Orgelbespelingen
Orgelspel VARA
Sport.
Schaakles VARA
Sportreportage VARA
Sportreportage VARA
Diversen
Filmpraatje VARA
Filmuitzending VARA
Toespraak VARA
Radiotooneel VARA
■6
a
bb
co
T3
•o
P
ja
"O
O
O
i
5.00
10.20
8.03
9.55
8.00
2.00
8.15
10.15
2.45
12.00
10.00
3.30
4.10
9.30
3.50
4.30
5.40
7.00
6.00
3.15
10.00
11.05
2.30
6.30
8.50
9.00
HILVERSUM I
Orkest-concerten.
KRO Orkest
Lincke-concert KRO
Nieuwsberichten A.N.P.
Gramofoonmuziek
Lichte Muze
KRO-Melodisten
KRO-Melodisten
Gcfdsdienstige Uitz.
Godsdienstig halfuur
KRO
Dansmuziek
KRO-Boys
Lezingen
Causerie over de
mobilisatie slacht
offers KRO
Katholieke RVU
Solisten-concerten
Pianorecital KRO
Pianorecital KRO
Voor de jeugd
Voor de jeugd KRO
Kinderuur KRO
Voor de kath. pad
vinders KRO
Sport
Sportpraatje KRO
Diversen
Toespraak KRO
Esperanto KRO
Journalistiek Week
overzicht KRO
Actueele Aetherflitsen
Voordracht
(en concert) KRO i
1.20
2.30
8.00
10.30
645
8.30
10.50
4.20
4.40
2.00
3.05
4.00
4.25
haar diep bedroefde ondei'danen in groote
spanning en aandoening wachtten.
In verband met de weemoedige omstan
digheden had de Koningin gewcnscht, dat
deze ontvangst zoo eenvoudig mogelijk zou
vcrloopen. Vandaar, dat er ook te voren
zoo weinig mogelijk ruchtbaarheid aan ge
geven was.
Bij haar komst in de kerk was de Koning
in vergezeld van haar hofdame, Freule
Schimmclpenninck van der Oye, en haar
adjudant, luitenant ter zee ,1e -klasse Jhr.
van Hol the.
Hare majesteit begaf zich vervolgens naar
de spreekkamer, waar zij iedere familie af
zonderlijk ontving in het bijzijn van den
predikant van het kerkgenootschap, waar
toe de betreffende familie behoort.
De koningin sprak bijzonder hartelijk,
vriendelijk en troostvol. Daarbij vertelde zij
met grootcn weemoed onder meer, dat zij
Woensdag op haar vaartocht met de „De
Ruyter" langs de wrakken van de beide
verongelukte visschersschepcn had gevaren
Aan het einde der bezoeken hebben de
beide predikanten hare Majesteit de dank
der kerkeraden overgebracht.
De Koningin verliet eerst kwart voor een
weer het kerkgebouw.
Dc band tusschen Oranje en de eenvou
dige visschersbevolking, welke toch reeds
immer zoo sterk was, is door dit medele
ven der vorstin ongetwijfeld nog inniger
aangehaald.
onbewaakten overweg
Vrachtauto door trein gegrepen.
Bestuurder gedood.
Gistermiddag heeft een onbewaakte over
weg wederom een slachtoffer geëischt.
Toen d© ongeveer 40-jarige S. Hes uit
Amsterdam met zijn vrachtauto geladen
met fruit den onbewaakten overweg bij de
Nieuwlandsche polder wilde oversteken,
werd hij gegrepen door den electrischen
trein, die om 2.06 uur van Hoek van Hol
land vertrekt.
De bestuurder van de auto werd op slag
gedood, terwijl dc heer L. Springer, even
eens uit Amsterdam, die naast den heer
Hes zat, licht werd gewond.
Hij is naar het gemeenteziekenhuis aan
de Coolsingel te Rotterdam overgebracht-
De auto is geheel vernield.
7.35
8.10
„Rijk maar geen geld".
Gisteren zette het Gerechtshof de behan
deling voort van de Nijenrode zaak.
Het verhoor in de zaak tegen den verd.
Onnes wordt voortgezet.
Mevrouw Onnes, a décharge gedagvaard,
is de eerste getuige, die voor het hekje
komt.
Zij geeft op verzoek van den president
inlichtingen over de plaatselijke situatie
van het kasteel en zijn omgeving. De slaap
kamer van het echtpaar was boven de rid
derzaal. In den nacht van de inbraak (29
Febr. op 1 Maart 1932) had zij niets ver
dachts gehoord.
Betreffende de relatie met Koning ver
klaart getuige, dat haar man wel eens had
gezegd, dat Koning zoo „lastig" was.
„En waren er geldzorgen?" wil de ver
dediger weten.
„Geen sprake van" zegt Mevrouw Onnes.
Er werd wel eens een rekening terugge
stuurd
Pres.: En dat gebeurde toch niet, omdat
er overvloed van contanten was.
„Misschien was het slofheid" vindt getuige
Accountant gehoord.
Het hof hoort hierop getuige-deskundige
Hamelberg, accountant. Deskundige heeft
een onderzoek naar de geldmiddelen van
Onnes ingesteld vlak voor en na de inbraak.
Betr. liquiditeit was desk. tot conclusie ge
komen, dat verdachte zich tot einde Febr.
1932 kon redden. Daarna zou hij moeten
overgaan tot verpanden, belcenen of ver-
koopen van kunstvoorwerpen.
Verdachte zegt, dat zijn schuld bij de Holl-
Handels compagnie die niet opvorder-
baar was gedekt was door de ovenvaar
de van het huis in den Haag. Dit perceel
is volgens verd. twee ton waard en er staat
een hypotheek van f 150.000 op.
Pres.: (tot desk.) „Tegen de „jongens",
die het goed hebben weggehaald is steeds
gezegd, dat het vóór 1 Maart moest gebeu
ren. Is er in den vermogenstoestand een
aanleiding om dezen datum te rechtvaardi
gen.
Deskundige: Integendeel. Onnes had
juist op 1 Maart f 9000.— van Goudstikker
te vorderen.
Getuige-deskundige Hogeweg, die jaren
lang accountant voor Onnes- handelsver-
eeniging is geweest., verklaart, dat het ver
lies van die vennootschap over 1930 f 184.000
over 1931 f 10.000 heeft bedragen. De heer
Onnes stond f 27.000 debet bij de N. V.
„Rijk en geen geld" zoo kenschetste ge
tuige den vermogenstoestand van Onnes.
Mr. Ivappeyne (tot getuige): U hebt
Onnes 20 jaar lang in zaken gekend. Hebt
U ooit iets ongunstigs van verd. ondervon
den.
Getuige: „Nooit hij was steeds zeer cor
rect.
Mr. A. Sternheim, advocaat en accoun
tant wordt vervolgens gehoord. Getuige is
de accountant van Goudstikker.
Begin 1932 zocht verdachte een groot cre-
diet, dat hij via Goudstikker poogde te
vinden. Dit werd echter geweigerd.
In Ferbruari 1932 had verdachte een voor
schot gevraagd op de f 12.000 „salaris", die
Goudstikker ieder jaar op 1 Maart moest
betalen. Goudstikker had toen f 3.000 voor
uit gegeven.
Verdachte: Hoewel ik schatrijk was liep
ik vast, wanneer ik me geen contanten kon
verschaffen. Van „vastloopen" zoodat ik me
zorgen moest maken, is geen sprake, dat
hoeft iemand, die zes ton aan kunstschat
ten bezit niet te doen.
Pres.: U had er groot belang bij, dat de
kunstwerken verkocht werden. Zoo is deze
inbraak eigenlijk een geforceerde verkoop,
die zeer yoordeelig voor u was.
Wanneer u op de gewone wijze een kunst
voorwerp verkocht moest u de helft van de
winst aan Goudstikker geven. Nu kreeg u
de heele verzekeringsom zelf
Verd. Onnes (opgewonden) Maar ik
heb nooit gezegd, dat de inbraak me geen
voordeel opleverde. Maar daarvoor begaat
men toch geen misdrijf, daarvoor offert
men zijn leven toch niet. Ik ben voor ver
liezen niet bang. In oorlogstijd heb ik drie
milliocn voor Nederland opgeofferd. Dat
kan ik bewijzen. Maar een misdaad doet
men niet voor geld. Ik heb u gister al ge
zegd: als' een erftante van me sterft kan ik
het aangenaam vinden, maar dan heb ik
toch geen moord begaan!
De vijf schilderijen, die zooveel stof heb-»
ben doen opwaaien en die in den Februari-
nacht uit Nijenrode „verhuisd" zijn, zijn nog
niet ter tafel gekomen. Het verhoor wordt
echter een oogenblik geschorst om nu eerst
de vijf kleine schilderijen eens te bekijken.
De bode komt er mee aandragen. Een Ge-
rard Dou, een Veronesc, een Rembrandt*
een Raphael en de veelbesproken „Neger
jongen". Zij zijn in kranten verpakt in een.
eenvoudige bartonnen doos opgeborgen. Een
wel zeer eenvoudige wijze van opbergen
voor kunstschatten. De slukkein zijn echter,
uitstekend bewaard, ze hebben niets gele
den van hun verblijf in het Paleis van
Justitie De schilderijen gaan aan de rech-
terstafel van hand tot hand.
Ook Onnes bekijkt ze nog eens aandach
tig, met zijn zakdoek wrijft hij er zorgvuldig
wat stof af
Na dc pauze hoort het hof nog eenige ge
tuigen betreffende „het financieele vraag
stuk" in deze zaak. Hoe stond Onnes er
voor? Was de nood hoog gestegen?
Nadat het financieele debat tusschen den
procureur-generaal en Onnes, waarbij de
laatste zich herhaaldelijk opwindt, is ge
ëindigd. komt Witbraad (de schakel tus
schen Koning en Biesing) voor het hekje,
„Hij wil gaarne enkele aanvullende verkla
ringen afleggen.
Witbraad vertelt dan dat hij vlak na de
inbraak, op 3 of 4 Maart f ï.000 van Ko
ning had gekregen.
Hoe verklaart u, vraagt de president aan:
verdachte, dat Witbraad vlak na de in
braak f 1000 van Koning kreeg? Hoe past dat
in uw verdediging?
Koning was immers doodarm.
Verd.: Ja, maar ik heb 'm dat geld ook
niet gegeven. Hij kan 't zeer goed ergens
geleend hebben of met een weddenschap
hebben verkregen. Koning kon best f 1.000
uitgeven om de buit van de „jongens" bin
nen te krijgen.
Witbraad zet zijn verhaal voort: Aanvan
kelijk wilde Koning niets tegen Onnes on
dernemen, omdat hij dan zelf ook gevaap
zou loopen. Pas later, toen Onnes Koning
van chantage beschuldigde gaf hij zijn le
zing van het gebeurde.
Een indicent.
Een incident doet zich voor hij het verhoor
van Grotjohan een der „verhuizers". Hij
windt zich sterk op en hij protesteert er tegen
dat hij kort geleden is veroordeeld voor een
andere zaak en dat toen de Nijenrodezaak er
bij is gehaald.
Grotjohan wil een uitvoerige verklaring
:afleggen. Hij smijt een tascli op liet tafeltje
'voor liét getuigenhekje: „Hier meneer de
President, is de tasch waarin we de scliil-
derijën hebben vervoerd. Nu kunt u zelf
eens zien, dat er onmogelijk zeven schilde
rijen in konden worden meegenomen. Als
Onnes beweert, dat er zeven zijn gestolen,
is hij een leugenaar. Meer en meer windt
Grotjohan zich op. Hij is nauwelijks tot be
daren te brengen. De verdedigers, die hem
hebben gedagvaard als getuige, deelen mede,
dat ze van zijn verhoor afzien. „Niet omdat
we bang voor hem zijn, maar omdat we
geen prijs stellen op verklaringen van een
zoo opgewonden getuige.
„Ik wil alles zeggen, alles, de heele zaak
en ik wil nu gehoord worden."
De president schorst de zitting.
„Laat Grotjohan maar naar voren komen",
zegt de president.
Grotjohan begint dan zijn verhaal.
Maag en van Buisbcrgen waren bij hem
gekomen met. het verhaal, dat er wel tien
mille te verdienen was.
Ik hoorde al meer: tenslotte wist ik, dat
er op een kasteel wat schilderijen en eeni
ge miniaturen moesten worden weggehaald
Vóór 2 Maart moest „het foefje" worden
uitgevoerd.
Getuige en van Buisbcrgen waren pep
fiets, vanuit Amsterdam naar Nijenrode ge
gaan. De poort stond open en ik dacht:
„daar gaan we door, de Meneer van het
kasteel heeft 't, zoo bedoeld".
Bij 't uitsnijden van de ruitjes heeft
Maag een beetje leven gemaakt.
Pres: „maar dat mocht toch wel, u dacht
toch niet dat 't een echte inbraak was.
„In totaal zijn we twee en een half uur
in het kasteel geweest en we hebben nog
een rondgang gemaakt of we niets verge
ten hadden.
Slot-middag zitting.
Bij 't weggaan had getuige een vijf
pfonning stukje neergegooid. Wanneer het
toch een echte inbraak was ik voelde
me nog niet erg zeker zou men den
ken, dat een Duitsclier den inbraak had
gepleegd.
Pres: Wat hebt u na de inbraak ontvan
gen.
Getuige: Honderd gulden en een portie
van het goud (ongeveer f 1G0.-)
Onthullingen blijven uit, het eenige nieuws
is de tasch, waarin de schilderijen zijn
\ervoerd, en die hij de inbeslaggenomen
stukken wordt gelegd.
Er worden nog eenige getuigen gehoord,
o.w. Mees Gerritsen, de vroegere compag
non van Biesing, de leveranciers van de
„verhuizers".
Getuige Mees G. besluit zijn verklaring
met de mededceling, dat hij er heelemaal
niet van overtuigd is, dat Onnes achter
de zaak zat.
De zitting wordt dan geschorst tot he
denochtend 10 uur.