Raadsels
Felix en Vlekje*
Beste Jongens en Meisjes
Vandaag hebben jullie echt met begerige
ogen naar jullie hoekje uitgezien, want van
daag wordt de taart verloot Toen ik dat
vorige week bekend gemaakt had en voor m'n
bureau zat heb ik zo het smikkelen van ton
gen gehoord, dat ik meteen de knoop maar
doorgehakt heb, den banketbakker opgebeld
en een fijne taart besteld, die vanmiddag be
zorgd wordt by
G. BLAUBOER, Oudesluis.
die de gelukkige winnaar is. Hè, ik denk, dat
ik vanmiddag maar eens bij dat vriendje op
bezoek ga, want ik heb de taart gezien en
eerlyk gezegd had ik grote moeite, om me
niet zelf als de prijswinnaar te beschouwen.
Ik spreek nu met jullie af dat we voortaan
de eerste Zaterdag van iedere maand zo'n
heerlijke taart verloten, daar heeft je broertje
of zusje, je vader en moeder, die je trouw
helpen met oplossen, ook wat aan. Vinden
julHp niet Dus dat houden we dan maar voor
afgesproken.
Betsie en Annie Bakker, Wieringerwaard.
Dat rapport zag er best uit, Betsie, en als
je volgende keer nu voor rekenen nog een
puntje hoger hebt, dan is het helemaal een
cijferlijstje, waarmee je blij mag zijn. En
vader en moeder ook! Doe dus flink je best.
Trijntje v. d. Velde, Amsterdam. Na
tuurlijk, Trijntje, die v. d. O., uit Amsterdam,
was jij. Dat zétfoutenduiveltje had ons parten
gespeeld. Dat is er altijd op uit om ons te
sarren. Dan schrijf je een naam goed en dan
wipt hij er gauw een verkeerde letter in en
dan grijnst hij van plezier, 'tls een valsaard.
Rieki Grim, Nw. Niedorp. Je tekening
en je briefje heb ik beiden mee naar huis ge
nomen, Rieki. Daar doe ik m'n kinderen een
groot plezier mee. Ik vind het wat aardig
van je, dat je je zoveel moeite getroost hebt
om mij zo'n prachtige tulp te sturen.
Adriana Biemond, Oudesluis. Al m'n
Vriendjes en vriendinnetjes heb ik even lief,
Adri, en dus gun ik allen even graag het
boek, of de taart (hè, wat lekker) maar je
begrijpt, allemaal tegelijk gaat niet en dus
zal jij ook geduldig moeten wachten tot het
lot je aanwijst.
Marietje Kreyger, Oudesluis. Ik ben net
zo ryk als jij, Marietje, alleen is de baby, die
wij thuis hebben, geen meisje, zoals dat zusje
van jou, en is hij geen twee maanden, maar
zes maanden oud. Maar we zijn allemaal even
mal op hem. Hij heeft lieve, donkerblauwe
ogen en vlashaartjes en hij lacht graag.
Engeltje Buter, Anna Paulowna. Wij
hebben in hetzelfde dorp gewoond, Engeltje,
want ik heb zeven weken in Huisduinen ge-
bivakeerd. Daar is het zomers heerlijk, als
het zonnig weer is. De duinen zijn prachtig
en het strand is iedere dag voor de kinderen
een feest fen natuurlijk voor hun vader en
moeder ook. Dat kan jij het beste weten.
Koba Kuiper, Schagen. Je moeder had
gelijk, toen ze zei dat je aan de ene kant
gegroeid was, Koba, toen je zo'n dikke appe
lenwang had, maar ik hoop dat die extra
groei maar weer weggeslonken is, want een
gewone wang is net dik genoeg, hè?
Arie en Elmert Marees, Schagen. Rikke
tik, als je vandaag die dikke Schager Cou
rant weer in de bus hoort vallen, dan hollen
jullie met z'n tweetjes naar de bus. Zou er
een briefje voor ons in staan? Ja, hoor, daar
staat het. Die holparty was niet tevergeefs.
Albert Brouwer, Stompetoren. Nee, daar
ben ik nooit geweest, Albert, in jullie dorp,
Als ik er vorige week Zaterdag nu eens toe
vallig was doorgereden, dan had ik vast jul
lie woning niet vergeten en was binnengewipt
om jou te feliciteeren. Van harte, hoor, Al
bert, en nog heel veel gelukkige jaren.
Annie Jimmink, Julianadorp. Ik begryp
best, Annie, dat jy en je grote zuster het niet
altijd eens zijn, jullie zijn niet van zoetekoek,
maar het is fyn dat jullie ook veel schik met
elkaar hebben, want lachen doet je goed en
houd je gezond.
Gretha Dekker, Julianadorp. Ik zou niet
graag willen wat jij wilt, Gretha, dat we nu
al vorst en sneeuw zouden krijgen. Natuur
lijk zal het fijn zijn als we straks ook nog
eens op de schaatsen kunnen en sneeuwbal
len kunnen gooien, maar nu al, nee hoor, ik
zit me liever nog wat in de zon te koesteren,
in de serre.
Aafje de Vries, 't Zandt. Dat was dus
voor jezelf een verrassing dat je het goed had,
Aafje. Ja, je ziet, het leven valt ook wel eens
heel erg mee en dan lacht het ons toe als
de zon de lente-bloemen.
Marie Spoor, Dirkshorn. Wat een stad
is Amsterdam, hè, Marietje, ik denk, dat toen
jij weer in Dirkshorn terug kwam, je de stilte
vreemd en ongezellig vond, want Amsterdam
is, vooral 's winters, een stad vpl leven en
gezelligheid.
Kees Mosk, Wieringerwaard. Precies, Kees,
jtf weet het, een knecht van Sinterklaas is het
leukste wat je bedenken kan. Dan mag je
'b avonds met hem over de daken rijden en de
cadeautjes door de schoorsteen gooien als de
kinderen slapen en nog veel meer fijne dingen.
Tietje Schaafsma, Wieringerwerf. Te oud
ben jij nog niet, hoor, je kan best nog een
paar jaar meedoen, totdat jullie dorp tot een
stadje gegroeid is en je tijd in beslag geno
men wordt door andere dingen.
Marie v. Rozelaar, Nw. Niedorp. Leuk,
iedere dag zo'n bustocht je, Marie. Je kent ten
slotte alle mensen die er regelmatig mee rei
zen en het wordt dan een gezellig onderonsje.
Nellie Breed, St. Maarten. Jij boft er bij,
dat je in Schagen op school bent, Nellie, dat
scheelt je drie gulden per jaar aan porto
kosten voor de raadseloplossingen.
Rie Tysen, Winkel. Dat was een gelukje,
Rie, een buitenkansje dat als 't ware zo uit
de lucht kwam vallen, toen je daar vorige
week je naam zag staan als prijswinnares van
het boek en Wennie is een goed vriendinnetje,
dat ze bijna net zo blij was als jijzelf.
Nellie en Kees Everts, Keinsmerbrug.
Al meermalen ben ik langs jullie huisje gere
den, Nellie en Kees, en ik heb niet geweten
dat jullie in dat vriendelijke huisje woonden,
maar als ik er nu langs kom zal ik er spe
ciale aandacht aan besteden, hoor.
Annie Belles en Pietje Meyers, Lutjewinkel.
Gelukkig dat we van de week mooie dagen
hebben gehad, hè, anders zouden we vrezen,
dat het heel de winter door zou stormen, en
brrrr, daar houden we niet van.
Mina Terpstra, Lutjewinkel. Wil jij graag
„een leuk" briefje hebben, Mina. Ja, die schud
ik zo niet uit m'n mouw, hoor, daar moet je
net voor in een leuke stemming zijn en in
mijn hoofd stormt het ook wel eens en zijn er
ook wel eens donkere wolken, al schynt er
gelukkig heel vaak de zon.
Winnetou, Nw. Niedorp. Hoe heb je het
gemaakt met je rapportcijfers, Winnetou?
Was het „huilen" of „lachen", kan je me de
cijfers vertellen, of krijg je een kleur als je
dat papiertje voor de dag haalt? Kom, ver
tel me er wat van.
Gerrit Vetman, Nw. Niedorp. Wat een
fietstocht heb je gemaakt met Winnetou, Ger
rit, want al is het aantal kilometers nog wel
te tellen, op die open wegen, met die vrien
delijke wind, die je er zowat van afblaast, is
het toch een heel eind#
Jaap Gutker. Wat jammer, Jaap, dat ik
jouw briefje vorige week niet gelezen heb,
dan had ik je natuurlijk alle twee je handen
gedrukt en je gelukgewenst. Nu ik het van
daag doe kom ik er wel erg mee achter aan.
Doe je de groeten aan Corrie?
Dirk Ambuul, Koegras. Dat is verstandig
Dirk, dat je met je buurjongen de raadsel
oplossingen in één envelop stppt, dat spaart
iedere week zes cent, daar kan je twee repen
chocola, een half pond bananen of een halve
liter melk voor kopen.
Rein Ituin. Die „zwarte" neger (heb jij
wel eens „een witte" gezien?) die bij jullie op
op school geweest is, zal je wel geen brief
kunnen schrijven als hy jn Suriname terug is,
Rein, want dan zou hij het aan alle kinderen
moeten doen. Stel je voor.
Immie Spaans, Lutjewinkel. O, ja, jij
kan er best nog bij, Immie.
Dineke List, Aardswoud. O, wat een
strop, Dineke, de vorige week waren je raad
sels fout. Je hebt dat natuurlijk al gezien en
toen nog beter je best gedaan. Je weet, alles
is voor verbetering vatbaar.
Wim en Jaap Ruig, Aardswoud. Hier is
het beloofde briefje, Wim en Jaap. Er zullen
er wel meer volgen, denk ik, tenminste, als
jullie niet stoppen.
Goofje v. Zandwijk, Anna Paulowna.
Leuk, zo'n zusje, dat pas leert lopen, hé,
Goofje, zo'n dreumes schommelt net als een
gans en valt telkens tegen de grond en zo
wordt ze, met vallen en opstaan, een grote
meid. Zal je Paulientje's hoofdje zo eens even
tussen je handen nemen van me?
Jan Marsman, Zuid-Scharwoude. Gezel
lig, Jan, dat je vier broertjes en zusjes hebt.
Als het lelijk weer is kunnen jullie je samen
binnen best vermaken en als de zon schijnt,
dan wip je naar buiten en hebt daar plezier.
Gelukkig dat je kleinste broertje weer aan de
beterende hand is. Wat een angst zullen jullie
gehad hebben.
Jaiuiie Ruig, Aardswoud. Evenals Wim
en Jaap, bij jy welkom, Jamiie. Zyn dat
neefjes van je?
Dirk Stuurman, Oudesluis. Op goed ge
luk heb ik je maar Dirk genoemd en als je
dus Daatje of Dina heet, is het je eigen
schuld, dat ik een jongen van je gemaakt
heb, want je schreef alleen maar D, Dus
voortaan je hele voornaam hoor.
G, Oostwoud. Nu staat bij al die beken
de kindernamen ook jou naam, alleen je
adres kon ik er niet by zetten, want dat
schreef je niet en ik kan niet in de koffiedik
lezen.
Janie Dekker, H. Hugowaard. Fijn is dat,
Janie, zo'n nieuw huis en nog fijner, dat jy
een eigen slaapkamertje krijgt. Dat is hele
maal een feest.
Henk Burger, Harenkarspel. Een beetje
teleurgesteld was je natuurlijk wel, Henk,
dat de eerste de beste keer je moeite niet be
loond werd met een goede oplossing. Maar
dat was het vreemde, dat moet wennen,, het
duurt niet lang, dan lach je om zulke ge
makkelijke raadsels.
Leendert Pieters. Goed Leen, doe je
best, ik zal het je niet te moeilyk maken.
Piet Blaauboer, Kolhorn. Je bent nog
niet zo gelukkig als je nichtje, Nelly, Piet,
maar je kan nooit weten...
Johan Jongejan, St. Maartensvlotbrug.
Je wens is vervuld, Jan, je naam staat er in,
helemaal voluit.
Gerrit Wit, Nw. Niedorp. Of ik erg jong
;ben, ik voel me nog erg jong en stootje sprin
gen kan ik ook nog wel en een wedstrijd in
hard lopen win ik ook nog van je en ik kan
geod zwemmen en goed fietsen en goed... op
scheppen, zal je misschien in jezelf zeggen.
Ach, ja, dat moet je ook kunnen, als je bij
de krant bent. Een klein beetje, snap je.
Nu Gerrit, tot volgende week.
Coba Moerland, Oudesluis. Of ik Zeeland
ken, vraag je. Ja, daar heb ik m'n vacantie
wel eens doorgebracht en ik vond het er fijn,
weer anders dan onze provincie. Jij hebt er
trouwens ook genoten en dat kan ik me best
begrijpen.
Aat Grootes, Aardswoud. Ja, die naam
Grootes ken ik wel, Aat, als ik hem uitspreek
voel ik iets zoets in m'n mond, dat er bruin
uitziet, en dat meteen C begint. Dit is nu
een raadseltje, dat jij alleen mag oplossen.
Cor de Beurs, Nw. Niedorp. Wil jouw
3-jarige broertje zo graag roken, Cor? Het
beste zou misschien zijn om hem eens een
trekje aan een pijp te laten doen, dan is hij
vast meteen voor goed genezen. Maar dat
middel is misschien een beetje hard, hè, voor
die kleine dreumes!
Nu, jongens en meisjes, alle briefjes zijn
beantwoord. Tot volgende week, dan mogen
jullie me weer schrijven. Denk er om, de
raadsels in te zenden vóór Woensdagmorgen
9 uur. De brief te richten aan de redactie
van de „Schager Courant" en in de linker
bovenhoek vermelden „Voor den Kinder
vriend".
Jullie,
Kindervriend
Oplossingen raadsels vorige week:
I.
Zeven; aar, Zevenaar.
n.
Radio of luïdspïeker.
III.
Oogappel.
IV.
Luiwagen.
Goede oplossingen ontvangen van:
Gerda H., Schagen; Aatie E., Schagerbrug;
Immie S., Lutjewinkel; Annie de B., Lutje*
winkel; Cootje B., Lutjewinkel; Kees D., St.
Maarten; Trien F., Lutjewinkel; A. Bezel-
man, Schagen; Klaas K., Schagen; Tinie .de
G., Winkel: Albert B., Stompetoren; Cor
Geluk, Breezand; Dirk A., Julianadorp; Jaap
en Corrie G., Julianadorp: Gretha K., Kol
horn; Truus B., Nieuwe Niedorp; Annie A.,
Winkel; Tini A., Winkel; Willie M., Winkel;
Trientje M. Oudesluis; Jantje M., Oudesluis;
Hylio S., Winkel; Piet v. d. H.,-Winkel; Pietje
M. en Annie B., 't Zandt; Albert B., St. Maar
ten; Corrie E.. Groeneveid; Tjeerd v. d. B.;
Arie en Elmert M., Nesdijk; Hillie H., Dirks
horn; Corrie en Jannie W., Dirkshorn; T.
S., Barsingerhorn; Aat G., Aartswoud; Gerda
Z., Oostwoud; P. Keuris, Stompetoren; Piet
B., Kolhorn; Gerrit V., Nieuwe Niedorp; G.
B., Zijpe; Klaartje D., Harenkarspel; Marietje
G., St. Maarten; Alida K., Zijpe; Mina T.,
Lutjewinkel;; Dineke L., Aartswoud; Jannie
R., Aartswoud; Marie v. R., Nieuwe Niedorp;
Gerrit D., Medemblik; Geerie P., Dirkshorn;
Jannie P., Oudesluis; Rie T., Winkel; Wennie
N., Lutjewinkel; Jan N., Schagen; Klaas D.,
Schagen; Jan R., Schagen; Lideke E., Scha
gen; Leendert V., Dirkshorn; Betsie de G.,
Dirkshorn; Truus B., Harenkarspel; Marie S.,
Dirkshorn; Mijnie en Gerrie de J., Kolhorn;
Arie B., Julianadorp; Piet H., Julianadorp;
Louws L., Lutjewinkel; Kees H., Lutjewinkel;
Aris S., Lutjewinkel; Hendrina en Grietje S.,
Cor v. d, V., Amsterdam (W.)Trijntje v. d.
V., Amsterdam (W.); Piet B., Schagen; Annie
B., Schagen; Janie B., Schagen; Jan B.,
Barsingerhorn.
Nieuwe Raadsels
i.
Op de puntenrij van boven naar beneden
komt de naam van een werelddeel. Wanneer
je de onderstaande rijen punten opvult met
woorden, waarvan de betekenissen hieron
der staan, zullen jullie die naam gevonden
hebben!
ander werelddeel.
zie je 's avonds aan de hemel
staan, soms.
kort ogenblikje.
kleur.
a een klein beetje.
i wat er in een klein bakje in ae
klas ligt.
bekende meisjesnaam.
IT.
Met a eet men mij gaarne, met b dien ik
tot speelgoed, met d vindt men 'mij tussen
de bergen, met g ben ik bitter, met h vindt
men mij in grote steden, met v verwacht men
my liefst niet, me w dien ik tot besphutting,
mét z wordt ik veel gebruikt. Wie ben ik?
door
Carly Vos.
Felix en Vlekje waren twee poesen,
broertje en zusje. Hoewel ze dicht bij de zee
woonden, hielden ze er niet van om in zee
pootje te gaan baden. Zij wasten en likten
zich met hun kleine tongetjes schoon. Precies
als alle andere poesen.
Felix was buitengewoon zindelijk en hielp
soms, na zijn eigen toilet geëindigd te hebben,
ook nog zijn zusje Vlekje.
Felix verlochende zijn naam niet veel-
likjes, vandaar dat hij dan ook zijn diensten
gratis aan zijn zusje aanbood, als een uiting
van pure broederliefde.
Eens, toen zijn zusje nog heel jong was,
had hij tegen zichzelf gezegd: „Zusje heeft
een prachtig wit velletje met oranje vlekjes,
ik zal er goed voor zorgen, dat ze daar heel
netjes en goed voor zorgt en noem haar in
het vervolg „Vlekje".
Welnu, Felix en Vlekje leefden samen heel
genoegelijk op een boerderij in een klein
plaatsje aan de Zuiderzee. Vader en moeder
de Rijk dachten, dat de boerderij en de kat
ten van hen waren, maar Felix vond dat dit
eigenlijk niet juist was, want dat hij en
Vlekje eigenlijk heelemaal hun eigen baas
waren. Felix dweepte echter met Vader de
Rijk, want deze had hem vriendelijk opge
nomen en voorzichtig naar huis gedragen,
toen enige voorbijgangers, die dierenvrienden
bleken te zijn, het kleine poesje dat alleen
op straat liep, bij Vader de Rijk hadden ge
bracht met de vraag of dat zijn poesje was.
Hij had ontkennend geantwooord, maar ge
zegd, dat Felix gerust bij hem mocht komen
wonen en ook moeder de Rijk, die bekend
stond voor haar vriendelijke hulp aan ver
dwaalde poesjes, was er bij gekomen, had
het diertje van Vader de Rijk overgenomen
en hem een lekker beetje melk gegeven. Zo
was dus Felix bij hen gekomen. In een paar
dagen was Felix daar helemaal thuis geraakt
en hij nam het vader de Rijk daarom ook
niet kwalijk als hij sprak over „mijn poesen"
tegen vrienden, die op visite kwamen. Felix
zei altijd „pappie" tegen vader de Rijk.
Vlekje had een speciale voorliefde voor
moeder de Rijk en noemde haar „mammie".
Pappie en mammie konden hun poesenkinde
ren heel ,gped verstaan, want zij spraken
voor poesen heel duidelijk.
Eens vertelde Vlekje aan Tippy, het hondje
van de buren, waarmee zij zeer vriendschap
pelijk omging, omdat het een zeer beleefd
en galant hondje was, dat mammie altijd
haché maakte zonder uien, hoewel pappie
juist veel van uien hield. Toen pappie' er
eens over gesproken had, antwoordde mam
mie: „Felix en Vlekje houden helemaal niet
van uien."
Zo veel hielden dus de dierenvrienden van
hun poesen. Doch daar brak voor alle vier
een ware ongeluksdag aan. Zij gingen het
dorpje aan de Zuiderzee verlaten. Eerst von
den de .poesen dat niét zo heel erg, maar
toen de dagen weken werden, en de weken
maanden, werd het de poesjes toch te mach
tig. -Er moest iets gedaan worden. Felix likte
zich niet meer en Vlekje zat ziek van het
heimwee naar buiten te staren.
Vroeger schreef Vlekje wel eens briefjes naar
haar kennisjes zoals ze dat pappie en mam
mie ook had zien doen. Ze besprak de zaak
met Felix of zij hun nu ook eens zou schrij
ven. Felix voelde daar veel voor en vlug
telefoneerde Vlekje nu aan Tante Annie met
verzoek even bij hen aan te komen. Nu
woonde tante Annie gelukkig vlak bij hen.
Ze kwam dan ook dadelijk en daar zij min
stens evenveel van poesjes hield als mammie,
vroeg zij wat er aan scheelde. Vlekje vroeg
haar in haar poesentaai, dat Tante Annie ge
lukkig heel goed verstond, of tante haar
wilde helpen om met haar samen een briefje
te schrijven aan mammie.
Tante Annie nam 't voorpootje van Vlekje
in haar hand, doopte de pen in de inkt en
schreef:
Huizen. N.H.
Lieve Mammie,
O, wat missen we u. Als u terug komt, zul-,
len we u direct een kusje komen brengen!
Om te zorgen, dat u ons nooit zult vergeten,
sluiten wij hierbij een haarlok in van ons
ieder.
Felix zou niet zo ongelukkig zijn als hij
pappie weer eens zag en ik heb zo'n heim
wee, dat ik heel dikwijls zit te huilen en bijna
niet meer kan eten.
Uw liefhebbende
Vlekje.
Hoewel vader en moeder de Rijk drukke
wez'kzaamheden hadden in een hele andere
streek, waren zij zo ontroerd over dit schrij
ven, dat zij alles gauw inpakten en naar huis
terug keerden.
de voorwerpen, waaruit het gezicht is samen*
gesteld, dadelijk te ontdekken, wat voor am«
bacht de man heeft.
Hier zien jullie twee voorbeelden, een van
een molenaar, zijn hoofd bestaat uit een zak
meel, zijn oren uit kleinere zakjes, zijn mond 1
uit de molenstenen en zo verder.
Ook de kleermaker kan gemakkelijk ge*
teleend worden door scharen, spelden en naai*
den, zien jullie wel? Probeer eerst deze j
gezichten na te tekenen en daarna van andera j
ambachten zelf gezichten te verzinnen.
Een geschiedenis zonder woorden
DE ZIEKE POP.
door
Lily van Oyen.
GEZICHTEN TEKENEN.
Het is niet zo moeilijk om een gezicht te
tekenen, maar wel om 't zo te doen, dat uit
O, dokter, wat is er met mijn kind?
Omdat ik haar wat koortsig vind
En zij heel niet meer wil eten,
Heb ik me heus geen raad geweten.
Ik vroeg u daarom hier te komen,
Mijn kindje doet maar niets dan dromen;
Daarom maak ik me ongerust,
Als ik haar heb in slaap gesust.
Lieve Mevrouw, hier ben ik al,
Het is een ernstig geval,
Ik was heus van uw stem geschrokken,
Uw kindje heeft de waterpokken.
Geef haar limonade en gebakjes,
Dan heeft ze heus geen koorts meer strakje*.
Stop haar daarna warm in bed,
En verder rustig opgelet.
O Doktertje, wat ben ik blij,
Dat u dit alles tot me zei,
Ik zal goed voor mijn kindje zorgen,
Verwacht u dan weer terug op morgen.