Raad Callantsoog Arrondissements rechtbank te Alkmaar De strijd om de -kk „Betty Jjfcx, Bonn" VOOR DEN POLITIERECHTER. Zitting van Maandag 14 December. Oosterland. OOK WEER EEN TWIJFELNUMMER. De jongeheer Hans Br., die Oosterland, gemeente Wieringen, met zijn blijvende tegenwoordigheid vereerde, is een persoon tje, waarmede men veel consideratie heeft gebruikt, welke hij feitelijk niet bleek te verdienen. Hij had zich onder meer schul dig gemaakt aan diefstal van rijwielen en stond daar op 12 October voor terecht. De Officier, die niet hoog tegen dit heertje opzag, requireerde direct 6 maanden de petoet in. Hemel en aarde werden toen nog bewogen, om hem met een voorwaardelijke straf te bevoorrechten en uitstel van een definitieve beslissing te nemen. Heden werd de zaak dan voortgezet, doch het bleek, dat de jongeman nog te miserabel was om zelfs persoonlijk te verschijnen. Mijnheer Wiggers zeer teleurgesteld, de goede man neemt kennelijk af in gewicht door al die ondank bare candidaten voor de reclasseering, stel de nog voorgeleiding voor, maar Officier en Politierechter vermeenden nu toch, dat Hansje de emmer voldoende had omgetrapt, om hem voor 6 maanden secuur op te ber gen. Texel. JANTJE MOEST ER EERST WEER BOVENOP KRABBELEN. De Texelaar Jan L. had nog een open staand nota'tje met meneer de Politierech ter te verrekenen, ter zake dat hij de hee- ren Jan Hendrik en Arie Mosk in den nacht van 12 op 13 September eens gron dig had afgedroogd. Aangezien Jan echter thans officieel ziek scheen te zijn, werd voor onbepaalden tijd uitstel verleend, wat voor het Rijk een leelijk schadcpostje aan getuigengeld beteekende. Misschien zal ech ter deze faciliteit wel in Jan's boete ver disconteerd worden. Alkmaar. ALS DAT ALLEMAAL OOK MAAR GEEN BOTER AAN DE GALG IS GESMEERD. De bekende tabaksgrossier Berkhout te Alkmaar, was in het minder gelukkig bezit van een 17-jarige loopjongen, zekere Luutzc G., die het met de eerlijkheid niet al te nauw nam en met zoo veel ijver en nauw gezetheid sigaretten gapte, dat de firma vele honderden guldens schade leed. Waar een dief is, vind men gewoonlijk ook wel diefjesmaat en zoo beschikte Luutze over een gretigen afnemer, de 21-jarige Jan K.. een 12 ambachten en 13 ongelukken-specia liteit, die zich bereid verklaarde de gestolen sigaretten tegen dieventarief te koopen. Over deze snuiter wal al heel wat te doen geweest en was het niemand minder dan mevr. dominé Rappold, onder wier toezicht hij stond. Onverdeeld pleizier had de pre dikante nu juist niet van haar bescherme ling, die nu terecht stond wegens heling. Er werd zwaar over de geestelijke deugden en gebreken van Jan K. geboomd en me vrouw Rappold was geneigd het dolende schaapje weer in genade aan te nemen, maar ten slotte bleek hji den sukkela-molen toch niet te kunnen ontloopen en werd, als allerlaatste gunst een gecombineerde straf opgelegd en wel 3 maanden gev. definitief en 3 maanden voorwaardelijk met 3 proef jaren. De jonge sigaretten- jatter, die nog onder de kinderwetten viel, was bereids veroordeeld tot 8 maanden tuchtschool, om daar nog eens goed te leeren, dat eerlijk het langst duurt. Texel. PRACHTEXEMPLAREN VAN KAM PEERDERS. Het rustige en natuurschoon-rijke Texel wordt elk jaar bezocht door kampeerders, zelfs uit andere provincies, waaronder blijk baar exemplaren, die lang niet 18 karaats zijn. Reeds verleden jaar hadden de nering doenden schade geleden door diefachtige begunstigers uit het kamp en ook dit jaar was het weer van het zelfde laken een pak. Wonder genoeg waren het telkens Utrechte naren, die met lange vingers schenen te zijn bedeeld en geen reclame maakten voor de deftige grijze bisschopsstad. Dit maal was het vooral een zekere Jongeheer Adrianus Anth. Th., oogenschijnlijk een keurige burgerjongen, die zich deed ken nen als een winkeldief en bij de winkeliers Vlas en v. Ginkel respectievelijk een wek- kerklok, een zilveren servetring, een naai- garnituur enzoovoorts had gestolen. Voorts had hij zich in combinatie met een ander pracht kampeerder schuldig gemaakt aan diefstal'van rijwielbelastingmerken! Dit veelbelovende jongmensch had zich nu deswege te verantwoorden en werd nu eens duchtig de pen op de neus gezet, door het opleggen van f30 boete of 15 dagen, be nevens ter beteugeling van eventueels an dere strafbare excessen in de toekomst, tot 3 maanden water en brood-dieet voorwaar delijk met een proeftijd van 3 jaar! Alkmaar. EEN ALKMAARSCHE RECHERCHEUR TIPPELT OOK NIET OVER EEN DOORN LOOS ROZENPAD. De heer v. d. Burg, die de eer geniet de Alkmaarsche recherche mede te vertegen woordigen, maakte op 30 Augustus in de Lombardsteeg een onwelvoegelijke kermis- ganger attent op een urologische overtre ding, waarmede een andere feesteling zich ook bemoeide. De rechercheur, die gewoon- lig als „stille diender" geen uniform draagt, werd in de borst gepakt en hem een ge voelige schop toegediend, v. d. Burg sloeg den viiand terug met de gummiknuppel en maakte tegen zijn belager, Geert P., proces verbaal op wegens belemmering. Deze werd thans voor zijn bemoeizucht gestraft met f25 boete of 15 dagen. Het lijden van deze zelfde rechercheur was echter nog niet ten einde, want in dienzelfden rumoerigen kermisavond werd hij door zekeren heer Theodorus O begroet met de declineerende woorden: Ga weg, snotneus, welk feit heden werd gewaar deerd op f 20 boete of 10 dagen. Wieringen. DE KNORHAAN WAS NIET LEKKER! Willem Karei Friso K., was blijkbaar in den nacht van 5 op 6 September in een slecht humeur en diende hij den vriende- lijken winkelier N. Metselaar, die hem nog wel een potje bier offreerde, zoo'n watjekou toe, dat de valsche boventanden Klaas uit den mond vlogen en hij op den grond zijn hoofd aan bloeden viel. Een dergelijk onbe schoft optreden zonder eenig motief, dien de streng te worden gestraft en de Officier had dan ook een maand gevangenisretraite beschikbaar, doch de Politierechter was zoo lief er f30 of 15 dagen van te maken. S t.-P a n c ra s. WORDT GRAM. MAAR ZONDIG NIET! Een St. Pancrasser tuinbouwer, Willem K., verloor op 1 -Sept. zijn christelijke be daardheid, toen hij eenigszins werd aange reden door een fiets, bestuurd door zijn jeugdige dorpsgenoot Dirk Druif. In drift speelde hij voor muilezel en gaf eenige nij dige trappen tegen het rijwiel, dat daar door werd beschadigd. De familie Druif nam geen genoegen met die behandeling en stelde Willem het ultimatum: De daal der schade betalen of anders zou er werk van worden gemaakt. Het voorstel werd niet geaccepteerd met het voor K. ongunstig gevolg dat hij niet alleen de f 1.50 schade, doch ook nog 8 pop boete zal hebben af te tikken. M e d e m b 1 i k. ZIJN BESTUURDERSPLICHT VERZUIMD. Een handelsreiziger uit Sneek, Tjeerd R., had geen gevolg gegeven aan het stopsein, hem door de politie in de Wieringermeer gegeven. Er wordt daar namelijk meer malen 's nachts gesurveilleerd, in verband met de vele strooperijen en diefstallen van opeeslagen materiaal. De welbespraakte handelsreiziger stond voor dit verzuim terecht en werd ondanks zijn uitvoerig „oratio pro domo" tot f20 boe te of 15 dagen veroordeeld. Wieringen. GA JE WEG OF IK PAK JE WEG. Van bovengenoemd gezegde was blijk baar de niet verschenen verdachte Johan- nes G., wonende te Wieringen, uitgegaan, toen hij dit voorjaar op verschillende tijd stippen tot tweemaal toe kans zag, een portemonnaie in te pikken van den 18- jarigen arbeider Harm Hamstra, die zich hierdoor benadeeld zag voor f10 en boven dien een nieuwe hoed, die hij verdachte had uitgeleend, tot nu toe niet meer terug zag. Eisch 1 maand. Uitspraak conform. Hamstra had nog 't geluk, in 't bezit te worden gesteld van zijn uitgeleende hoed, over welks bezit hij zich thans zeer ver heugd gevoelde. Alkmaar. GESTRAFTE IJDELHEID. Adriana K., 31 jaar, oud-werkster van beroep, had 't in één van haar werkhuizen al zeer leelijk laten zitten, daar zij haar handen uitstak naar 't goud en de juwec- len', toebehoorende aan Mevrouw van Grun- ningen, die hier natuurlijk zeer over ont stemd was en zoo iets van haar werkster niet had verwacht. Verdachte plengde nu 'n heeleboel tranen en wist zoowaar 't hart van den Officier te vermurwen, die in plaats van een gevangenisstraf, haar met een hoo- ge geldboete wilde bestraffen, in de hoop dat deze les wijze leering zou geven. Eisch f25 of 15 dagen. Uitspraak f20 of 15 dagen. Een bijeenkomst met een zeer vlot verloop. Een nieuwe brandmees ter. De begrooting voor 1936 ge wijzigd* De gratificatie van den heer Brussaard en een gemeentelij ke bijdrage voor het Julianafeest, bestemd voor de kinderen* Geen verhooging van jaarwedde van den gemeenteveldwachter. Geen ver laging van grondslagen personeele belasting voor biljarten. Heffing van besmettelijke-ziekte-gelden. Benoemingen. Een dankbetuiging. Vergadering van den Raad op Dinsdag 15 December 1936, des voormiddag half 10. Voorzitter de heer G. D. Rehorst, burge meester. tevens secretaris. Afwezig zijn de heeren Weij en Van Graas, de eerste met kennisgeving van ver hindering, de heer Van Graas komt later ter vergadering. De Voorzitter opent met enkele woorden van welkom de vergadering, waarna de notulen worden goedgekeurd. Ingekomen stukken en mede- deelingen. Door den Voorzitter wordt mededeeling gedaan van een groot aantal ingekomen stukken, o.a. dat de Minister van Sociale Zaken goedkeuring heeft gehecht aan het besluit inzake bebossching van het Luttik- duin. Van Ged. Staten kwam het bericht in, dat van hun college geen voorstel van wet, strekkende tot "vereeniging van de gemeen ten Zijpe en Callantsoog is te verwachten. Hetzelfde college zond een lijst van ge meenten en waterschappen, die in aanmer king komen voor bijdragen uit het wegen fonds. De gemeenterekening 1934 is door Ged. Staten gesloten. Goedgekeurd is de wijziging in de gemeenschappelijke rege ling voor den schoolartsendienst. De heer A. Thomasz berichtte, dat hij zijn benoeming tot brandmeester aan neemt. Diverse verslagen zullen circulecren. Van de commisie voor ontwikkeling en ontspanning van jeugdige werkloozcn kwam het verzoek in om een subsidie van f25.— Zal bij de behandeling der begroo ting 1937 aan de orde worden gesteld. De heer Vries vraagt wie voor brand meester had bedankt. De heer Kruisveld antwoordt, dat de heer Adr. Vader had bedankt, en de heer Tho masz in diens plaats is benoemd. Al deze stukken en mededeelingen wor den voor notificatie aangenomen. Wijziging begrooting 1936. B. en W. stellen voor, de begrooting 1936 te wijzigen, in verband met da diverse over schrijvingen die moeten plaats vinden. Daarbij stallen zij voor. den heer Brussaard een gratificatie van f150.te verleenen, in verband met de werkzaamheden, voort vloeiende uit de werkverschaffing en varen had. Veranderd was er in den grond van de zaak niet veel, alleen kon hij zich nu reeder noemen en zelf zijn bemanning hun gage schuldig blijven. Buitendien moeten wij op den voorgrond dit zeggen: op het gebied van vrachten was er voor hem met dit schip niet veel meer te bereiken. Die hjj kreeg, waren dan ook altijd ladingen die hij toevallig oppikte, vrachten die ander enniet wilden hebben omdat zij te smerig, bedorven of voor te ver afgelegen plaatsen bestemd waren. Dit was trouwens de taktiek van de wilde vaart, zjj verschenen plotseling in de een of andere kleine haven, waar de komst van een schip van 800 ton toch nog een bezienswaar digheid was. Had men hier aan de kade gemeerd en waren er voldoende nieuwsgierigen naderbij gekomen, dan kwam ook altijd steevast een zwart bord buitenboord hangen waarop met groote witte olieletters stond: „Orders voor goederen naar alle havens der wereld." Daarbij kwamen zij zelden aan de Noord- Amerikaansche kusten. Vond men in deze haven ook weer geen vracht, dan werd na drie, vier weken van stompzinnig wachten by nacht en nevel het anker weer gelicht en liet men niets achter dan een stapel onbe taalde rekeningen. Het zwarte bord was dus niets anders dan het laatste bewijs van optimisme omtrent een bepaalde lading of het restant van een reeds lang verdwenen achting voor zichzelf. Wanneer er werkelgk eens een lading kwam, die het schip tot op de laatste plek in het ruim vulde, dan werd dit geluk, deze gave van den hemel, uitgebuit. Niet dat men het een of ander openbare on eerlijkheid deed, maar er waren zooveel moge lijkheden om langs wetteljjken weg zijn deel Winkel. DAAR WAS "WEINIG MEE TE BEGINNEN Tot slot van de schilderachtige zitting kregen we als verdachte Marinüs van der V., 23 jaar, landbouwer te Winkel, die op den 30en Augustus huisvredebreuk had ge pleegd. Verd., die bij zijn binnenkomen een vreemde indruk maakte, werd door den po litierechter gemaand, een behoorlijke hou ding aan te nemen, en sprong bij deze ver maning als 'n luitenant in de houding, dui men op de naden van zijn pantalon. 't Gepleegde feit bestond hierin, dat hij zonder toestemming van zijn ex-patroon, den. 40-jarigen tuinder Pieter de Graaf, diens woning was binnengeslopen om zijn goederen te halen, die er niet eens waren. Achteraf bleek, dat een zakdoek en een portemonnaie bij deze inspectie waren ver dwenen, doch door gebrek aan bewijs moest dit vervallen. Bij de ten laste legging bleef dus over de huisvredebreuk. Hiervoor kreeg verdachte, aan wien alle goede woorden nutteloos besteed waren, zijn welverdiende portie in den vorm van f20 of 15 dagen. steunverleening; vorig jaar heeft de grati ficatie f200.bedragen. Voorts stellen B. en W. voor, een bedrag van f 10.beschikbaar te stellen voor het Julianafeest, ten bate van de kinderen; de ingezetenen hebben voor dit doel reeds f26 bijeengebracht. Zonder hoofdelijke stemming wordt con form de voorstellen van B. en W. besloten. Een verzoek om jaarwedde- verhooging. Van den Alg. Ned. Politiebond is een ver zoek ingekomen tot verhooging der jaar wedde van den gemeente-veldwachter. Adressant wijst erop dat de jaarwedde van dezen functionnaris is bepaald op f 1100. plus vrije woning of f165, benevens f25 voor bezit diploma of f50 voor diploma met aanteekening, f25 rijwieltoelage, benevens vrije kleeding en schoeisel. Blijkens circu laire acht de Minister van Binncnlandsche Zaken het gewenscht, de jaarwedde te be palen op f1300 tot f1700, f25 voor diploma of f50 voor diploma met aanteekening, f100 voor kleeding en schoeisel en f30 rij wielvergoeding. Bij genot van vrije woning kan f 150 van het salaris worden afgetrok ken. Mede namens den betrokkene wordt ver zocht de jaarwede in overeenstemming te brengen met de door den Minister gestelde normen. B. en W. stellen den Raad voor afwijzend op het verzoek te beschikken, omdat zij aan den eenen kant overwegen, dat de veldwachter nog maar kort in functie is. en in de tweede, plaats, omdat de tijdsom standigheden niet gunstig zijn om jaar- weddeverhooging te bevorderen. De heer Kruit zegt, zich best met het voor stel van B. en W. te kunnen vereenigen; het is nu geen tijd voor loonsverhooging. De heer Vries verklaart zich ook sterk voor het voorstel van B. en W., maar kun nen we er mee af, vraagt spr. Als de Mi nister zijn eisch doorzet, zullen wij wel voor zijn wil moeten buigen. Maar als het half kan, is spr. ervoor dat loonsverhooging wordt tegengegaan. Het is toch reeds moei lijk voor de gemeente om het hoofd boven water te houden. De Voorzitter wijst erop dat aangegeven wordt de norm van de jaarwedden, het is dus een richtsnoer die in de circulaire van den Commissaris wordt aangegeven. De veldwachters-verordening is tenslotte goed gekeurd, zoodat de Minister zich met de jaarwedde-regeling hier heeft vereenigd. Zonder hoofdelijke stemming wordt con form het voorstel van B. en W. besloten. Van regeeringswege wordt bezwaar ge maakt tegen de verlaging van de grond slagen voor de personeele belasting, voor biljarten, omdat de opcenten op de gemeen tefondsbelasting meer dan 55 bedragen, en DEN HELDER van dezen onverwachten rijkdom machtig te worden. Het was toch best mogeljjk, dat een deel van de lading overboord geslagen was bij storm. Er kon toch ook, laten we eens aan nemen water in het ruim gedrongen zijn en een deel van de lading bedorven hebb.en. Zelfs konden reeds bij het inladen kisten of zakken „ongelukkig vallen". Met deze mogelijkheden werd echter even eens door den bevrachter rekening gehouden Dat was hun risico. Daarvoor- waren zij dan ook verzekerd. En wanneer de storm dan ook slechts op papier bestond en als bij het over- boordslaan de zakken een klein beetje ge holpen waren, dat kon men per slot van rekening toch geen bedrog noemen of hoe een haarklovende Rechter dat dan ook noemen mocht. De bevrachter had er geen schade door, die betaalde de verzekeringspremie en de ver zekering was voor deze ruwe teerjakken nu eenmaal niets anders dan een bodemlooze geldput, waaruit een ieder het zijn kon putten, die er maar eventjes aanleg voor had en de mogelijkheid wist te benutten. Dit kon men met den besten wil van de wereld niet als een oneerlijkheid aanrekenen. Dit was nu eenmaal de bijverdienste die elke vracht in zich sloot en waarvan de omvang bepaald werd door de vindingrijkheid en sluwheid van den schipper. -Men behoorde nu eenmaal tot de lompen verzamelaars der zee. Uitgestooten uit de groote vaart was het alleen mogeljjk op zy- wegen van de groote zee in brakwater naar een beetje drijfgoed te visschen enkele toeval lige vrachtjes op te schommelen. Het wantrouwen en de minachting der lui van de groote schepen kon men alleen beant woorden door strenge afzijdigheid en een de huurwaarde van koffiehuizen reeds ln deze gemeente is verlaagd. Overeenkomstig het voorstel van B. en W. wordt bedoeld raadsbesluit ingetrokken. Heffing van besmettelijke-ziek te-gelden. Ingevolge de besmettelijke-ziektewet Is thans geregeld het verhaal van kosten voor ontsmettingen, die plaats vinden. Het. ta rief. aldus licht de Voorzitter toe, dat de regeering gewenscht acht, is progressief en beneden een inkomen van f1000 vindt geen verhaal plaats. B. en W. stellen voor een verordening met het door de regeering aan bevolen tarief vast te stellen. Aldus wordt besloten. Een navorderingskohier der brandverze keringsbelasting over 1936, tot een bedrag van f 5.wordt vastgesteld. Ontheffing wordt verleend aan Jb. Kos- sen van zijn aanslag in de hondenbelasting, gedeeltelijke ontheffing aan D. Prins, voor schoolgeld, idem aan G. de Wit, honden belasting, terwijl afgewezen wordt het ver zoek om ontheffing van Jo Commandeur, voor brandverzekeringsbelasting. Benoemingen, Achtereenvolgens wordt de heer G. D. Rehorst benoemd tot ambtenaar van den burgerlijken stand,, en vertegenwoordiger van de gemeente voor den Vleeschkeurings- dienst, kring Barsingehorn, schoolartsen- dienst Den Helder en Departement Den Helder van de Maatschappij van Nijverheid en Handel. Onder dankzegging voor het In hem ge stelde vertrouwen verklaart de voorzitter deze benoemingen aan te nemen. Met het oog op de aanhangige kwestie van vereeniging van de gemeenten Zijpe en Cal lantsoog was de heer Dr. Boeraia tijdelijk benoemd tot gemeentegeneesheer, belast met de armenpraktijk en de kostelooze vac cinatie. B. en W. stellen voor den heer Boerma voor vast te benoemen, ingaande 1 Januari a.s. Met algemeene stemmen wordt de heer Boerma als zoodanig benoemd. De raad kan zich voorts vercenigen met een wijziging van redactioneelen aard van het uitbreidingsplan. Nog wordt vastgesteld het kohier van woonforenscnbelasting 1936 tot een bedrag van f 385.- De heer Vries informeerde of nu de be zwaren van betrokkenen waren ondervan gen. De Voorzitter antwoordde dat rekening was gehouden met de bezwaarschriften die verleden jaar waren ingediend en in 't gelijk waren gesteld. Of er verder nog be zwaren zullen zijn: moeten we afwachten. De rondvraag De heer Vries acht zich verplicht dank te brengen aan den voorzitter van den Land- arbeidersbond voor hetgeen deze heeft ge daan inzake de werk verschaf fïngsobjecten te Callantsoog. De toestand toch baarde zorg doch de moeilijkheden zijn door den voor zitter en den secretaris ondervangen en spr. kan dat tenzeerste toejuichen want daardoor hebben de menschen voor langen tijd werk gekregen. De Voorzitter zegt dat B. en W. de woor den van den heer Vries ten volle onder schrijven. De heer Kruit vraagt of er buiten de werkverschaffing op het Witte duin, nog andere werkobjecten zijn. De Voorzitter deelt mede dat bij de be handeling van de begrooting onder 't oog zal worden gezien. B. en W. hebben er reeds over gesproken, enkele objecten hebben zij op 't zicht. Het is de bedoeling met de werk verschaffing op de oude wijze door te gaan. De heer Kruit wijst op den slechten toe stand, waarin de muziektent zich bevindt. Enkele balken zijn verrot zoodat de vrees voor doorzakken bestaat Spr. vraagt of bij 't opnemen van het onderhoudswerk ook de muziektent wordt opgenomen. De heer Kniisveld zegt dat dit gewoon lijk het geval is. De heer Kooger licht toe dat dit dan be treft het schilderwerk. Naar de balken is niet gekeken, want het is haast niet te den ken dat er balken verrot zijn, omdat 't ding pas staat. De voorzitter zegt onderzoek toe. Hierna volgt sluiting. zelfde verachting. Want mocht het schip, waarop men ronddreef, eigenlijk allang ten ondergang gedoemd zijn, en slechts door een aaneenschakeling van toevalligheden nog be staan, zoo was het ook met de bemanning, die zich op deze morsige planken het leven nog een beetje rekten. Niettegenstaande alle ellende, niettegen staande alle moeilijkheden, waarin zij steeds weer opnieuw met landrotten of de bemanning der groote schepen kwamen, hier aan boord was er slechts één strijd, hier aan boord heerschte de geest van een zeldzame kame raadschap. Ja zelfs, al mocht men buiten het schip, tegenover ambtenaren en politie, nog zoo op nauwkeurigheid, echt en eerlijkheid aandragen, hier aan boord kon men jaren met het grootste geduld op de uitbetaling van zijn gage wachten, kon men zich voegen en ge hoorzamen, alleen om niet op den een of an- deren dag het schip te moeten verlaten. Want dit halfvergane schip beteekende voor hen het laatste redmiddel voor een volledigen onder gang. Het was voor hen ook steeds een hernieuw de hoop, op den „grooten slag", net zoo als zij in iedere haven opnieuw het zwarte bord uithingen. Want nergens was er zooveel hoop dan op deze schepen der hopeloozen, In de eindelooze I uren van het wachten op de een of andere lading, konden zij bij elkaar gedoken zitten, in de logies of op dek, om steeds weer opnieuw over den „grooten slag" te redeneeren, over wat zij doen zouden, hoe zij leven zouden, als zij plotseling den zegen van den rijkdom zouden ontvangen dat op het schip zou nederdalen. (Wordt vervolgd.) F euilleton door Friedrich L i n d e m a n 22. Zij verwonderen er zich zelf het meest over, dat zij niet eenvoudig wegliepen, dat zij den aanblik van deze acht-voudige vrouwelijk heid verdragen konden, die met trommel en trompet, met trekharmonica en banjo in het vuur van hun muzikale begeestering kleine lustkreten uitstooten en een zgn. opwinding tentoonstelden, die minstens even onecht waren als de papieren rozen boven hun hoofden. Voor hen, voor deze kleine scheepseigenaren en vrachtbootkapiteins, getuigde het bijna van een pijnlijke wereld-mannelijke zelfinge nomenheid, wanneer plotseling een door Whisky tot tranen toe geroerden Ier, laat op de avond met lallende stem het „Green-Erie- lied bestelde. Wanneer dan de dikke aan voerster van de Kapel ging staan en gevoel vol en smeltend een pistonsolo de tabak'snevel inblies, dan werd hun haast de adem afge sneden van bewondering en ontroering, alleen over de mogelijkheid van zulk een orgie. Het hoogtepunt van den avond was steeds het oogenblik, waarop de paillet-schitterende dames hun instrumenten opzij legden, van het podium afstegen om zich ter verpoozing van de gasten waartoe zij contractueel door Jim Paddock verplicht waren onder de zee lui te mengen. Dezen gingen schuw opzij, zoo dra een gepoederde en beschilderde vrouw zich bjj hen aan tafel zette, zeiden geen woord meer, wanneer een naakte arm het eerste het beste glas greep, wanneer uit bloedroode lippen een heesch lachen of dub belzinnige woorden te voorschyn kwamen, wanneer men hen, die allang grootvader had den kunnen zijn, vleiden met het naampje „Baby" o£ „Sweety". Het liep hen koud ovef den rug en hun hart bleef bijna stilstaan. Stokstijf zaten zy van ongehoord geluk, van bewondering over hun mannelyken moed en van een lichten afschuw over hun zedeiyke verdorvenheid. Hier had John Spurling gezeten, wanneer hij met zgn schuit te New York lag. Onder de kleinburgers der zee, die daar in „All Na- tion- Saloon" samenkwamen, behoorde kapitein Spurling tot de allerkleinsten. Z^ker, hij kon zich scheepseigenaar noemen. De „Frisco" behoorde hem. Maar de kleine brik had nu al een dikke veertig jaar op zee gezwalkt en was nog maar net zeewaardig. Reeds de vorige bezitter had er weinig vreugde aan beleefd. Hg was zelfs blij geweest, toen zgn kapitein, die reeds jaren bij hem in dienst was, de schuit, die allang voor slooping rgp was, voor het hem maandenlang schuldig gebleven loon, had overgenomen. Spurling zelf was op deze zaak eigenlijk meer uit luiheid ingegaan of uit angst voor een bepaalde verandering in zijn leven of uit een onverklaarbaar gevoel van verhoogd zelfbewustzijn. In ieder geval, hg ging verder met het schip, waarop hg jarenlang als kapitein ge

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1936 | | pagina 6