Vóór 40 JAAR
Schagen reeds het Middelpunt
Plaatselijk Nieuws.
Een feestdag
óók voor Schagen
Uit de Schager
Courant van
6 December 1896
Een vereeniging, welke met de
school is samengegroeid
Raad Schagen
Een rijmprent voor de
Nederlandsche Jeugd
Morgen bestaat onze Rijkslandbouwwin-
terschool 40 jaar en het is te begrijpen, dat
de oud-leerlingen dit jubileum op feestelijke
wijze willen herdenken.
Ongetwijfeld zal dan ook van de gelegen
heid tot complimenteeren door velen uit
landbouwkringen worden gebruik gemaakt,
terwijl daarnaast zeker ook vele autoriteiten
blijken van belangstelling zullen geven.
Directie en redactie van de Schager Cou
rant, die de eer en het genoegen hadden in
al die jaren met de leiders der school de
meest aangename betrekkingen te onderhou
den, willen niet achterblijven en bieden van
af deze plaats hun meest hartelijke geluk-
wenschen bij deze herdenking aan.
Voor het gehouden toelatings
examen tot onze Rijkslandbouwwin-
terschool slaagden:
J. Boekei, Schagen; A. Zijdewind,
Schagen; J. Schoorl, Ecnigenburg;
K. Eriks, Burgerbrug; A. v. d. Oord,
Moerbeek, Oude Niedorp; K. Kater,
Wieringerwaard; A. D. Groneman,
Wieringerwaard; C. Best, Schager-
brug; C. Ploeger, Beemster; J. C.
Maters, Koegras; P. Slot, Groenveld,
St. Maarten.
Als examinatoren traden op de
heeren: C. Nobel, directeur, De Gier
en G. Muijs.
Vervolg van eerste pagina.
der Rijkslandbouwwintcrschool en wordt
hem medegedeeld, dat de desbetreffende
stukken zich nog steeds bij den Minister in
Den Haag bevinden en aan den heer Löh-
nis, belast met het toezicht op de land
bouwscholen, door B. en W. het verzoek is
gericht, de afdoening dezer, zaak wel te wil
len bevorderen.
En dan wordt in de spoedeischende ver
gadering van Donderdag 19 Augustus behan
deld een verzoek van D. Kramer, laagste in
schrijver voor den bouw van de landbouw
school, en aan wien dit werk is gegund, om
hem van zijne verplichtingen als aannemer
ten dezen te willen ontslaan, aangezien hij
zich in zijne berekening door foutieve op
telling bijna f 1000 heeft vergist.
Met algemeene stemmen wordt de gevraag
de ontheffing verleend en met 6 tegen 4
stemmen wordt besloten tot herbesteding
over te gaan.
Deze herbesteding heeft plaats op 16 Au
gustus 1897 en wordt ingeschreven door:
J. Schreuder te Alkmaar voor f 8555.—
C. Kok te Oudkarspel, voor f 8525.—
B. Kroone te Schagen, voor f 8100.—
J. F. Filips te Helder, voor f 7298.—
J. Dorregeest te Alkmaar, voor f 7297.—
P. Voorman te Schagen, voor f 7289.—
P. Honijk te Schagen, voor f 7269.—
P. Rempt te Winkel, voor f 7220.—
G. Laagland-Winder te Koegras, v. f 7200.—
A. Wijker te Helder, yoor f 7190.—
L. Klein te Helder, voor f 7098.—
J. Eriks te Schagen, voor f 6950.—
W. Lammers te Helder, voor f 6926.—
D. Kramer te Schagen, voor f 5973.—
Het werk werd opnieuw aan den heer D.
Kramer gegund.
Uit deze grepen blijkt wel, dat de vesti
ging van deze ondetwijsinstelling, zoomede
de stichting van het gebouw nog heel wat
„voeten in de aarde" heeft gehad.
Waar eigen energie volharding onzer Vad'ren
Het ijz'ren Noodlot keert noch hindert in zijn nad'ren,
Waar eigen vlijt en kracht den ondergang niet weert
Van 'sLandsmans welvaart, hier en steeds d'ellende
vermeêrt,
Daar steunt de Staat en spreekt: „Let op des hedens eisch:
„Uw redding ligt voor 't meest in beter onderwijs!"
Zoo zij dan deze school, ten deel een Schager stichting,
Voor 't Landvolk, wijd en ver, een Fakkel van verlichting.
Een Bron, die immer vloeit en stroomen welwaarts spreidt,
Een eer voor Schagens naam, den Landman toegewijd!
Zoo dichtte veertig jaren geleden onze
toenmalige gemeente-secretaris, de heer Jb.
Denijs Jzn., daarmede uitdrukking gevend
aan de verwachtingen, welke van het werk
der school werden gekoesterd.
Trouwens ook de verschillende redevoe
ringen, die bij de Officieele opening van het
schoolgebouw op 23 Februari 1898 werden
gehouden, getuigden vóór alles van een be
wonderenswaardig optimisme.
Thans nu een periode van veertig jaar is
afgesloten, .lijkt ons dit vertrouwen erg ge
woon en begrijpelijk, maar wij moeten ons
voor de juiste beoordeeling van het toen ge
presteerde trachten te verplaatsen in de toe
standen van het laatst der 19e eeuw, toen
landbouwonderwijs nog een novum was, van
welks nut slechts weinigen waren doordron
gen, doch waartegenover het gros afwijzend
stond.
In dat licht bezien, was de daad van ons
toenmalig gemeentebestuur met aan het
hoofd zijn eminenten voorzitter, wijlen bur
gemeester Berman, er een van moed en durf,
vooral gelet op de reeds zwaar drukkende
hoofdclijken omslag.
En dat dit krachtig initiatief ook door
hoogere autoriteiten werd gewaardeerd, mo
ge blijken uit het feit, dat bij de officieele
opening o.a. aanwezig waren de heeren Mr.
G. van Tienhoven, Commissaris der Konin
gin, Mr. C. J. Sickesz, directeur-generaal
van den Landbouw, F. B. Löhnis, inspec
teur van landbouwonderwijs, Jhr. Mr. C. J.
den Tex, Mr. F. Th. Westerwoudt en P. B. J.
Ferf, leden van Gedeputeerde Staten.
Een illuster gezelschap was dan ook veer
tig jaar geleden in het schoolgebouw bijeen,
toen daar Schagen's burgemeester in welge
kozen bewoordingen wees op het belang van
de stichting dezer school en daarvoor spe
ciaal dank bracht aan den toenmaligen Mi
nister Van Houten, die de stoot daartoe had
gegeven.
Ook de volgende sprekers, de heeren Mr.
C. J. Sickesz, Mr. Van Tienhoven, C. Nobel,
L. J. de Vries en J. L. T. Groneman roem
den om strijd de eensgezindheid en sa
menwerking van overheids- en particulier
initiatief, dat geleid had tot de totstand
koming dezer „Fakkel van Verlichting" in
Hollands Noorden.
Hoe toen het Provinciaal Bestuur de po
sitie van onze kranig geleidde gemeente zag,
kan blijken uit de woorden waarmede de
Commissaris der Koningin zijn rede besloot.
Zij luidden:
„Dat Schagen, dat middelpunt
van verkeer, dat middelpunt van
verschillende takken van land
bouwbedrijven, dat middelpunt
moge blijven en dat het hart
even warm moge blijven kloppen
voor deze streek, als toen het
deze school tot stand bracht."
Het trait d'union dat door deze woorden
werd gelegd tusschen Schagen en de land
bouw, heeft gedurende de afgeloopen 40 jaar
zijn belichaming gevonden in onze Rijks-
landbouwwinterschool, welke de aanstaande
bebouwers van onze rijke cultuurgronden
reeds op jeugdigen leeftijd naar ons vrien
delijk plaatsje trekt, waar ook nu nog om
met Mr. Tienhoven te spreken het hart
warm klopt voor alles wat verband houdt
met onzen boerenstand.
Bij de herdenking van het 40-jarig be
staan der school willen we in onze kolom
men ook een enkel woord wijden aan een
vereeniging, welke met die school is sa
mengegroeid en daarom ook ten volle deelt
in de algeheele feestvreugde.
Wij bedoelen hier de Vereeniging van
Oudleerlingen der Rijkslandbouw Winter-
school, welke twee jaren na de' stichting der
school, namelijk op 29 December 1898 werd
opgericht met slechts tien leden. De eenig
overgeblevene van die tien is de heer C.
Best te Bergen.
Het eerste bestuur bestond uit de hee
ren: J. Best Nzn., uit Berkhout, voorzitter;
C. Best, secretaris en C. Ploeger, penning
meester.
Veel secretarissen heeft de vereeniging
niet gehad, vertelde ons de tegenwoordige
functionaris, de heer J. Sijp te Alkmaar,
wien wij om gegevens vroegen en die ons
gastvrij in zijn woning aan de Spoorstraat
ontving.
Laat me eens zien, zeide de secretaris, o
juist, hier heb ik het. De opvolger van den
heer Best was de heer J. Buis te Ursem,
deze werd opgevolgd door den heer G. No
bel uit Lutjewinkel en daarna nam de heer
P. Hopman uit Schagen het secretariaat
waar. Sinds 1920 voer ik de correspondentie
voor de vereeniging.
Dat is al een respectabele tijd, meenden
wij te moeten opmerken.
Ja, dat wordt nu straks 17 jaar en ik
heb het steeds met pleizier gedaan.
Het doel van de vereeniging is natuur
lijk, den band te onderhouden en te ver
sterken tusschen de oud-leerlingen, niet
waar?
Dat is inderdaad wel het hoofddoel,
ofschoon het niet in de statuten is vastge
legd. Als doel staat daarin omschreven:
lo. het bevorderen van het landbouwonder
wijs; 2o. het nemen van proeven, en het be
vorderen van het particulier initiatief in
deze; 3o. het doen houden van voordrach
ten; 4o. het houden van gedachtenwisselin-
gen en besprekingen naar aanleiding van
vraagpunten, welke door de leden worden
opgegeven; 5 o. het publiek maken van de
voornaamste handelingen en besluiten der
vereeniging en tenslotte het houden van
excursies.
En blijft behoudens de band tusschen
de oudleerlingen onderling, ook het contact
tusschen de oud-leerlingen en de school be
staan?
Natuurlijk, dat is iets, waarop we juist
zoo bijzonder prijs stellen. De directeur van
de school woont alle algemeene- en be
stuursvergaderingen bij. We houden ieder
jaar twee algemeene vergaderingen. De win
tervergadering wordt steeds te Schagen ge
houden en is van huishoudel ijken aard.
Meestal wordt daaraan een voordracht toe
gevoegd. In den zomer beperken wij ons tot
een korte vergaderfftg, waaraan \vé dan een
leerzame excursie verbinden. We hebben
zelfs eenige malen op een gecharterde boot
vergaderd, als dat zoo uitkwam met het
doel van onzen tocht. U ziet hoe gemoede
lijk!
Behalve die wintervergadering organi
seert het bestuur ook steeds een aantal le
zingen, waarvoor de meest vooraanstaande
personen op landbouwkundig gebied worden
uitgenoodigd. Onze voordrachten dat durf
ik gerust te zeggen slaan dan ook op een
hoog peil en trokken steeds meer belang
stelling.
En hoeveel leden telt uw vereeniging
nu?
Er zijn 217 leden; natuurlijk zijn er
veel meer afgestudeerden, maar velen verla
ten de streek en ook tal van ouderen mee-
nen de taak aan jongeren te moeten over
laten.
Hoe is nu het bestuur samengesteld?
Dat bestaat thans uit 7 leden. Voor
zitter is de heer P. Blaauboer Gzn. uit Kol-
horn en bestuursleden de heeren: R. C. Wai-
boer Rz., Anna Paulowna, D. Kramer Glij-
nes, Stompetoren, D. Kaan Kz., burgemeester
van Wieringerwaard, R. C. Waiboer van
Anna- Paulowna, P. C. Eenhoorn, St. Maar
ten en mijn persoon.
Als u over de school schrijft, moet u voor
al niet vergeten er den nadruk op te leggen,
dat de vereeniging niet beoogt het directe
persoonlijke en finantieele belang vah de le
den, maar veeleer streeft naar de bevorde
ring van de kennis harer leden. En nu heb
ik u alles vertelt; de geschiedenis der ver
eeniging is niet rijk en niet interessant, zoo
u ziet.
En toch hoort ze dunkt me bij de
historie van de jubileerende school, waar
mede ze is opgegroeid en die haar niet mis
sen kan; was onze meening.
Juist meneer; zoo is het. Wel thuis!
Bedankt meneer Sijp voor uw pret
tige ontvangst en uwe bereidwilligheid!
ORANJEFEESTEN.
In de gisteravond ten huize van den heer
J. Jansen gehouden bestuursvergadering van
de Buurt vereeniging „De Molenstraat", is in
beginsel besloten om ter gelegenheid van
het huwelijk van H. K. H. Prinses Juliana en
Z. K. II. Prins Bernhard op 7 Januari a.s.
alleen het plantsoen voorloopig althans le
verlichten enz. De geheele buurt kan met
het oog op de tijdsomstandigheden en het
risico van slecht weer niet worden versierd
Ten einde dit middelpunt uit de buurt te
kunnen versieren op waardige wijze, heeft
men gelden noodig. Hiertoe zal door eenige
dames met een lijst bij de bewoners worden
rondgegaan. De versiering van het, plantsoen
denkt het bestuur als volgt te doen: Even
tueel plaatsen van 2 lichtzuilen en rondom
het plantsoen weer versierde palen met
groenslingers met verlichting en lampions.
Deze versieringen zullen worden uitgevoerd
met behulp van de buurtbewoners. Gehoopt
wordt op milde gaven van de buurtbewoners,
waardoor de Molenstraat weer een beziens
waardigheid kan worden, met de a.s. feesten.
POSTZEGELVEREENIGING „WEST-
FRIESLAND".
Vrijdag hield de Philatelistenvereeniging
„West-Friesland" haar jaarvergadering bij
den heer C. Boontjes alhier. Hoewel door
ziekte en slecht weer enkele buitenleden niet
verschenen waren, was de opkomst zeer vol
doende. Na opening werd overgegaan tot be
stuursverkiezing. De heeren A. Koning en
N. Kossen werden bij accjamatie herkozen
tot voorzitter en secretaris-administrateur,
terwijl in de plaats van den lieer J. Schene,
die wegens drukke studiebezigheden als pen
ningmeester bedankt had, do heer J. Ruig
gekozen werd.
De rekening en verantwoording van den
penningmeester gaf een vrij groot batig saldo
aan, waarvan een gedeelte weer onder de
leden werd verloot.
Door het bestuur werden nog enkele wen-
schen naar voren gebracht betreffende het
goede circuleeren van de rondzendingen en
het Philatelistenblad. Aan het einde der ver
gadering traden twee nieuwe leden toe. Hier
na werd het officieele gedeelte gesloten en
bleef men nog geruimen tijd ruilende en han
delende, gezellig bijeen.
DE BOVENTALLIGE ONDERWIJZER.
De bcgrootingscommissie bestaande uit de
heeren Bijlsma, Stam en De Vries, beamen
in hun begrootingsrapport dat de finantieele
toestand van onze gemeente benard ge
noemd moet worden en oorzaak is, dat
niettegenstaande alle belastingen tot het
maximum zijn opgevoerd, bovendien nog
beschikt moet worden over een groot be
drag uit het vernieuwingsfonds van het
G.E.B.
De commissie kan zich in vele gevallen
vcrecnigen met de houding die B. en W.
tegenover de eischen van Ged. Staten heb
ben ingenomen. Niet altijd was er in de
commissie eenstemmigheid en zal daarom
soms van een meerderheid (Stam-de Vries)
en een minderheid (Bijlsma) gesproken moe
ten worden.
De geheele commissie verklaart zich ech
ter tegen ontslag van den boventalligen on
derwijzer, omdat het afvoeren van deze on
derwijskracht na alles wat zich in den loop
der laatste jaren reeds heeft voltrokken,
voor het onderwijs funeste gevolgen moet
hebben. Zij stelt daarom voor handhaving
van den bovenstalligen onderwijzer, doch wil
per 1 April a.s. geen voorziening in do va
cature van hoofd der voorbereidende school,
met voortzetting dier school met alleen mej.
Raar als onderwijzeres. De meerderheid wil
haar wedde op f 373 houden, de minderheid
wil haar met f 100 verhoogen.
In hun antwoord wijzen B. en W. nog eens
uitvoerig op de motieven die hun tot het
voorstel hebben geleid. Daar zich thans de
gelegenheid voordoet in de begrooting be
zuinigingen aan te brengen, meenen zij op
hun aanvankelijk voorstel te moeten terug
komen en deze leerkracht althans voor 1937
te handhaven.
HET HOOFD VAN DE VOORBEREIDENDE
SCHOOL.
liet niet vervullen van do betrekking van
hoofd van de voorbereidende school per 1
April 1937, ontmoet bij B. en W, zeer veel
bedenking. Van het tegenwoordige karakter
zal dan weinig overblijven, de overblijvende
leerkracht is ongedipiomeerd, het aantal
leerlingen zal sterk terugloopcn; één leer
kracht zal onmogelijk meer dan 40 leerlin
gen kunnen bezig houden; de schoolgelden
zullen dan de helft van het geraamde be
drag opbrengen; twee lokalen niet meer noo
dig zijn. De kosten van bet openbaar onder
wijs zouden dus automatisch stijgen, met als
gevolg de mogelijkheid van verhooging der
uitkeeringen voor het bijzonder onderwijs.
Het voorbereidend onderwijs dient niet ge
heel opgeofferd te worden aan het openbaar
lager onderwijs. B. en W. stellen voor het
salaris van een te benoemen Hoofd van de
Voorbereidende School met. ingang van 1
April 1937 te bepalen op f800.— per jaar.
Hierdoor wordt in 1937 een bezuiniging ver
kregen van f478.40.
JAARWEDDE WETHOUDERS.
De meerderheid van de begrotingscommis
sie stelt voor de wethouderswedden te verla
gen van f 400 tot. f 300; zij is van oordeel dat,
ook als een arbeider wethouder zal zijn, een
bedrag van f300 voldoende zal zijn de door
hem te lijden loonderving te vergoeden.
De minderheid der commissie wil de wedde
op f 400 handhaven.
B. en W. nemen het voorstel van de meer-'
derheid der commissie over.
PRESENTIEGELDEN DER LEDEN
VAN DEN RAAD.
B. en W. stellen voor het presentiegeld der
leden van den Raad op f 1.50 per lid per ver
gadering te bepalen.
DE VERMAKELIJKHEIDSBELASTING.
De minderheid van de begrootingscommï&»
sie, de heer Bijlsma, stelt voor de vermake
lijkheidsbelasting van 20 op 21 te brengen
en het bedrag van dezen* post derhalve te
verhoogen met f325.
VASTSTELLING CAPITULANTEN-
VERORDENING.
B. en W. zijn van oordeel, dat onze ge
meente niet voor ontheffing in aanmerking
komt en dat dus een capitulantenverorde-
ning moet worden vastgesteld.
Zij hebben gemeend daartoe een viertal
betrekkingen te moeten aanwijzen, te we
ten: incasseerder-meteropnemer, arbeider ini
algemeenen dienst, reinigingsdienst en con'
cierge o: 1. school. Voor deze betrekkingen
toch wordt geen speciale vakbekwaamheid!
vereischt.
Op verzoek van den Directeur van het
centraal capitulantenbureau is nog aan de
ze betrekkingen toegevoegd, de betrekking
van plantsoen-arbeider.
B. en W. bieden dus een ontwerp-veror»
dening ter vaststelling aan en stellen voor
tot wijziging van het werkliedenreglement;
te besluiten.
BOUWEN
De bouw van het woon- en winkelhuis
voor de Maatschappij „Velo" tusschen dg
perceelen van de firma De Gruijter en Gebr,
Kweldam is opgedragen aan de laagsta
inschrijvers de heeren Reijers en Vlaming
te Den Helder.
Architect is de heer Chr. Dekker.
„Een nieuwe lente op Hollands
erf".
De Nederlandsche regeering heeft besloten
om de Nederlandsche schooljeugd ter her-,
innering aan de Prinselijke echtverbintenis
van 7 Januari een rijmprent ten geschenke
te geven.
Nadat de Koningin haar toestemming voor
het uitreiken van dit geschenk had gegeven,
heeft de regeering besloten ditmaal niet,
zooals bij vorige gelegenheden, alleen de
leerlingen van de lagere scholen te gedenken,
maar ook de ouderen.
.Besloten is toen om in dit geschenk te be
trekken de leerlingen van lagere scholen in!
Nederland. Deze laatste beslissing is genn
men, omdat het- de regeèring zeer moeilijk
leek iets te maken, dat gelijkelijk ten onzent
en overzee gewaardeerd zou kunnen worden.
In opdracht van de regeering is het ge
dicht voor den prent gemaakt door Dr. P,
C. Boutens.
Behalve de scholen in Nederland, zal d<
rijmprent worden uitgereikt aan de leerlini
gen van de Nederlandsche school te Brus
sel en in Antwerpen en aan de Nederland
sche cursisten in Duitschland.
De heer van der Vossen heeft een hout
snede vervaardigd, voorstellende een koets,
waarin een bruidspaar is gezeten. De wagen
wordt door twee paarden over de wolken
bij zonneschijn getrokken. Onder dr. Bou
tens' gedicht, getiteld: Een nieuwe lente op
Hollands erf, zijn een J. en een B. inge
sneden.
En tenslotte geven wij de. tekst van de ze»
ven coupletten:
Keek niet door 't volle zomergroen
de gele pij al van den herfst,
waar straks het schoone jaar in sterft...1
daar viel weer, buiten elk seizoen,
een nieuwe lente op Hollands erf.
De dagen keerden licht van lust,
de nachten van belofte zwoel-
mijn hart, door 't blinde bloed ontrust,
als in een doolhof op gevoel
tastte naar ongeweten doel...
Daar zag het midden in'den hof
uw oogen, waar verlangen sliep,
zich openen tot bloemen diep-
daar vond mijn hart zijn zingens stof,
daar rees het stomme bloed en riep:
„dat hebt gij goed en vroom gedaan,
want die vertrouwen haasten niet,
en diep in 't. hart uws volks verstaan
het bloed dat kruipt, w'aar 't niet knxï
gaan,
totdat het breekt in lucht en lied:
„dezelfde grond, hetzelfde veld,
waar ons gemeene dooden zijn,
in hun verheerlijking besteld,
oefent aan u zijn voet geweld
van levens Mei en hoogfestijn
„hoe rijker gij beminnen moet,
te minder schieten wij tekort,
een wedstrijd zal het zijn voorgoed
in liefdes eerlijke' overvloed,
die door geen deelen minder wordt...
,al waf. van u hoort lijven we in
met u bij Hollands huisgezin,
nu in u zelf verweezlijkt werd
de zoete zekerheid van 't hart;
daar is geen Meimaand zonder min..,*