Een kans in Canada
Blijvende welvaart in Engeland?
„Fitness"
De vakkundige tuinbouwer
is welkom
Groote bedrijvigheid in de
Amerikaansche vlieg
tuig-industrie
Een Belgische Kenau
Lichamelijke opvoeding van
het Engelsche volk
Donderdag 11 Februari 1937
Derde blad
Het is wél duidelijk, dat nu in zoo vele
landen van de wereld de werkloosheid zul
ke groote afmetingen heeft aangenomen,
Canada niet voor een ieder toegankelijk is.
Zou dat zoo zijn, dan kon men er veilig
van overtuigd wezen, dat binnen korten
tijd tal van personen zouden binnenkomen,
die spoedig ten laste van de Canadeesche
gemeenschap zouden komen. Dat wil de Ca
nadeesche regeering vermijden en heeft
daarom ook vrij strenge voorschriften voor
het immigrecnen gesteld. Hollanders, die
Canada binmen willen komen om er zich te
vestigen moeten in de eerste plaats .be
schikken over het reisgeld en bovendien
een bedrag van 1000 dollar bezitten. Dat is
vrijwel het minimum, al komen er ook per
sonen en vooral gezinnen binnen die daar
over niet de zeggingschap hebben. Zij toch
kunnen mot 500 dollar volstaan, doch die
nen bewijzen te overleggen dat ze familie
of kennissen in het land hébben, die be
reid zijn om in geval van nood te steu
nen. Blijkt dat hun opgaaf juist is dan is
de financieele basis in orde. Maar daar
mede is men Canada nog niet binnen.
Buiten de toeristen, is het verplichtend
om zich te vestigen; om een bedrijf te koo-
pen en daarop te werken. Heeft, men het
plan om in de steden te gaan wonen, dan
•wordt geen visum verstrekt. Maar bovendien
moet men kunnen bewijzen, het landhouw-
vaik te verstaan. Alleen voor hen die dit
door en door onder de knie hebben, staan
de grenzen open.
Daar komt bij dat ook een verklaring van
goede gezondheid en betrouwbaarheid af
gegeven dient te worden en geteekend
door den Inspecteur der Canadian Pacific
Railway Company. In een persoonlijk on
derhoud stelt genoemde heer een en ander
yast.
Wat beoogt de Canadeesche regeering met
deze vrij strenge maatregelen? Zij hoeft
zich tot doel gesteld om bij eventueele im
migratie zoo weinig mogelijk financieele
risico te nemen. Doch er is nog een heel
andere reden. Zij wil oen krachtige, welva
rende plattelandsbevolking verkrijgen. En
dat probeert zij mede te bereiken door al
leen de immigratie aan die personen en
gezinnen toe te staan die inderdaad vol
doende kansen hebben om te slagen. Daar
om is het noodig om over een bedrag te
beschikken waarmee een eigen bedrijf be
gonnen kan worden. Evenzeer is het noo
dig dat de immigranten over vakkennis
en vooral doorzettingsvermogen beschik
ken.
Zeker slagen.
De zooeven vermelde Company vermeldt
met nadruk in haar geschriften, dat er
geen financieele reden bestaat om niet te
slagen, maar wel een persoonlijke reden.'
Men njoet door de zure appel heen wil
len bijlen. Hard werken en met inzicht
werken, zuinig leven en zich er doorheen
probeeren te slaan dat moet men kunnen.
Rekent men zich daartoe niet in staat, dan
is er één middel; veilig thuis blijven.
Er is tenslotte toch wel overtuiging en
kracht voor noodig om de dingen daar
goed aan te pakken.
De heer Busé, een Hollandsche emigrant,
vertelt daarover: „Als je daar voet aan
land zet, dan is bijna steeds het eerste
verlangen om met de volgende boot weer
terug te gaan. Staat het besluit echter
vast, dan de tanden op elkaar en doorzet
ten. Dan flink zijn en de moeilijkhdeen de
baas worden. Doet men dat, dan slaagt
men zeker".
Uit ervaring deelde hij echter mede, dat
een bedrag van 1000 dollar feitelijk te wei
nig is. Men moet toch het eerste jaar met
den grond en de werkmethoden vertrouwd
raken. De juiste weg moet gevonden wor
den en dat gaat steeds met kosten gepaard.
De opbrengsten zijn het eerste jaar min
der dan in de volgende jaren. Wat financi
eele reserve is daarom van het grootste be
lang. Beschikt men over 2000—3000 dollar,
dan ligt de weg tot een goede toekomst
voor U. Er is dan de gelegenheid wat klap
pen op te vangen.
Koopen is er geen bezwaar. Met, zeer wei
nig geld speelt men dat reeds klaar, want
het geschiedt dikwijls op termijn. Bij de
overgang wordt één termijn betaald en de
rest kan dan in bijv. 10 jaren bij gedeelten
van de opbrengst betaald worden onder
bijberekening van 5 rente per jaar. Ilot
blijkt dus, dat ook met weinig geld een
eigen bedrijf in het bezit verkregen kan
worden.
Toch is het raadzaam indien er minder
kapitaal dan 2500 dollar tot beschikking is
om in Holland te blijven, oordeelt de heer
Busé.
Bij aankomst is het goed opletten. Zeker,
van allo kanten wordt door de C.P.R. voor
lichting gegeven, maar toch doet men goed
om zich niet in te groote bedrijven te
wagen. „Begin in het klein en breidt dan
de zaak uit", zegt hij. De Canadeezcn wil
len altijd groote stukken grond verkoopen.
Niets waard, eerst de toestand kennen en
dan uit eigen middelen een bedrijf verder
opbouwen, dat is de juiste weg, is hij van
meening. Daardoor blijven de handen meer
vrij en is men met minder verantwoorde
lijkheid belast,
Waar lukt ;t?
Waar is nu de beste mogelijkheid om het
tot een goed eind te brengen?
Canada is bijna 300 maal zoo groot als
Nederland en is van Oost- naar Westkust
ongeveer 6000 K.M. lang. Het is dus uiter
mate moeilijk voor een persoon over dit
uitgestrekte gebied ervaring en een juist
inzicht te hebben.
Wij willen hier alleen spreken over Zuid-
Ontario, een gebied dat zich bij uitstek
voor de groententeelt leent, welke vaak in
combinatie met snijbloemteelt bedreven
wordt. In dit gedeelte van Canada dat door
het Huron-, Erie- en Ontario-mecr inge
klemd wordt is de grond en de afzet der
producten van dien aard dat er veel mo
gelijkheden bestaan.
De verbindingen met de steden Welland,
Hamilton of Toronto zijn uitstekend.
De producten kan men drie maal per
week door grossiers laten halen. Veilingen
Wij geven in bijgaand artikel een
korte beschrijving weer van ©en
onderhoud, dat wij hadden met een
Hollandschen emigrant, die in Ca
nada een tweede vaderland vond
en opgetogen was over dit rijke en
jonge gebied.
als in Holland kent men er niet Ook is
het te doen zelf naar de stad te gaan, ter
wijl groote hoeveelheden steeds verkocht
kunnen worden aan inmaakfabrieken.
Van een goede afzet is men steeds zeker.
Keert men uit de stad terug dan is de por-
temonnaie goed gespekt. De verkoop ge
schiedt er contant.
De beginnende tuinder kan beter niet te
veel gewassen telen. Aardbeien, frambo
zen, Sweet corn (onrijp te plukken mais),
witte kool en sla met een bijteelt van gla
diolen, anjers en herfstchrysanthen vormen
een soliede basis voor een bestaan.
De beste methode is, weinig land te ne
men, dit goed te bewerken en dan met deze
producten te kweeken.
Vrijheid, blijheid.
De zorgen zijn minder drukkend dan in
Holland. Na het eerste jaar heeft men er
spoedig de vinger achter. Zonnige dagen
breken aan. Een bestaan is immers verze
kerd en de belastingen zijn er laag. Bij een
inkomen van 1000 dollar wordt 10 dollar be
taald, bij 3000 dollar, 60 dollar. Dit is dan
ook liet eenigste wat er aan belasting ge
vorderd wordt.
En is het in Holland niet zoo, dat de
postbode wéér een waarschuwing van een
kwartje in de bus gooit? „Die belastingen
en waarschuwingen ook altijd" zuchtte mijn
buurvrouw, die maar nooit kon onthouden
wanneer toch die vervaldatum was.
Hoe geheel anders in Canada. Daar heeft
het leven niet plaats onder de regelmatige
belastingdruk.
„Graag ga ik weer naar de overzij, 't is
daar vrijheid blijheid", zeide de heer Busé
met een glans van tevredenheid in zijn
oogen. Hier was geen werk voor hem en
daar is een taak. Een positie die hem be
vrediging schenkt. Een kans, een toekomst
voor hem en zijn gezin.
En hoevele tuinders zou het lijken om
met moeder de vrouw en de kinderen weer
goede toekomstmogelijkheden te hebben?
In Canada is nog plaats. De 11 millioen in
woners op een zoo groot gebied geven geen
overbevolking. Het land is jong en kan aan
millioenen menschen een bestaan geven.
Illusies doet men wel goed overboord te
zetten. Ook daar is het voor slappe men
schen en. voor diegene met heel weinig
geld geen eldorado. Het eerste gebod is er
aanpakken en werken.
Maar is dat. niet juist iets voor de ijve
rige Hollanders? Hebben zij niet met in
spanning van de uiterste en beste krachten
bedrijfjes en bedrijven opgebouwd. Van
niets wat gemaakt dat respect afdwingt.
De Canadeesche regeering staat aan de
Oostkust en ziet uit over de wijde wateren.
Zij ziet uit of Hollandsche emigranten het
kloeke besluit hebben genomen om een
nieuw bestaan te veroveren op het onme
telijke en rijke land van Canada.
Nieuwe gezinnen, nieuw bloed, een nieu
we geest, nieuwe mogelijkheden. Hollanders
met vakkennis, met durf, een goede vrouw
en wat kwieke kinderen en met eenig geld,
Canada wacht U. Canada stelt de poorten
open en biedt u een nieuwe en gelukkige
toekomst.
Wellicht zullen in de naaste toekomst
meerdere Hollanders de dag prijzen dr* ze,
evenals de heer J. H. Busé, scheep gingc~
om in de Nieuwe Wereld een bestaan te
veroveren, dat het oude Vaderland niet
meer vermocht te geven.
Een nieuwe toekomst wenkt.
ENORME UITBREIDING DER
PRODUCTIE VERWACHT.
ER WORDT OP VOLLE CAPA
CITEIT GEWERKT.
De Amerikaansche vliegtuigindustrie, in
het bezit van een overweldigen*! aantal op
drachten tot den bouw van militaire en
verkeersvliegtuigen, uit alle declen van de
wereld, werkt op het oogenblik op volle ca
paciteit, zoodat men koopt alle gegeven op
drachten vrij spoedig te kunnen uitvoeren.
Onze V.P.R.-correspondent meldt, dat de
Amerikaansche vliegtuigfabrieken aan het
begin van dit jaar de beschikking hadden
over opdrachten tot een waarde van niet
minder dan 100 millioen dollar.
Een flink deel van deze opdrachten stamt
intusschen van het Amerikaansche leger en
de vloot.
Europa bouwt thans slechts
militaire vliegtuigen.
Daar de Europeesche vliegtuigfalbrieken
op het oogenblik bijna uitsluitend voor mi
litaire doeleinden werken, verwacht men in
Amerika intusschen, dat Europa nog veel
meer opdrachten voord en bouw van ver
keersvliegtuigen zal geven. En verder ver
wacht de industrie, dat de federale regee
ring te Washington nog in den loop van dit
jaar zal overgaan tot een aanzienlijke uit
breiding van de luchtvloten van leger en
marine. De meest vooraanstaande onder
nemingen houden dan ook reeds millioenen
dollars beschikbaar voor den houw van
nieuwe fabrieken.
Ruim ©en millioen passagiers
per jaar.
Ook van de zijde van de Amerikaansche
luchtvaartmaatschappijen verwacht men
groote bestellingen. De Amerikaansche pas
sagiersdiensten vervoerden in het afgeloo-
pen jaar meer dan een millioen personen.
Dit enorme aantal is het resultaat van een
verbitterden strijd tusschen de luchtvaart
maatschappijen om de leiding. Deze strijd
bracht met, zich, dat, in het bijzonder in
,1936 talrijke opdrachten tot den bouw van
nog grootere en nog snellere verkeersmachi-
nes werden 'gegeven. Verschillende van de
ze machines kosten niet minder dan 110.000
dollar per stuk. Een groot deel van genoem
de opdrachten kan echter eerst in den loop
van dit jaar uitgevoerd worden.
De leidende vliegtuigfabrieken.
De drie leidende vliegtuigfabrieken, de
Douglas Aircraft Co., de Consolidated Air-
craft Co. en de Curtiss-Wright Co. ver
klaarden, dat zij nog in het bezit waren
van in 1936 gegeven, nog niet uitgevoerde
opdrachten ter waarde van 58 millioen dol
lar.
Men kan dus voort!
EEN TRIESTIGE AANBLIK. Deze foto geeft een beeld van een gedeelte der
Portugeesche kust, na de hevige stormen. Men zie de wrakken, afkomstig
van de tientallen sohepen, die op de klippen te pletter liepen en w.o. zich
helaas ook „de Jonge Jacobus" uit Nederland bevond.
„Be communistische afgevaar
digde, Mevr. Adere had een tele
foontoestel van de bank van
minister Bovesse weggenomen
en sloeg er een van de Vlaam-
sche nationalisten mee op het
hoofd".
(Uit ons verslag over het Bel
gische relletje.)
Elk land heeft zijn heldin,
Een vrouw met mannenmoed:
Ze maakt den vijand in
En redt het hoogste goed.
Heeft Frankrijk Jeanne d' Are
En Holland Haarlem 's Kenau
De Belgen staan thans sterk
Met nét zoo'n flinke vecht-vrouw!
Ze greep de telefoon
En hield vóór men het wist,
Een telefoongesprek
Met eèn nationalist
„Hallo, hier Moskou;
daar!!"
Ze sloeg hem op zijn kop,
De Kamer uit elkaar
En hing den hoorn weer op.
DE VERHOUDING TUSSCHEN
BANK EN INDUSTRIE.
Na. eenige jaren van ononderbroken eco
nomische opleving stelt men zich tihans in
alle economische kringen de vraag, op
welk punt men op het oogenblik eigenlijk
aanbeland is. Volgens de oude theorie van
den conjunctuurcirkelgang zou er thans een
zekeren stilstand moeten intreden, die een
komende depressie inleidt. Hoewel men de
tegenwoordige economische opleving moei
lijk kan vergelijken met de stijgende con
junctuur van vroeger tijden, bestaat er
toch in het algemeen een op theoretische
gronden gebaseerde angst voor een culmi
natie van de economische opleving.
De practici onder de economen daaren
tegen zijn het er reeds over eens, met welke
middelen men aan den huidigen stand van
zaken een betrekkelijk lang leven zou kun
nen bescheren. Het is geen geheim, dat,
men in Engeland een nog verder stijgende
binnenlandsche conjunctuur ongaarne zou
zien. Wel echter verwacht men van een
verbetering van het internationale goederen
verkeer een economisch herstel voor de ge-
heele wereld. Sinds de crisis is er herhaal
delijk op gewezen, dat de internationale
handelsbelemmeringen den weg naar het
economisch herstel versperden. Op deze
plaats mag er op gewezen worden, dat de
gedachte, dat een economische opleving als
groote internationale „conjunctuurreserve"
zou kunnen dienen, op het oogenblik ook
bij zeer practisch denkende menschen te
vinden is en niet enkel en alleen meer als
phrase beschouwd kan worden.
POLITIEK EN ECONOMIE.
Het is daarentegen nog weinig tot
de massa doorgedrongen, dat het
economische leven op het oogenblik
bijna overal geheel onder den in
vloed van de politiek staat. Bij een
beschouwing over de economische
toekomst van de meeste landen moet
men dan ook rekening houden met
den politieken factor, in hoeverre
men zijn bewapening wenscht op te
voereru Voor Groof-Brittannië lig
gen de factoren der toekomstige eco
nomische ontwikkeling in ieder ge
val bij de takken van industrie, die
voor een goed deel afhankelijk zijn
van de legeropdrachten. Het besluit
De bekende hoofdredacteur van
de „Economist", Gilbert C. Layton,
behandelt voor ons in bijgaand
artikel de belangwekkende kwes
tie van een durende welvaart-
Door onze economisch aangelegde
lezers zullen zijn beschouwingen
ongetwijfeld met groote aandacht
worden gelezen.
van de Engelsche regeering om het
geld zoo goedkoop mogelijk te hou
den, is een noodzakelijk gevolg van
de financiering der bewapening. En
op ditzelfde gebied ligt ook het
grootste gevaar, dat er op een gege
ven oogenblik een verzadiging in
treedt en men dientengevolge weer
bergafwaarts zou gaan.
Dit gevaar kan intusschen worden bezwo
ren door een juiste geldpolitiek. Het is der
halve te hopen, dat de Britsche banken
meer dan tot nog toe het geval is geweest
instrumenten van de regeeringspolitiek
zullen worden en dat een zekere ordening
de gevaren van al te groote investeeringen
in de industrie zal kunnen verhinderen.
Zelfs de meest hardnekkige economische
theoretici zullen moeten toegeven, dat een
politiek van „laissez-faire" op het oogenblik
het geheele economische gebouw in gevaar
zou brengen.
DE BANKPOLITIEK VAN
DE „BIG FIVE."
Het treft goed, dat juist bij den aanvang
van het jaar de algemeene aandeelhouders
vergaderingen van de grootste Britsche
banken, de „Bic P'ive", die ten deele de in
ternationale geldmarkt onmiddellijk bein-
vloeden, plaats vinden. In de redevoeringen
van de directeuren dezer „Big Five" werd
steeds een betrouwbaar beeld van de Brit
sche economische situatie gegeven. En in
„Fitness" is het woord, dat men, aldus
onze V.P.B. correspondent, op het oogenblik
in bijna iedere Engelsche courant vindt.
Dezer dagen zag men het zelfs als kop bo
ven een aantal artikelen staan. De Engel
sche regeering tracht, namelijk, de opgroei
ende jeugd weer „fit" d.w.z. lichamelijk en
ook geestelijk sterk te maken. De physieke
standaard van het opgroeiend geslacht zal
door middel van sport verhoogd worden,
want men heeft met schrik moeten vast
stellen, dat de generatie, op wier schou
ders eens de last van een geheel wereldrijk
zal drukken, lang niet in den toestand ver
keert die haar eens in staat zal stellen,
hun verplichtingen tegenover volk en staat
na te komen.
Men bemerkte aan het stijgend aantal af-
gekeurden voor den militairen dienst, dat
de volksgezondheid achteruit ging.
Men heeft dit vooral bemerkt bij de re-
crufeering. Speciaal in de noodlijdende ge
bieden moest een groot percentage der
jonge lieden, die zich voor den militairen,
dienst aanmeldden, afgekeurd worden. Ge
zien de weinige animo voor het leger, heeft
de minister van Oorlog toen moeten be
sluiten ook niet geheel deugdelijke recru-
ten in dienst te nemen. Om hen geschikt
voor den dienst te maken, heeft men, deze
jonge menschen eenige weken lang uitste
kend gevoed en hen veel aan sport laten
doen. Het resultaat daarvan was zeer be
vredigend, zoodat men thans deze methode
op breede basis wil gaan toepassen.
Een poging om de geheele natie
fit te maken door financiering
van bestaande sportverenigin
gen.
Op deze wijze is het echter niet moge
lijk een geheele natie fit te maken.
Daarover zijn de verantwoordelijke mannen
van Engeland het eens en daarom zal de
regeering niet zelf het werk in handen ne
men, maar veeleer sportvereenigingen de
geldelijke middelen verschaffen, om deze in
staat te stellen het werk op zich te nemen,
sportvelden aan te leggen, enz. Bovendien
zal men op de scholen meer aandacht aan
de sport gaan besteden en in arme streken
zal de schooljeugd gedeeltelijk door de
regeering gevoed worden. Nu ontbreekt, het
Engeland echter aan sportleeraren en daar
om wil men een bijzonder instituut in het
leven roepen, om dergelijke menschen op
te leiden. Men moet hierbij bedenken, dat
Engeland lang niet het sportland is, waar
voor het in Nederland dikwijls wordt ver
sleten. De sport was voor velen tot nog
toe slechts een kwestie van toezien en
wedden.
Bij de kwestie der lichamelijke opvoe
ding blijft Engeland natuurlijk aan het
principe van de vrijwilligheid vasthouden.
Het blijft nu echter de vraag, of de geheele
jeugd zich aan deze lichamelijke opvoe
ding zal onderwerpen. Daarbij komt nog,
dat de regecring in het zoo pacifistische
Engeland door breede kringen, die in een
lichamelijke opvoeding iets „militairistisch'
zien, wordt tegengewerkt.
Maar hoe het ook zij vast staat dit
eenc: De Engelsche regeering heeft het ver
zuim van het verleden ingezien en doet
alles, om zoo snel mogelijk de zonden van
het verleden weer goed te maken.
dit jaar verdienen zij wegens het nauwe
verband tusschen economische opleving,
geldmarktpolitiek en regeeringspolitiek in
het bijzonder de aandacht, niet slechts in
Groot-Brittannië, maar ook daarbuiten.
Schommelende industrieele koersen kun
nen een gevolg zijn van speculatie; specu
latie in dezen zin, dat op bepaalde plaalsen
te veel geld in de industrie wordt gesto
ken, terwijl op andere plaatsen wederom
„speculatief" te veel vlottend geld wordt
weggepompt om dit ergens anders verkeerd
te beleggen. Hier kan de politiek van de
banken ongetwijfeld een herhaling vermij
den van de ineenstorting, die Amerika
eenige jaren geleden beleefde. De directeu
ren van de „Big Five" behandelden in de
algemeene vergaderingen van dit jaar dit
thema zeer uitvoerig.
Zij kwamen daarbij tot de conclusie,
dat de speculatie op het oogenblik
nog niet een omvang heeft aangeno
men, die beperkende maatregelen zou
rechtvaardigen. Bij de credicten aan
industrie en handel is intusschen 't
speculatieve van het niet-speculafie-
ve moeilijk te onderscheiden de
verliezen der Britsche filmindustrie
in de laatste jaren bewijzen, dat er
nog steeds de ongelukkige neiging
bestaat om een slecht schuldenaar
nog van goed geld te voorzien, om
ingetreden verliezen niet openlijk
af te moeten schrijven.
Verder maakt de geldbehoefte voor de
bewapening een beperking van de credietcn
aan de industrie noodzakelijk: Om deze
behoefte te kunnen bevredigen moet de re
geering de rente laag en dientengevolge de
koersen van obligaties hoog houden. De vijf
grootste Engelsche banken hebben nu in
het afgeloopen jaar aan de industrie 60 mil
lioen pond sterling meer credict dan in
1935 ter beschikking gesteld; stijgt deze
som in dezelfde mate verder, dan moeten
óf gelden van de rentemarkf teruggetrok
ken worden, wat tot een stijging der renten
zou leiden, óf de geldreserves zouden dien
overeenkomstig verhoogd moeten worden,
wat wederom inflationistische gevolgen zou
hebben.
Intusschen kan men zich op het oogenblik
en niet slechts in Groot-Brittannië
verlaten c-> het woord van de directeuren,
dat men voorloopig, d.w.z. zeker niet voor
1938, voor de hierboven aangestipte gevaren
behoeft te vreezen. Door middel van een
juiste regeeringspolitiek zou naar de mee Gedenkpenning ter gelegenheid van de En-
ning van deze directeuren een „crisis" in i qelsche Koninqskronina in Mei a.s. Deze
de daarvoor in aanmerking komende lan- penning wordt In goud. zilver en brons
den waarschijnlijk vermeden kunnen wor- uitgevoerd en is op de Engelsche Munt
d€n' 1 geslagen.