TRIUMPH firma Kerm. de Raat Economische Kroniek 'n Triomf van Smaak! HUIDUITSLAG met jeuk die dol maakt veroorzaakt vurige wond KLOOSTERBALSEM Uitbreiding margarine- en vetdistributie Die GRIEP-aanval wordt gestuit! akker's Abdijsiroop Zaterdag 20 Maart 1937 Tweede blad |0^ VIRGINIA CIGARETTES DE MOEILIJKHEDEN BIJ BEWA PENING IN HET GROOT EN DE WIJZE WAAROP DE WEDLOOP TENSLOTTE SCHIJNT TE ZUL LEN DOODLOOPEN. We hebben er al wel eens eerder op ge wezen, dat het verkeerd zou zijn te zeggen, dat de mensch gedurende de laatste jaren niet een zeer uitgebreide kennis omtrent eco nomische vraagstukken heeft verzameld. Dit kan echter niets veranderen aan het feit, dat hij onherroepelijk gebonden blijft aan zekere grenzen. Grenzen, waaraan hij zich wel zou willen ontworstelen, die hij echter slechts vermag te verleggen, omdat oneindig heid een begrip is, dat in deze wereld niet bestaat. Het gaat er mee als met een elastie ken band. Men kan die steeds verder uitrek ken, op een gegeven oogenblik evenwel is het eind bereikt. Misschien zijn er middelen om het rekvermogen toch nog weer verder op te voeren, de alleruiterste grens echter moet eenmaal komen. Tracht men dan nog verder te gaan, dan is slechts één resultaat Idenkbaar: de band breekt. De elastieken band, die in onze samenle ving steeds verder wordt uitgerekt, is die van de oorlogsproductie. Nu kan worden erkend, dat het menschelijk brein haast onuitput telijk is geweest in het vinden van middelen' om de elasticiteit op te voeren tot een hoog te, die bijna fabelachtig mag worden ge noemd. Hetgeen echter niet kan verhinderen dat ook hier eens de uiterste grens zal zijn bereikt. Dan toch nog verder willen gaan, beteekent: breken. Breken, dat zou ncerko- komen op een crisis, welke in haar uitwer kingen die van de achter ons liggende ver moedelijk verre zou overtreffen, omdat de volkeren zich tot het uiterste hebben uitge put en omdat er dus minder reserves zou den zijn dan voorheen, die de gevolgen kon den verlichten. Dat het verder opvoeren van de oorlogspro ductie steeds moeilijker wordt, is ten duide lijkste gebleken door de overwegingen, welke zijn gerezen als gevolg van het nieuwe En- gelsche bcwapeningsplan. Over het algemeen hebben de meeste menschen niet zoo heel lang stil gestaan bij de consequenties, waar toe zulke plannen moeten voeren. Men aan vaardt ze met wellicht gemengde gevoelens, velen zullen het zonde en schande hebben ge vonden, dat iets dergelijks in onze samenle ving noodzakelijk is, overigens echter legt men ze naast zich neer. Men heeft er toe besloten en daarmee basta, de uitvoering volgt vanzelfsprekend. Inderdaad, die zal ook hier wel volgen. Maar toch, zoo heel gemakkelijk, zoo volko men zonder meer, gaat het daarbij niet. Het eind van de elasticiteit is niet ver meer. Wanneer het bij een en ander alleen om het geld ging, dan zou alles veel en veel een voudiger zijn. Aan het geld is wel te komen. Het zal de Engelschen weliswaar een stukje welstand kosten, maar dat kan er nog wel af. Ook wanneer het volk deze veer zal heb ben gelaten, zal er genoeg zijn overgebleven om zich de boter niet te behoeven te ontzeg gen. Er zijn echter andere dingen. De nieuwe bewapeningen op zichzelf be staan niet uit geld, doch uit datgene, wat voor dat geld kan worden verkregen. Of, met andere woorden uit grondstoffen, die dienen te worden verwerkt tot schepen, tanks, forten, kanonnen en wat dies meer zij. Noodig is dus, dat voor dat geld kunnen worden gekocht grondstoffen en arbeids krachten. Met de grondstoffen beginnen reeds de moeilijkheden. We weten dat reeds door hetgeen we hebben meegemaakt in Duitschland. Alles draait er om de import van grondstoffen, voor de grondstoffeninvoer moet al het andere, groente, zuivelproducten, vleesch en zooveel artikelen, welke men toch eigenlijk zoo bitter noodig heeft, wijken. En, nadat men van al dat vele heeft afgezien, gaat het nog niet. Naast Duitschland zal nu in het vervolg Engeland optreden als geïnteresseerde voor grondstoffen. Engeland en natuurlijk ook Italië, Frankrijk, Japan, de Vcreenigde Sta ten. De hausse in de grondstoffen voor de oorlogsindustrie is eerst goed en wel begon nen. Hoe echter moet men er aan komen? In het internationaal handelsverkeer wor den goederen geruild tegen goederen Slechts voor goederen kan men de zoozeer gewensch- te grondstoffen verkrijgen. Zoo is het dus geen wonder, dat thans in Engeland als eenige mogelijkheid om er de beschikking over te krijgen, wordt gelan ceerd de wcnscbelijkheid om de uitvoer te vergrooten, om nieuwe afzetgebieden te ver overen dus. Een opgave, waarvan terecht mag gelden, dat ze gemakkelijker is gezegd dan gedaan. Slaagt men daarin in Engeland echter niet, dan vloeit er onmiddellijk uit voort, dat ook daar de invoer van andere artikelen moet worden beperkt, een consequentie, welke voorloopig de meest waarschijnlijke lijkt en die maakt, dat zich voor ons, exporteurs van levensmiddelen als we zijn, enkele wolkjes aan den economischen hemel beginnen te vertoonen. al beteekent dit natuurlijk niet, dat er daarom onherroepelijk een onweersbui uit moet voortkomen. Hoe meer intusschcn alle groote mogend heden meer waarde gaan hechten aan grond stoffen voor de bewapeningsindustrie, hoe meer het internationaal handelsverkeer uit groeit tot een ruilen van zulke grondstoffen onder uitschakeling van al het andere. Hoe meer dus het welstandspcil zal dalen. Daarnaast baart het verkrijgen van de noo- dige deskundige arbeidskrachten zekere zor gen. Hierbij moet men overwegen, dat met het toenemen van de bedrijvigheid in de be- wapeningsin'dustriecn de werkloosheid al daar reeds nu tot een afmeting is terugge bracht, die stellig niet meer als zeer abnor maal kan worden gequalificcerd. De ijzer- en staalfabrieken over de heele wereld zitten zoodanig vol met werk, dat het bovendien zeer de vraag is of de capaciteit er van vol doende is om aan de te verwachten extra vraag te zullen kunnen voldoen. Wat zou voeren tot de consequentie, dat hun aantal Dank zij den KLOOSTERBALSEM verdwijnt wond en huiduitslag mGe moet er niet aan krabben, zeide men mij, als Ik klaagde dat de uitslag, die ik op een kwaden morgen op mijn hand ontdekte, zoo verschrikkelijk jeukte. Maar door 't krabben ontstond een wond op mijn hand zoo groot als een kwartje, welke wond m(j hevige pijn bezorgdeToen niets hielp, nam ik Kloosterbalsem. Dadelijk vermin derde het jeukerige gevoel, de wond werd mooi zuiver, de uitslag vermin derde en verdween en ook de wond genas geheet," gL te g AKKERS omotNBik fan tNZAoa „Geen goud zoo goed" Onovertroffen Mj brand- en snij wonden Ook ongeëvenaard als wrijfmiddel bij Rheumatiek, spit en pijnlijke spieren -jchroefdoos 85 ct Potten: 62H et en f 1.04 moet worden uitgebreid, waarbij met zeker heid is te verwachten, dat ze, zoodra de be wapeningsmanie begint te wijken, overtollig zullen blijken. Het oprichten van die nieu we fabrieken zelf echter, schijnt niet het hoofdbezwaar te zijn, wel echter de vraag, waar het vakkundig personeel vandaan zal moeten worden gehaald. Men behoeft er niet aan te twijfelen of de Engelsche bewindslieden zullen er nog wel in slagen deze moeilijkheden redelijk goed op te lossen. Maar toch begint het meer en meer duidelijk te worden, dat het eind der mogelijkheden in de bewapeningsindustrie niet ver meer is. De hausse in de grondstoffenprijzen heeft overigens tot gevolg, dat een land, dat er prijs op stelt deze te blijven betrekken, daar meer exportgoederen tegenover moet stel len of zich nog meer dan tot dusverre het geval was, moet beperken bij den invoer van andere goederen, die noodig zijn voor de voe ding van het betreffende volk. Het ligt al weer voor de hand, dat dit minder uitvoer baar wordt, naarmate liet welstandspeil er meer is gedaald, waarbij bet eigenaardige verschijnsel vermelding verdient, dat de loo- nen er dikwijls wel zijn gestegen, voor zoo ver ze worden uitgedrukt in geldeenheden, dat voor dat hoogere loon evenwel minder goederen kunnen worden gekocht dan voor heen het geval was. En zoo komen we dus voor het feit te staan, dat het oogenblik schijnt te naderen, waarop sommige staten den bewapenings wedloop zullen moeten staken door gebrek aan adem, doordat ze zijn gekomen aan het eind van hun uithoudingsvermogen. Nog is het niet zoover, doch, zooals reeds gezegd, het oogenblik schijnt nabij. Niets in deze wereld is onbeperkt. De dwaasheid van deze eeuw schijnt haar eigen graf te graven. Tot op zekere hoogte ligt in deze gedach te een zekere mate van troost. Irftmers, het komt er op neer, dat de ijzeren noodzaak den mensch zou terugdwingen binnen zekere per ken van redelijkheid. Men denke echter niet, dat een derge lijk aan banden leggen zal kunnen plaats hebben, zonder dat het menschdom daar van de noodlottige gevolgen zal ondervin den! Het zal beteekenen, dat opnieuw de be drijvigheid afneemt. Wederom zal werkloos heid ontstaan in de groote industriecentra. Naar te verwachten is echter, zullen de landskassen dan ledig zijn, zonder dat de uitgemergelde volkeren ze weer zullen kun nen vullen. Voorheen waren de regeeringen in staat hun werkloozen geregeld steun uit te keeren, of dat ook dan nog mogelijk zal zijn, valt te betwijfelen. De crisis zou wel eens heel wat heviger kunnen zijn dan de vorige. Feitelijk moet ze dat zijn na het wanbeheer, dat thans op zooveel plaatsen wordt gevoerd. En bevreemdend is het niet, dat, volgens de berichten uit Duitschland, men de ont wikkeling van den toestand daar met een buitengewoon groot onbehagen volgt. Want, zoo Duitschland economisch dan misschien ook niet de zwakste onder de Europeesche broederen is, een der zwaksten is het stellig. Wat den mensch te wachten staat, wie zal het zeggen? Veel goeds schijnt het niet te zijn! DEN HELDER De requesten verhoord Ook de Zuiderzee steuntrekkers zul len voor de distributie in aan merking komen. Met betrekking tot de distributie van onvermengde margarine en bak- en braad vet aan werkloozen en armlastigen, heeft de minister van Sociale Zaken aan de gemeentebesturen bericht, dat hij in over leg met zijn ambtgenoot van Landbouw en Visscherij in de schaal voor de verstrek king dezer producten eenige wijzigingen heeft aangebracht, welke per 28 Maart a.s. van kracht zijn, Dientengevolge zal aan de gezin nen met zes of meer gezinsleden in totaal een gelijk kwantum on vermengde margarine en bak- en braadvet kunnen worden verstrekt, als zij voorheen, te weten voor 14 Maart j.1., uitsluitend aan onver mengde margarine konden bekomen. Daarnaast zijn de totaal-kwantums voor de gezinnen met 25 gezinsleden gehand haafd, voor wat betreft de gezinnen met vijf gezinsleden met verhooging van het kwantum onvermengde margarine en ver laging van het kwantum bak- en braadvet Voorts heeft de minister, goed- gekeurd dat met ingang van 11 April a.s. zij, die een ondersteuning ontvangen krachtens de Zuiderzee- steunwet., ongeacht of aan deze per sonen daarnaast al dan niet nog steun wordt toegekend krachtens de steunregeling, vervat in het mi nisterieel besluit van 15 Januari 1932, voor de verstrekking van on vermengde margarine en gehakt in blik in aanmerking worden ge bracht en wel op denzelfden voet en onder dezelfde voorwaarden als het geval is ten aanzien van onder steunde of tewerkgestelde werkloo zen en armlastigen. Derhalve geldt ook met name voor deze categorie van personen de voorwaarde, dat zij een gezin hebben en drie maanden of langer steun moeten hebben genoten krach tens de Zuiderzeesteunwet, alvorens voor de distributie van onvermengde margarine in aanmerking te kunnen worden gebracht. Duizenden hebben reeds vroeger de ver rassende werking van Akker's Abdijsiroop bij griep-aanvallen ondervonden. Door haar hoest-stillende werking, haar ziekiekiem- doodende eigenschappen, haar gunstigen invloed op de borst, keel en ademhalings organen is de bekende, vanouds geprezen het beproefde hoest-geneesmiddel I Verhóógde werking, door eenige nieuwe toevoegingen. Verlaagde pri|zenf 0.75, f 1.25, f 2.. per flacon. De Swiff-voorjaarscollectle biedt een on gekende keuze van de meest flatteuze, nieuwe modellen. Nieuwe vondsten. Nieuwe materialen. Nieuwe kleuren. Alles met feilloozen smaak samengesteld. Onze etalage zal U er reeds een beeld van geven, wat de nieuwe Swift-mode dit voorjaar weer brengt. Voor ALKMAAR en Omstreken Langestr. 80, Tel. 3383, Alkmaar F euille ton Annie dc Hoog—Nooy 5): „Ook d&t nog!" riep Paul van den divan opspringend uit, en zijn hoed grijpend, die hij hg zijn binnenkomen op een stoel neergewor pen had, snelde hij naar de deur. „Als je uitgehuild bent, kom ik wel terug." Beneden werd de straatdeur met een for- echen ruk dichtgetrokken. Het gaf Diny een schok, maar het kalmeerde haar tevens. Het scheen of er plotseling iets uit haar leven weggeslagen was, iets dat ze met alle kracht had trachten vast te houden, maar dat nu toch aan haar handen ontglipt was. Het kwam haar voor dat een onzichtbare macht Paul gedreven had om zoo te handelen, alleen om haar gelegenheid te geven, haar, nu onom- stootelgk vaststaand plan ten uitvoer te brengen. Ze wist nu dat zij zichzelf maar wat wijs gemaakt had, daf.rstraks, toen ze meende, dat alles veel beter zou afloopen dan ze ver wachtte. Diep in haar hart was ze er immers van overtuigd geweest, dat het gevreesde oogenblik komen zou... Maar dat ze zóó van hem weg zou gaan, in boosheid, dat had zij zich geen oogenblik kunnen voorstellen. En toch maakte dat het afscheid misschien min der zwaar... Zij staarde met groote oogen recht voor zich uit. Ze bepeinsde hetgeen haar te doen stond alsof het niet haarzelf betrof. Het was alsof ze over een anders lot besliste. Met een vreemde kalmte bewoog zij zich door de ka mers. pakte hier en daar iets uit een kast of een lade en legde het in de kleine openge slagen koffer. Ze deed dit met een zekerheid, die aantoonde dat zij hetzelfde al meerdere malen in gedachten gedaan had. Totdat ze uit het kleine kastje de half-afgewerkte baby kleertjes te voorschijn haalde... Toen was ze zichzelf niet langer meester en brak ze op nieuw in een zenuwachtig snikken uit. Ergens in de buurt deed een torenklok zes slagen hooren. Diny richtte zich op, nu niet zwak worden, dacht ze. Ze was immers vast besloten, dan moest ze ook weg zijn vóór dat Paul terugkwam. En dat kon al heel gauw zijn. Gehaast zocht ze tusschen een stapeltje lakens naar een envelopje met een paar op gespaarde guldens. Die had ze, hoe hard zij ze de laatste weken ook noodig gehad had, niet aan willen breken, wetend dat ze haar eens, op het beslissende moment, tot reisgeld moesten dienen. Een oogenblik dacht ze er aan, iets van het geld achter te laten, zoodat Paul tenminste wat te eten kon holen, maar al spoedig verwierp zij die gedacthe. Hoe eerder hij gedwongen werd naar zijn vader terug te keeren, l.oe beter het was. Daarvoor bracht zij immers het offer, dat haar zwaar der viel dan hij ooit zou kunnen beseffen. En ofschoon ze het aanvankelijk wou, kon ze toch niet zonder een woord van afscheid vertrekken. Paul mocht haar niet verkeerd begrjjpen en vooral niet denken dat ze in boosheid van hem ging... m. Na een tgdlang doelloos door de buitenwij ken der stad geloopen te hebben, belandde Paul eindeljjk in het Park, dat in het late middaguur een verlaten indruk maakte. Even troosteloos als hijzelf was, stonden de boomen daar tegen den steeds donkerder wordenden avondhemel. Hij voelde zich moe en ellendig. Waarom was hij eigenlijk zoo tegen Diny uit gevaren? Wat kon zij er tenslotte aan doen dat zijn vader zich zoo onhandelbaar toonde? Hij had haar geen verwijt gemaakt over dat gene. waardoor hij zich zoo vaak gesteund en getroost gevoeld had. de kalmte, waarmee ze alles verdroeg. En dat ze was gaan huilen... Het kon haar toch ook wel eens een oogen blik te machtig worden. Hij had zich aange steld als een bruut. Arme Diny. Hij had er spijt, oprechte spijt van en dat zou hij haar zeggen ook. Ze moest hem maar stil laten razen als hij het op z'n heupen had en zich er maar niet zenuwachtig over maken. Ze zouden het er best doorhalen, al moest hij taxichauffeur of desnoods schoenpoetser wor den... „Het is maar goed, dat vader m'n gedach- tengang niet kan volgen," mompelde hij voor zich heen. terwijl hij op een leege bank plaatsnam om even z'n beenen uit te kunnen strekken. Als je zat, dan voelde je pas, hoe moe je was. Z'n knieën wrijvend trok hij z'n beenen een paar maal op en neer. De hakken van zijn schoenen groeven in den zanderigen grond. Zijn blik volgde loom de bewegingen van zijn voeten. Dan werd hij opeens opmerk zaam. Een glinsterend randje stak plotseling boven het dunne zandlaagje uit. Zijn hak groef wat dieper in den grond. De rand van een geldstuk werd zichtbaar. Hij boog zich voorover om het op te rapen. Het was na tuurlijk niets anders dan een of ander stukje blik, dat in het schemerdonker op een geld stuk leek. Maar neenhet was een rijks daalder, een echte rijksdaalder, een kapitaal voor iemand, die zonder een cent op zak loopt. Hij sprong verheugd op, z'n moeheid was plotseling verdwenen. „Dat kon wel eens geluk brengen," lachte hij. het geldstuk nauwkeurig bekijkend. Overmoedig balanceerde hij er een paar maal mee, wreef er dan de laatste zandkor rels af en stak het behoedzaam weg. Wat zou Diny daar wel van zeggen? Zou zij het ook als een voorteeken kunnen zien van naderend gelukAls ze nu maar niet mokte als hij thuiskwam, dat zou z'n hoop volle stemming heelemaal bederven. Maar neen, dat zou ze niet doen. Diny was veel te verdraagzaam en ze zou in d'r hart wat blij zijn. dat z'n kwade bui zoo spoedig overge dreven was. Zou ze nog lang gehuild heb ben...? Hij zou haar. als hij thuiskwam de heele rijksdaalder geven. Geen cent zou hij voor zichzelf houden, alleennu ja, één klein doosje sigaretten mocht er toch wel af. En hij zou voor Dinyja, waar hield ze ook weer zoo veel van Daar wist hij het. croquetjes, hij zou voor haar twee warme croquetjes meebrengen. Wat een mensch bezit wordt zelden ge waardeerd, maar als het van je weggaat, dan weet je pas wat je mist en niet meer terug krijgen kan Waar hij die woorden gehoord of gelezen had wist Paul zich niet meer te herinneren, hij wist alleen dat de inhoud er van ineens beteekenis voor hem gekregen had. Diny was weggegaan... wèggegaan. Dat zooiets zou kunnen gebeuren, was geen oogenblik in zijn gedachten opgekomen. Het was ook pas tot hem doorgedrongen toen hij, na haar ver geefs in de kleine woning gezocht te hebben, haar briefje op de tafel vond... Ik wil je niet langer tot last zijn, Paul. Verzoen je met je vader en wgd je weer aan je studie. Marjoleintje. Totaal verslagen was hij met het briefje in de hand op een stoel neergevallen. Hij kon niet realiseeren waarom ze dat gedaan had. Was dat alleen omdat hij kwaad het huis uit- geloopen was? Had haar dat zoo diep ge schokt? Maar daar ging je toch niet voor weg, voorgoed van iemand weg... Er moest een andere oorzaak zijn, maar welke? Hg kon niet aannemen, dat ze ineens niet meer van hem hield. Een grootere eenheid dan tus schen hen beide was imers nauwelijks denk baar. Ze waren zoo volmaakt gelukkig ge weest... Alleen de laatste weken was er nu en dan een kleine oneenigheid ontstaan doordat hij kribbig werd omdat alles hem ook tegen liep... En nu dat hij thuiskwam, kinderlijk blij om dat gelukje dat hij gehad had, nu was ze wegHoe had hij zich er op verheugd om haar gezicht te zien als hij dat door- gevette zakje met die croquetjes voor haar op tafel had neergelegd. Hij was heel zacht de trap opgekomen om plotseling voor haar I te kunnen staan. De stilte in.de leege kamers had hem eigenlijk ineens al gedrukt. Hg was zoo gewend dat ze hem direct bij het binnen komen kwam begroeten. Toen hijhaar niet zag, was hij, haar naam roepend naar het kleine keukentje geloopen. „Diny, vrouwke...!" Maar ook daar was ze niet. Misschien in zijn werkkamer... En naar het kleine zij vertrekje gaande, had hij haar nog eens en nog eens geroepen... doch er was geen ant woord gevolgd. Misschien is zij een boodschap gaan doen. had hij toen gedacht, dat kon toch best, al deed ze dat nooit op dezen tijd. Als ze dan maar gauw terugkwam, anders werden de croquetjes koud-. Toen plotseling zag hij het kleine briefje... Van welken kant hij het ook bekeek, hg kon geen verklaring vinden voor haar plotseling besluit. Als het was, zooals zij het zou doen voorkomen, dat zij het deed om hem weer in zijn oude positie terug te voeren, dan had ze er beter aan gedaan die mogelijkheid eerst met hem te overwegen. Ze kon toch niet we ten of hg daar zelf wel iets voor voelde. Mis schien was het ook maar een voorwendsel en was het omdat ze er tegen opzag een zorge lijk leven met hem te blijven leiden. Dan zou zijn vader misschien tóch gelijk... maar neen, dat was niet waar. Hg mocht zich niet door den wrok, die z'n vader jegens haar koesterde, laten beïnvloeden. Neen, veel aannemelijker was het dat ze... hé, wat gek, dat hij daar niet eerder aan gedacht had... Natuurlijk was ze naar haar tante teruggegaan om daar zoo lang haar intrek te nemen, totdat hij een baantje gevonden had. Ze had wel geweten, dat hij het nooit goed zou vinden en daarom had ze het stilletjes gedaan. Misschien vond ze dat het geen kwaad kon als hij zich eens een beetje ongerust over haar maakte. Nu, erg rustig was hij er niet onder geweest, dat moest hij toegeven en hij zou haar, als hjj haar straks teruggehaald had. wel aan haar verstand brengen, dat ze zulke dingen niet voor den tweeden keer uit moest halen. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1937 | | pagina 5