De Secretaris-benoeming te Winke
DE DRIE MUSKETIERS
Geen bezuiniging bereikt
Waarschijnlijk nog een laatste
act e aan deze interessante zaak
Uit de rechtsoverwegingen van het Amb
tenarengerecht te Amsterdam, welke tot de
reeds door ons gepubliceerde beslissing
hebben geleid, kunnen wij het navolgende
melden.
Het Gerecht stelt de vraag, of het door
Korver bestreden K. B. in strijd is met
eenig algemeen verbindend voorschrift. Het
eenige voorschrift, dat volgens het Gerecht
in aanmerking komt, is artikel 185 Gemeen
tewet, wellk voorschrift, voorzoover hier
van belang, aan de Kroon de bevoegdheid
verleent om besluiten van gemeenteraden te
•vernietigen „voorzoover zij met het alge
meen belang strijden." Het Gerecht acht
zich niet allepn bevoegd, maar zelfs ver
plicht een onderzoek in te stellen, of het
(besluit, van den Raad, waarbij Korver tot
secretaris werd benoemd, in strijd is met
het algemeen belang. Indien het Gerecht
tot de slotsom mocht komen, dat dit raads
besluit niet in strijd was met het algemeen
belang, dan zal het K. B. dus niet in stand
«kunnen blijven, en zal het Gerecht dat K. B
idus moeten vernietigen als te zijn in strijd
met artikel 185 der Gemeentewet.
Het Gerecht overweegt, dat de formulee-
ring van art. 185 Gem.-wet de materieelc
eisch stelt, dat eenig besluit van een ge
meenteraad met het algemeen belang in
werkelijkheid in strijd moet zijn, wil ver
nietiging op dien grond kunnen volgen.
De Kroon kan Haar vernietigilesbe
voegdheid dus niet naar eigen believen
hanteeren. De Ambtenarenrechter is dus
bevoegd en verplicht te onderzoeken, of er
werkelijk strijd met het algemeen belang
was.
Het Gerecht overweegt dan de vraag, of
de benoeming van Korver tot secretaris in
strijd was met het algemeen belang. De wet
tot verlaging der openbare uitgaven trad
eerst 1 Januari 1030 in werking. De Kroon
kon gemeenten van 5000 zielen of daar
beneden aanwijzen, waar de burgemeester
tevens secretaris zou zijn. Op 28 Dec, 1935,
dus reeds vóór de in werking treding van
die wet, werd Winkel als zoodanig bij K. B.
aangewezen met. ingang van 1 Januari '3G.
Ten proresse is komen vast te staan, dat
de vacature op 11 November reeds was
ontstaan. Op 12 Dec. gaf de Commissaris
der Koningin in Noordholland aan B en W.
van Winkel in overweging hetzij de be
noeming van den burgemeester tot secreta
ris „reeds nu" te bevorderen, hetzij de be
noeming van een secretaris door den raad
niet aan de orde te stellen, zoolang de
aanwijzing van Winkel nog niet zou zijn
geschied. In aansluiting hieraan gaf de
Commissaris der Koningin te kennen, dat
de benoeming van een ander tot secretaris
zou leiden tot. vernietiging van dat besluit
door de Kroon, in verband met artikel 1
par. 17 van de wet tot verlaging der open
bare uitgaven. Toch benoemde de Raad op
27 Dec. 1935 Korver tot secretaris en wel
met algemeene stemmen, niettegenstaande
ook de burgemeester tot de gegadigden be
hoorde. Het K. B., waarbij dit raadsbesluit
werd vernietigd, houdt niets in. dat be
paaldelijk voor Winkel geldt, maar doet
slechts een algemeen beroep op omstandig
heden voor alle gemeenten van 5000 of
minder zielen. De Kroon stelde zich dus
kennelijk op hef standpunt., dat de Raad
van Winkel, sinds die wet tot verlaging
der openbare uitgaven tot stand was geko
men, zich moest onthouden van de benoe
ming van een secretaris, tenzij de burge
meester zou worden benoemd, daar anders
strijd met het algemeen belanz aanwezig
was. Het Gerecht is het met klager Kor
ver eens, dat dit standpunt van de Kroon
niet juist is. Immers, zoolang die nieuwe
wet nog niet in werking getreden was, was
de Raad niet alleen bevoegd maar zelfs
verplicht om een secretaris te benoemen,
en de Raad was vrij om een ander dan
den burgemeester te benoemen. He» alge
meen belang kan niet vorderen, dat de
Raad bepalingen moest toepassen, welke
nog niet in werking getreden waren. De
gronden, in het K. B, tot vernietiging ge
noemd, waren dus ontoereikend, en het
Gerecht moet dus onderzoeken, of op andere
gronden strijd met het algemeen belang
aanwezig was, meer sneciaal of de benoe
ming van den klager Korver het onmogelijk
maakte om een bezuiniging op de uitgaven
ten laste der openbare kassen tot stand
te bremren.
In Maart 1936 is de burgemeester als
secretaris in functie getreden krachtens de
nieuwe wet. Het salaris van den burge
meester als secretaris is f 1500.— per
jaar. terwijl een afzonderlijke secretaris
een salaris van f 1800.tot f 2200.per
jaar zou hebben verdiend. Met ingang van
1 Juni 1936 kreeg Korver zijn verhoogd
salaris van f 1500.per jaar met vier
jnarïijksohe verhoogingen van f 50.per
jaar tot f 1700.Aan het ambt van bur
gemeester is een salaris verbonden van
f 1900.— tot f 2300.— per jaar. Het ligt vol
gens het Gerecht voor de hand, dat de
hu reemees» er tevens secretaris voor de ver
vulling van het secretarisambt slechts een
gedeelte van zijn werkkracht behoef» in te
zetten. Hieruit volgt dus, dat ook Korver,
indien zijn benoeming tot secretaris niet
ongedaan gemaakt was. evenmin voor de
vervulling van dit ambt den geheelen dag
tinodig zou hebben gehad, te meer daar in
alle opzichten gebleken is. dat Korver voor
dit ambt ten volle was berekend en met
name daartoe niet minder geschikt was
dan de burgemeester. Hieruit volgt weer.
dat de heer Korver als secretaris nog tijd
zou hebben gevonden om een belangrijk ge
deelte te blijven doen van het werk, dat, hij
tot zijn benoeming had verricht als ambte
naar ter secretarie. Voor een eventueelen
nieuwen ambtenaar bleef dus minder en
lichter werk over.
Een eventueele ambtenaar zou dus rede
lijkerwijs slechts aanspraak hebben gehad
op een salaris, eenige honderden guldens
lager dan f 1100.- per jaar. Uit dit alles
volgt dan dat eenerzijds de benoeming van
Korver tot secretaris f 300.— tot f 700.— per
jaar meer kostte dan de vereeniging der
ambten van burgemeester en secretaris in
den persoon van den burgemeester, terwijl
anderzijds de gemeente ter bezoldiging van
een ambtenaar ter secretarie zou kunnen
volstaan met een uitgave van eenige hon
derden guldens kleiner dan f 1100.— per
jaar in plaats van een uitgave van f 1500
-f 1700.per jaar.
Het Gerecht overweegt op grond
van dat een en ander dat, ook al
gaat rhen niet zoo ver als Korver in
zijn klaagschrift doet, en al neemt
men niet aan, dat een volontair ter
secretarie tot bijstand van Korver
voldoende geweest zou zijn toch nog
uit het voorafgaande moet worden
afgeleid, dat bij de bestendiging van
de benoeming van Korver tot secre
taris de openbare kassen minder
zouden zijn bezwaard dan thans het
geval is, nu de benoeming van
Korver ongedaan gemaakt is ge
worden.
Het Gerecht is van meening, dat het be
drag, dat door de samenvoeging minder be
hoeft te worden uitgegeven, niettemin ten
laste der rijkskas komt, omdat het van
rijkswege aan te vullen tekort in de gemeen
tekas uit der aard toeneemt naar mate de
bedoelde rijksbijdrage in do salarissen af
neemt. Dit blijft ook van kracht voor het
geval de gemeente ophoudt noodlijdend te
zijn.
Bij de beoordeelina: van bezuiniging dient
te worden gelet op het resultaat van eenigen
maatregel ten aanzien van alle openbare
kassen tezamen. Dit geldt volgens het Ge
recht. stellig ter beoordeeling van hetgeen
het algemeen belang meebrengt.
De wet draagt immers den naam van
„Wet tot verlaging van de openbare uit
gaven". Uit dit alles volgt dus, dat er geen
aanleiding bestaat het besluit van den Raad
tot benoeming van den heer Korver tot
secretaris in strijd met het algemeen belang
te achten op dezen grond, dat dit besluit
an de openbare kassen in feite schade be
rokkende of dreigde te worden berokkend.
Ook overigens is niet gebleken, van eenigen
grond voor de stelling, dat het benoemings
besluit van Korver met het algemeen be
lang in strijd is. Uit het tot nu toe ovcrwo-
gene moet dus worden geconcludeerd, dat
het koninklijk besluit in strijd is met het
voorschrift van art. 185 der Gemeentewet
en derhalve moet worden vernietigd.
Deze nietigheid moet met toepassing van
art. 48 der Ambtenarenwet, voor gedekt ver
klaard worden, daar sedert Maart 1936 de
Burgemeester nu eenmaal is opgetreden als
secretaris der gemeente. Door de toepassine
van art. 48 voornoemd kan Korver derhalve
aanspraak maken op schadevergoeding, wel
ke hij dan ook gevorderd heeft, en naar het
oordeel van het Gerecht terecht, daar toch
uit het feitelijk vaststaande volgt, dat hij
thans een geringere bezoldiging, geniet dan
die, welke hij als secretaris zou hebben ge
noten. Het Gerecht houdt dan eenerzijds
rekening met de hoegrootheid der beide
evenbedoelde bezoldigingen en anderzijds
met de kans, dat Korver om welke reden
dan ook zoud hebben opgehouden op
eenig oogenblik als secretaris der gemeen-
«iGSu
119.
GROOTMOEDIGHEID.
„Welnu", concludeerde de jonge man,
„ze is tenminste van meening dat ik wat
waard ben. Wie is echter de dame, waar
van in den brief sprake is?" vroeg hij aan
den soldaat.
„Ja, hoe heette ze ook weer? Nu weet lk
het: Mevrouw Bonacieux heette ze. We
moesten haar naar het huis van Mylady
brengen, maar ze ontkwam onderweg. Na
derhand hoorden we, dat ze in een nonnen
klooster gevlucht was en daar konden we
haar moeilijk uithalen."
De gedachte, dat Constance Bonacieux In
een klooster voor den haat van Mylady
veilig was, wekte in d' Artagnan mildere
stemmingen. Hij keerde zich tot den gewon
de, gaf hem een arm en zeide: „Kom we
moeten zien, dat we in het kamp komen.
Steun maar op mij, ik laat je hier zoo niet
liggen".
HET RAPPORT.
De gewonde, die een dergelijke grootmoe
digheid niet kon begrijpen, stamelde ver
ward:
„Maar U zult me in het kamp toch niet
laten hangen!"
„Neen, wees gerust."
De gardist, die er zonder kleerscheuren
afgekomen was, had in het kamp verteld,
dat al zijn kameraden waren gesneuveld.
Men werd daarom prettig verrast, toen d'
Artagnan zonder letsel weer in het kamp
kwam.
In zijn rapport aan den kapitein repte d'
Artagnan met geen woord over de poging
tot moord. Wel vertelde hij van de gevaren,
welke hij doorstaan had, terwijl hij inder
daad een uitval van de belegerden verzon,
waardoor hij ook den dood van een der sol
daten en de wonde van den andere ver
klaarde.
De kapitein sprak zijn hooge waardeering
uit en den geheelen dag werd in het karop
over niets anders gesproken dan over de
heldendaad van d' Artagnan.
VRIJDAG 23 APRIL.
Algemeen Programma, verzorgd door de
NCRV.
8.00 Schriftlezing, meditatie, gewijde muziek
gramofoonplaten)
8.30 Gramofoonplaten.
9.30 Gelukwenschen.
10.30 Morgendienst.
11.00 Orgelspel.
12.00 Berichten.
12.15 Gramofoonplaten.
1.00 Ensemble Van der Horst.
2.30 Chr. lectuur.
3.00 Pianovoordracht,
4.00 Bijbellezing in het Friesch.
5,005.45 en 6.00 Strijkkwintet.
6.30 Voor tuinliefhebbers.
7.00 Berichten.
7.15 Literair halfuur.
7.45 Reportage.
8.00 Berichten ANP. Herh. SOS-Berichten.
8.15 Gramofoonplaten.
9.00 Declamatie.
9.30 Stafmuziek 5de R. I. (Om 10.00 Berich
ten ANP).
10.4511.30 Gramofoonpl. Hierna: Schrift
lezing.
Hilversum n.
8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA.
12.00 AVRO. 4.00 VARA. 7.30 VPRO. 9.00
VARA. 10.40 VPRO. 11.00 VARA.
8.00 Gramofoonplaten.
10.00 Morgenwijding.
10.20 VARA-Orkest.
11.00 Declamatie.
11.20 Vervolg orkestconcert.
12.00 Kovacs Lajos' orkest.
2.00 Causerie: „Een en ander over gelegen
heidsgrafiek".
2.30 Dameskoor „Bel Canto",
2.50 Hobo en orgel.
3.15 AVRO-Dansorkest.
4.00 Gramofonoplaten.
5.00 Kinderuurtje.
5.30 VARA-Orkest.
6.30 Politiek radiojournaal.
6.50 Gramofoonplaten.
7.00 Hoofdmomenten uit de geschiedenis dei
Ned. arbeidersbeweging,
7.20 Gramofoonplaten.
7.30 Berichten V.G.P.
7.35 Lezen in den Bijbel.
8.00 Concert (cello en piano).
8.30 Vrijz. Prot jeugd internationaal.
9.00 Internationaal cabaretprogramma.
10.00 Declamatie.
10,20 Orgelspel.
10.30 Berichten ANP.
10.40 Avondwijidng.
11.00 Jazzmuziek (gr.pl.y
11.3012.00 Gramofoonplaten.
te te blijven fungeeren. Het Gerecht stelt
dan het bedrag der schadevergoeding naar
billijkheid vast op f 2500.— welk bedrag ten
laste van het Rijk komt.
Naar wij van den raadsman van Korver
vernemen, heeft de Koningin de bevoegdheid
om binnen 30 dagen van deze veroordee
ling van den Staat der Nederlanden in be
roep te gaan bij den Centralen Raad van
Beroep te Utrecht. De beslissing van dat,
Gerecht is dan de uiterste instantie. Wij
wijzen er op, dat de Centrale Raad van Be
roep deze zaak reeds eerder ter. beoordceling
heeft gehad, n.1. toen het Ambtenarenge
recht te Amsterdam het beroep van Korver
niet-ontvankelijk verklaard had. De Centrale
Raad van Beroep beeft toen de beslissing
van Amsterdam vernietigd en beslist, dat er
geen gronden waren voor niet-ontvankelijk-
verklaring,. zoodat de zaak werd terugge
wezen naar het Ambtenarengerecht te Am
sterdam om op de feiten af te doen. Krach
tens deze terugwijzing van den Centralen
Raad van Beroep heeft thans het Ambtena
rengerecht te Amsterdam de hierboven
weergegeven beslissing genomen en het wil
ons voorkomen, dat op grond van dezen
gang van zaken het vrij waarschijnlijk kan
worden geacht, dat in geval van hooger be
roep van de Kroon de Centrale Raad van
Beroep te Utrecht deze beslissing toch zal
bekrachtigen. Het is dus niet uitgesloten,
dat aan deze hoogst interessante zaak nog
een laatste acte zal worden toegevoegd. Wij
blijven met belangstelling het laatste ver
loop volgen.
Een Nederlandsch-Argentijnsch
handelsverdrag
Een concept-overeenkomst in
studie.
De besprekingen, die de Nederlandsche
handelsmissie naar Zuid-Amerika, te Bue-
nos-Aires heeft gevoerd, hebben ertoe ge
leid, dat de onderhandelingen over een
handelsverdrag tusschen Nederland en Ar
gentinië in een zoodanig stadium zijn
gekomen, dat spoedige overeenstemming
mag worden verwacht.
Er is een ontwerp-verdrag opgesteld, be
staande uit vijftien artikelen, dat gebaseerd
is op de wederzijdsche voorstellen en
waarin de Nederlandsche handelsmissie
haar desiderata heeft neergelegd.
Volgens deze voorstellen zal Ar
gentinië voor verschillende Neder
landsche artikelen de douanetarie
ven verlagen en zal Nederland de
iminimum-invoercontingenten voor
(bepaalde Argentijnsehe producten
verhoogen.
Zoowel van Argenitijnsohe als van Ne
derlandsche zijde moeten de wederzijdsche
desiderata nog bestudeerd worden en hoe
wel goede hoop bestaat, dat men op den
grondslag der thans1 ontworpen voorstel
len tot overeenstemming zal okmen, zijn de
in het buitenland circuleerende geruchten,
dat reeds een Nederlandsch-Argentijnsch
handelsverdrag zou zijn gesloten, voorbarig.
Een jeugdig Amsterdamsch
bandiet
Een zeventienjarige Jongen, die ook eens
een flinken slag wilde slaan, is Dinsdag
avond een woning aan de Gijsbreoht van
Aemstelstraat te Amsterdam, waarvan hij
wist, dat er een bejaard echtpaar huisde,
binnengedrongen. Met een looper opende hij
de buitendeur en kwam in het portaal.
Hier bond hij een lap voor het gezicht en
nam een pistool in zijn hand. Aldus uitge
rust ging hij het, vertrek, waar de oude
menschen zaten binnen. Onder bedreiging
met het wapen poogde hij de hevig ge
schrokken oudjes geld af te persen. Mis
schien zou hij ook wel in zijn vooropgeze'
doel geslaagd zijn, indien niet Juist op dat
oogenblik een zoon van het echtpaar bin
nenkwam. die na een korte worsteling
den indringer overmande en hem naar het
bureau Linnaeustraat overbracht. Het wa
pen. dat. hem daar werd afgenomen, bleek
bij onderzoek een klappertjespistool te
zijn.. De jongen is opgesloten*
De schijndoode cliënten
Verzekeringsmij. te Dordreoht op
geraffineerde wijze opgelicht.
Drie agenten gearresteerd.
De politie te Zwijndrecht heeft drie agen
ten van een verzekeringsmaatschappij ge
arresteerd, die er van verdacht worden de
ze onderneming op geraffineerde wijze te
hebben opgelicht voor een bedrag van min*
stens elf duizend gulden.
Zij speelden dit klaar door valsche over*
lijdensaclen op te stellen van lieden, die
niet meer in staat waren hun verzeke
ringspremie te betalen en deswege hun
polis hadden ingeleverd. Na het opzeggen
der verzekeringen betaalden de agenten de
premie nog eenigen tijd aan de maat
schappij, waarna zij deze in kennis stelden
van het overlijden hunner cliënten, om
vervolgens de verzekeringssom te incassee-
ren.
Behalve in Zwijndrecht opereerde heï
complot in Hendrik-Ido-Ambacht en Rijs-
oord, gemeente Ridderkerk. In de twee
Jaatste gemeenten slaagden de oplichters er
in officieele overlijdensacten te bemachti
gen. hetgeen hun werk vereenvoudigde. In
ruim vijftig gevallen hebben zij hun doel
vvefen te bereiken, totdat zij tegen de lamp
liepen, doordat de verzekeringsmaatschappij
lont rook. Een der agenten had namelijk
uit eigen middelen een uitkeering gedaan
aan een der verzekerden, die reeds langen;
tijd premie had betaald. De betrokkene
achtte deze som echter te gering en deelde
dit aan de maatschappij mede. Deze heeft
toen een onderzoek ingesteld, waarvan het
resultaat was, dat het complot werd ont
dekt. De verdachten zijn Th. van P. uit
Zwijndrecht. I. L. uit Rijsoord en M. S. uit
Dordrecht. De drie mannen zijn in het huis
van bewaring te Dordrecht ingesloten.
Aangezien men nog niet weet, hoe Keil
drietal kans heeft gezien in Rijsoord en;
Hendrik-Ido-Ambacht aan officieele over
lijdensacten te komen, strekt het justitieels
onderzoek zich ook tot die plaatsen uit.
De broodprijzen
Aanhoudende actie tegen uer*
hooging.
Het secretariaat van den Centralen Bond
van Nederlandsche Verbruiks coöperaties
schrijft ons:
Het bestuur van den Centralen Bond van
Nederlandsche Verbruikscoöperaties heeft
aan den minister van Landbouw en Vissche-
rij een adres gezonden, waarin het bestuur
er op aandringt, de heffing op buitenland-
sche tarwe en den V.I.T.A.tarweprijs zoo
danig te verlagen, dat broodprijSverhooging
in den eersten tijd kan worden voorkomen.
Aangenomen kan worden, dat de brood
prijzen sinds Januari j.1. algemeen met 2
cent per 800 gram zijn gestegen. Bij een
voortdurend oploopende wereldmarktprijs
zullen, in dien de crisislasten op tarwe niet
worden verlaagd, de broodprijzen in de naas
te toekomst ongetwijfeld nog meer worden
verhoogd. Nu van een eenigszins aanmerke
lijke verhooging van de koopkracht van de
groote massa der verbruikers nog niets valt
te bemerken, moet een dergelijke stijging
van den prijs van het eerste volksvoedsel
funest worden geacht.
Eendeneieren en
paratyphus
De afdeeling volksgezondheid van het mi
nisterie van Sociale Zaken schrijft:
Nu en dan worden gevallen van paraty-
phusbesmetting bekend, veroorzaakt doop
het gebruik van eendeneieren.
Om het optreden van deze ziekte door het
gebruik van eendeneieren te voorkomen is
het noodig voor direct gebruik deze eieren
hard te koken (8 minuten) en ze in bak-
waren slechts te gebruiken, in dien deze
hard gebakken worden.
Aangeraden wordt daarom: eendeneieren
niet te gebruiken voor de bereiding van
pudding, vla, slagroommengsels e.d. taart
vullingen. consumptieijs, zacht gebak, kort
om: niet voor eetwaren, welke niet of on-
yoldoende verhit worden, 1,