Het inkuilen van gras
Inbraken te
Hilversum
MAAR HET MOET
Arrondissements rechtbank
te Alkmaar
Overtreding van de
Uitverkoopwet
NORMAAL IS HET NIET MOGELIJK
i
Bij vele graslandgebruikers dient zeer bin
nenkort uitgemaakt te worden op welke
manier zij het gras zullen inkuilen of en-
sileren.
De nu vrijwel beeindigde stalvoederperio-
de heeft op veel punten van het graskuil-
vraagstuk wederom het licht doen vallen,
waarvan wel een van de belangrijkste was
de grote verscheidenheid van de eind-pro
ducten van allerlei soorten ensilages.
Teneinde een zo nuttig mogelijk effect van
het graskuilen te bevorderen volgt hieron
der een z.g. gemeenschappelijk advies van
de Landbouwvoorlichtingsdienst voor
Noord-Holland.
Dit advies is in onderling overleg opge
maakt. nadat daaraan een conferentie met
de II.H. Directeuren van de Physiologische
en Bacteriologische Afdelingen van het
Rijkslandbouwproefstation te Hoorn was
vooraf gegaan.
Het uitgebreide onderzoek van het Rijks-
landbouwproefstalion te Hoorn heeft zeer
belangrijke resultaten opgeleverd. Deze re
sultaten zijn reeds ten dele gepubliceerd.
Teneinde het practisch effect van het
werk van het R.L.P.S. zo groot mogelijk te
doen zijn is door ondergetekenden een en
ander in een vereenvoudigde vorm samen
gevat.
Met dit geschrift wordt niet bepogd het
maken van propaganda voor het inkuilen
van meer gras in plaats van de winning
van hooi.
De voordelen van het inkuilen van voor-
jaars- en/of hcrfstgras zijn bekend. Het
stelt den veehouder in staat meer voedsel
voor de winter uit eigen bedrijf te halen
dan bij uitsluitend hooiwinning.
Van de zijde der zuivelbereiding
doen zich ernstige bezwaren voor
tegen het kuilgras met het oog op
de kwaliteit der producten (boter en
in het bijzonder kaas), welke de
hooivoedering niet heeft. Door gro
te zorg aan de melkwinning te be
steden kan de kuilsmaak aan bo
ter wellicht grotendeels voorkomen
worden, maar t.o.v. de kaas is de
iJesmetting der melk, geleverd aan
de fabriek, dus van vele boerderijen
afkomstig, met schadelijke bacteriën
niet geheel te vermijden.
Dientengevolge is er alle kans,
dat de kaas bij het ouder worden,
en vooral, wanneer zij blootgesteld
is aan de hogere temperatuur van
warme streken (export-kaas) ern
stige gebreken (laat los en knij
pers) krijgt, en dus een onbetrouw
baar product is.
Dit gevaar bestaat bij alle methoden van
inkuilen, ook bij de inkuiling met behulp
van mineraalzuur.
Om de nadelige gevolgen zo klein mo
gelijk te maken, is het zeer gewenst, dat de
voedering van kuilgras beperkt blijft tot de
konde tijd des Jaars, uiterlijk begin Maart
en dat de zuivelfabrieken door controle op
de geleverde melk de schadelijke gevolgen
van het voederen van slechte kuilen en
slechte melkwinning bestrijden.
Wij willen nu enige wenken geven over
het inkuilen zelf.
Rekening houdende met de wenselijkheid
dat het in vele gebieden omstreeks begin
Maart wel afgelopen dient te zijn met het
toedienen van kuilgras aan melkvee, kan dc
maximaal benodigde hoeveelheid kuilgras
gedurende de periode November—Maart op
ongeveer 2500—5000 kg per melkkoe geschat
•worden.
Per ha voorjaarsgras moet men op onge
veer 20.000 kg massa rekenen.
Na inkuilen blijft er dan ten naaste bij
15—18.000 kg massa voeder beschikbaar.
Hieruit valt af te leiden dat er bij het in
kuilen van voorjaarsgras per 6 stuks melk
vee 1 ha land gemaaid kan worden. Na
tuurlijk staan deze cijfers niet absoluut
vast. zij dienen slechts als richtlijn.
Eenvoudigheidshalve kunnen wij de ma
nieren van inkuilen splitsen in twee groe
pen. De ene manier bestaat uit cnsilage
zonder enige toevoegingsmiddelen, de ande
re methode kenmerkt zich juist door het
gebruik van zulke middelen.
De ouderwetse manier biedt zoveel ri
sico, wat betreft verliezen aan goed verteer
bare bestanddelen en kwalijk riekend eind
product, dat wjj daarover geen enkel gun
stig perspectief meer durven te openen.
Indien men gaat inkuilen is het o.i.
slechts alleen dan met enige zekerheid op
een goed eindproduct mogelijk als men een
methode kiest waarbij toevoeging van na
der te noemen stoffen plaats heeft.
Het. heeft weinig zin een opsomming fe
geven van de verschillende stoffen die
bruikbaar zijn, temeer waar wij deze stof
fen kunnen samenvatten in twee groepen,
te weten de koolhydraten groep en de mine-
raalzuren groep.
Van de koolhydraten Is wel de meest
bruikbare stof de, met 10 zout, gedena
tureerde suiker, terwijl tot de minerale
groep gerekend wordt, het z.g. Finse zuur.
Het z.g. Defu-zuur vindt toepassing onder
gelijktijdige toediening van wat suiker.
Wat men ook toevoege, e>en eerste
vereiste voor een goed resultaat is
een nauwkeurige werkwijze. Die
nauwkeurigheid bestaat niet alleen
uit een juiste opbouw van de gras-
hoop of het goed vullen van een
silo, maar vooral ook uit een zo
gelijkmatig mogelijke verspreiding
van de toe te voegen stof. Het eind
resultaat zal gelijkmatiger en beter
van samenstelling zijn naarmate
men de suiker of het zuur regelma
tiger over al het geënsileerde ma
teriaal heeft verdeeld.
Het procédé in de grasmassa wordt na
genoeg geheel beheerst door de snelheid en
de hoeveelheid van de melkzuurvorming.
Ontstaat dit zuur in voldoende mate dan
betekent dit het behoud van het kuilpro-
duct.'
Over 't algemeen vertonen goed geslaag
de kuilen een zuurgraad in de massa welke
ligt beneden de waarde pH=4,2, wetende dat
in deze biologisch materiaal altijd variaties
geeft.
In die gevallen waar deze zuurgraad niet
genoeg benaderd wordt, gaat. na verloop
van tijd, het dan aanwezige melkzuur over
in hoterzuur met alle nadelige neven ver
schijnselen.
Dit hebben wij o.a. in het afgelopen
seizoen zelf geconstateerd, toen bij con
trole bleek, dat graskuilen van goede kwa
liteit enkele maanden later veel slechter
waren geworden zonder nadelige invloeden
van buiten af.
Het bevorderen van het gunstige melk
zuur-stadium ls nu langs twee verschillende
wegen mogelijk.
In de eerste plaats door toepassing van
de werkwijze volgens de Finse methode.
Hierdoor schept men direct een gunstige
zuurgraad.
Een nauwkeurige toepassing van deze
methode betekent dan ook vrijwel steeds
een goed eindproduct.
Wij weten echter dat er bezwaren tegen
dit systeem zijn aan te voeren, waarvan een
van de voornaamste is de onttrekking van
mineralen aan het gras. Hierdoor blijft
extra toediening in de vorm van geslibd
krijt en/of sodex noodzakelijk.
Hoe eiwitrijker het materiaal is, des te
eerder is de zuur-methode te verkiezen.
Waar vooral het herfstgras gewoonlijk heel
wat armer is aan koolhydraten en daardoor
eiwitrijker, verdient bij het inkuilen van dat.
product gebruikmaking van mineraal zuur
ernstige overweging.
Door toevoeging van suiker is eveneens
een uitstekend kuilproduct. te bereiden. De
altijd aanwezige melkzuurt)acteriën maken
dankbaar gebruik van de makkelijk ver
teerbare suiker om daaruit melkzuur te
produceeren.
Langs deze weg bereikt men, bij voldoen
de suikertoevoeging hetzelfde als bij de zuur-
methode.
Bij suikertoevoeging heeft men het voor
dcel dat het conserveringsmiddel bestaat
uit een stof die grotendeels z'n voedings
waarde behoudt doordat de verbrandings-
waarde van het gevormde melkzuur maar
weinig minder is dan die van de suiker.
Wel gaat er een deel van het zuur weg
met het. perssap, maar het restant is ten
slotte volkomen verteerbaar voedsel; dit in
tegenstelling met mineraalzuur.
De suikerensilage verdient, naast de mlne-
raalzuur-ensilage, zeker aanbeveling voor
het voorjaarsgras.
Teneinde voldoende homogene verdeling te
verkrijgen is het nodig de suiker op te los
sen.
Men heeft ongeveer 1,5% suiker (van de
grasmassa) nodig. Indien men rekent op
ongeveer 20.000 kg. kuilgras per ha., wil dit
zeggen dat men voor 1 ha. kuilgras 300 kg.
suiker moet gebruiken.
De suiker lost uitstekend op in water of
in wei. Dit laatste artikel is als oplosmiddel
best bruikbaar. Voor 1 ha. moet men reke
nen op ongeveer 600-800 liter benodigde wei.
Hoe beter de vloeistoffen worden verdeeld
des te nuttiger is het effect.
Vraagt men ten slotte welke methode de
voorkeur verdient dan moeten wij, daarop
het antwoord schuldig blijven; waarschijn
lijk is het juister in het'voorjaar suiker te
kiezen en voor het najaar mineraal zuur.
Hier mag niet onbesproken blijven dat
het kuilgras nog een vrij grote waarde toe
komt in verband met het gehalte aan vita
mine A.
Het voederen van kuilgras demonstreert
zich dan ook altijd in de mooiere kleur van
de melk, ook tijdens de stalperiode.
Indien enigszins mogelijk is het verstan
dig het gras niet te nat te ensileren. Kan
men gedurende de korte kuilperiode het
werk zo inrichten dat men overdag maait
dan verdient dat aanbeveling.
Goed vasttrappen van het gras tegen de
wand van de silo en goed rondhouden van
de kop zijn vanzelf sprekende zaken.
Een snelle uitvoering van het gehele pro
ces is, ook nog het beste terwijl men bij
de afdekking niet te zuinig moet zijn met
de dikte van de grondlaag.
Wij hopen hiermede enige richtlijnen te
hebben gegeven voor de komende kuilperi
ode, in de verwachting dat de practijk er
baat bij moge vinden.
De Rijkslandbouwvoorlichtingsdienst
voor Noord-Holland
Dr. L. T. C. Scheij, te Hoorn;
Ir. L. de Vries, te Alkmaar;
Ir. G. J. Lienesch, te Schagen.
Een woonwagenbewoner, een
buffetjuffrouw en Mooie Hein
uit Amsterdam als getuigen.
In den nacht van 7 op 8 en in dien van
19 op 20 Januari j.1. zijn te Hilversum, resp.
in de Spuisteeg en de Chrysantenstraat
inbraken gepleegd. De Hilversumsche politie
vond een spoor, dat naar Amsterdam leid-
dp en al spoedig had de hoofdstedelijkè recher
che gegevens verzameld, welke leidden tot
de arrestatie van den 38-jarigen aannemer
G. van S. en den 21-jarigen B. D., beiden
uit Amsterdam
Gisteren stond dit tweetal voor de Am-
sterdamsche rechtbank terecht. Beiden ont
kenden iets met de inbraken uitstaande te
hebben. De oudste verdachte, die tevens
als woordvoerder voor zijn lotgenoot optrad
hield deze ontkenning vol tegenover een
reeks getuigen, welke successievelijk achter
het hekje verscheen.
Een der getuigen is een woonwagenbe
woner, die in den avond van 7 Januari in
„City Bar" de twee verdachten heeft gezien.
Zij waren dronken en gaven rondjes aan
alle café-bezoekers.
Van S. betaalde met een bankbiljet.
„Dat is niet waar", ontkende deze. De
muzikant zelf was zoo liederlijk dronken,
dat van S. hem spuitwater had gegeven
om op te knappen. Doch de buffeljuffrouw
van het café kwam het getuigenis van den
muzikant bevestigen.
„Hoe kwam U aan dat geld?" vroeg hem
de President.
„Ik krijg een paar gulden steun en ik
stroop wel eens".
„Je steelt ook zeker wel eens", vermoedde
de rechter.
„Dat zegt U, maar ik niet", antwoordde
de verdachte.
Dan komen twee getuigen achter het
hekje, wier verklaringen het zelfs den oud
sten verdachte moeilijk maken. Dc eerste is
een Amsterdamsch type „Mooie Hein", snor
der van beroep, en de andere is een chauf
feur uit Hilversum. D.
„Mooie Hein" verklaart, dat in den nacht
van 19 op 20 Januari een wagen bestuurd
door den Hilversumschcn chauffeur D., op
het Rembrandtplein stil hield. De inzittende
de oudste verdachte heeft toen aan
„Mooie Hein" gevraagd hem naar een paar
adressen te brengen. Hij is echter nergens
uitgestapt. Hij had een koffertje bij zich,
waar wat in zat. Toen het op afrekenen aan
kwam, kreeg „Mooie Hein" bij wijze van
fooi een leeren jas cadeau. Die jas nu bleek
afkomstig te zijn van de inbraak van den
zelfden nacht.
Chauffeur D. heeft voorts gezien, dat bei
de verdachten in Amsterdam naar de Bank
van Lcening gingen. Daarna heeft hij hen
naar Rotterdam gebracht. Onderweg hééft
de chauffeur in het spiegeltje van den \ya-
gen gezien, dat van S. een bloedkoralen
halssnoer en een gouden horloge in de hand
bad. (Beide voorwerpen bleken bij de in
braak te zijn gestolen).
De verdachten blijven ontkennen op deze
getuigenissen.
Wanneer dan de laatste opgeroepen ge
tuige op het appèl ontbreekt, is dit voor
de rechtbank aanleiding de zaak tot 18 Mei
te schorsen.
DEN HELDER
VOOR DEN POLITIERECHTER
Zitting van Maandag 26 ApriL
W i e r i n g e n.
ALS ER GEEN MONEY IS, VERSCHAFT
HET RIJK OOK GRATIS KOST
EN INWONING.
Een werkman met niet al te overvloedig
eerlijkheidsgevoel, A. K. te Wieringen, was
zoo vrij geweest, de ijzeren molenas van een
overbodig geachte en alzoo afgebroken mo- I
len van het Heemraadschap in te pik
ken. Veel vraag is er nog niet naar ij zenen
molenassen, maar volgons den secretaris
Bosker, was het gestolen ding toch nog wel
een 20 pop waard voor den liefhebber. De
bewering van den heer K.. vermeend te heb-
ben dat de heer Bosker hem deze as zou j
hebben cadeau gedaan, werd naar het rijk
der fantasie verwezen en de fantast, die
steuntrekker en dus op financieel gebied 1
zoo hard is als een afsluitdijk-kei, veroor- I
deeld tot 14 dagen volledig pension in hotel
„De houten Lepel",
Callantsoog.
DE LIEVE KLEINEN, DE EEUWIGE BRON
VAN OUDERS-TWISTEN.
Mc]. S. van T.V. te Calllantsoog, voelde
haar vingers jeuken, haar bloed werd kar
nemelk, toen zijn bemerkte, dat haar doch-
tertje door een mede-scholier, de li-jarige
J. t. B. werd geplaagd en zij diende het
kind nu een zeer overdadig pak slag toe.
Die strafoefening werd door de ouders na
tuurlijk niet getolereerd en heden werd
juffr. v. T. dan ook ter zake mishandeling
tot f 10 boete of 5 dagen veroordeeld.
Barsingerhorn.
DE KNUPPEL STOND ACHTER DE DEUR. j
De slager S. H. uit Barsingerhorn, laadde
op IS Maart te Schagen uit een vrachtauto
eenige nuchtere kalveren, op een méér dan
schandalige manier. Hij slingerde met be
hulp van een stuk touw de slappe, weer-
looze dieren met geweld vanuit de auto op
de straat. De veldwachter Flapper maakte j
van deze dierenmishandeling zeer terecht i
proces-verbaal op, met gevolg dat deze die-
renmishandelaar, die er nu uitzag of hij 1
geen 10 kon tellen, onder de scherpe af
keuring van officier en rechters werd ver-
oordeeld tot f 15 boete of 10 dag-en en tevens j
tot een maand voorwaardelijk met 2 proef
jaren.
Directeur Haagsche manufactu.
renzaak veroordeeld.
Een groote manufacturenzaak te 'si-Gra-
venhage verspreidde in December van het
vorige jaar onder haar vaste klanten circu- I
laires, waarop o.m. stond vermeld: „Aan
het begin van het nieuwe jaar met vele I
hoopvolle gezichtspunten, stelt de fa. er spe
ciaal prijs op de geachte clientèle met zorg j
te bedienen en raadt u daarom aan met
het oog op de a.s. groote Januari-opruiming
d.d. 11 Januari zoo spoedig mogelijk uw
inkoopen te doen, daar ons dc gelegenheid I
geboden wordt u rustig en vertrouwd onze
extra voordeelige koopjes te toonen", enz.
In verband met deze circulaire werd te
gen den directeur van de firma proces-ver
baal opgemaakt wegens overtreding van de
wet op het uitverkoop- en opruimingswezen.
Onlangs werd deze zaak voor het Haag-
sche kantongerecht behandeld. De ambte
naar van het O.M. vroeg f 15.— boete su'bs>. j
10 dagen hechtenis, omdat z.i. een ver
koop was aangekondigd, die gehouden werd
eind December en begin Januari, dus buiten
den door de wet vastgestelden termijn en
bovendien niet op de wijze, zooals deze
wettelijk is voorgeschreven.
De kantonrechter, die gister schriftelijk I
uitspraak deed, veroordeelde den directeur
tot f 10.boete subs. 5 dagen hechtenis.
WEGENS OVERDRACHT VAN ZAKEN
Daarom is het geen wonder, dat onze OPRUIMING in het
brandpunt der belangstelling staat.
En Iedere dag nieuwe koopjes, de één nog grooter dan de ander.
Men raakt niet uitgekeken, zooveel moois voor zoo weinig geld.
Uw stil verlangen kan nu vervuld worden, het ls nu onder Uw
bereik.
En wat nooit mag In een OPRUIMING, staan wij toei
leder artikel mag binnen 8 dagen geruild worden en
wordt onder volle garantie verkocht.
Heusch, het ls de moeite waard even te kijken bij i
JWELIER-HOPLOGEg-OENMELOEP
Alléén contant Op Gero-artikelen wordt
Geen zichtzendingen geen korting gegeven
Feuilleton
Annie de Hoog—Nooy
35)
En Marry zou nu geen hinderpaal meer
z\jn voor hun geluk. Integendeel, door haar
zou hun geluk dieper, intenser worden...
Voorby was nu dat gevoel van verlaten
heid, voorbij ook die angst voor de toekomst.
Haar leven zou mooier, heerlijker worden dan
het ooit geweest was. Misschien was het
noodig geweest, dat ze eerst door de smart
gelouterd werd, alvorens ze dat groote geluk,
dat haar nu te wachten stond, waard was.
Had ze het wel verdiend? Ze durfde op die
vraag geen antwoord te geven. Maar wel was
er een vreugde in haar om het feit dat ze
altijd dezelfde gebleven was. Dat ze niet ge
luisterd had, als anderen haar wilden over
halen. het leven toch van een wat luchtiger
zijde te beschouwen. Dankbaar was ze ook,
dat ze de kracht had gehad weerstand te
bieden aan de avances, die verschillende
artlsten haar gemaakt hadden en waar ze
wel eens, zij het dan slechts voor een oogen-
blik, door van haar stuk geraakt was.
Maar zij had zichzelf weten te bewaren,
ondanks hun spotten op haar puriteinsche be
grippen. Spot en hatelijke opmerkingen volg
den op iedere weigering van haar kant. Ze
begrepen haar niet, evenmin als ze begrepen
hoe zij. jong en mooi en betrekking wou be-
kleeden waar men nooit anders dan oude,
derde rangs artisten voor nam. Zy liet ze
denken wat ze wilden en had nooit een ander
een kijkje in haar binnenste gegund. Alleen
Lottie, maar die was dan ook altijd goed voor
haar geweest»
Ze hoopte dat die ook nog maar eens goed
terecht mocht komen, ze verdiende dat om
haar warme hart. Maar Lottie verbrokkelde
haar leven, ging van de eene hand in de
andere...
Paul had haar uit haar gepeins gewekt en
gezegd, dat hij Marjoleintje, die op de gang
wachtte, binnen zou halen. Wist Diny al dat
ze nu geen Marry meer heeten wou? Diny
wist dat nog niet. ze lachte, ze zou wel kun
nen blijven lachen, haar heele leven door.
Toen was Marjoleintje gekomen en die had
aan één stuk door gepraat. Mammie kon ge
rust gelooven, dat dit haar Pappie was,
heusch, hij jokte óók nooit...
„Wat gaan jullie nu doen als je thuis
komt?" had Diny eindelijk gevraagd.
„Dan gaan we eerst eten," zei Paul.
„Ja," zei Marloleintje, „en dan gaan we
met Bobby spelen."
„En dan ga j\j naar bed," zei Paul.
„Maar eerst vertelt u nog een heeleboel
over die negertjes, net als gisteren, dat hebt
u mij beloofd."
„Dat is waar. Dan gaan we, als je je
nachtponnetje aan hebt, nog even bij den
haard zitten."
„En ik weer op uw schoot..."
„O", riep haar moeder uit. „houd op, ik
zou wel zóó met julie mee willen-"
Marjoleintje gaf Paul een stiekum kneepje
ln z\jn arm.
„We zullen aan den..* dokter vragen of
Mammie gauw naar huis mag, hè Pappie?"
Paul gaf een stootje terug.
„Als ik haar dokter was, zei ik dat ze
morgen al naar huis mocht."
„En u bént de dokter!" riep Marjoleintje,
ineens uit haar rol vallend, uit.
„Lieve hemel, dat is waar ook!"
„U jokt nooit, zegt u, dus..."
„Dus... komt ze morgen naar huis."
„Heusch Pappie?" juichte het kind.
„Heusch."
.O, Mammie!" riep het kind, haar om de
hals vallend uit, „wat hebt u een lieve
dokterl"
XXIV.
Marry stond met Bobby voor het raam, dat
uitzicht gaf op de breede laan.
„Kijk Bobby," zei ze, op haar teentjes
staande, „van dien kant moeten ze komen."
Haar vingertje wees de richting van het
plein aan. „Hè, stouterd, wat maak je de
ramen toch vuil met 'je natten snuit. Kom
hier, probeer nu eens even niet te ademen.
Nou, maak maar niet zoo'n drukte, ik doe je
niets, ik wou alleen maar even je snoet dicht
houden. Nu Bobby, nu goed opletten, als jij
ze het eerste ziet, moet je blaffen. Blijf nu
hier... Wat loop je nu al dien ty'd om de
tafel? Daar is toch niets voor jou bij..."
Ze keek nog even naar den ryk-versierden
disch waarop het zilver en kristal blonk, als
voor een groot feest.
Een groot feest, dat was het ook, dacht ze.
Je kon je toch eigenlijk geen grooter feest in
denken dan dat je moeder na zoo'n langen
tyd weer thuiskwam. Wat rooken die cro-
quetjes lekker, die Berta daar zooeven had
neergezet! Dan zouden Pappie en Mammie
toch ook wel gauw komen, anders had Berta
ze nog wel in de keuken gehouden.
Ze hoorde stemmen in de gang... Zouden ze
daar werkelijk al zijn? Nu had ze den gehee-
len tjjd zoo goed opgelet en nu, in dat oogen
blikje dat ze even naar de versierde tafel
keek, waren ze aan komen rijden.
„Bobby, blijf hier. ik moet eerst Je strik
nog netjes doen. Toe, blijf er nou af met je
poot, zoo krijg ik het nooit gedaan..."
Marry was niet meer ln de kamer te hou
den. Als een wervelwind vloog ze de gang op.
„Mammie. Mammie
„M'n lieveling," stamelde haar moeder,
snikkend.
„Mammie, niet hullen. U bent toch blij?"
„Daarom huil ik juist, m'n lieveke," zei ze
terwijl ze door haar tranen heen lachte.
„Moeder huilt van geluk..."
„Van geluk? Kan dat...? O, kyk eens Mam
mie. Pappie kan het ook al..."
Gezamenlijk gingen ze naar binnen» Marry
voorop. Met een uitroep van schrik bleef ze
plotseling staan.
„O Bobby", riep ze uit. „Wat heb je nu ge
daan?"
Ook Diny zag het.
„O, Paul, en croquetjes nog wel, wat
zonde!" zei ze.
„Mén verrassing..." bekende hij jongens-
„Mijn verrassing..." bekende hij jongens-
Ze begreep hem onmiddellijk.
„Die is er niet minder om, Paul, zei ze
hartelijk.
En terwijl Marry den wegloopenden Bobby
naholde om hem te bestraffen, zei Paul tot
Diny:
„Ik had ze toen ook voor je meegebracht,
dien avond... weet je wel...?"
„Jongen," zei ze ontroerd, „zeg maar niets
meer. Wil je me helpen alles weer goed te
maken? Alléén zal ik het niet kunnen..."
„Dan zal Marjoleintje je wel helpen,
vrouwke."
XXV.
Een half jaar was voorbijgegaan. Diny was
weer volkomen gezond, maar aan haar geluk
scheen iets tfc haperen. Met een verveeld ge
zicht was ze dien avond naar haar kamer ge
gaan, nadat Paul zich al vroeg voor zijn
werk teruggetrokken had. Ze hoorde Marjo
leintje de trap afkomen. Ze kwam niet bij
haar binnen, ging zeker eerst haar vader
goedennacht zeggen. Zij stoorde nooit... Voor
de deur van haar vaders studeerkamer stond
Marjoleintje, en wachtte... Toen het wat erg
lang duurde, deed ze heel voorzichtig de deur
open.
„Ik heb al drie keer geklopt, Pappie. Hoor
de U mij niet?"
„Schijnbaar niet kindje. Ik was nogal ver
diept in m'n werk. Ga je naar bed?" vroeg
hy opkijkend.
„Neen Pappie."
„Neen en je bent al in je nachtjapon?"
..Ik kom eerst nog een beetje bij U zitten.
Ik heb U den geheelen dag nog niet gezien."
„Ik ben ook nog niet thuis geweest, Mar
joleintje. Vader heeft het erg druk."
„Niks lol... leuk". Paul deed alsof hy niets
merkte.
„Als vader nu hard werkt kan hij later al
tijd met jou en Mammie samen zyn. Dan gaan
we uit en..."
„Mammie gaat veel liever nu met U uit.
En ik ook."
„Werk gaat voor, kindje."
„Pappie..."
„Ja pop?" vroeg hy, zonder van zyn werk
op te zien.
„Pappie, wat staat déér op?"
Haar vingertje wees naar een spreuk aan
den muur.
„Daar staat: „Make the best of lt."
„Wét zegt U, ik versta U niet, U praat
zoo gek."
Hij lachte.
„Dat is Engelsch, Marjoleintje."
„Maar er staat toch ma-ke," zei ze, trots
op haar schoolkennis. „U zegt „meek", dat is
toch niet goed."
„Dat is wel goed, de Engelschen spreken
het anders uit."
„Kunnen ze in dat land dan heelemaal niet
goed praten?"
„Dat is goed," lachte hfl. „maar het is een
heel andere taal. Die leer je ook als je wat
grooter bent."
„Wat beteekent, dat wat U zei, Pappie?"
„Wat, die spreuk?"
Ze knikte.
Ja, hoe zal ik zeggen, dat je van
alles, wat er ook in je leven gebeurt, het
beste moet maken. Ik bedoel, dat het zoo goed
mogelijk wordt..."
„O", zei het kind, maar had haar aandacht
al weer bij iets anders. Ze zag haar vader
op staan en eenige papieren in zyn actetasch
doen.
„Gaat u nog weg?" vroeg ze.
„Ja schat. Vader heeft een lezing. Ik moet
de menschen vanavond een heeleboel over
Af-:ka vertellen."
(Wordt vervolgd).