te Alkmaar. INGEZONDEN Strafzitting Vrijdag 30 April. Zu i d s c h a r w o tl c. HF.T WORDT DEN NEDERLANDSCHEN •STAATSBURGER TOCH WEL MOEILIJK GEMAAKT. We 'lètén tegenwoordig in 'n periode van wetten-maniakkorij, die toch wel 't beetje de spuigaten uitloopt! Over de klacht betreffen de de toenemende criminaliteit behoeft men zich toch hovisdi niet te verbazen, als men opmerkt wat tegenwoordig al als misdadig wordt aangemerkt. Zoo stond dan in de eer ste plaats terecht, *n bejaard vcehouderlje, de ZuidsclfarwoudcrL). S., die wol 'n' huisvér- gunning heeft tot het afleveren van melk (zoo nrtder de koe vandaan) maar itict om die melk te doen bezorgen. Als dus een huis moeder-zegt, Dirk, laat efkes 'n kan melk brengen, dan zit Dirk 'ndicn een -politieman deze criminaliteit s*»!, er doodeenvoudig tusschen. Zooals ook onlangs was gebeurd, toen zijn dochter Trijntje 'n pintje melk be zorgde cn vader Dirk nu .daarvoor terecht stond. De man was haloorig, omdnt, naar zijn meéning, hein zijn broodwinning werd ontnomen. De- Kantonrechter kon men ech ter geen andere, troost geven, dan zich tot Minister Dcckers te wonden/Overigens kon de magistraat, jure constitucndo niet an ders doen, dan hem'veroordeclen c.q. tot f2 boete of 2 dagen en hom waarschuwen zich van verdere overtreding te onthouden, waar op Dirk, liiet ten onrechte, mopperend af zwaaide. Een andere gelegenheids-criminalist was do tuinder Bertus G., te Heiloo. Deze gruwe lijke misdadiger had te Castricum een stukje chocolade geconsumeerd en het zilverpapier tje-achteloos op de straat geworpen, waarop de geiri.-veldwachter Tol eensklaps op hein toesprong en ten zijnen behoeve een bokou- ringsbon fabriceerde. Er werd wel wat on eerbiedig gegrinnikt, toen dit drama werd opgevoerd en de Kantonrechter redde het malle figuur van de wet nog tijdig, door geen straf op te leggen. A l.kmaa r. TF.R WAARSCHUWING AAN ALLE BELANGHEBBENDE LEZERS VAN DIT BLAD. Rijks- en gemeente-politic hoeft zich de lendenen omgord en is op het oorlogspad ge togen ter controle van de naleving der ijk- wet. Een der eerste slachtoffers maakte he den in de salon der gerechtigheid zijn op wachting, de zeepfabrikant Jan Chr. van N., woonachtig te Heiloo. In zijn fabriek wa ren dan ecnigc (6 in getal) gewichten aan getroffen, niet voorzien van een geldig ijk- merk. Deze gewichten werden slechts ge bruikt hij het afwegen van uit te werken recepten en één fungeerde als lood achter de deur. Waar echter deze verouderde ge wichten werden, aangetroffen in een lokaal üesteméM'Bt d<T nfle\'e'ring van warén, volg VI e proces-verliaal eh inbeslagname, gevólgd •door een vcroordeeling tot f 0.50 boete (zéér clement) voor elk gewicht of V dag hechte nis, dus 6 X 50 ct. boete óf (5 X 1 «lag", bene vens verbeurdverklaring der in beslag ge nomen gewichten. Men' zal dus verstandig doen, zijn gewichten, zoo noodig, ton spoc- digstc te doen ijken of de onbruikbare exemplaren uit de gevaarlijke zóne te ver wijderen. W a r d e r. EEN NOODLOTTIGEN AVOND' VOOR D EZ F. N M AS SA MOORDEN A A R De slager Gerrit B. reed in de Béemstèr, waar Johannes de diender dag en nacht pa raat is, zonder licht op zijn doodtrappcr. werd toen door rijksveldw. ten Hope aan geklampt cn tót afstappen gevorderd. Aan dit bevel gaf de domme slager geen gehoor, doch ten Hope wist hem eyen getrouw te grazen te krijgen en maakte do politierech ter op zijn beurt de afmaker af met het op- laggen van f 15.boete of 10 dagen. Thans werd hij nog verder uitgebeend ter zake het rijden zonder de voorgeschreven illuminatie en tot f 2.50 boete of 2 dagen veroordeeld- Het bedrag was klein, maar zijn zucht diep, toen hij naar zijn achtcrzakjc taste om af te tikken! Winkel, April 1937. M. de R., Beleefd verzoek ik plaatsing voor het vol gende. Bij voorbaat mijn dank. Nu de verkiezingen naderen, neemt de activiteit van de verschillende partijen toe, en uit zich in het verspreiden van circulai res, couranten en ook in 't „plakken" van platen e.d. Nu kan het van algemeenc be kendheid zijn dat in verschillende gemeen teraden een aanvulling van de politiever ordening is aangenomen, waarbij hot „kal ken" op straten, het plakken op telefoonpa len, lautuaros en gebouwen strafbaar is ge steld. Wat echter in ons goede dorpje Win kel als strafbaar wordt .beschouwd, is m.i. welzoo merkwaardig, dat. ik niet kan na- la.ton hiervan melding „te maken. Wat ioeli is het geval? Een nog jeugdig plakker, vroeg aan en kele ingezetenen een biljet lo mogen plak ken op hun gebouwen of schuren. Ilij kreeg hiertoe permissie en ging welgemoed op stap. Reeds had hij enkele biljetten geplakt, zonder dat zich een onkel incident, had voor gedaan; noo één biljet en bij meende dat het dan welletjes was. Maar ziedaar, in het gezicht van het beloofde land kreeg de po litic hem in 't zicht, werd bij aangehouden en in verhoor genomen, «iet uls gevolg inbe slaguame van plaktnateriaal. De jeugdige plakker deelde nog aan de politie mede. dat hij reeds een drietal platen had geplakt, maar als het niet mocht, hij deze wel weer wilde .verwijderen. Zoo gezegd, zoo gedaan! Do platen wer den verwijderd, namelijk twee Ie Lutjewin kel en een in de Wcere en wie meent dat hiermedq deze plakhistorie was afgcloopen, is er naast. Procesverbaal werd opgemaakt, en de slotscène zal worden afgespeeld voor de rechjbank. Nu is mijn vraag in deze, M. de R., cn couiantenmenschen. hebben veelal meer ken nis van wetten dan. wij gewone mensclicn, welke wet in deze is overtreden. De gewij zigde politieverordening was nog niet van kracht, en zoo zij van kracht zou zijn ge weest. dan nog had inbesla name niet kun nen geschieden, omdat hét uur nog niet had geslagen, waafop het loopen met stijfsel pf lijmpot is strafbaar gesteld. De Provinciale verordening legen de ont siering van liet landelijk schoon, door het plaatsen van horden voor reclamedoeleinden kan hierop ook niet van toepassing zijn. Een artikel in de strafwet, waarbij het besmeuren van andermans gehouwen, als baldadigheid of straatschending wordt aan gemerkt, kan hierop ook niet slaan. Immers de betrokken eigenaars hadden permissie gegeven. Welke ,wet of verordening deze zondaar heeft overtreden," ik kan het niet. zeggen! Misschien wilt gij of een uwer lezers mij in deze van voorlichting dienen en hoop ik op een afdoend antwoord, waaruit blijkt aan welk strafbaar feit dezo overtreder zich heeft schuldig gemaakt. P. v. Zoonon. Uit onze omgeving CAiii.A.vrsunr: Herdenking 10-jarig bestaan van de afd. Callantsoog van het Cen traal Genootschap voor Kinder- kerstellings- en Vacantiekolonies. Zaterdagavond is in de zaal van den lieer De Waal het 10-jarig bestaan van de afd. Callantsoog van het Centraal Genootschap voor Kinderborst ellings- en Vacantiekolonies herdacht, De'Voorzitter, de lieer Jb. v. Scheijen, open de dezen avond met een woord van welkom tot. alle aanwezigen en heette speciaal de Burgemeester cn Dr. Boerma en mevrouw welkom. Spreker geeft een terugblik van de 10 jaren, welke de afdeeling achter zich heeft. Hoe door het toenmalige hoofd der school, den heer E. Sluit, 10 jaar geleden dit mooie werk tor hand werd genomen cn de afdeeling werd opgericht. Hoewel spreker geen man van woorden was, werd hem toch verzocht het voorzitterschap op zich te ne men, daar het hier niet op woorden, maar op daden aankwam. Hieraan heeft spr. ge volg gegeven, want het werk voor het her stel van het zwakke schoolkind ligt spr. na aan het hart. In dit verhand noemt spr. nog de-heer en mevr. Breebaart, waarvan de eer ste adviseerde en do tweede als penning- mcosteressc optrad. Aanvankelijk telde de vereeniging 57 leden, wat gestegen is tot 120, terwijl de afdeeling nu nog 116 leden telt, zeer zeker een mooi aantal voor zoo'n kleine gemeente als Callantsoog. Spreker brengt hierom hulde en dank aan den bode, den heer Jn. Vos, voor het. vele en goede werk door hom gedaan in het belang van de vereeniging cn haar ledental speciaal. In de afgcloopen perioden werden eenige kinderen voor een tijdvak varieerende tus schen 6 weken cn een half jaar uitgezonden. En we hebben er, aldus spreker, mooie re sultaten van gezien. In de laatste paar ja ren werden er geen kinderen uitgezonden, niet om minder gunstige finnneieclo rede nen, doch omdat zij er niet waren. Blijk baar hebben we hier een gezonde jeugd. Spreker geeft hierna den propagandist van het Centraal Genootschap, den lieer Kantors, gelegenheid voor het vortoonen van films, en het houden van zijn propagandaredc. Allereerst draait hij een film over Arizona, hel land van de zon, de grootc kudden vee, de cowboys. 'n Prachtig gekleurde natuur film. We zien schitterend een zonsondergang in dat land cn krijgen een kijkje in het le ven op de rancho cn omgeving. Dan houdt de lieer Kantors een enthousiaste propaganda-voordracht. In de eerste plaats brengt spr. de gelukwenschen over van het hoofdbestuur. Door de afdeeling is in 10 jaar prachtig werk verricht ten bate van hel zwakke schoolkind. Het stemt ons tevreden en geeft grootc voldoening. Spr. brengt dank aan hen, die hier leiding gegeven hebben cn dat nog doen en hoopt dat zij nog langen tijd hun krachten aan dit mooie werk mo gen wijden. In de tweede plats een kort propaganda- woord. Spreker memoreert de totstandko ming van het Centraal Genootschap, hoofd zakelijk uit inenschen van het onderwijs. Hij noemt in dit. verband namen als Kerdijk, Ketelaar cn Bis. Begonnen met oen gehuurde villa te Egniond aan Zee, heeft hel C. G. thans de beschikking over niet minder dan elf koloniehuizen, aan zee en in de bosschen. I)c organisatie teil ruim 450 afdeeiingen. Per jaar worden thans 7 a 8000 kinderen een gezond lichaam teruggegeven. Het vortoonen van de koloniefilm beeft len dool iets te laten zien van hetgeen met de kinderen gebeurt in de kolonichuizen. Het leven daar berust in hoofdzaak op de drie r's, d.i.: regelmaat, rust en reinheid. Zij leeren zich ook zeiven verzorgen, en daarvan noemt spreker eenige staaltjes, liet is ton slotte heter en goedkoopcr in liet le ven van het kind enkele centen er aan te spandeeren dan later als volwassene veel groot,ere bedragen. Spr. doet oen beroep op de medewerking van allen voor den bloei van déze afdeeling. De koloniofilm geeft ons nu een beeld van het. leven thuis; hoe de kinderen worden uit gezocht en uitgezonden; dan het kolonie- leven van 's morgens vroeg tot 's avonds. Duidelijk komt liet stelsel van „regelmaat, rust en reinheid voor alles naar voren. Ten slotte het blij.en gezond weer naar huis gaan. Na de pauze complimenteert, burgemees ter Rehorst namens het gemeentebestuur de Afdeeling niet haar jubileum. De voorzitter was 'misschien geen man van woorden, maar wel èc'n voor hot goede werk. Voor de Afdeeling is êcn" bedrag op de geméentebe- grooting uitgetrokken, doch daar wordt de laatste jaren geen gebruik van gemaakt. Mocht in de naaste toekomst dit bedrag noo dig zijn, dan zal het gaarne worden uitge keerd. Spr. dankt namens het gemeentebe stuur cn de gemeentenaren 't Afdeclings- bestuur voor hetmooie, goede werk in het belang van het zwakke schoolkind gedaan, en hoopt dat nog vele jaren de beste krach ten hieraan gegeven mogen worden. VoorzR'er van Scheijen dankt voor deze woorden. Spr. hoopt nog jaren dit werk te mogen doen. Hot is hem sympathiek, Nadat tot slot een toeken filmpje vertoond is, sluit de voorzitter deze bijeenkomst met een woord van dank aan den propagandist den heer Kanters, en voorts aan allen voor hun aanwezigheid. Huldiging. Do muziekvereeniging „Callantsoog" had het dezer dagen druk. Nadat zij gisteren het gouden bruidspaar Hoep—Weij te Grootc Koeten oen serenade gebracht had, verleen de zij Zondagmiddag haar medewerking bij de huldiging van het 40-jarig bruidspaar van Twuijver—Visser, door de vereeniging „Moed, Volharding en Zelfopoffering'. Na een pittige marsch sprak de voorzitter van „Moed. Volharding en Zelfopoffering", van welk van Twuijver als oud-redder lid is, eenige felicitatiewoorden, waarna het be stuur en de Callantsooger leden der vereeni ging hun mede-lid en zijn familie compli menteerden met dezen voor hen zoo ge- denkwaardigen dag. Daarna speelde de mu ziekvereeniging eenige nummers. Ongeluk. Zaterdagmiddag waren de strandexploi- tnnten Vos en de Haan bezig maatregelen te treffen voor de ontvangst der gasten in het a.s. seizoen. Bij liet leggen van de trap, die van hun tent naar het strand voert, gleed deze uit, waarbij de rechterhand van don heer Vos beklemd raakte. Na voorloo- pig verbonden te zijn door Dr. Boerma te 't Zand, oordeelde deze hot beter zich naar Alkmaar te begeven, waar de doktoren het eerste kootje van den middelvinger moesten ainputeeren. liet. zal den heer Vos, die altijd in de weer is, wel niet meevallen om voor- loopig hij het werk aleen maar toe te moe ten zien. Naar wc naderhand vernamen had het ongeluk echter nog ernstiger ge volgen kunnen hebben. Het leed der olievogels. Wanneer men den laatsten tijd een strand wandeling maakt, zal het opgevallen zijn, dal weer zoo'n groot aantal slachtoffers ge vonden worden van de olie, die drijft op de golven der zee. Op een afstand van slechts enkele kilometers heeft men tientallen ma- Ion een ontmoeting met zoo'n ontredderde „olievogel", zeekoeton en papegaaienduikers Zij komen op het strand als ze nog niet te ver heen zijn, gaan ze bij nadering van men sclicn weer het water in om spoedig daarna weer op het strand té komen. Zelfs over de duinen kan men de ongelukkige dieren aan treffen, die op .den dood wachten moeten. Zij loopen nog moeilijk, fladderen af en toe om dan hijgend in te storten. Men moet een hart van steen hebben als men geen mede lijden voelt met deze eens zoo snelle en trotsche zeevogels. Liefhebbers van de na tuur probeert'n wel eens om de beesten weer op te knappen, wat in enkele gevallen wel eens lukt. Voor hen is het wel nuttig enkele wenken te geven. Gaat men naar het strand, dan steekt men wat oude lappen in den zak, om de vogels gemakkelijk te kunnen vervoeren naar huis zonder de kleeding vuil te maken. Het op pakken on dragen doet men het best door een niet te grooto lap over den rug van den vogel te laten vallen en hem dan met heide handen op te pakken, de vleugels tegen het lichaam drukkend. Daarbij een hand onder de huik schuiven en met de andere hand los onder de kop. de hals van achteren af te pakken. Dit verhindert pikken en is rustig voor heide partijen. In geen geval aan de vleugels onderste hoven dragen. Thuisgekomen plaatst men de vogel op een veilige, rustige en vooral beschutte plek. Hij is doodmoe, bovendien „lek", d.w. z niet meer beschermd voor de inwerking van het zeewater en is gevoelig voor weers invloeden, vocht, koude of hitte. Bij het heest zet men dan een bakje drinkwater en, als men visch heeft, rauwe stukjes viscli. Zee-eenden eten ook geweekt brood of goed geweekte kaak. Met schoonmaken moet men nog wachten. De eerste klodders kunnen worden verwijderd, doch verder niets er aan doen. Wanneer hij niet eet, ook nog niet voeren, dit kan eerst als hij uitgerust is en niet het ongewende voedsel uit zich zelf tot zich neemt. Maakt hij een wat krachtige indruk, clan kan ook met de schoonmaak begonnen worden. Met een lapje rauwe lijnolie worden de stijve teer- plekken wat verzacht; vooral niet inwrij ven! Daarna voorzichtig afdrogen en verder laten opdrogen in een verwarmde omge ving. In den loop van de volgende dagen kan men langzaam aan hiermede door gaan. Van een te verzwakten vogel is ook hiermede geen resultaat te verkrijgen en voor hem is het een groote weldaad hem gelegenheid te geven om rustig te sterven. Ook dit bedenke men wel als men er toe overgaat een poging te doen om een teer- of olievogel van zijn besliste ondergang te redden. LANfJENDIJK NEDERLANDSCHE TUINDERSBOND. Ten aanzien, van het voor-ontwerp Land bouw Ordeningswet 1937 heeft liet Hoofd bestuur van de Nederlandsche Tuinders hond zich op het standpunt gesteld, dat doelbewuste, practischc ordening van onze samenleving cn bedrijfsleven geboden is. De huidige economie heeft zooveel aanwijs HEER LUK DIE LENTEGEUREN/* f WAAR KINDLIEFJE RUIKT DE RUPE TABAK f NIEMEUERs STERTABAK VAN 5T0T15 CT. P.HALF0NS bare gebreken, dat de daarbij op den voor grond tredende of geschoven vrijheid voor het grootste deel der produceerende 'land- genooten, levenslange knechtschap, uitbui ting en onredelijke belooning van zijn ar beid beteokent, een armoedig bestaan voor overvloedige productie, verkregen door ha ren arbeid en hoog opgevoerde technische en wetenschappelijke kennis van zijn be drijf. De welvaart wordt bcheerscht door productie en goederen ruil en het. komt het H.B. voor, dat zoowel de geschiedenis als de ontwikkeling der laatste jaren op dit gebied, voor deze factoren meer waardee ring eischt, dat deze door op werkelijke welvaart gerichte regelingen (ordening) moet worden verkregen. Naast inschakeling van het georganiseer de bedrijfsleven is hiervoor regcerings sanc tie, leiding en verantwoordelijkheid eerste vereischte. Zij, die van de regceringstafel willen eten, dienen deze consequentie te aanvaarden of te verdwijnen. Het schema van het voorontwerp is zeer zeker niet ide aal, doch de poging tot hervorming dient gewaardeerd. In de kwestie N.A.K. en B.K.Z. keurings diensten acht men het een groot kweekers- belang, dat samenwerking wórdt verkregen. In de algemecne vergadering van de Ned. Tuindersbond is zeer veel over de contri butie gesproken. Voor- en tegenstanders zijn aan het woord geweest. Het H.B. acht verhooging der contributie echter thans niet noodig. Het is wel noodig dat een fonds wordt gevormd. Voor de vor ming van dit fonds doet het een beroep op de offervaardigheid van leden eh afdeeiin gen. NOORD-SCHARWOUDE „ALWEER EEN KABELJAUW" Alhier is dezer dagen opgericht een hen- gelclub met bovenstaande veelzeggende naam. Aangezien er in het Geestmeram- bacht geen kabeljauw te vangen is hebben wij om nadere toelichting van dezen naam gevraagd. Daarbij werd ons medegedeeld, dat op de oprichtingsvergadering is geble ken dat de toegetreden 12 leden over bet algemeen zulke groote baarzen vingen, dat "daarvoor de naam van kabeljauw beter geschikt leek. Voorzit Ier. is.de heer S. de Rijke. Het ge bied van dc: vereeniging is beperkt. Alleen zij kunnen lid worden, die tusschen de Oosterstraat en de Molenkade wonen. 1VIERINGEN Meifeest. Het Meifeest van den W.B.-bond en S.D.A.P. afd. Wieringcnbegon 's middags in Concordia te half drie met een kinder feest. De voorzitter van de afdeeling, de heer L. Klaver, opende deze bijeenkomst. Ruim 200 kinderen waren aanwezig. Me dewerkenden aan dit feest waren een 4- tal leden .van het bekende gezelschap Wil* lem van Icpcndaal, die met declamatie, zang accordeon, sax en luit-spel de kinde ren uitstekend bezig hielden. Voorts trad professor Pisalskv met zijn sprekende pop ,,Jozo" op. Het optreden van deze laatste twee, vooral was een groot succes. In de pauze werden aan alle kinderen ver snaperingen uitgedeeld. Na de pauze zongen eenige kleintjes op het. tooneel een paar liedjes, heel aardig was het „Bij de molen", gezongen door Jan Klomp. Na nog gezamenlijk een lied gezon gen te hebben, werd aan allen een choco ladereep uitgereikt, waarmee dit kindcr- festijn weder geëindigd was. ..O. Berta, doe het tóch?" vroeg het kind verheugd. Ze kwam zelf al met haar bril aantoopen. „Heb je al een-potlood. Berta?" „Waarom doe je het eigenlijk zelf niet?" vroeg de meid, „jy kunt toch óók al schrij ven." „Ja maar dan is het niet zoo. echt. dan zien ze dadelijk, dat het vap mjj af komt." Berta scheurde het velletje papier, na het eerst heel secuur in tweeën gevouwen te hebben, door midden. Dan zette ze zich aan de keukentafel en begon met veel moeite te schryven. Marjolelntje keek gespannen toe. ..'t Gaat prachtig. Bert." zei ze prijzend. „En je maakt hoofdletters ook." „Ja, vlei me maar," zei de meid, heel ern stig boven haar br»l uitkijkend, „straks zit ik met de narigheid, je zult het zien. Ik zal er nog spijt genoeg van hebben, dat ik me door 'jou heb laten lijmen. Nou. hier heb je ze, en als het mij m'n betrekking kost is het jouw schuld, Daar staat het dan: „Kijk even op dat Engelsche schilderijtje...", las Marjolelntje langzaam. „Zet er „asjeblieft" bij, Berta, dat staat een beetje beleefder..." „As-tu blieft", -schreef de meid er goedig achter. Ze pufte er van, toen ze klaar was. „Berta, je bent een schat,!" riep het kind opgetogen uit, terwijl ze de briefjes van haar aanpakte. En toen op den stoel klimmend, waarvan Berta juist was opgestaan, sloeg ze haar beide armpjes om haar heen en zoende haar dat het klapte. „Kind, toch..." zei de meid bewogen. En alsof Marjoleintje's spontane hartelijkheid haar inspireerde tot verdere deelname aan het complot, pakte ze de beide briefjes met een resoluut gebaar van haar af. „Geef hier," zei ze, „ik weet wat beters..." Het kind keek aandachtig tO", hoe ze twee andere briefjes maakte. De eerste twee. ver scheurde ze. Marry kon niet begrijpen, dat er nog iets beters te bedenken viel, dan zij gedaan had. Maar toen Berta het geschre vene voorlas en de bedoeling ervan uiteen zette. toen glinsterden Marjoleintje's oogjes. Berta gaf nauwkeurig haar instructies. ,,'k Zal het precie^ zoo doen," beloofde het kind en de beide briefjes nemend, vloog het op. een holletje de keuken uit. „Hoü Bobbie daar...!" riep ze nog. Op haar teentjes sloop ze de trap op. Het was pr&chtig wat Berta bedacht had. Als ze het nu -maar gedaan kreeg om haar vader en moeder stiekum die briefjes in de handen te moffelen. Dat was nog het moeilijkste van alles. Als ze nog aan het ruzie maken waren, ging het zeker niet. Ze stond boven aan de Hap even stil en luisterde. Het was doodstil. Pappie was zeker naar zijn kamer gegaan. Dat kwam nu eigenlijk heel slecht uit, want daar moest zij nu immers zijn. Nu zc toch eenmaal boven was, moest ze maar eerst naar de kamer van haar moeder gaan, die was het dichtst bij. Toen ze op het punt stond naar binnen te gaan, kwam Bobby de trap opvliegen. Die had dus toch kans gezien de keuken uit te glippen." „Bobby, blijf daar!" commandeerde ze. Maar de hond voelde daar niets voor en sprong tegen haar op. „Ja, ik moet jou toch eerst kwijt," zei ze zacht en hem paaiend, riep ze met gedempte stem: „Kom maar mee, Bobby, dan krijg je wat." Ze lokte hem het zijkamertje in. „Bobby," zei ze, by hem neerknielend,. „nu moet je eens goed luisteren. Als jij hier nu lief blijft zitten, mag je vanavond even op het voeteneinde van m'n bed liggen. Maar er aan niemand iets van vertellen, hoor, anders krijg ik. Neen, loop nu niet weg, want ik kan je daar niet hebben, straks wel. Eerst heb ik wat heel gewichtigs te doen. En weet je wat er gebeurt Bobby, als dat lukt?" Haar stem daalde tot een fluistering: „Dan wordt Mammie weer vroolijk en zien we bij Pappie voor altijd die lichtjes in zijn oogen..." xxvm. Paul zat in zijn studeerkamer en rookte de eene cigaret na de andere. Was hi- daarvoor nu een een middag vroeg naar huis gekomen, om een scène te hebben? Hij had die niet ge wild, had er zelfs in het minst geen aanleiding toe gegeven. Maar Diny hacl er den laatsten tijd bijzonder slag van, hem op allerlei wijzen te prikkelen. Zooals nu ook. nu hy eens vroeg thuis kwam, kleedde zy zich om uit te gaan. En anders was ze met geen mogelijkheid de deur uit te krygen. Ze had een afspraak met de naaister. Dat was een leugen, dat zag hij dadelyk aan haar gezicht. Later gaf ze dat ook toe, toen ze in een driftbui er uitgooide, dat ze het deed om hem te hinderen, zooals hij haar ook altyd deed. Hoe kwam ze op de gedachte? Ging hij ooit anders uit dan voor zyn werk? En ver schikte hij het den laatsten tyd al niet zoo veel mogelijk, om haar des avonds niet alleen te laten? Hij was inwendig woedend. Vrouwen wa ren toch onberekenbare wezens. Het was hen maar zelden naar den zin te maken. Maar onder den wrevel dien hij voelde knaagde een pijn... Zy'n hart werd droef bij de gedachte dat Diny, de vrouw die hij met zijn hart en ziel liefgehad had. zoo veranderd was. Lief gehad..mocht hij dat wel zeggen? Hy hield toch nog van haar, anders zou haar houding hem niet zoo'n verdriet doen. De omgang met die Lottie had haar geen goed gedaan, even min als die tyd in dat theater..* Het een zoowel als het ander had een verderfeiyken invloed op haar gehad. Daar bleef altijd wat van over. Ze reageerde heel anders op de dingen dan vroeger. Over hetgeen ze eertijds verfoeid zou heb ben, kon ze nu onverschillig de schouders op halen. Er was nog maar weinig in haar van het zachte, het aanhankelyke dat hem altijd zoo in haar aangetrokken had. Alleen als ze bij het kind was, dan kwam dat :eve soms weer in haar boven, dan was ze weer de „Marjolelntje" van vroeger en leek het hem ook niet onmogelyk, dat het tusschen hen weer zou worden zooals toén... Maar nu had ze door haar matelooze woede alle betere gevoelens in hem gedood. Ze wóu niet goed, dat was het. En in dat geval was het misschien maar het beste dat er zoo gauw mogelyk een einde aan kwam. Weggedoken in een grooten stoel, zat Diny, het hoofd in de handen gesteund, recht voor zich uit te staren. Alweer een verloren dag, dacht ze. Alweer zoo een, die ons eerder van elkaar dan by elkaar brengt. Als het daar maar by bleef... Want had Paul niet gezegd, dat ze er geen spijt van behoefde te hebben, dat ze weer by hem terug was. dat hy zy'n maatregelen wel zou nemen... En dat om een kleinigheid. Waarom was ze ook op het waanzinnige idee gekomen om te zeggen, dat ze uit moest, juist nu hy eens een keer vroeger dan anders naar huis kwam? Had ze hem daarmee te kennen willen geven dat ze, als het er op aan kwam, óók deed wat ze wilde. Dat zij zich niet naar hem wenschte te schikken, als hij het zich niet naar haar deed. Ze had iets gezegd van de naaister. Hoe was ze op die gedachte gekomen? Ze had niet eens een naaister, dat wist Paul even goed als zy. Hij had dan ook direct begrepen, dat het een uitvlucht was. „Je liegt!" had hy haar toegeroepen. Wat hadden die woorden haar een gevoel van ver nedering gegeven. En in haar woede, meer om zichzelf dan om hem, had ze er maar alles uitgegooid wat haar in den weg zat. Wat ze precies gezegd had, wist ze zelf niet meer, ze wist alleen nog, dat hij er moe en ellendig uitgezien had, toen hij de kamer verliet. En dit was het wat ze niet kon verkroppen. Ze zou nu het liefst naar hem toe gaan, om alles wat hen beiden bezwaarde, uit te pra ten, maar wie gaf haar de verzekering dat hij dat wou? Misschien zou hij haar met een hautain gebaar afwijzen en ze wist zeker, dat hun twist dan weer van voren f aan zou beginnen. Hoe moest hun houding nu straks weer zijn als Marjoleintje thuiskwam? Het kind mocht er in geen geval iets van merken. Ze kon tóch al zoo dikwijls met zoo'n eigen aard igen blik van den een naar den ander kijken, net alsof ze begreep, dat er iets niet in orde was. Neen, wat ze ook samen hadden, het kind moest er buiten blijven. Even dacht ze wat Paul nu zou doen... Zou' hij zijn gaan werken of zat hij ook te pieke ren, evenals zy O, hoe zag ze er tegenop om straks aan tafel met hem te moeten praten, gewoon, vriendelyk, net of er niets gebeurd was. En toch moest dat, terwille van het kind. Zou dat zóó hun geheele leven door moeten gaan? Zou er niet eens een moment komen, waarop ze voor altyd weer één konden zyn, een van wil, een van gedachten? Soms lag er in Paul's gezicht een hardheid, die haar aan het portret van zijn vader deed denken, dat portret dat zij in zy'n koffers ge vonden had bij dat van zyn moeder, een lieve, knappe vrouw. Ze had ze bij elkaar een plaatsje gegeven in Paul's kamer. Ze voelde, als zij het portret bekeek, geen wrok meer tegenover dien streng uitstonden man, die zooveel leed over haai leven gebracht had. Ze had hem Üat vergeven op het oogenblik dat zij het bericht van zijn overlijden las. Maar nu ze in Paul's gezicht zoo vaak diezelfde uit drukking zag. maakte zij zich zorgen. Zijn vader was hard geworden, na het verlies van zijn vrouw. Paul werd dat nadat hy zy'n vrouw teruggevonden had. Dan moest het toch aan haar liggen..* (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1937 | | pagina 2