DE DRIE MUSKETIERS
Draadlooze ui
van electriciteit?
Radioprogramma
?7a 1 o iwA 's aAKmdS
Een ruim geweten
Brand in grafkelder
DE"
Jl II EIMELIJKE
STRIJD
INTERESSANTE EXPERIMENTEN
.VAN IR. PHILLIPS THOMAS.
WATERVAL DRIJFT STOOMSCHE
PEN AAN
In dc Vereenigde Staten worden
op het oogenblik na langdurige
voorbereidingen door den ingenieur
Phillips Thomas practische pogin
gen ondernomenom elcctrische
energie langs draadloozen weg over
groote afstanden uit te zenden.
Zouden deze experimenten op den
duur met succes bekroond worden,
dan zou daarmede voor de wereld
een geheel nieuw tijdperk aanbre
ken.
In een groote electrische centrale,
welke haar energie put uit het snel-
vliedende water van een der enor
me Afrikaansche watervallen, drukt
de leidende ingenieur op een hef
boom. Op hetzelfde oogenblik zetten
zich duizenden kilometers ver van
de centrale verwijderd, in de fabrie
ken van Eindhoven, Twente en Delft
de machines in beweging.
Eenige oogcnblikken later verlaat in Rot
terdam, door dezelfde geheimzinnige kracht
aangedreven „de Statendam" de haven om
den reis naar Amerika te ondernemen, ter
wijl boven dc huizenzee van dc groote ha
venstad eenige vliegtuigen cirkelen, waar
van dc motoren eveneens uit het schijnbare
niets gevoed worden. Een fantastisch toe
komstbeeld dat misschien eerder werke
lijkheid zal worden, dan men op het oogen
blik geneigd is aan te nemen. Reeds zoovele
technische droomen men denke slechts
aan dc televisie zijn in de laatste jaren
plotseling in vervulling gegaan. Waarom
zou het dus niet mogelijk zijn, dat groote
electrische centrales aan de Niagara- of
Victoria-Watervallen, in Zwitserland of in
Rusland de wereld van licht en energie
voorzien?
Exploitatie van
overbodig.
het zonlicht
Dit alles schijnt des te eer mogelijk, wijl
men bij de plannen van ir. Thomas geens
zins met oncontroleerbare fantasieën, maar
met geniale technische projecten, die reeds
jarenlang in het middelpunt der belang
stelling van deskundige kringen staan, te
maken hoeft.
Tot. nog toe trachtte men liet
probleem van het draadloos uitzen
den van goedkoopc electrische ener
gie hoofdzakelijk door zonnerna-
chines op te lossen. Daarbij worden
door een groot aantal spiegels de op
een uitgebreide oppervlakte opge
vangen zonnestralen samengetrok
ken op een stoomketel, die door mid
del van een dynamo een reeks accu
mulatoren laadt. Reeds in het jaar
1901 heeft men in Californië een der
gelijke machine geconstrueerd.
Terwijl deze slechts 6 P.K. kon ont
wikkelen, had een in het jaar 1913
bij El Maadi in Egypte gebouwde
zonnemachine reeds een prestatie
vermogen van 50 P.K. In den laat-
sten tijd heeft men ook in andore
landen dergelijke pogingen onder
nomen.
Ingenieur Thomas gaat intusschen van
geheel andere, minder kostbare en fantasti
sche, gezichtspunten uit. Volgens Thomas
zullen niet zonnemachines, maar door water
aangedreven electrische centrales goedkoo-
pe energie voor de gehecle wereld moeten
leveren.
Onzichtbare luchtkanalen
Inplaats van enorm lange kabels, welke
niet slechts in aanleg, maar ook in onder
houd buitengewoon duur zijn, zouden in de
toekomst zoogenaamde luchtkanalen voor
het overbrengen van electrische energie
van de plaats van productie naar die van
het verbruik moeten dienen.
Thomas wil tot dit doel door
„ionisatie" de lucht kunstmatig in
een toestand brengen, welke het mo
gelijk maakt, de electrische stroom
zonder behulp van geleidende dra
den van de eene plaats naar de
andere over te brengen. Door on
zichtbare luchtkanalen, waaruit
geen electrische stroom kan ont
snappen, zou de stroom in den
vorm van zeer korte electrische gol
ven van een zendstation uit door
middel van daartoe geëigende spie
gels evenals lichtstralen naar do
plaats van 'Verbruik worden uitge
zonden.
Men zou dus in de toekomst b.v. in Eind
hoven honderdduizend P.K. uit Zwitserland
kunnen betrekken, evenals men op het
oogenblik b.v. de Lohengrin door het radio
toestel uit Hilversum ontvangt. Voorwaarde
daartoe is echter, dat men veel sterker dan
tot. nog toe gebruik gaat maken van dc
waterkracht, welke dc wereld bergt.
Kolen en petroleum overbodig?
Welke mogelijkheden daarbij nog open
slaan, bewijst reeds een kort overzicht
over de in de wereld nog braakliggende
waterkrachten. Op de eerste plaats staat,
in dit opzicht Afrika, het zwarte wereld
deel, waar van de voorhanden zijnde 185
millioen P.K. slechts 0.07 pet. gebruikt
wordt. De in Europa aanwezige water
kracht wordt op ongeveer 52.5 millioen
P.K. geschat. Hiervan is intusschen reeds
25.2 pet. aan dc menschheid dienstbaar
gemaakt. Ook Amerika en Azië hergen in
dit opzicht enorme energieën.
Zou de uitvinding van den Amerikaan-
schen ingenieur in den loop der tijden wer
kelijk ten uitvoer kunnen worden gebracht,
dan zouden kolen en olie nog slechts oen
kleine rol behoeven te spelen. Want alleen
reeds de Niagara-watervallcn en de groote
stroomversnellingen in Afrika zouden een
groot aantal landen van licht en energie
kunnen voorzien. Op deze wijeo zouden
bovendien de economische en koloniale
problemen op de eenvoudigste manier uit
de wereld kunnen worden geholpen.
WOENSDAG 23 JUNI 1937.
Hilversum I.
NCRV-Uitzending. 6.30—7.00 Onderwijs
fonds voor de scheepvaart.
8.00 Schriftlezing, meditatie, gewyde muziek
(gr.pl.).
8.30 Gramofoonmuizek.
9.30 Gelukwenschen.
9.45 Gramofoonmuziek.
10.30 Morgendienst.
11.00 Ensemble van der Horst.
12.00 Berichten. Gramofoonmuziek.
12.30 Vervolg concert.
I.30 Gramofoonmuziek.
2.00 Sopraan en piano.
3.00 Christ. lectuur.
3.30 Orgelspel.
4.45 Felicitaties.
5.00 Kinderuur.
6.00 Gramofoonmuziek.
6.30 Causerie over het Binncnaanvarings-
reglement en stoommachines.
7.00 Berichten.
7.15 Landbouwhalfuur.
7.45 Reportage.
8.00 Berichten ANP. Herh. SOS-Berichten.
8.15 De Arnhemsche Orkestvereeniging en
solist.
9.00 Angst en vrees in het kinderleven, caus.
9.30 Vervolg concert. (Om 10.00 Berichten
ANP).
10.25 Gramofoonmuziek.
10.45 Gymnastiekles.
II.0012.00 Gramofoonmuziek.
Hierna: Schriftlezing.
Hilversum H.
VARA-Uitzending. 10.0010.20 v.m. en
7.308.00 VPRO.
8.00 Gramofoonmuziek.
215.
DE INSPECTIE.
Hij 'bleef voor Mylady staan, keek haar
doordringend aan, maar zei geen woord.
Daarna verwijderde hij zich, wendde zich
tot den kapitein en nam het commando
over, waaihij hij het bevel tot het uitvoe
ren van een manoeuvre gaf, waaraan on
middellijk gevolg werd gegeven. Het schip
voer verder door den oorlogsbodem gevolgd.
Toen de officier Mylady vorschcnd aan
gekeken had, bad zij getracht zijn gedach
ten te raden. Maar dat gelukte tiaar niet.
Hij zou ongeveer 20 jaar zijn, had een iet
wat schuin voorhoofd, zooals men veelvul
dig bij dichters en voorvechters aantreft.
Het haar was kort cn dun. de oogen wa
ren mat en lagen diep in haar kassen. De
mooie mond was fijn geteekend. de krach
tige kin verried groote wilskracht. In het
geheele gezicht vertrok geen spier.
Toen ze eindelijk de haven bereikten
was het reeds nacht.
216.
HET SCHIP.
De nevel maakte het weer nog donkerder
dan het reeds was. In de koude en grauwe
lucht stonden de lantaarns als met een
stralenkrans omgeven. Mylady, die toch
niet bang was uitgevallen, huiverde onwil
lekeurig. Dc officier liet haar bagage in do
boot brengen, reikte haar vervolgens do
hand cn ver/.oclit baar in te stappen. My
lady talmde een oogenblik on vroeg: „Mijn
heer, is het in Engeland gebruikelijk, dat
de marineofficieren ter beschikking van
hun landgenooten staan en ze zelfs in de
haven brengen?"
«Het is een algemeene voorzorgsmaatre
gel, die in tijden van oorlog altijd genomen
wordt cn U zult ieder verzoek om er van
ontheven te worden, noodgedwongen moeten
opgeven."
„Goed. dan zal ik U volgen."
„In de boot, liet de officier baar op een
grootcn mantel plaats nemen, die achterin
uitgespreid was, en ging naast haar zit
ten.
„Voorwaarts!" commandeerde, hij.
De acht riemen werden gelijktijdig in het
water gelaten en weldra schoot de boot
door het water.
9,30 Keukenpraatje.
10.00 Morgenwijding.
10.20 „Les Ménétriers", declamatie en cau
serie over reisindrukken van Amerika.
12.00 Gramofoonmuziek.
12.15 „Les Ménétriers".
12.45—1.45 VARA-Örkest.
2.00 Cello, piano en gramofoonmuziek.
2.30 Gramofoonmuziek.
3.00 Voor de kinderen.
5.30 Gramofoonmuziek.
6.00 Orgelspel.
6.30 Viool en piano.
7.00 Zang.
7.30 Vrijzinnig Protestanten in Nederland,
causerie.
8.05 Herhaling SOS-berichten.
8.07 Berichten ANP. VARA-Varia.
8.15 ..Fantasia".
9.00 Concert m.m.v. solisten, vrouwenkoor
„Vox Jubilans" en het VARArTheater-
orkest.
9.30 „Johnie en Johnes".
9.40 Vasthouden en doorzetten, causerie.
9.50 „Johnie en Johnes".
10.00 Berichten ANP.
10.05 VARA-Groot-orkest en solist.
11.0012.00 Gramofoonmuziek.
lot juur vóór zonsopgang
zijn geluidssignalen verbo
den: knippert dan met de
koplichten als attentiesein-'
GELUIDSSIGHAAL VERBODEM
jeugdige dief, die omgeving van
Haren (Gr.) sinds lang onveilig
maakte', gearresteerd
De politie in dc gemeente Haren heeft
de hand weten te leggen op den dader van
verschillende diefstallen en een inbraak,
welke in de jaren 19351937 in deze omge
ving zijn gepleegd. Het vinden van een
leeg spaarbusje, afkomstig van de coöp. Boe
renleenbank te Haren (Gron.) leidde tot een
huiszoeking bij de familie N. te Noordlaren,
aan wie dit busje was afgegeven. De 18-
jarigc inwonende zoon D. N. bleek dit busje
te hebben geopend en den inhoud ten eigen
bate te hebben aangewend. Tevens bekende
hij, dat hij een in dit perceel aanwezige
elcctrische gramofoon het vorig jaar uit
Meerwijk te Midlaren had ontvreemd.
Toon hij nader aan de tand werd gevoeld,
gaf hij ook toe dc dader te zijn van een ge
heele reeks diefstallen, n.1. nog te Noordla-
ren, uit automaten te Glimmen, diefstal van
een rijwiel, hetwelk onbeheerd aan den weg
stond te Haren, en van een fietslantaarn
uit een garage te Haren. Tevens bekende
hij dc dader te zijn van een inbraak in
een villa aan den Rijksstraatweg te Haren,
waar hij echter, doordat de binnendeuren,
welke hij moest passoeren om iets van zijn
gading te vinden, gegrendeld waren, niets
kon meenemen.
Dc politic blijkt dus wel een goede vangst
te hebben gedaan.
Eenigen tijd geleden hoeft dc jongëhian
terecht gestaan wegens diefstal van een
auto te Assen.
Bliksem richt aan kerkgebêuw
te Goor groote schade aan.
Boven Goor ontlastte zich Zondagmiddag
omstreeks half drie een onweer, dat langdu
rig aanhield. Precies zeven minuten voor
vier werd de toren der Ned. Herv. Kerk
door het hemelvuur getroffen. Hierdoor
werden een stuk van een der wijzerplaten
geslagen en de wijzers verbogen. Een der
zware stcencn gewichten van het uurwerk
was naar beneden gevallen en had schade
aangericht. In het dak van den grafkelder
der Ripperda's welke aan den toren ge
bouwd is, sloeg een gat, Ilicr werd een
oogenblik na den inslag ook een begin van
brand ontdekt, die gelukkig met eenige
emmers water gcbluscht kon worden. Ook
een groot aantal leien van kerk en toren
werden vernield.
Waarschijnlijk door den luchtdruk waren
in de kerk zelf stukken uit het plafond ge
vallen. De antenne van de Goorsche radio-
centrale, welke aan den toren was beves
tigd, werd vernield. Bij den radiocentrale-
houder raakte een drietal toestellen defect,
zoodat de aangeslotenen enkele uren zonder
radio zaten.
De schade is nogal aanzienlijk.
ff
door Michael Corvin
39.
Esther aarzelde even, maar het nieuwe en
ongewone van deze omgeving trok haar te
sterk aan en daarbij moest Larker hier be
neden wel geheel en al ongevaarlijk geacht
worden. Zij stemde dus toe en volgde hem op
den nieuwen weg. Ook deze gang was van
een betimmering voorzien, maar van tijd tot
tijd werd de houtbekleeding toch door het
naakte gesteente onderbroken. Op een be
paalde plaats maakte Larker haar opmerk
zaam op een aantal zwarte strepen ter dikte
van een vinger, die zich parallel in het ge
steente afteekenden. Het waren dunne kolen-
lagen, die men als onbruikbaar had laten zit
ten en Esther bekeek deze eerste kolen, die
zij in de mijn op de plaats waar zij waren ont
staan, ontwaarde, oplettend
Op dit oogenblik verscheurde een knal in
de verte de lucht en veroorzaakte zulk een
hevigen windstoot, dat hij hen den adem
dreigde te beneden en hen haast van de been
wierp. De knal werd gevolgd door een dof
rommelenden donder, die regelrecht uit het
massieve inwendige van den berg scheen te
komen. Zij keek haar metgezel verschrikt
aaon, maar Larker stelde haar gerust met de
verzekering, dat het slechts een springlading
was geweest, die geen gevaar met zich mede
bracht. of er moest op die plaats juist mijn-
gas aanwezig zijn. Het geluid herhaalde zich
en hoewel Esther dat reeds bijna had ver
wacht. tuimelde zjj toch een weinig achter
uit. Zij beroerde daarbij Mr. Larker's schouder
en plotseling trachtte hij haar te omhelzen.
Verontwaardigd wilde zij hem van zich af
stooten, maar Larker liet haar niet los. De
gelegenheid had hem geheel en al uit zijn
evenwicht gebracht; de eenzaamheid hier be
neden, de nabijheid van het meisje/en zijn ge
voel van meerderheid en onmisbaarheid maak
ten hem dol en deden hem elke voorzichtig
heid vergeten. Hij had Esther brutaal bij de
armen gepakt en probeerde haar met geweld
op haar mond te kussen. Esther verzette zich
zoo goed zij maar kon en eindelijk, toen zij
geen anderen uitweg meer zag, hief zij haar
rechterarm zoo hoog mogelijk op om met haar
vuist Larker's opdringerigheid af te weren. Zii
dacht er niet meer aan. dat zij haar lamp nog
in de hand hield, die echter deze beweging
meemaakte en met het zware onderstuk Lar
ker met een harden slag tegen het hoofd trof.
Hij liet haar los en viel om. terwijl Esther.
nu geheel en al buiten haar zinnen en zonder
lamp de duisternis in rende, die reeds zeer
dicht voor haar uit geheel en al ondoordring
baar werd. Zij bleef staan, toen de mijngang
een bocht maakte en wilde nu. over alle leden
bevend van opwinding, naar de plaats terug-
keeren, vanwaar nog een matte lichtschijn
tot haar doordrong. Zij keerde langzaam om
en ging de bocht weder door, tot het rechte
stuk van de gang weer voor haar lag. Toen
kon zij ook het licht zelf weer zien en be
merkte zij, toen zij naderbij kwam, dat het
van haar eigen lamp afkomstig was, die op
den grond lag. Van den heer Larker viel geen
spoor meer te ontwaren Esther lachte hoo-
nend, maar schrikte meteen van het geluid
van dien lach, dat in deze ruimte zonderling
hol en onwezenlijk klonk. Nu, het kon wel
niet al te moeilijk zijn den weg naar de hoofd
gang terug te vinden. Zij raapte haar lamp
op en liep langzaam, met een gevoel van
groote vermoeidheid, waarvan zij zich nu eerst
bewust werd, den weg terug, dien zij met
Larker gekomen was. Zij had nog geen hon
derd meter afgelegd, toen de catastrophe
plaats greep.
Eerst klonk het precies eender als een
gewone springlading en ook de druk van den
windstoot en de rommelende donder van de
exploisie waren normaal. Maar toen klonk er
een nieuwe toon. De berg begon te dreunen
en brullen en de luchtstoot veranderde in een
orkaan, die op haar toestormde en haar
dreigde neer te veller, onder het veroorzaken
van een gillend geflu»t. dat haar verdoofde en
haast gevoelloos maakte. Daar doorheen deed
zich een luide donder hooren, die den balk,
waaraan zy zich voor steun vasthield, deed
sidderen en overal kleine stukken steen deed
lossspringen, die als hagel op den bodem
neerkletterden.
Toen werd het plotseling doodstil en die
stilte was zoo groot, dat Esther haar hart
kon hooren kloppen, naar het haar toescheen
zoo luid als het tikken van een reusachtig
uurwerk. Zij keek toevallig naar haar handen
en bemerkte daardoor eerst hoe zij beefde.
Nog begreep zij de mogelijke gevolgen van het
gebeurde slechts ten deele. Wat was een
mijngasontploffing eigenlijk? Zij had er geen
vermoeden van, hoe men zich onder zulke
omstandigheden behoort te gedragen en bo
vendien wist zij ook volstrekt niet, wat er
gebeurd was. Vast stond alleeft, dat zij nog
leefde en dat zij tot het laatste toe zou pro-
beeren de oppervlakte der aarde weer te be
rmken. Haastig en met knikkende knieën
liep zij verder in de richting van de hoofd
gang en onder het loopen voelde zij, dat er
regelmatig iets tegen haar rechter henp
sloeg. Nu herinnerde zy zich den flacon met
cognac weder en. zonder haar vlucht ook
slechts een oogenblik te onderbreken, haalde
zij hem te voorschijn en nam zy er een paar
slokken ut. De alcohol werkte kalmeerend en
stimuleerend en oefende niet den geringsten
dronkenmakenden invloed op haar uit. Zij kon
integendeel bedaarder nadenken en matigde
als gevolg daarvan in de eerste plaats haar
snelheid, die zinneloos was.
Volgens haar berekening moest zij de hooftl-
gang welhaast bereikt hebben, maar juist op
dat oogenblik kwam zy plotseling tot stil
stand, want vlak voor haar eindigde de gang.
Een ruïne van steen, groote blokken en gruis,
licht en donker gekleurde stukken sloot als
een massieve muur de gang volkomen af. Zy
was gevangen.
Maar dat was onmogelijk! Dat* mocht
niet! Zij keerde zich om en dwong zichzelf uit
alle macht om helder na te denke en zich
niet door een paniekstemming te laten over-
heerschen. Zij vond geen andere mogelijkheid,
dan het onbekende in te gaan. Daar de terug
weg afgesneden was, bleef er slechts één an
dere weg over: voorwaarts.
Esther Raleigh begon haar tocht door het
doolhof van de onderste gangenverdieping der
myn, negenhonderd meter beneden de aard
oppervlakte. alleen en zonder eenig begrip der
haar omringende gevaren. Zy was zoo voor
zichtig de vlam van haar lamp zeer laag te
draaien en liep toen met de standvastigheid
der vertwijfeling steeds rechtuit naar zij
meende. Twee of driemaal passeerde zy kleine
zijgangen, die ook minder hoog waren dan
haar gang. Toen kwam er weer een nieuwe
vertakking. Of was het de voortzetting der
gang, die zij volgde? En was de gang niet
slechts een zijtak? Zij aarzelde een oogenblik
voor zy besloot den weg aan haar linkerkant
te kiezen, daar deze een weinig scheen te
stijgen.
Na een half uur viel het haar op, dat
het aanzien der gang volkomen veran
derd was. Was het houtwerk in de groote
hoofdgang reeds tamelijk brokkelig geweest,
hier was het door en door vervallen. Overal
lagen verrotte balken op den grond en hier
en daar maakten hoopen steenblokken en
gruis den doortocht zoo nauw, dat zij diep
moest bukken om die plaatsen te kunnen
passeeren. Daarbij werd het hoe langer hoe
vochtiger en hadden zich vele modderpoelen
op den ongelijken bodem gevormd. De indruk
van deze gang in haar verlatenheid en verval
was ontzettend deprimeerend.
Omkeeren kon Esther evenwel niet. Om-
keeren beteekende op dit oogenblik niet alleen
iets lichamelijks, maar ook iets geestelijks. Zy
wist als zy nu zou omkeeren en terug zou
willen kruipen, dat zij zich dan na misschien
honderd schreden eenvoudig zou laten neer
vallen of krankzinnig zou worden. Zy liet het
licht weder zoo goed mogelijk voor zich uit
schijnen en zocht zicht tastend een weg door
den chaos der nu een phosphoresceerend, dan
weer slymerig vochtig verrottende balken en
paaltjes.
Haar volharding scheen beloond te zullen
worden. Zy vond een doorgang van nauwelijks
een meter wyd, die steil omhoog voerde. Op
handen en knieën kroop zy naar boven, bij
elke schrede de lamp voor zich opheffend en
neerzettend. Zij verbeeldde zich reeds hon
derden meters gestegen te zyn, toen rij in
derdaad slechts vijftig meter hooger. weder
in een gewone mijngang uitkwam. Hier was
het niet meer mogelijk zich ten aanzien der
richting te oriënteeren en er viel niet het
minste teeken te bespeuren, waaruit rij had
kunnen afleiden naar welken kant zij moest
gaan. Zy liet haar licht zoo ver mogelijk naar
links en rechts in de gang schynen en liep
toen op goed geluk af naar rechts weer verder.
Als Esther later over deze ervaring sprak,
beweerde zij steeds, dat haar schreden op
dezen weg, by dit dwalen door een ledigen
nacht, door een hoogere ingeving geleid moes
ten zijn geweest.
Eerst na zes en twintig uren zou Esther
Raleigh een uitweg vinden, maar voor het
zoover zou zyn zij kon het zich na haar
redding niet meer herinneren wanneer dit ge
beurde en de plaats had zij natuurlijk nooit
geweten zou rij nog een verschrikking
moeten doorstaan, die haar haast in de duis
ternis der onderwereld teruggejaagd had. Zij
had reeds spoedig begrepen, dat zy in het
oudste gedeelte van het gangencomplex ge
raakt was, het gedeelte, dat reeds lang ge
leden verlaten en sedert meerdere generaties
door geen levend wezen meer betreden was.
Dit waren dus de niet opgevulde afgewerkte
gangen, waarvan de hertog gesproken had.
(Wordt vervolgd.)