op Sensaties om 't Mayerling-drama Langendijker Groentenveilingen Dinsdag 27 Juli 1937 De liefdes-tragedie van een levensmoeden Prins AKKERTJES Per Salonboot ALKMAAR PACKET Tweede blad Maria Vetsera's zelfopoffering. Juiste toedraoht blijft in duister gehuld. Intriges aan alle kanten. De N. R. Ct. bevatte een beschouwing van H. van der Mandere over het. bekende Mayerling-drama, waaraan wij het volgende ontïeenen: Op 30 Januari 1889 werd de wereld opgeschrikt door het bericht, dat de eenige mannelijke afstammeling van Keizer Frans Joseph en Kei zerin Elisabeth, kroonprins Rudolf, de erfgenaam van het Oostenrijk- Hongaarsche rijk, op geheimzinnige wijze den dood had gevonden. Op het jachtslot Mayerling, te midden van uitgestrekte bosschen, ongeveer 40 K.M. van Weenen verwijderd, had men in den vroegen ochtend den prins, die daar met eenige vrien den ter jacht was, dood in zijn slaapkamer aangetroffen. Aangezien in hetzelfde jachtslot het ontzielde lichaam was gevonden van de mooie en jonge baronesse Marie Vetsera, werd op de waarschijnlijkheid van een liefdestragedie gezinspeeld. Sedert dien echter zijn vele geruchten omtrent hetgeen te Mayerling zou zijn ge schied, vernomen; geruchten, die elkander volkomen tegenspreken, zoodat de tragedie van Mayerling tot een raadsel van Mayer ling is geworden. Het nieuwe licht, dat slechts schijnbaar daarop wordt geworpen door de publicatie van de herinneringen van aartshertogin Stephanie, prins Rudolfs' gemalin, blijkt bij nadere beschouwing van weinig beteekenis. Hij wilde niet alleen sterven. De meest gangbare oplossing van het dra ma van Mayerling is deze, dat Rudolf reeds geruimen tijd met plannen van zelfmoord rondliep. Het leven was hem te veel ge worden, omdat hij zichzelf te veel was geworden. Maar zijn gedachten richtten zich op de vraag ,wat er na den dood met hem zou geschieden en angst schrikte hem af om alleen te sterven. Het staat vast, dat hij niet veel meer dan een half jaar vóór Mayerling, Mimi Hauser, de typisch Ween- sche directrice van een modemagazijn, niet zich mee wilde nemen om te zamen, buiten Weenen, het leven te verlaten. Maar dit levenslustige meisje dacht niet aan zulk een einde, en liep verschrikt naar de politie, die verzuimde van haar, met een brief van den kroonprins gestaafde mededeeling, ken nis te geven ter plaatse waar dit behoorde. Met baronesse Marie Vetsera was het an ders. Zij behoorde tot, een familie, die geen plaats in de hooge kringen innam, maar door huwelijk zoodanige betrekkingen met. het hof onderhield, dat de moeder, van wie het heet, dat. zij eens zelf gehoopt had kroonprins Rudolf te behagen, voor haar dochters toegang tot den Hof burg wist te verkrijgen. Marie was in ernst op den kroonprins, die ondanks zijn verworden uiterlijk, een aantrekkelijk man was, ver liefd. Dat nemen degenen aan, die vertel len, dat zij op dien avond van 29 Januari, wellicht reeds den dag tevoren, naar Mayer ling is gegaan, nadat zij van Rudolf een brief had ontvangen, waarin deze, krach tens bevel van zijn vader of op eigen wensch, met haar wilde breken. Daartegen over staan lezingen, die, zoo zij al niet be oogen het jongemeisje zelf van intrige te beschuldigen, de moeder ervan verdenken, dat zij door middel van haar dochter een net om Rudolf wilde werpen. Gravin La- risch, geboren von Wallergee. een der doch ters uit het onwettige huwelijk van Keize rin Elisabelhs Beierschen broeder, is van dit. gevoelen. Maar of zij een betrouwbare gids is, is te betwijfelen, omdat in de beide boeken, die zij over haar herinneringen aan het. hof van Keizerin Elisabeth heeft uitgegeven, zich tracht schoon te wasschen van de blaam, die men op haar zelve heeft gelegd. Haar toch heeft men verweten, dat. zij Rudolf en Marie heeft samen gebracht; dat zij in elk geval er in had toegestemd om beider ontmoetingen te arraneeeren. Zij komt heftig daartegen op. wellicht niet zonder recht, daar zij in 1888 slechts spo-, radisch in Weenen geweest is. Welke rol speelde de cassette? Gravin Larisch weet wel te vertellen van een cassette, die Rudolf slechts enkele dagen voor Mayerling, haar toevertrouwde; een cassette, waarvan de inhoud van politieke beteekenis was en die ook aartshertog Jo- han, die korten tijd daarna uit den Ilabs- hurger familiekring verdween, in ongele genheid kon hebben gebracht. Maar on danks, dat. zij dit kostbare pand in bewa ring had, gaf zij er voorkeur aan om zoo spoedig mogelijk na het te Mayerling ge beurde te verdwijnen. Een tragische boodschap. Dramatisch was de wijze, waarop het dra ma van Mayerling ter kennis van het. kei zerlijke paar kwam. Graaf Hoyos, de Hon- gaarsche vriend van Rudolf, die met hem te Mayerling vertoefde, was met den ka merdienaar Loschek de eerste, die de vree- selijkc gebeurtenis ontdekte. Hij heeft, de slaapkamer binnen tredend, nadat hij de deur had ge forceerd, den prins gevonden, half liggend, half hangend op een stoel voor het bed, een uitgedronken glas voor hem. In zijn ontsteltenis niet anders denkende dan dat Rudolf, gelijk men meer dans eens verwacht had, vergift had genomen, snelde Hoyos weg, liet op het stationnetje een sneltrein naar Weenen stilhouden, en kwam in den Hof-burg bij den generaal-adjudant aan. Maar deze droeg de taak om den Kei zer het verschrikkelijk nieuws mede te dec- len, liever aan een ander op; wendde zich tot den opperhofmeester van de Keizerin, baron Nopcsa, die de vertrouwde hofdame Ida Ferenczy in den arm nam.' De Keizerin bevond zich in haar vertrek met haar Griek schen taalleeraar. Zij had nauwelijks de tij ding vernomen, of buiten de deur klonken de voetstappen van den Keizer. Nopcsa be lastte zich met de taak om den souverein gedurende een paar minuten op te houden, opdat de Keizerin zich kon herstellen. Het getuigt van haar geestkracht, dat zij, zelf wellicht het zwaarst getroffen, zich zoo wist te beheerschen, dat zij den Keizer zoo zacht mogelijk de tijding kon mededeelcn. In haar vertrekken teruggekeerd, vond gravin Farenczy mevrouw Vetsera, die er op stond bij de Keizerin te worden toege laten. En zelfs daartoe bleek, mag men het verhaal van Corfi, in tegenspraak met an deren, gelooven, de Keizerin bereid. Zij was het, die aan de moeder moest mededeelen, dat de dochter, die het huis had verlaten zonder te zeggen waarheen zij ging, nooit meer zou terugkeeren. Geen vergif, maar de kogel. Maar nog leefde men in den Hofburg onder den indruk van Hoyos' verhaal, waaruit ge concludeerd werd, dat het meisje aan den prins vergif, zij het ook niet tegen zijn wil, had ingegeven. Het medische onderzoek, dat prof. Widerhofer instelde, bracht de waarheid echter aan het licht. Op het bed naast het zijne lag het meisje, een bloem in de hand, de kenteekenen dragende van den kogel, die aan de eene zijde het hoofd was ingegaan en het aan de andere zijde had verlaten. Rudolf had zichzelf op gelijke wijze getrof fen; het glas door Hoyos opgemerkt bevatte geen vergif, maar cognac. Widerhofer, den Keizer rapport uitbren gende, wist niets van de opvatting, die deze zich had gevormd. En toen de Keizer hoor de van een schotwond, veerde hij op, want hij kon er niet. aan gelooven. Nog groot er was de schrik die hij ondervond, toen de arts hem met de meeste stelligheid verze kerde, dat zelfmoord niet viel te ontkennen. Een wederzijdsche liefde. Geheel anders is de voorstelling, die de Fransche schrijver Claude Anet in zijn half in romantischen vorm geschreven boek over Mayerling geeft. Hem lezende, kan men niet anders ge looven dan aan een oprechte naar niets vragende liefde van Marie en een diepe, al les doordringende genegenheid van Rudolf Zoo groot, dat hij voor haar van zijn rech ten afstand wenschte te doen. Voor alles was het echter noodig, dat zijn huwelijk- met prinses Stephanie werd ontbonden. Hij zou dus aan den Paus geschreven hebben maar Leo XIII begreep dat dit. geen persoonlijke aangelegenheid was en beant woordde het verzoek met een grief aan den Keizer. Zoodoende kwam het in het kabinet des Keizers tot een woordenwisseling tus- sohen vader en zoon, die zelfs Frans Joseph zijn bedaardheid deed verliezen en hem een onmacht nabij bracht. Nog één keer. Bij die gelegenheid zou Rudolf beloofd hebben zijn liaison te beëindigen, doch ver lof hebben gevraagd Marie nog één keer, zonder getuigen te zien. Hetgeen hem er- loe bracht om haar mede te nemen naar Mayerling, waar zij het plan volvoerden, dat zij zich tezamen reeds gemaakt hadden, indien men hen niet toestond op aarde sa men te leven! Er zijn ook geheel andere lezingen Gravin Zanardi-Land die zich een dochter noemt en acht van Keizerin Elisabeth, vertelt in haar „Secret of an Empress" dat de Keizerin als - meening' heeft te kennen gegeven, dat Rudolf niet zichzelf, maar door anderen is gedood. Die het op zijn leven hadden gemunt, en in de verwarring, welke te Mayerling ont stond, toen men de tragische ontdekking deed, zich gemakkelijk voor de gevolgen hadden kunnen bergen Meer waarde te hech ten aan de overigens ook te voren verno men lezing, waarvan Margutti in zijn ge denkschriften zich de tolk maakt, dat. Ru dolf wel het slachtoffer van een liaison zou zijn geworden, maar niet van dat met Maria Vetsera. Hij zou zich wel op dien avond van 29 Januari bij het familiediner op den Hofburg hebben laten verontschul digen en naar Mayerling zijn gegaan. Ma ria Vetsera, die dienzelfden dag den brief had gekregen, waarin hij afscheid van haar nam, wilde daarin niet berusten, en was hem gevolgd. De boschwachtersvrouw van Mayerling. Hun onderhoud leidde tot niets; Rudolf was niet van plan moeilijkheden te haren wille te trotseeren. Bovendien zou zijn als immer oppervlakkige genegenheid, die bij kans met. den dag wisselde, zich reeds heb ben verplaatst naar de knappe jonge vrouw- van den boschwachter van Mayerling. Ten einde vrij spel te hebben, was deze laatste Ge kunt niet overal alles krijgen. Neemt U daarom zelf een doosje "AKKERTJES" mee, om bij de hand te hebben bij hoofdpijn, „wagen ziekte", kiespijn, en andere pijnen, maar ook bi] n kou, 'n griep, enz. Koker met 12 atuks 52 ct. Zakdoosje, 3 stuks 20 ct. door Rudolf met een boodschap ver wegge zonden, maar het spel niet vertrouwende, spoedig teruggekomen. Hij ,zou den kroon prins in de kamer van zijn vrouw hebben verrast, en niet geaarzeld hebben zich vol doening te verschaffen. Hij zou daarna het lijk van Rudolf het raam hebben uitgeworpen, en daar, enkele passen van zijn wo ning verwijderd, werd het den vol genden morgen in de sneeuw ge vonden. Eenige oogenblikken later deed men de ontdekking, dat in een ander vertrek baronesse Vetsera, wier aanwezigheid men niet ver moed had, zich door vergif van het leven had beroofd. Afscheidsbrieven. Tegen de aldus door Margutti gegeven le zing pleit echter, dat zoowel prins Rudolf als Maria Vetsera afscheidsbrieven hebben geschreven. Prof. Widerhofer moest, in antwoord op de vraag van den Keizer, de benauwende mededeeling doen, dat er wel afscheidsbrieven waren, maar geen voor den Keizer. Of de afscheidsbrieven van Marie Vetse ra, gelijk Claude Anet. die afdrukt, authen- thiek zijn, is een andere vraag. Gelijk het ook de vraag is of mededeelingen, die hij doet over de wijze, waarop, op last van het Hof te Weenen nog wel, het stoffelijk over schot van Marie Vetsera is vervoerd, be trouwbaar zijn. Lugubere rit. De beide Ooms van Maria, weinig ver eerd met de taak, hun opgedragen, werden aangewezen om, in het holle van den nacht, naar Mayerling te gaan teneinde de be grafenis van het jonge meisje te bewerkstel ligen. Er was niets aan haar stoffelijk over schot gedaan, de oogen waren zelfs niet toegedrukt. Zij hebben den tocht per rijtuig naar de begraafplaats te Heiligenkreuz moe ten volbrengen, geschud over de slechte steenen, die telkenmale het doode lichaam van het jonge meisje, dat zij tusschen zich inhielden, dan naar de eene, dan naar de andere zijde deed wankelen. Wie het ver haal van Claude Anet leest, gelooft bij kans aan een doodendans en begrijpt de verbittering, die bij de familie van Maria moet hebben bestaan. Zelfs bij de ooms, die niet doordrongen waren van de onschuld van de moeder aan deze intrige. De moeilijkheden, voor welker oplossing men stond, waren toch reeds groot. Hoe gaarne Keizer Frans Joseph het gewild had, het gerucht van zelfmoord was reeds op dien ochtend van 30 Januari 1SS9 te zeer DE KONINGIN VAN DEN NACHT OP HET HOOGTEPUNT VAN HAAR BLOEL Wij kiekten de prachtige cactus, die in den nacht van Zaterdag op Zondag jJ. gedurende eenige uren bloeide, met haar kweeker, den heer Henneman te Schagen. naar buiten doorgedrongen dan dat men het kon onderdrukken. Maar zelfmoord was een beleediging van de keizerlijke familie, bracht de kerkelijke begrafenis van den kroonprins in gevaar. Het verhaal is vermoedelijk niet onjuist, dat. Frans Joseph, die voor alles de kerke lijke ceremoniën der begrafenis wilde, een telegram van een paar duizend woorden tot den Paus richtte zelfs heeft gedreigd van don troon afstand te zullen doen, in dien men, door aan zijn overleden zoon de kerkelijke wijding te weigeren, ook hem onteerde. Paus Leo XIII heeft, volgens dit verhaal toegegeven. Ook wordt verteld, dat de keizer zich moet hebben afgevraagd, of door den dood van zijn zoon, van wien men geloofde, dat hij een samenzwering, tegen zijn vader smeed den hem niet erger bespaard is gebleven. De bede van Keizerin Elisabeth. Corti vertelt, dat niet veel meer dan een week, nadat prins Rudolf aich het leven had benoemen keizerin Elisabeth op een donke ren avond onbemerkt en door een achter uitgang den Hofburg verliet en zich, aan meldde bij 't Capucijnerklooster, waarin de Kaiscrgruft zich bevindt. Zij liet zich door den dienstdoenden broeder voorlichten tot aan de trap, langs welke men in den kel der afdaalt; daar gaf zij te kennen, dat zij alleen wilde zijn. Hartverscheurend was haar kreet tot clen dooden zoon om toch het geheim van zijn sterven te openbaren. Als dit juist is blijkt, dat ook de afscheids brief aan de Keizerin, die Corti ons in groote trekken weet mede te deelen, even min een oplossing brengt als die aan prin ses Stephanie. Rudolf gewaagde daarin van de noodzakelijkheid, waarin hij zich als man van eer bevond, om van de aarde te vei'dwijnen, maar welke noodzakelijkheid hem daartoe drong, of deze in zijn reeds ge schokte psychische gezondheid al dan niet denkbeeldig was, weten wij niet. Opheldering in 1950? En aangezien de Keizerin het niet gewe ten heeft, zal het voor het raadsel van Mayerling weinig beteekenen of de cassette bij haar dood in haar schrijfbureau gevon den en door den Keizer aan zijn opperhof maarschalk prins Lichtenstein ter hand gesteld, die nu nog gedeponeerd staat te Brunn in de kelders van het Paleis van Justitie, voor of eerst in 1950 geopend wordt. Dat zou door den Keizer zijn voorgeschre ven, gelijk de Keizerin, mogen wij op dat punt gravin Larisch' dagboek gelooven dat zij echter voor den dood van Rudolf afsloot .en in 'n zestal exemplaren aan een zestal vertrouwden ter hand stelde, die ech ter moesten beloven de noodige maatrege len te nemen om de publicatie daarvan bin nen de halve eeuw te voorkomen. Men ziet het, ook hier geheim .op geheim en ge heimen niet van eeuwen geleden, maar van tijdgenoot en. naar de Zaanstreek en Amsterdam X Van Alkmaar: 5.40 8.00 11.00 11.00 16.00 18.00 Niet op Vrijdag en Zaterdag X Niet op Zaterdag. Goedkoope Dagretours - Rondreizen per boot met spoor of bus. Be aardappelaanvoer bleef wel belangrijk verminderde ech ter sterk krijgen nu de laat ste periode van de aardappel campagne het resultaat niet ongunstig dank zij maatre gelen Bonken goede prijzen groote iets lager export slechte prijzen voor tomaten doordraaien grootere aanvoer bloemkool aanmerkelijk, lagere prijzen het gaat slecht met de sluitkool zeer lage prijs voor roode kool niet. veel beter voor witte gele minder slecht. aanvoer wor telen weinig bieten lagere prijzen snijboonen en slaboo- nen loopen sterk achteruit later iets beter aanvoer zil ver- en gele uien variëerende, niet slechte prijzen luinboo- nen lager geringe aanvoer druiven idem komkommers. Nog altijd bleef de aardappelenaanvocr het belangrijkste onderdeel van de bewe ging aan onze veilingen. Maar toch kwa men er heel wat minder dan de vorige week, zoodat kan worden gezegd, dat de laatste periode van de aardappclcampagne is ingetreden. De laatste weken is het hiermee gunstiger gcloopen, dan velen had den gedacht, zoodat men over 't geheel nog niet zoo ontevreden is over het verloop van een en ander. Ontstemming, hecrschte er in tuinders kringen, toen plotseling, nu ongeveer een maand geleden, de minimumprijs van 6 op 4 werd gebracht, doch de Groenten- en Fruitcentrale heeft daarmee een maatre gel genomen, die later bleek nog niet zoo verkeerd te zijn, als men eerst had gedacht. Later zag men met spanning uit naar do gevolgen van de beslissing, de vroege aard appelen vrij te geven, door het niet meer garandeeren van een minimumprijs. Ook dat is meegevallen. Voor Bonken bleef er goede vraag uit het buitenland bestaan, zoodat een prijs van ongeveer 4 per 100 kg kon worden tfbmaakt, en ook voor de groote bleef een bevredigende prijs het re sultaat. Er is nu gebleken, dat vóór 16 Juli wel drie vierde deel van den voor raad vroege aardappelen was ge ruimd en duidelijk bleek, dat men het vrijgeven niet erg vertrouwde. De aanvoeren daalden op 16 Juli tot een derde van dien van den vo- rigen dag! Wel waren er nog een belangrijke hoeveelheid ingekuilde aardappelen, doch op verre na niet in die mate als het vorige jaar. De prijs van deze ingekuilde aardappe len is intusschen zoodanig gesteld, dat geen nadeelige invloed op de binnenland- sche markt was te verwachten. Dit is ook wel uitgekomen. De vraag uit het buiten land, vooral uit Argentinië, was zoo leven dig, dat van die ingekuilde aardappels al een belangrijk deel kon worden geruimd. Het ziet er al/.oo naar uit, dat na. afloop der aardappelcampagne van een nief-on'- gunstige uitkomst zal kunnen worden ge sproken. Aan beide veilingen werden ongeveer 140 spoorwagons aardappelen aangevoerd. Be halve Schotsche muizen werden er ook Eigenheimers verhandeld. Aanvankelijk werd voor de groote nog ongeveer 4 be steed, doch later zijn de prijzen daarvan wat teruggeloopen en bleven zelfs de hoog ste noteeringen beneden de 4 Zaterdag b.v. werd aan de Broeker veiling 2.70 3.80 betaald, te Noordscharwoude 2 f 2.S0. Met de Bonken, die voor export wor den. gekocht, ging het beter. De prijzen daar van bleven op ongeveer hetzelfde peil. De hoogste prijs kwam tot 4.30, de laagste tot 3.60, zoodat gemiddeld op 4 kan worden gerekend. De drielingen konden ook tegen staf ion naire prijzen worden ver kocht, zoodat er 2.302.90 voor werd besteed, mot enkele uitzonderingen. Kriel bracht 1.40 op. Gewone Eigenheimers wer den verhandeld voor 2.703.60 al naar kwaliteit en grootte, terwijl voor blauwe Eigenheimers 2.70—3.20, voor puike tot 3.30 a 3.50 werd betaald. Aangezien het met de exportmogelijkheid voor tomaten niet verbeterde, bleef het met dit artikel slecht gaan. Kriel en ge scheurde mochten dientengevolge niet meer worden aangeboden. Aanvankelijk was het iets beter dan de vorige week, zoodat, voor A gemiddeld 7.50, voor B f 9.50, voor C ongeveer 7 en voor CC 4 werd besteed. Doch later kelderden de prijzen weer op onrustbarende wijze: Zaterdag kon men slechts voor B ruim f 6 bedingen en overi gens werd niet meer dan ruim f 4 betaald. Een gedeelte is ook nog onverkocht geble ven. Aan de Broeker veiling kwam wat meer bloemkool. Waren de prijzen tot nu toe zeer bevredigend geweest, deze week liepen ze aardig achteruit. Een enkel partijtje van de mooiste kon .f 7 tot f 8 opbrengen, doch overigens werd de eerste soort voor 5— 6.50 verkocht. Tweede soort deed 1.50— 2.60. Met de sluitkoolsoorten ging het ook nog niet naar wensch Dit kan niet worden toegeschreven aan te groote aanvoeren; er kwam immers maar weinig van. Roode kool werd aan de veiling te Noord- Scharwoude in zeer geringe hoeveelheid aan geboden en ook aan de Broeker veiling liep de aanvoer achteruit.. Toch kon er slechts 11.70, sommige partijtjes 1.80 tot 1.90 voor worden gemaakt. In vergelijking met de vorige week waren de prijzen der gele kool ook aanmerkelijk lager en zakten ze, vooral in de tweede helft der week, zeer sterk. Er werd toen 2.503 voor beaald. De hoogste prijs voor de witte kool was 2.70 een groote uit zondering; de meeste bracht niet meer dan 1—/ 1.50 op. Gering was de aanvoer van wortelen. Bos wortelen, al naar gelang van kwaliteit, brachten 2.60—4.50 op; losse 6.90 Het „vuur" doet veel schade aan dit gewas. Van rabarber was de aanvoer gering; des ondanks was de prijs zeer laag en bleef zelfs gedeeltelijk nog onverkocht. Aanvanke lijk werd er nog 1.20—ƒ1.40 voor betaald, later 0.501 Brachten sla- en snijboonen tot heden vrij goede prijzen op, deze week liepen die sterk achteruit. Voor snijboonen werd van 5.30ƒ6.10 gemaakt, een klein partijtje bracht 9 op. Slaboonen werden aanvanke lijk nog voor 12 verkocht, later daalde die prijs tot 5 a 7, voor mooie 7.50 a 8. Zaterdag werd weer 10.50 besteed. Uien werden in grootere hoeveelheid aangevoerd, zoowel zilver als gele. De zil- vernep bracht, sterk afwisselende prijzen op. Er is er verkocht voor 5.30 en ook voor 11. Daartusschen schommelde de prijzen. Het meeste werd echter voor 6.50—f 8 verkocht. Drielingen werden voor 4.50 5.50 verhandeld. Voor zalveruien werd aanvankelijk nog 4.30 betaald, later 70 cent tot 1.20 en op het eind 1.80—f 2.30 Voor gele nep werd bij de 6 betaald en voor drielingen 3.90—4.90. Lager in prijs waren de tuinbooncn. Bleven ze aan vankelijk nog binnen de 4, later zakten ze tot 2.10 a 3.50 Meer vraag deed ze echter tot ongeveer 4 oploopen. Bieten liepen gaandeweg terug van 5.10 tot 3.60 a 4.10 en tenslotte tot ruim f 2 Voor komkommers werd 1.50—2.70 'be taald. De aanvoer van druiven bleef gering. Zoowel voor Frankenthalers als Micante werd mim 45 besteed.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1937 | | pagina 5