'mm/z/M//,,
DE DRIE MUSKETIERS
De onbekende
De Kina
Doe Uw inkoopen
bij onze adverteerders
De burgemeester van
een kleine Servisestad
«loeg zich zo hard op
zijn knie, dat het luid
kletste. „Een idioot" 1
lachte hij. „Boris, heb
je ooit van je leven zo
iets gehoord, de man
moet bepaald niet goed
in zijn bovenkamer
zijn! Weet jij eigenlijk,
wie hij is?"
De gendarme wist het
niet. „Ik weet alleen,
dat hij in het hotel aan
de rivier logeert."
Daarna gaf hy een
beschrijving van de on
bekende: groot, goed gekleed met een lij
dend gezicht; en een bril, ja., hij draagt
ook een bril."
„Ziet er lijdend uit!" herhaalde de bur
gemeester. „Daar heb je het al. De man
is ziek. Krankzinnig! Ik geloof", vervolg
de hij, „dat wij op hem moeten letten. Wat
denk jy er van, Boris?"
De gendarme haalde zijn schouders eens
op. „Hij schijnt ongevaarlijk te zijn en ik
geloof niet, dat hij iemand leed zal doen."
„Maar wat hy op de markt gedaan heeft,
laat toch slechts één verklaring toe: dat
hij krankzinnig is! Of heb jij wel eens ge
hoord, dat iemand, die ze alle vyf bij el
kaar heeft, zo iets doet?"
„Neen, dat niet!"
„Welnu dan. Neen, wij moeten op den
man letten, Boris. Ga jij even naar het po
litiebureau en zeg tegen Galovicz, dat hij
e\en bij me moet komen."
De gendarme bromde wat in zijn baard,
draaide zich om en ging naar het politie
bureau, waar hij de boodschap van den
burgemeester overbracht. Een kwartier la
ter bevond Galovicz zich tegenover den
burgemeester.
„Dus, Galovicz, wat denk je er van. Zul
len wij.
Maar de commissaris scheen een andere
mening te zijn toegedaan. „Ik denk", be
gon hij, „dat wy den man met rust moe
ten laten. Wat hij gedaan heeft, is niet in
strijd met de wet. Hy is dadelijk na zijn
aankomst in onze stad naar de markt ge
gaan, heeft daar rondgekeken en is toen
bij den handelaar in zangvogels stil blijven
staan. Na een heele tijd is hij doorgelopen,
doch even later kwam hij terug, heeft weer
lange tijd bij de kooien gestaan, waar de
vogels in zaten. Hij vroeg den verkoper
de prijs der vogels, hij heeft afgedongen,
tenslotte zijn zij het eens geworden, hij
heeft de gevraagde prijs betaald en...."
„..en de vogels allemaal vrijgelaten!"
„Ja, hij heeft ze laten vliegen!"
„Daar volgt dan toch uit, dat wij met
een krankzinnige te doen hebben, zoiets
zal een verstandig mens toch niet in zijn
hoofd krijgen", antwoordde de burgemees
ter. „Nu was het volkomen onschuldig wat
hij deed, maar wie zal zeggen, waartoe hij
de volgende keer in staat is?"
De commissaris dacht even na. „Goed",
zei hij, „ik zal den man in het oog houden,
ofschoon ik Uw mening niet deel en hem
voor onschadelijk houd. Maar het zal ge
beuren, zoals U het wenst."
Twee dagen later ging de onbekende
weer naar de markt, waar kooplieden aan
het onderhandelen waren met de huisvrou
wen over groenten, vruchten, bloemen en
andere eetwaar. Weer liep de man naar den
koopman in zangvogels. Thans stonden er
minder kooien, alles bij elkaar hoogstens
honderd vogels. Zij zaten treurig ineenge
doken en zongen niet, zij keken alleen
maar naar de hemel en de bomen rond de
markt.
De man zuchtte eens, kocht weer alle
vogels. Galovicz, die zelf den man op de
markt gevolgd was, zag dit alles gebeuren.
De man verlangde van den koopman, dat
deze, nadat hij het geld had opgestreken,
de kooien open zou zetten, om de vogels
hun vrijheid terug te geven.
Met jubelzangen vlogen de dieren weg,
terwijl de koopman verbaasd naar de lege
kooien staarde.
De man keek de kleine zangers na, tot hij
ze niet meer kon zien. Daarna lachte hij
tevreden en vervolgde zijn weg. Hij ver
liet de stad en wandelde in gedachten ver
zonken over de straatweg. Opeens werd hij
aangesproken. Hij keerde zich om en zag
een tamelijk grote man, die hem vriende
lijk aankeek.
Neemt .U mij niet kwalijk", zei de man,
„mijn naam is Galovicz. Ik ben de commis
saris van politie van deze stad."
„Mag ik vragen, waarom U mij gevolgd
hebt?"
„Ik zou U graag iets willen vragen."
„Goed, houdt U mij dan niet langer op."
Galovicz knikte. „Ik weet, dat U op de
markt tweemaal alle vogels gekocht en
vrijgelaten hebt", begon hij. Waarom deed
U dat?"
„Dat is mijn zaak", antwoordde de man
onwillig.
„Natuurlijk!" bevestigde de commissaris,
„niemand kan U dit verbieden. Maar Uw
handelwijze is eigenaardig en er zijn men
sen in de stad, die aan Uw verstand twij
felen. Ik van mijn kant, weet, dat U net
zo normaal bent als ik, maar U zult moe
ten toegeven, dat Uw manier van doen
een beetje vreemd is. Wilt U mij hiervoor
geen verklaring geven?"
De onbekende keek den commissaris lan
ge tijd aan. Toen lachte hij treurig. „U hebt
gelijk", zei hij, „wat ik deed, zal op vele
mensen een eigenaardige indruk hebben
gemaakt. Maar ik ben niet krankzinnig.
Wat ik deed, was mijn plicht en dankbaar
heid."
„Dankbaarheid?" herhaalde de commis
saris.
„Dat zult U niet kunnen begrijpen, doch
ik zal het U duidelijk maken."
Een uur later stond Galovicz ademloos
in de kamer van den burgemeester. „De
man is werkelijk niet krankzinnig!" zei hij
„Weet U, wie hij is? Neen? Nu. hy is den
man, waarover alle couranten kort geleden
hebben geschreven, den man, die bij de
mijninstorting meer dan twee weken in een
schacht gevangen heeft gezeten en die ten
slotte toch nog levend gered is. En toen
hij nu op de markt te
genover de kooien met
vogels stond, overviel
hem wee'r de angst van
het opgesloten zijn en
uit dankbaarheid, dat
nij gered was, kocht hij
de vogels en gaf ze hun
vrijheid terug."
Getroffen keek de
ourgemeester den spre
ker aan. „Ja," zei de
burgemeester, „als de
zaak zo zit dan kunnen
wij niet anders doen
dan den man bescher
men tegen de nieuws
gierigheid van de men
sen." Na die tijd heeft
de man van niemand
meer last gehad.
In een zo moerassig land als het onze en
in een zo vochtig klimaat als het onze is
er geen onmisbaarder geneesmiddel dan
de kina of de bekende uit de kina verkre
gen stof, die men de naam van chinine ge
geven heeft. Hierbij een korte beschrijving
welke jullie zeker wel interessant zult vin
den, want de kina is werkelijk een goed
geneesmiddel.
Er zijn ongeveer dertig soorten van bo
men en heesters bekend, die men tot het
geslacht der kinaboom rekent. Het spreekt
vanzelf, dat wy al die soorten niet kunnen
beschrijven; wy bepalen ons dus hier
slechts tot, enige algemene opmerkingen
omtrent de kinaboom.
De kinaboom groeit op verschillende
hoogten van het Andesgebergte aan de
Westkust van Zuid-Amerika (kijk het
maar op je atlas na, als je het niet weet.)
De bladeren van deze boom zijn kort ge
steelt, eivormig, met gladde randen. Dr
bloemen zijn wit of purperachtig roos
kleurig en zitten in tuiltjes, zoals de af
beelding hierbij aantoont. De bast is bit
ter specerijachtig, samentrekkend van
smaak. Het is de bast van deze boom, die
een zo grote rol speelt in de geneeskunde.
In het Spaans noemt men de lieden, die
JUMBO OP DE FIETS. Een origineele circusreclame, welke men
dezer dagen in de Athlantic-City in den Staat New York zien kon.
De gedresseerde olifant Jumbo op een fiets in gezelschap van een
schoone, jonge meesteres.
kinabast verzamelen „cascarillero's. Deze
„verzamelaars" ontdekken de groepen van
kinabomen in de bossen oan de rooskleu
rige tint der bladeren van de toppen, die
boven de andere bomen uitsteken en zich
op een afstand voordoen als bossen bloe
men in het midden van het donkergroene
loof der andere bomen. Zij gaan nu naar
de plaats en hebben zij de bomen gevon
den, dan hakken zy al de bomen om en
nemen de bast der takken weg, die zij tot
bundels verpakt, het bos uitdragen om ze
te drogen. De zo verzamelde kinabast
wordt nu in kisten verpakt, die somtijds in
een huid worden genaaid of wel in seroe-
nen, dat zijn pakken bestaande uit een os
senhuid, die niet zelden met grof doek is
bekleed. Zo ingepakt worden ze verzon
den uit verschillende havens van Zuid-
Amerika.
Wetenswaardigheden
King Kong in natura.
De grootste opgezette gorilla, die tot nu
toe in een museum tentoongesteld werd,
bevindt zich in de Academie voor Natuur
wetenschappen te Philadelphia. Het beestje
heeft een hoogte van 1.90 M. en moet
als men hem in het oerwoud zou tegenko
men een werkelijk angstwekkende in
druk gemaakt hebben.
Zij kunnen niet fluisteren.
Chinezen, Burmezen en Japanners kun
nen nooit fluisterend spreken, omdat bij
hen de verschillende nauwelijks waar
neembaar veranderde klanken voor een
zelfde letter zeer veel gewicht in de schaal
leggen.
De Reuzenmeloenen van de Tigre.
Turkse boeren hebben aan de oevers
van de Tigre watermeloenen gekweekt met
een gemiddeld gewicht van 100 pond. Er
zijn er zelfs bij van 150 pond.
319,
DE ONTVOERING.
Op den dag van mijn terugkeer in Rgssel gelukte het mijn
broer te ontvluchtten. Men beschuldigde mij ervan hem bij
zyn vlucht behulpzaam te zijn geweest en veroordeelde mij in
zijn plaats de gevangenisstraf te ondergaan. Van dit alles
wist mijn arme broer niets. Hij had de vrouw .weer ontmoet
en zy vluchtten nu naar Berry. Daar slaagde hij erin een be
trekking als huiprediker te krijgen. Zij bleef bij hem en ging
voor zyn zuster door. De edelman, tot wiens goed ook de
kerk behoorde, zag de vermeende zuster van den geestelijke
en werd door haar bekoord, bood haar zijn hand en ontvoerde
haar. Zoo verliet ze koudbloedig den man, dien ze in het on
geluk had gestort om een andere te volgen, waarover ze het
grootste ongeluk zou uitstorten en werd gravin de la Fère."
Aller oogen zichtten zich bij deze woorden op Athos, die
immers zoo heette. Met een doffe blik bekrachtigde hij de
woorden van den beul.
320,
HET VONNIS.
„Waanzinnig, geheel vertwijfeld, van al zijn geluk beroofd,
keerde mijn broer naar Rijssel terug. Toen hij mijn lot had
vernomen, meldde hjj zich bij de overheid en hing zich nog
denzelfden avond in zijn cel op.
„Voor dezen misdaad beschuldig ik deze vrouw," besloot de
beul en daarvoor draagt ze het brandmerk."
„d'Artagnan," vroeg Athos, „welke straf verlang jij voor
deze vrouw?" „Den dood!" antwoordde de aangesprokene.
„Lord Winter," ging Athos verder, „welke straf verlangt u
voor deze vrouw?" „Den dood!" antwoordde ook de Lord.
„Porthos en Aramis, gij zjjt de rechters. Tot welke straf
veroordeelt gij deze vrouw, die zooveel misdaden ten laste
worden gelegd?"
„Tot den doodstraf!" spraken de beide musketiers met
doffe stem.
Mylady stiet een verschrikkelijke gil uit en sleepte zich
op haar knieën naar haar rechters.