De koers van het
nieuwe Kabinet
Hoe Nederland zijn Defensie
moet betalen
DAGBLAD VOOR HOLLANDS NOORDERKWARTIER
Geen coalitie
geen rechtsch-
Amsterdamsche
20 millioen uit belastingverhooging
Typhus-epidemie in
Syrië
de bilt seint.
Ds. van Duyl tot
Kamerlid beëedigd
rv€*ow
WOENSDAG 3 NOVEMBER 1937. 81e Jaargang. No. 10409.
Uitgove der N.V. v.h. Tropmon Co. Schone*.
Geen protectie
Geen weerbelasting
Is versterking der weermacht
noodig voor de veiligheid des
lands?
Gesteund door bondgenootschap
pelijke strijdkrachten, kan zij de
verdediging van het land voe
ren.
Er wordt inderdaad een belang
rijk offer gevraagd.
De Regeering heeft niet den meesten ernst
overwogen, welke versterking van de weer
macht noodig zou zijn, om een redelijken
waarborg te scheppen voor de veiligheid des
lands, daarbij rekening houdende met den fi-
nantieelen toestand. Zij heeft zich daarbij
niet op het standpunt gesteld dat een abso
lute veiligheid zou kunnen worden verze
kerd, maar wel, dat onze weermacht in staat
zal zijn de verdediging des lands te voeren,
daarbij althans na eenigen tijd ge
steund door bondgenootschappelijke strijd
krachten.
Ongetwijfeld wordt van ons een
zeer belangrijk offer gevraagd, men
beseffe echter wel, dat het uitgeven
van millioenen voor voorzieningen,
waarvan bij voorbaat al kan worden
vastgesteld, dat zij ontoereikend zijn,
inderdaad onverantwoordelijk zou
zijn. De regeering is met haar voor
stellen niet verder gegaan dan het
noodzakelijke.
De Regeering moet in alle op
zichten voorzichtig zijn. Van een
in evenwicht zijnd budget is
geen sprake.
Daar aan een werkelijk in evenwicht zijnd
budget nog ettelijke tientallen millioenen
ontbreken, zou verhooging van den steun
der werkloozen, uitvoering van openbare
werken, kunstmatige verhooging der bin-
ncnalndsche koopkracht, op de wijze zooals
verscheidene leden aanbevelen, ons land
binnen korten tijd in een toestand brengen,
als elders tot zoo ernstige teleurstellingen
heeft geleid.
Wat gedaan kan worden zonder ont
wrichting van den financieelen toestand,
die op haar beurt het gcheele volksleven
tot ondergang brengt, zal worden gedaan.
Maar daar ligt de onverbiddelijke grens.
Terecht is opgemerkt, dat de regeering in
zake de samenwerking in het bedrijfsleven,
,vaak als ordening aangeduid, hare taak
.vooral ziet als bevordering van wat in de
Vrije maatschappij zijn grondslag vindt.
Waar gewaagd wordt van een strijd van
alle democratische elementen in en buiten
het parlement voor de inwilliging der even
te voren opgesomde eischen en voor het
herstel van de uitbreiding van de reeds
aangetaste democratische staatkundige en
andere rechtein, is van de zijde der regee
ring wellicht een woord van waarschuwing
niet misplaatst, dat zulk een strijd be
hoort te blijven binnen de grenzen van het
in een ordelijken staat geoorloofde. Anders
zou ook de regeering wel eens tot straffer
optreden genoopt kunnen worden.
Geen voorthollen op den ver-
derfelijken weg der protectie.
De regeering is niet voornemens
„voort te hollen op den verderfelij-
ken weg der protectie". Zij wil
slechts haar tuighuis voorzien van
de noodige wapenen om zich nog be
ter te kunnen verweren, dan tot nu
toe het geval was.
De Regeering streeft met al hare midde
len naar vermindering der werkloosheid,
waarbij zij samenwerking in en met het
bedrijfsleven tot dit doel bevordert.
Het vraagstuk van te hooge huren, hy
potheken, e.d. heeft de aandacht der Re
geering.
Zij voegt er echter aanstonds aan toe, dat
wel gebleken is, dat het zéér moeilijk is ten
deze maatregelen te treffen, die niet de te
gengestelde uitwerking hebben.
De land- en tuinbouw.
De regeering stelt zich voor op den wég,
welke bij een voortduren van de stijging
van het algemeen prijspeil van landbouw
producten tot een liquidatie der financieele
landbouwsteunmaatregelcn zal voeren,
.voort te gaan. Over het tempo, waarin tot
opheffing dier maatregelen kan worden
overgegaan, kan de regeering zich niet uit
spreken, aangezien zulks geheel afhangt van
het verloop van het algemeen prijspeil der
voornaamste landbouwproducten. Zoolang
het prijspeil van eenig landbouwproduct het
vordert, zullen de reeds getroffen maatrege
len tot vergrooting van de opbrengst van
dat landbouwproduct niet worden losgelaten.
De regeering stelt zich voor in het bijzon
der werkzaam te zijn op het gebied van de
Verbetering van de hoedanigheid der land
en tuinbouwproducten, niet alleen voor zoo
ver zulks voor den uitvoer van belang is,
doch ook ten einde den afzet dezer pro
ducten in het binnenland zooveel mogelijk
te stimuleeren. Eventueel zal de Regeering
gaarne maatregelen ter bevordering van
werkverruiming in den landbouw in over
weging nemen.
De finantieele toestand van het
Rijk. Geen belasting op de
winsten der Naamlooze Ven
nootschappen.
Zeer terecht wordt door verscheidene le
den naar voren gebracht, dat .zoolang de
z.g. zwakke plekken in de begrooting niet
hersteld zijn, de reservekracht van de be
grooting verzwakt blijft.
Bij de overweging van de wensche-
lijkheid van de invoering eener weer
belasting, waartoe deze leden vervol
gens overgaan, merken zij op, dat zij
meer nut verwachten van de invoe
ring van een belasting op de winsten
der naamlooze vennootschappen ter
vervanging van de dividend- en tan
tième-belasting.
Van de regeering zijn op economi
sche gronden geen voorstellen van
deze strekking te verwachten.
De huidige ministers denken niet
alle gelijk. Eenige onderwerpen
zullen wel op de „rustkamer"
blijven.
Er blijft voor de Overheid een belang
rijke taak te vervullen over. Ontkend wordt,
allerminst, dat er onderwerpen te noe
men zijn. waarover de huidige ministère
niet gelijk denken. Maar is er nu eenig
kabinet denkbaar, waarbij niet eenige
onderwerpen op de rustkamer zouden moe
ten worden ondergebracht? Een kabinet op
zoogenaamd foreede basis moet uit den
aard der zaak nog meer onderwerpen la
ten rusten.
Is er plaats voor een kabinet op
positief Christelijken grondslag?
Tenslotte beantwoordt de formateur de
vraag, of er inderdaad plaats is voor een
kabinet op positief christelijken grondslag?
Deze vraag wordt slechts beslist door de
omstandigheid, dat deze verschillen wor
den overheerscht door de diepere overeen
stemming omtrent de grondslagen van het
staatsbeeld.
Wanneer men de toepassing van het
christendom op de staatkunde slechts niet
ziet alsof,men met dogmatiek te maken
had, maar als men let op de eischen van
het christendom voor het natuurlijken le
ven: verhouding van de echtgenooten in 't
huwelijk, verhouding tusschen ouders en
kinderen, tusschen werkgever en werkne
mer, tusschen overheid en onderdaan, om
slechts enkele zaken te noemen, dan blijft
er van het klassieke argument tegen een
ministerie op positief cjiristelijken grond
slag niet veel meer over.
teerfabriek in vlammen
Het vuur na korten tijd tot staan
gebracht.
Een roode gloed kleurde gisteren
in den vooravond den hemel boven
Amsterdam-Noord rood. Een felle
brand was te kwart over zeven uit
gebroken in de asphalt en teerfa
briek van den heer Philipsen, gele
legen aan den Westerkanaaldijk, bij
den Buiksloterweg in het voorma
lige Buiksloot.
De fabriek bestaat uit een aantal houten
en plaatijzeren loodsen, waarvan een aan
tal gebruikt wordt om vaten teer en ander
zeer brandbaar materiaal op te slaan.
Op genoemd uur merkten voorbijgangers,
dat zware rookwolken, waardoorheen reeds
een roode gloed schemerde, uit een der ge
bouwtjes opstegen. Onmiddellijk waar
schuwde men brandweer en politie: „Brand
in de teerfabriek". Dit alarm had tengevol
ge, dat de brandweer gezien de groote
brandbaarheid van de door het vuur be
laagde perceelen, met veel materiaal uit-
rukte.
Binnen een kwartier waren tien slangen
uitgelegd, zoodat het vuur van alle kanten
was ingesloten en met kracht kon worden
bestreden. Kort na het uitbreken gaf de be
velvoerder het alarm „groote brand".
Hoog sloegen de vlammen op uit de groo
te houten loods, waarin zich behalve eenige
machines 'n aantal vaten teer bevonden,
Een verstikkende rook hing boven de lood
sen, waarvan de een na de ander door het
vuur werd aangetast. Weldra echter ver
minderde de laaiende gloed. Van de op
stallen was weinig meer te redden, een aan
tal vaten teer kon echter nog tijdig in
veiligheid worden gebracht. Een klein uur
na het uitbreken was men den brand mees
ter.
Persoonlijke ongelukken kwamen niet
voor.
Naar wij vernemen is de eigenaar van de
fabriek niet verzekerd, de oorzaak van den
brand is onbekend.
Op den Kanaaldijk hadden duizenden zich
opgesteld om het blusschingwerk gade te
slaan en de politie had de handen vol werk
om de afzetting te handhaven en ruim baan
te maken voor de vele brandweervoertuigen
waarvan de manschappen nog geruimien tijd
bezig waren met nablusschen.
Regcering overweegt o.a. stren
ger toepassing omzetbelasting
en verhooging opcenten inkom
stenbelasting.
De Regeering is ovornemens de uit
gaven voor de Defensie, althans ten
deele, te dekken door belastingver-
hoogingen, aldus de Memorie van
Antwoord op de Algemeene Be
schouwingen der Tweede Kamer
over de Rijksbegrooting 1938.
Het besluit daartoe heeft zij niet dan na
lang en ernstig beraad genomen, aangezien
ook zij zich zeer wel bewust is van den
zwaren druk, die door de bestaande belas
tingen reeds op de geheele Ncderlandsche
bevolking wordt gelegd. Waar het hier even
wel uitgaven betreft, welke voor het voort
bestaan der Nederlandsche volksgemeen
schap noodzakelijk zijn, en het niet verant
woord is te achten deze uitgaven te doen
zonder maatregelen te treffen om in de fi
nanciering daarvan te voorzien, heeft de re
geering gemeend, tot dit dekkingsmiddel
zij het dan ook noode, te moeten beslui
ten.
Bij de regeering zijn o.m. de volgende
maatregelen in overweging:
le. maatregelen tegen het ontgaan van de
lastingen naar het inkomen door middel
van Naamlooze Vennootschappen^
2e. Technische herziening der omzetbe
lasting, waardoor de levering van objecten,
welke naar den geest der betrokken wet be
last zou moeten worden, doch in de practijk
tengevolge van een bepaalde handelwijze
vrijvalt, thans onder de werking der wet
wordt gebracht.
3e. Verhooging van de hoofdsom der di
vidend- en tantième-belasting, waarbij de
heffingsvoet der opcenten zoodanig zal wor
den verlaagd, dat het rendement dier opcen
ten gelijk blijft aan wat zij nu opleveren.
4e. Verhooging van de opcenten (boven
de bestaande) op de hoofdsom der inkom
stenbelasting.
Wat betreft de sub 1 en 2 genoemde hef-
ringen, ook zonder dat de defensievoorzienin
gen extra dekking behoefden, zouden deze
heffingen naar de meening van de regee
ring uit hoofde van de redelijkheid behooren
te worden ingevoerd.
De regeering beoogt uit de in over
weging zijnde maatregelen een bate
van rond f20 millioen te verkrijgen.
Hiermede zal dus slechts voor eenige ja
ren in de toegenomen behoefte aan dekking
voor de nieuwe defensieuitgaven zijn voor
zien. In hoeverre deze dekking in de toe
komst zal moeten bestaan uit verdere be-
lastingverhooging, dan wel gevonden zal
kunnen worden uit een eventueel accres der
middelen, zal naar bevind der dan heerschen-
de omstandigheden moeten worden uitge
maakt.
Uiteraard koestert de regeering niet het
voornemen de verhoogde defensieuitgavcn
te financieren ten koste van een aanmerke
lijke verhooging van het begrootingstekort.
Wat tenslotte het denkbeeld van een
weerbelasting betreft, ook deze ge
dacht is nog in overweging.
HET GELD VOOR DE HULP
VERLEENING IS OP.
In het door overstroomingen ge
teisterde gebied in Syrië is thans 'n
typhus-epidemie uitgebroken.
Terwijl vliegtuigen medicamenten
en levensmiddelen over het door het
hooge water van de buitenwereld
afgesneden gebied omlaag wierpen,
worden in allerijl hulp-expedities
uitgerust.
De Syrische regeering is op het
oogenblik vrijwel aan het einde van
haar middelen, welke zijn gevoteerd
om eventueele rampen te bestrij
den, aldus Un. Press.
Nog steeds zijn 50.000 dakloozen
niet ondergebracht.
Vijf Fransche officieren en twee-en-twin
tig hulpmanschappen zijn tijdens de red
dingswerkzaamheden gewond, toen een
huis instortte.
Het gevaar, dat de typhus-epidemie zich
nog zal uitbreiden, wordt met het uur groo-
ter, aagezien op vele plaatsen het water
door de daarin drijvende lijken is ge-
infecteerd en dit water thans ook de dicht
bevolkte dalen overstroomt.
Dit nummer bevat 8 pagina's
doch een Christelijk
Kabinet
Dr. Colijn legt er den nadruk
op, dat alléén hij verantwoorde
lijk is voor de kabinetsformatie.
Hij heeft zelfs met zijn naaste
politieke vrienden geen overleg
gepleegd.
Met groote voldoening constateert de
Regeering in de Memorie van Antwoord op
de Algemeene Beschouwingen der Tweede
Kamer over de Rijksbegrooting, dat de Ka
mer vrij algemeen haar inzicht deelt, dat
het bij den bestaanden internationalen toe
stand onvermijdelijk is, dat de weerkracht
van ons volk wordt versterkt.
De uitslag der verkiezingen was
althans op één punt volkomen dui
delijk. Het door dr. Colijn vóór de
■kiczingen en tijdens de verkie
zingscampagne op den voorgrond
gestelde ééne desideratum: een re-
geeringsbeleid, dat gedragen wordt
door een „krachtige christelijke
levensovertuiging", een beleid, dat
de zedelijke krachten van het chris
tendom ook in het staatsbestuur tot
gelding wilde brengen en „verste
vigen", dat desideratum had door
den uitslag der verkiezingen zijn
bezegeling verkregen. Het sprak dus
vanzelf, dat de formateur prijs
stellend op den steun eener meer
derheid in de Kamer allereerst
aan deze zijde der zaak zijn aan
dacht schonk.
Beteekent dit nu, dat het tweede desi
deratum: de vereeniging van allen, die zulk
een staatkunde willen steunen, werd toe-
"elaten? De formateur ontkent zulks ten
stelligste. Hij heeft van meet af aan er
naar gestreefd ook andere personen dan
die, welke tot de voormalige coalitiepar
tijen behoorden, in zijn Kabinet op te ne
men.
Om daartoe te komen was het in
de eerste plaats noodig, dat alle
aangezochte personen zich konden
vereenigen met den grondslag,
waarop de formateur het kabinet
wenschte samen te stellen en voorts
dat de bezetting der portefeuille
rekening hield met de zetelverdee-
Iing in de kamer van die groepen
waarop hij het oog gericht had
(56 en 10). Op beide punten zijn
moeilijkheden gerezen met het
gevolg, dat tenslotte het kabinet
in zijn huidige samenstelling tot
stand kwam.
Verwachting: Zwakke tot mati
ge uiteenloopende wind, ne
velig tot zwaar bewolkt,
weinig of geen neerslag, iets
kouder.
Verdere vooruitzichten: Waar
schijnlijk Z.O. wind, aan
vankelijk nog droog.
Barometerstand hedenmorgen 8 aar 771
Voor deze uitkomst is alleen de formateur
verantwoordelijk. Hij toch had het in de
hand ontheffing dezer opdracht te vragen,
indien hij meende onder geen beding te mo
gen afwijken van wat hij zich aanvankelijk
voor oogen had gesteld.
De overwegingen, die hem er toe hebben
geleid, zich neer te leggen bij de niet-ver-
vulling van zijn tweede desideratum en wel
vast te houden aan het eerste, vallen weer
buiten het terrein van de publiciteit.
Een uitzondering is hierop toelaat
baar en noodzakelijk. Het betreft
de in het voorloopig verslag neerge
schreven meening dat de „formateur
door zijn eigen politieke vrienden ge
dwongen" zou zijn geworden van
zijn aanvankelijken opzet af te zien.
De werkelijkheid is, dat ook dienaan
gaande geen enkel overleg met zijn
naaste politieke vrienden heeft plaat
gevonden.
Er bestaat geen coalitie van par
tijen, waarop het Kabinet zou
steunenl
De formateur wijst erop, dat aan het be
grip „coalitie-kabinet" vroeger werd toege
kend de willekeurige overheersching van de
minderheid in het parlement door de meer
derheid. Elke gedachte aan zoo'n verhouding
is den formateur en zijn ambtgenoot en
vreemd. Zij zijn er zich volkomen van be
wust, dat zij met het geheele volk hebben
te rekenen en dat zij verplicht zijn onnoo-
dige tegenstelingen te mijden.
Er bestaat geen coalitie van par
tijen, waarop het kabinet zon steu
nen. Dr. Colijn heeft geheel zelfstan
dig zijn regeeringsprogram ontwor
pen en dat program is de basis ge
weest voor de bespreking met zijn
tegenwoordige ambtgenooten.
Uit dat overleg is het regeerings
program voortgekomen.
Met geen enkele partij is overleg
gepleegd. Geen der partijen draagt
ook maar de geringste verantwoorde
lijkheid voor wat hij tijdens de for
matie heeft verricht en das ook niet
voor het optreden van het kabinet
of voor de keuze der personen, waar
uit het is samengesteld.
Ook de benaming „rechtsch" kabinet
schijnt uit den tijd. Beter is het, het
kabinet rondweg aan te duiden als
Christelijk kabinet, d.w.z. als een
kabinet, dat Gods wet tot richtsnoer
voor zijn beleid wil nemen.
De problemen over de
spelling
Er komt een commissie van on
derzoek 09 korten termijn.
Naar de regeering in de memorie van
antwoord inzake hoofdstuk I van de Rijks
begrooting meedeelt wordt de samenstelling
van een commissie voorbereid, die op zeer
korten termijn do regecring zal kunnen ad-
viseeren omtrent de problemen, die rijzen
met betrekking tot de schrijfwijze der taal.
De bedoeling is, dat in deze commissie
verschillende kringen van ons maatschap
pelijk leven zullen samenwerken.
We zouden zeggen: Alweer? Hoe lang zal
het nog duren voordat wij eindelijk uit deze
hopelooze spellingsverwarring zijn gekomen
tot de zoo hoog noodige eenheid?
Zal hij zijn zetel blijven bezetten?
Na afloop van de avondvergadering der
Eerste Kamer, waarin de heer Ds. G. van
Duyl den zuiveringss;d en den eed op de
grondwet heeft afgelegd, heeft hij een ver
gadering der derde afdeeling der Kamer bij
gewoond.
Toen de heer Van Duyl het gebouw der
Eerste Kamer verliet, hebben wij hem ge
vraagd, of hij het voornemen had, thans voor
het lidmaatschap der Kamer te bedanken,
dan wel als lid te blijven zitten.
De heer Van Duyl antwoordde hierop, dat
hij daaromtrent niets kon mededeelen.