RADIO
Bijsmaak aan de boter
Familiedrama
Zoolbeslag in
swastica-vorm
PROGRAMMA
de don juan
tX®*
WAN
E D
BU
DOOR
GAR RICE
RROUGHS
No. 57.
Toen deze dichterbij kwam zag de Franse
officier een rij woeste krijgers, vier van hen
droegen een soort van draagstoel op hun
schouders. Voor hen uit wandelden een reus
achtige blanke man en een meisje, gekleed
in de huid van een luipaard. Opeens hielden
zij stil en d'Arnot hoorde met verwondering
zijn eigen naam roepen en met uitgestrekte
handen rende de leider naar hem toe. Toen
zag d'Arnot, die zijn ogen nauwelijks kon ge
loven, dat de grote, bruingebrande man, Tar-
zan van de Apen was. Eenmaal in het kamp
aangekomen, vertelden zij elkaar over en weer
hun lotgevallen. Tranen van vreugde
stroomden Jane's vader over het gezicht, toen
hij zijn dochter in de armen sloot. De zwarte
Esmeralda kon het haast niet geloven, dat
haar kleine lieveling weer veilig terug was
gekomen. Ze waren het er allen over eens,
dat alleen Tarzan dit wonder kon hebbep ver
richt. Ze overlaadden de onfortuinlijke aap
man met allerlei attenties, zodat hij zichzelf
terug wenste in de troep van zijn apen. De
wilde Waziri's trokken veel aandacht en ze
kregen vele geschenken van de vrienden van
hun koning. Tot nu toe hadden de nieuw aan-
gekomenen nog niets gezien van Lord Ten-
nington en „Thuran". Wat zal „Thuran" of
Roköff verbaasd zijn om je te zien," zei
Jane. „Zijn verbazing zal van korte duur
zijn", grijnsde Tarzan. Daar zij begreep, wat
hij bedelde, smeekte zij hem zich niet op de
Rus te wreken maar hem over te leveren
aan den kapitein van het Franse oorlogschip..
(Nieuwe spelling.)
Zoon sohïet z'n moeder dood
en slaat daarna de hand aan
zichzelf.
Het geheime huwelijk van een gezeten
boerenzoon, John Robinson, oud 36 jaar en
de 24-jarige dochter van een ingenieur,
Kifcty Neale, is de oorzaak geweest van een
drama in de boerderij te I-Iaversham, waar
de zoon en z'n moeder dood gevonden wer
den.
John en z'n moeder werden in het dorp
als een voorbeeld van liefde beschouwd.
Zij reed eiken dag met hem in z'n auto en
's Zaterdags keek ze naar hem, als hij aan
het cricketten was.
Maar vier- of vijfmaal per week reed
de jonge man 's avonds naa® Stony
Stafford om een bezoek te brengen
aan Kitty. Iets, waarmede z'n moe
der lang niet ingenomen was.
Zes weken geleden reden John en
Kitty samien naar Londen en lieten
zich daar trouwen. Zij gingen ieder
naar hun eigen huis terug, zonder
ook maar iets van hun geheim te
verraden.
Niemand weet, wat er nu in Robinson's
boerderij gebeurd is. Misschien heeft John
z'n moeder op de hoogte van het geheime
huwelijk gebracht en heeft haar na een
twist er waren sporen van een worste
ling met een jachtgeweer doodgescho
ten, waarna hij de hand aan zichzelf sloeg.
Den volgenden ochtend zag een knecht
van de boerderij Robinson's auto op het
erf staan met brandende lichten. In de
achterkamer waar nog een olielampje
brandde, lag het lijk van mevrouw Robin
son. John lag dood in de voorkamer.
Kitty, die van niets wist ging volgens
de Daily Telegraph 's morgens gewoon
naar haar werk. Men vertelde haar tegen
lunchtijd het vreeselijke, wat er gebeurd
was op de boerderij van Robinson.
De eerste ijsbergen
waargenomen
Reuter verneemt uit Boston, dat ter
hoogte van de kust van New Foundland de
eerste twee ijsbergen van dit jaar zijn waar
genomen. Zij drijven in Zuidelijke richting
af naar het vaarwater der scheepvaart. Dit
bericht, afkomstig van den hydrografischen
dienst van het departement van Marine,
bevestigt de voorspellingen dat de scheep
vaart dit jaar eerder dan het vorige jaar
door ijsbergen zal worden bedreigd. Op het
oogenblik bevinden zij zich echter nog
vele mijlen ten Noorden van de scheeps-
route.
Het iiationaal-socialistische
spoor.
De Times meldt uit Weenen, dat
een jonge Oostenrijker, die dezer
dagen bij Laa de Oosten rij lcsch
Tsjecho Slowaaksche grens passeer
de om te Schoenau in het Duitscli
sprekende gedeelte van Tsjecho
Slowakije een bezoek te brengen
aan familieleden werd gearresteerd
omdat werd opgemerkt, dat overal
waar hij geloopen had sporen wa
ren achtergebleven die den vorm
hadden van een swastica. Men con
stateerde, dat het beslag op zijn
zolen een hakenkruisvorm had.
Dit schijnt de nieuwste methode
te zijn om het nationaal-socialisti-
sche symbool te verspreiden in ge
bieden, waar het verboden is.
Uaei&ai
Ned.-Indisch elftal vertrekt
27 April naar Europa
Commissie van drie zal na de
samenstelling nog wijzigingen
kunnen aanbrengen.
Het vertegenwoordig,end'-'elftal van Ned.-
Indië, zooals dat Zondagavond door een
speciale keuze-commissie, na afloop van de
selectiewedstrijden te Soerabaja, zal wor
den vastgesteld aldus de N. R. Gt.. zal
daarna eventueel nog kunnen worden ge
wijzigd door een technische coïhmissie van
drie leden, bestaande uit erkende voetbal
experts, die buiten eenlg bestuursverband
staan en waarvan de heer J. D. Hoen, voor
zitter van de Ned.-Indisclie Voetbal-Unie
voorzitter is. De heer Hoen heeft echter
geen stemrecht.
Het definitief Nederlandsch elftal
met de reserves, zal vermoedelijk 27
April met de „Baloeran" n. Europa
vertrekken, zoodat men op 21 Mei
den wedstrijd NederlandSchotland
nog zal kunnen bijwonen.
Op 29 Mei speelt het elftal dan in het
Feyenoord-stadion tegen Amerika. Daar,
zooals bekend is, ingevolge de voorwaar
den van de F.I.F.A., geen wedstrijden zul
len mogen worden gespeeld tijdens de reis,
is een verzoek daartoe uit Singapore reeds
bij voorbaat afgewezen. Wellicht kan een
uitzondering worden gemaakt voor een
wedstrijd te Medan tegen een plaatselijk
elftal.
ZATERDAG 12 FEBRUARI 1938.
Hilversum I, 1875 en 415,5 m.
VARA-Uitzending. 10.00—10.20 v.m. en
7.30—8.00 VPRO.
8.00 Gramofoonmuziek.
10.00 Morgenwijding.
10.20 Uitzending voor Arbeiders in de Conti
nubedrijven.
12.001.45 Gramofoonmuziek.
2.00 Fimpraatje.
2.15 Pianovoordracht.
2.45 Amateurs-uitzending.
3.15 Gramofoonmuziek.
3.30 Residentie-orkest.
4.30 Landbouwpraatje,
4.50 Vervolg concert.
5.40 Literaire causerie.
6.00 Orgelspel.
6.30 Westfriesche uitzending.
7.00 „Filmland".
7.30 Bijbelvertellingen.
8.00 Herhaling SOS-Berichten.
8.03 Berichten ANP. VARA-Varia.
8.15 VARA-Orkest, m.m.v. solist.
9.00 Declamatie.
9.15 „En nu... Oké!"
10.30 Berichten ANP,
10.40 Gramofoonmuziek.
10.50 Orgelspel.
11.00 Souvenir-orkest, m.m.v. solist.
11.30 Berichten.
11.3512.00 Gramofoonmuziek.
Hilversum n, 301,5 m.
KRO-Uitzending.
8.009.15 en 10.00 Gramofoonmuziek.
11.30 Godsdienstig halfuur.
12.00 Berichten.
12.15 De KRO-Melodisten, m.m.v. solist, en
gramofoonmuziek.
2.00 Voor de jeugd.
2.30 Gramofoonmuziek.
3.00 Kinderuurtje.
4.05 KRO-Orkest en gramofoonmuziek.
5.30 Gramofoonplaten.
5.45 KRO-Nachtegaaltjes.
6.15 Gramofoonmuziek.
6.20 Journalistiek weekoverzicht.
6.45 Gramofoonmuziek.
7.00 Berichten.
7.15 „Het zien van schilderijen", causerie.
7.35 Actueele aetherflitsen,
8.00 Berichten ANP. Mededeelingen.
9.15 Overpeinzing met muzikale omlijsting.
8.35 Gevarieerd programma.
10.30 Berichten ANP.
10.40 Filmpraatje.
10.55 De KRO-Melodisten, m.m.v. solist.
11.3012.00 Gramofoonmuziek.
Schadelijke reinculturen uit
Deensche laboratoria. Door
tastend optreden van Rijlcszui-
velconsulent. Reincultuur uit
een laboratorium of niet?
Deze interessante vraag is door den Deen-
schen staatsconsulent Johannes Jensen,
Aabcnraa, in de Deensche „Maelkeritiden-
de" gesteld in een artikel over „Branket
Smör", Met dezen naam wordt, aldus
schrijft Dr. Ir. Hermann Herz in het or
gaan van den Alg. Ned. Zuivelbond, een bo-
tergebrek aangeduid, dat wij zouden kun
nen aanduiden met „branderig", met een
overgang naar „visschig" en „metaalsmaak"
Deze afwijkende smaak zou volgens den
schrijver van het oorspronkelijke artikel in
de laatste jaren veelvuldiger bij de Deen
sche boter voorkomen dan vroeger het
geval was.
Genoemde staatsconsulent, die een
der weinigen, is, die het kind bij
den waren naam durven noemen
en die tevens een goed kenner van
de Deensche zuivelbereiding is, wijst
er op dat dit vaker optreden vooral
geconstateerd is, nadat een groot
laboratorium voor den verkoop van
reinculturen ongeveer 4% jaar ge
leden pech heeft gehad met dö af
gifte van een partij reinculturen,
welke de room en de boter voor
noemde afwijkende smaak gaf. Naar
zijn meening zijn de bacteriën, die
door middel van de karnemelk en
de aangezuurde ondermelk over het
geheele land verspreid geraakt.
Met de melk van de betreffende leveran
ciers komen zij dan weer in de zuivelfabrie
ken terug en geven daar aanleidirig tot
het optreden van het gebrek. Deze door den
staatsconsulent Jensen gemaakte opmerkin
gen zijn later door onderzoekingen van Prof.
Söncké Knudsen en zijn assistent Sigurd
Nielsen cn A. Sörensen bevestigd.
De verkeerde smaak loopt als
een roode draad door de pro
ductie.
Nu heeft zich in het afgeloopen jaar een
geval voorgedaan, dat nieuw lioht op deze
zaak werpt. Bij een van de regelmatig ge
houden rijksboterkeuringen werd bevonden
dat 9 monsters hetzelfde gebrek vertoon
den; één daarvan stamde uit een zuivelfa
briek, welke kort tevoren op een provincia
le tentoonstelling dezelfde aanmerking had
gekregen. Zij was toen een ynn 8 stuks niet
hetzelfde gebrek en 6 daarvanhadden
de reincultuur van hetzelfde laboratorium-
betrokken. (In Denemarken heeft men n.1.
de gewoonte dit bij alle keuringen en ten
toonstellingen te vermelden. Bij een verder
onderzoek bleek, da het gebrek van do
metaalsmaak als een roode draad door de
productie liep van alle 18 zuivelfabrieken,
welke de cultuur van bedoeld laboratorium
betrokken; Eén enkele fabriek maakte een
uitzondering zij had een zilveren me
daille verkregen maar haar zuursel was
ook. reeds 3 jaar oud en had derhalve ei
genlijk ook niet veel meer met de oor
spronkelijke reincultuur van het laborato
rium te maken.
De consulent beveelt een groole
schoonmaak aan.
Staatsconsulent Jensen ziet daarom in
het betrekken van reinculturen uit labora
toria een groot gevaar voor een snelle ver
brei ling van botergebreken. In-het onder
havige geval is z.i. dc kans daartoe groot,
omdat men gemakkelijk aan het gebrek ge
wend raakt, en dit als een gevolg van de
pasleurisatie gaat aanmerken.
Hij heeft daarom, ofschoon dit
geen kleinigheid is, zoowel het labo
ratorium als ook de zuivelfabrieken
aangeraden een groote schoonmaak
te houden en dit vooral te doen,
daar, waar de ondermelk aange-
zuurd wordt.
Staatsconsulent Jensen meent, dat men
na zulke gebeurtenissen het er wel over
eens zal zijn, dat het verstandiger is, zijn
reincultuur niet uit een laboratorium te be
trekken cn de cultuur niet telkens te ver
nieuwen, maar indien het zuursel ver
nieuwd moet worden, dit te halen van een
naburige zuivelfabriek, welke gewoonlijk
goede boter maakt. De smaak der geprodu
ceerde boter is n.1. dc veiligste cn de beste
controle wat betreft de eigenschappen, wel
ke het gebruikte zuursel bezit en een der
gelijke controle heeft men niet bij een labo
ratorium voor reinculturen.
De betreffende consulent is verder de
meening toegedaan, dat men beslist niet
zoo vaak van cultuur moet wisselen; dat
bij ten minste 75 van alle Deensche zui
velfabrieken de voorwaarden aanwezig zijn
dat het zuursel van een fabriek gedurende
zeer langen tijd goed kan blijven, zooals de
keuringsresultaten ook uitwijzen en dat do
kwaliteit der geproduceerde boter daardoor
aan zekerheid wint, omdat anders de weke-
lijksche of maandelijksche nieuwe cultuur
telkens een neuwe onzekerheid veroorzaakt.
Nevenstaande besliste moening van dezen
Dcenschen consulent is des te merkwaardi
ger, omdat het vooral Deensche laboratoria
geweest zijn, welke er een handelsonderne
ming van gemaakt hebben, reinculturen de
wereld in te sturen „bij abonnement."
FEUILLETON.
X
41.
-
roman dooi
e. phlllips-
oppenheim
„Dat weet ik niet," antwoordde zg, aan haar
likeur nippende. „Somtijds ontvalt alle eer
zucht mij, en hunker ik naar iets dat zelfs van
grooter belang is de sympathie van een
beminnenswaardig wezen
Zij waren bijna de laatsten die vertrokken,
maar eindelijk betaalde Peter Cradd zgn nota,
en zij gingen naar zijn wachtende limousine.
„Zullen we een half uurtje naar Florida
gaan?" stelde hij voor.
Zij schudde het hoofd.
„Ik ben nog steeds niet in de stemming. Rgd
mij naar huis, alstublieft."
„En dan gaat u naar binnen en brengt mij
de rekening van de modiste."
Zij antwoordde niet, maar onder het weg
rijden speelde een glimlachje haar om de lip
pen en zij zocht zijn hand. Peter Cradd was
een man met instincten, en hij wist dat bij de
geringste beweging van zijn kant, haar hoofd
tegen zijn schouder zou komen te rusten. En,
waarom niet? vroeg hij zich bijna met een ge
voel van wrevel af.
„U is zeer stil," merkte ze op. „Denkt u
aan mgn rekening van de modiste en voelt u
spijt?"
Hg lachte en zei: „Ik dacht aan iets geheel
anders."
„U rijdt geheel alleen met mg, en uw ge
dachten zijn elders?" pruilde zg. „Is dat
galant?"
„Mijn gedachten waren juist bg u," wees hij
haar terecht.
„Zeg mij dadelijk wat."
„Ik bedacht, waarom..."
„Toe maar."
„...ik u eigenlijk niet vroeg om mij naar
Italië te vergezellen."
„Dat heeft mij ook verwonderd," mompelde
zg. „Waarom doet u het niet?"
„Er is maar één ding, dat mij belet," zei hij,
en dat is niet iets bestaands, maar een schim.
Hoe kan men een spook kwgt raken? Wat zou
jg doen als je behekst was, Eula?"
Ze vertrok haar gezicht en fluisterde: „Ik
zou redeneeren dat er in het werkelijk voor
spoken geen plaats is; ik zou ze dus vergeten
en nemen wat het werkelijke leven biedt."
„Zie, we zgn bijna aan uw flat!" riep hg, uit
het raampje kijkende.
„Waarlijk?" mompelde zij. „Ik heb hier een
heerlijk plaatsje, maar in mijn zitkamer is het
misschien nog gerieflijker.".
Kort daarna reden zij haar deur voor en hij
hielp haar uitstappen.
h.j.
„Gaat u de rekening even halen?" vroeg
Zij draaide den sleutel in het slot om, en
wenkte hem binnen te komen.
„Maar u zei..." begon hij.
„Dat geldt niet voor u," viel ze hem in de
rede. „U betaalt immers de rekening van mijn
modiste," liet zij lachende volgen.
Zij liet hem in een klein, hoewel zeer gezellig
vertrek. Zg' liet hem op een stoel plaats nemen,
wees naar een ongeopende flesch wishkey en
een syphon op het buffet, en liep naar de tus-
schendeur van een aangrenzende kamer.
„Ik heb nieuwe schoenen aan, die knellen
mij, zei ze. „Ik ga mijn muiltjes aan trekken.
Dan kon ik terug met de rekening."
Hij hoorde l.aar neuriën, terwgl zij door haar
kamer liep, hoorde haar schoentjes op den
grond ploffen, zelfs het ritselen van haar klee
ding.
Zijn polsen hamerden tot berstens toe; daar
voelde hij weer dat zonderlinge, verlammende
instinct van wat? ZelfbewaringZelfopof
fering? Hij worstelde er tegen als een wan
hopige. Met bevende vingers trok hij een
pakje bankbiljetten uit zijn zak, krabbelde een
haastig vaarwel op den achterkant van een
visitekaartje, en sloop op zijn teenen naar de
deur. Hij liep onhoorbaar de trap af, zoo be
schaamd als een betrapte schooljongen. Maar
toch, toen hij buitenkwam, snoof hg de frissche
lucht, die hem tegenwoei, met een gevoel van
welbehagen en herkregen vrgheid op. Toen hij
onder het wegrijden een blik naar boven wierp,
meende hij een roerlooze gestalte aan het ven
ster te zien staan.
HOOFDSTUK XIX.
Den volgenden morgen, vielen hem de
schellen van de oogen wat het geweest was.
Volkomen onverwacht, stond hij in Kensing-
ton Gardens opeens tegenover Louise. Ze liet
haar oogen vol verbazing op hem rusten. In
zijn stadskleeren, en met het grootere zelf
bewustzijn, dat de laatste maanden over hem
gekomen was, was hij bgna onherkenbaar.
„Peter Cradd!" riep zij. „Ben je het wer
kelijk, Peter Cradd?"
„Ja, ik ben het," antwoordde hij. „Ik was
benieuwd geworden, of ik u ooit terug zou
zien."
Hij vergat haar hand los te laten en scheen
dat nauwelijks op te merken. Zijn oogen zoch
ten op haar gezicht te lezen welk een leven
zij den laatsten tijd geleid had. De oude moed
was daar, de bijna laatdunkende kijk op de
wereld en haar daden, maar haar diepblauwe
oogen waren door fijne groeven van vermoeid
heid omgeven, haar mond was eenigszins mis
noegd vertrokken. Zij zag er moe uit, onge
veer als iemand, die vergeefs aan de deur van
het lot geklopt heeft. Toch was zij schoon
gebleven. Hij had dikwijls beproefd zich een
voorstelling te maken welken- indruk hij in
Londen van haar krijgen zou. Ze leek zelfs
nog schooner dan in zijn droomen.
„Waarom is u mij niet komen opzoeken?"
vroeg ze.
„Hoe kon ik uw adres weten? En hoe kon
ik ongevraagd komen?"
De verbazing was nog niet uit haar oogen
geweken, toen ze hem aankeek.
„De beschaving past u goed," zei ze. „Is u
ver gereisd?"
Zijn antwoord was niet vrg van bitterheid.
„Ik heb op mijn duimpje geleerd waar ik
mij moet laten kleeden, welke restaurants
men bezoeken kan en waar men moet weg
blijven, hoe men een diner bestellen moet,
welke wijnen passend zijn, en ik heb een
vaag idee waar de beste meesterstukken in
Londen gevonden kunnen worden. Dat alles
daargelaten," eindigde hij, „ben ik vrijwel even
ver als ik was."
„Heeft u een huis gehuurd?"
„Ik heb kamers in Arlington Street. Vier
kamers en een kleine keuken. Een man en
zijn vrouw doen mijn huishouding; het nichtje
van die vrouw helpt een handje mee, en mijn
chauffeur poetst het zilver als het een beurt
moet hebben."
Zij lachte. „Nu weet ik zoo ongeveer al uw
doen en laten."
„En u?"
„Ik ben een twijfelaarster geworden," zei
ze. „Ik bracht de helft van mijn tijd door in
mijn atelier op een vliering in Chelsea, en de
andere in de weelde van Cariswood House. Ik
heb iets gezien van wat men de „uitgaande
kringen" noemt. Ik heb een paar atelier
fuifjes bijgewoond, waarover u en George
zich beslist afkeurend zouden uitlaten, er
heeft zich een nieuwe sollicitant naar mijn
hand opgedaan, en over een paar uren zal
mijn oude bewonderaar opnieuw aanzoek bg
mij doen."
„En wat zult u hem antwoorden?" vroeg
Peter Cradd in bijna ademlooze spanning.
„Wist ik het maar! Als ik het geweten
bad," ging ze voort, „had hij mij niet méér
dan één maal behoeven te vragen, omdat ik
tot de conclusie gekomen ben dat ik getrouwd
wensch te zijn."
Zij wandelden nu langzaam over een van
de zijpaden.
„En u?" vroeg zij. „Biecht eens wat van
uw avonturen op."
„Ik heb niets doorleefd, dat een avontuur
genoemd zou kunnen worden."
Zij ontmoette den helderen blik van zijn
rustige diepliggende oogen en zuchtte.
„O, Peter Cradd," zei zij bedroefd, „waar
om ben je niet iemand, even aardig als je
bent,, maar met een klein tikje verschil, zoo
dat ik je kon meenemen naar Italië...?"
„Als wat ik doen kan om mg te verbete
ren," begon hij, met een geheimzinnige bij
bedoeling in zijn woorden.
„O, maar u mag niet anders worden," riep
ze uit. „U is aardig, zooals u bent. Tegen
woordig," ging zij voort, „schijnt iedereen te
doen wat hij wil. Mijn grootste vriendin is
juist met een man naar Kenya vertrokken
om jacht te maken op grof wild. en liet haai
man volkomen tevreden achter om in het
Lagerhuis onnutte wetten samen te flanson.
lederen roept, dat dit de eeuw der vrijheid
is, maar toch weet ik het zoo niet! Vind jij,
dat ik je mee kan nemen naar Italië, Peter
Cradd? Zou je beloven alleen dat te bewon
deren, wat je van mij bewonderen mag, en je
netjes gedragen?"
„Ik zou ,probeeren," antwoordde hij. „om
alles door uw oogen te zien. maar van de
rest ben ik niet zoo zeker. Dat kan géén man
zijn."
Wordt vervolgd.)