I z©©n Wol uit melk Als in den tijd van den beeldenstorm Gevaarlijke melancholie Radioprogramma Twee nichten en twee neven DOOR EDGAR RICE BURROUGHS No. 11. Terwijl de vader zijn zoon zijn levensge schiedenis vertelde, vergat htf één ding het voornaamste dat de jongen aan zgn zijde, die met gretige ogen luisterde, de zoon was van „Tarzan van de Apen". Nadat de twee elkaar goede nacht hadden gewenst, vertelde Lord Greystoke aan zijn vrouw, wat er die avond gebeurd was. Lady Jane, die begreep, dat haar zoon enkele dingen moest weten van die vreselijke jaren, bad, dat de jongen niet het verlangen zou hebben geërfd, waarvan ze wist, dat het diep in het hart van de vader leefde. Tarzan bezocht Akoet, zooals hij be loofd had, maar weigerde Jack mee te nemen. Deze keer ontmoette Tarzan de eigenaar van de aap, doch herkende in dat afgeleefde, menselijke wrak zijn Russise vijand van vroeger jaren niet. Onder de invloed van de klaagliederen van Akoet trachtte hij het dier te bevrijden, maar de sluwe Paulvitch weigerde het dier te verkopenEnkele dagen later had de jongen zelf zijn weg gevonden door de wijken van Londen en ontdekte hij, waar de Rus met Akoet woonde. Daarna sloop de jongen dikwijls weg en bracht vele uren met zijn aanpvriend door, terwijl Paulvitch stukje voor beetje zijn identiteit te weten kwam. In zijn slechte brein kwam nu een plan op, waar door hij zich kon wreken over de vermeende verongelijking en tevens zijn voorraad goud kon vermeerderen. Alleen gelaten met Akoet, bemerkte de jongen al spoedig, dat hij zich bij het dier vei-staanbaar kon maken. Veel woor den van de apentaal kwamen instinctmatig bij hem op. Na de ontmoeting van Tarzan had de aap geweigerd weer op het toneel op te treden. Hg was niet langer een bron van in komsten en tenslotte accepteerde Paulvitch een enorm bedrag van Lord Greystoke, waar bij overeengekomen werd, dat Akoet naar een schip zou worden gebracht, dat spoedig naar Afrika zou vertrekken. Lady Jane was blij, toen haar man haar over dit besluit sprak. Nu zou haar zoon wel aan andere dingen gaan denken, dacht zij. Maar Jack had heel iets anders in het hoofd, toen hij het nieuws hoorde! Damesjaponnen in „smakelijke" des sins, fraaie heerencostumes en ga ren, bewijzen dat de melkwolpro- ductie bet laboratorium heeft ver laten. Ons land heeft grond stoffen genoeg Op een tentoonstellinkje, "bescheiden' doch leerzaam, dat de jubilcerende A.K.U. tijdens haar fecstweek voor belangstellenden had ingericht, was er, naast de kunstzijde een hoekje met het nieuwste voortbrengsel der kunstvezelnijverheid: de melkwol. Damesstoffen in smakelijke des sins, wollen stoffen voor heeren- costuums, tricot en handbreigaren, - ziedaar reeds een reeks van eind producten welke kwamen verkon digen, dat de Enkawol het labo ratorium verlaten heeft en het sta dium der fabricage is binnenge treden. Naast de vezels van plantaardigen oor sprong, zoowel de natuurlijke uit vlas, ka toen, hennep, cocos e.a. als de kunstma tige uit cellulose, vinden wij hier dus een weefsel op dierlijken grondslag. En in dit geval nu blijkt ons eigen land in hooge mate te kunnen optreden als leverancier van de grondstof, schrijft de N.R.Crt. Immers, voor de natuurwol is Nederland grootendcels afhankelijk van aanvoer uit liet buitenland. In den vorm van ongewas- schen, gcwasschen of gekamde wol werden de laatste jaren gemiddeld 9000 ton per jaar aangevoerd, waarbij nog op te tellen zijn ca. 7000 ton wollen garens, totaal dus 16.000 ton per jaar. De, niet zeer belang rijke Nederlandsche uitvoer van wol (3000 ton) wordt meer dan overtroffen door een invoer van 45000 ton aan weefsels, tri cotage, etc. Daartegenover staat dat de kunstmatige wol vervaardigd wordt uit een bijproduct van onze zuivelindustrie, n.1. uit de case- ine, die op haar beurt uit ondermelk wordt gewonnen. En overal waar boter gekarnd wordt, blijft ondermelk over. In sommige streken des lands wordt deze door de boe ren in eigen bedrijf gebezigd voor het mes ten van varkens en kalveren, doch er blij ven ook in die gevallen bepaalde jaargetij den over, waarin de producent vermoede lijk met genoegen een bijverdienste op zijn ondermelk zou kunnen gebruiken. De melk- wolfabriek kan dan ook eveneens in dit opzicht een taak vervullen, door bij wijze van campagne dergelijke intermitteerende hoeveelheden op voorraad te verwerken. De caseïne, een schilferig poeder, wordt opgelost en tot draad versponnen, totdat na een vrij ingewikkeld bchandelingspro- ces een vezel van de vereischte lengte en fijnheid ontstaat. De prijs van dit eind product bestaat dus hoofdzakelijk uit de waarden van grondstof en arbeid, en beide elementen komen in dit geval aan het eigen land ten goede. Geen concurrentie met de knnstzijde is te vreezen, zoodat werkverschuiving hier niet gevreesd behoeft te worden. Alle ar beid die uit deze nieuwe industrie voort- vloeit, zal als verruiming mogen gelden. Indien slechts 10 pet. van de thans ingevoerde natuurwol door Neder landsche melkwol vervangen werd, zou dit reeds een productie per jaar van 1.600.000 k.g. of ca. 5000 k.g. per dag beteekenen, of rn.aw.: een fa- brieksbedrijf met verscheidene hon derden arbeiders en een bijhehoo- renden staf van technisch en ad ministratief personeel. Die 10 pet. is voorloopig geheel willekeurig gegrepen, en aan den bescheiden kant gehouden. Want inzake de toekomst van de melk wol is natuurlijk nog niet veel positiefs te zeggen. Wlèl schijnt het dat den eersten tijd een mengsel van 50 pet. natuurwol met 50 pet. melkwol populair zal zijn, en ook worden gunstige verwachtingen gekoesterd van het toepassen van deze Enkawol bij uniformen. Aldus zou het aanvankelijk genoemde percentage wellicht spoedig voor aanmerkelijke stijging vatbaar blijken te zijn, te meer waar de ondervinding op het gebied der kunstzijde reeds heeft geleerd dat een goed en aantrekkelijk product tevens bet totale gebruik met sprongen doet toenemen. Er wordt dan ook met kracht gewerkt aan de technische en artistieke volmaking van dit nieuwe artikel. En mogelijk zal deze jeugdige binnenlandsche industrie een voor onze volkswelvaart zeer welkome bijdrage kunnen leveren tot de werkverruiming in alle kringen, die op eenigerlei wijze met dit bedrijf in aanraking zullen komen. Drie inbrekers gearresteerd De laatste dagen is de omgeving van Helmond door inbrekers onveilig gemaakt. O.a. werd ingebroken te Aarle-Rixtel, Deur- ne, Mierlo en Mierlo-Hout, waarbij eenigc geldsbedragen werden buit gemaakt. De rijks- en gemeentepolitie zijn er thans in geslaagd, te Helmond een zekeren van dei' K. te arrestecren. Hij bekende te Aarle-Rixtel te hebben ingebroken. Voorts werden door de Ilelmondsche ge meentepolitie nog in arrest gesteld J. G. M. van L. en P. F. A., die mede verdacht worden aan eenige inbraken debet te zijn. Het onderzoek duurt voort. Ka-pel en altaar te Laren besmeurd. In den vorigen nacht hebben on bekenden zich toegang verschaft tot de kapel van het St. Janskerk hof te Laren (N.H.) en daar het al taar, het tabernakel en de muren geheel met carbolineum besmeurd. Ook het beeld van St. Jan de Dooper per dat onder de eeuwenoude olm op het kerkhof is geplaatst, werd op de zelfde wijze bewerkt. Voorts werden op het voetstuk van het beeld van St. Jan en op een tafeltje in de kapel de woorden geschreven: „Wraak, V.R.O.". De verontwaardiging is zeer groot temeer daar Vrijdag a.s. het bekende Sint Jan-feest gevierd wordt. De politie stelt een uitgebreid on derzoek in. Man schoot op vrouw en kin deren. Het O.M. acht krank zinnigengesticht beter dan de cel Gistermorgen behandelde de recht bank te Maastricht het familie drama, dat in den vroegen ochtend van 9 Mei j.1. de gemeente. Mer kelbeek in opschudding bracht. De 44-jarige mijnbeambte L. J. T. had toen hij dien morgen opstond, een revol ver uit het nachtkastje gegrepen en daar mede op zijn vrouw geschoten,- die door een kogel werd gewond. Er ontstond een worsteling tusschen man en vrouw en ter wijl de kinderen van het gezin kwamen toesnellen, schoot T. den revolver heele- maal leeg. Het jongste kind, een jongetje van drie jaar, dat in zijn bedje rechtop was gaan staan, werd door een kogel ge dood en een der andere jongens aan den arm gewond. De kinderen riepen uit het raam om hulp en een buurman drong het huis binnen, waar hij met behulp van de vrouw den man tot bedaren wist te brengen. Verdachte was gedagvaard onder be schuldiging van doodslag en poging tot doodslag. De getuige-deskundige dr. Janssen uit Venray, verklaarde dat verdach te in zijn melancholischen toestand niet toerekenbaar kan worden ge acht voor zijn daden. De man had in den nacht voor het drama voortdurend liggen piekeren over allerlei moeilijkheden, die hij bij zijn werk had. In den ochtend leidde dit tot* de crisis met 't nood lottige gevolg. De melancholische toestand van verdachte is wel te verbeteren, doch kan ook opnieuw optreden. Het O.M., rekening houdend met de ver klaringen van den getuige-deskundige, eischte in zijn requisitoir ontslag van rechtsvervolging, plaatsing in een krank zinnigengesticht en daarna ter beschik king stelling van de regeering voor ver dere verpleging. Op verzoek van den rechtskundigen raadsman van verdachte, besloot de recht bank haar uitspraak te vervroegen en be paalde deze op 27 Juni. Proefvlucht naar Australië slaagde uitstekend P.K.A.F.O. precies volgens dienstregeling te Batavia geland Ook het verdere gedeelte van de retour vlucht van de P.K.—A.F.O. is volgens de ontvangen telegrammen van aankomst- en verfrek-tijden op vlotte wijze verloopen. Het toestel arriveerde Maandag om 13.45 uur te Cloncurrv, vanwaar om 14.15 uur weer werd vertrokken. Om 18.30 werd te Port-Daf\vï'riMgelSfidV' waar werd 'overnacht. Gistermorgen om 7.20 uur vertrokken de vliegers weer en kwamen om 8.45 uur te Koepang aan- Van hier werd om 9.15 uur gestart met bestemming naar Den Passar, waar om 11.55 uur werd geland. Om 12.50 uur werd de reis voortgezet naar Soerabaja, waar het toestel om 13.58 landde. Om 14.30 uur vertrok het toestel voor de laatste étappe naar Batavia, waar het om 16.20 uur op Tjililitan is aangekomen. Plan tot humaniseering van den oorlog Cordell Huil aan 't werk. Naar verluidt werkt Cordell Huil op 't oogenblik een plan tot hu-maniseeren van het oorlogvoeren uit, dat vooral ten doel heeft een einde te maken aan het bombar deeren van dc burgerbevolking uit de lucht. Nadere bijzonderheden worden nog niet medegedeeld. Hoewel hij op het oogenblik nog niet langs diplomatieken weg met de overige mogendheden in contact is getreden, acht men het niet waarschijnlijk, dat Cordell Huil hiermede zal wachten tot de volgen de zitting van het congres. DONDERDAG 23 JUNI. Hilversum I, 1875 en 415,5 m. 8.00—9.15 KRO. 10.00 NCRV. 11.00 KRQ, 2.0012.00 NRCV. 8.009.15 Gramofoonmuziek. 8.20 Berichten. 10.00 Gramofoonmuziek. 10.15 Morgendienst. 10.45 Gramofoonmuziek. 11.30 Godsdienstig halfuur. 12.00 Berichten. 12.15 KRO-Orkest. 12.501.10 Gramofoonmuziek. 2.00 Handwerkuurtje. 3.00 Gramofoonmuziek. 3.45 Bijbellezing. 4.45 Gramofoonmuziek. 5.00 Cursus handenarbeid voor de jèugd. 5.30 Het Apollokwintet. In de pauze: Gramo» foonmuziek. 7.00 Berichten. 7.15 Causerie „De drie groote wereldconferen ties van dezen tijd. 7.458.00 Reportage, eventueel gramofoon muziek. 8.05 Berichten ANP. Herhaling SOS-Berich- ten. 8.15 Gramofoonmuziek. 8.30 Christelijk Radiokoor. In de pauze: Gra mofoonmuziek. 9.00 Reportage. 9.30 Vervolg concert. In de pauze: Gramo foonmuziek. 10.00 Berichten ANP. 10.05 Amsterdamsch Salonórkest. 10.45 Gymnastiekles. 11.00 Vervolg concert. 11.30 Gramofoonmuziek. 11.5012.00 Scnriftlezing. Hilversum II, 301,5 m. AVRO-Uitzending. 8.00 Gramofoonmuziek. 8.30 Berichten. 10.00 Morgenwijding. 10.15 Gramofoonmuziek. 10.30 Omroeporkest en solist. 11.00 Kniples. 11.30 Vervolg concert- 12.30 Ensemble Carel Alberts. 1.15 Orgelspel. 1.30 Vervolg van 12.30. 2.00 Declamatie. 2.20 Kovacs Lajos' orkest, solisten en gramo foonmuziek. 4.00 Voor zieken en thuiszittenden. 4.30 Orgelspel. 4.50 Voor de kinderen. 5.30 Het Kovacs Lajos' orkest en gramofóen- muziek. 6.40 Sportpraatje. 7.00 Kwartetconcert. 7.40 Interview. 8.00 Berichten ANP. 8.10 Het koor „Sursum Corda", m.m.v. solisten. 9.05 Chansons met pianobegéleiding. 9.30 Het Omroeporkest en solisten. 10.15 Gramofoonmuziek. 10.30 Vervolg concert. 11.00 Berichten ANP. Hierna tot 12.00 Gramo foonmuziek. FEUILLETON. Naar het Engelscb 22. Elizabeth voelde zich dan ook >oog9t on aangenaam getroffen door het uiterlijk van den man. Mrs. Warrener redde in zooverre de situa tie, dat zij enkele vriendelijke woorden sprak. Dc koetsier van de taxi, die hen van het station naar „The Grange" had gereden en die natuurlijk niets afwist van de betrekking, die er bestond tusschen beide families, had hen namelijk op de hoogte gebracht van het geen daar pas was voorgevallen. „Ik" ben de nicht van uw moeder, Eleanor Warrener," lichtte zij toe. „Misschien her innert u zich nog wel, dat ik u een paar maanden geleden geschreven heb En dit is uw ander nichtje. Elizabeth Gilchrist, die bij ons woonde zooals ik u toen ook mee deelde." Even richtte Rorke den blik op het jonge meisje, maar hij scheen in het geheel niet verheugd over die verwantschap met haar. „Ik heb zoo juist gehoord van het leed, dat u overkomen is," ging mrs. Warrener V"-"t, „en natuurlijk zouden wij in ieder an der geval op zulk een oo* enblik niet hier gekomen zijn, maar Elizabeth wilde haar zuster halen. U hebt haar telegram toch gekregen Tusschen een stapel ongeopende brieven haalde Rorke een telegram-enveloppe te voorschijn. „Dit heb ik aan Janie jezonden", zei Elizabeth. ..Janie?" herhaalde hg, de wenkbrauwen fronsend. „Ja, mgn zuster heeft u toch wel ver teld...?" „Mij wét verteld? Ik vrees, dat ik u niet goed begrijp. Janie, miss Carleton, is hier enkele maanden in huis geweest voor mijn broertje, die overleden is." Zijn gelaat vertrok zenuwachtig en Eliza beth meende, dat hij gedronken had. Ofschoon ze meelijden met hem voelde, schaamde ze zich tegelijk, dat dit haar neef was, èn de neef van Dick, en ze dacht met ontzet ting, dat haar zuster maanden lang onder hetzelfde dak had gewoond met dien man. Mrs. Warrener lichtte alles toe en deed haar best, de „misleiding" van Janie, wat betreft haar naam, maar zoo licht mogelijk op te vatten. Rorke luisterde, maar gaf geenerlei blijk, hoe hem dit aandeed. Feitelijk kon dit Eliza beth ook niet veel schelen. Haar gedachten gingen enkel uit naar het verlangen, om Janie te zien en haar zoo gauw mogelijk weg te halen uif deze omgeving. Weer vroeg ze naar haar zuster: „We zouden haar graag dadelijk meene men, als u er niet tegen bent?" „Volstrekt niet. Ik zie in, dat dit verre weg het beste is.", antwoordde Rorke oeleefd en zakelijk. Hg riep Minnie naderbij, die Elizabeth naar boven geleidde. Janie zat in een laag stoeltje bij het ven ster, met de handen lusteloos in den schoot gevouwen, naar den bewolkten herfsthemel te turen. Ze scheen niets te hebben gehoord van de naderbij komende voetstappen en wendde niet eens het hoofd om, toen de deur openging. Zachtjes trad Elizabeth naar haar toe en riep: „Janie!" Zij schrikte, stond op, moest zich even aan haar stoel vasthouden en viel het volgend oogenblik snikken in de armen van haar zuster: „Waarom spreekt je geen ernstige verma ning uit, Koningin Elizabrth, of laat je een streng: „Heb ik 't je niet gezegd hooren?" zei e eindelijk, nadat ze met afgebroken zinnetjes haar wedervaren had verteld. Vol teederheid het lokkige haar van haar zuster streelend antwoordde Bess: „Doe je best, maar zoo weinig mogelijk aan heel deze episode te denken. We zullen er je bij helpen, om alles zoo gauw mogelijk te vergeten!" Maar Janie bleef snikken, maar haar ge zichtje in de kussens van den stoel verbor gen, troostend ging Bess voort: „We zijn je komen halen, om je naar huis te brengen". „Naar huis?..." „Ja, naar het huis van mrs. Warrener" artwoordde Bess met lieflijken blos. „Ik heb je immers verteld, dat dit ook mijn huis wordt, omdat het... Dick z'n huis is?" Janie keek eerst naar het gelaat en toen naar de hand van haar zuster, waaraan een ring prijkte. Een glimlach verhelderde haar oog „Je herinnert je toch, dat ik wel dadelijk gezegd heb, dat hg een charmant jong mensch was?" „Ja, dat heb ik nu leeren inzienO, kindje, hoe verschillend is het leven voor ons geweest! Ik in dat gelukkige, vriende lijke interieur en met Dick, en jij hier in dat verschrikkelijke huis met die onmogelijke menschen!" Janie bukte zich, om haar zakdoek op te rapen en antwoordde zachtjes: „Zóó erg was het niet! Ik ben hier niet altijd ongelukkig geweest. En... ze... waren niet altijd zoo „onmogelijk"!" „Nu, daar ben ik blij om," antwoordde Elizabeth, echter niet al te zeer overtuigd. „Maar het eind is toch wel verschrikkelijk geweest en daarom Verlangen we er allen evenzeer naar. om je hier weg te krijgen." „Nu dadelijk?... Vandaag al?" „Ja, zeker. Zoodra je koffers maar gepakt kunnen zijn. Daar zie je zelf nu tegen op, omdat je je nog zoo zwak en ellendig voelt; maar zoodra je hier maar uit huis bent, zul len we de reis zoo langzaam en zoo gemak kelijk mogelijk inrichten. Hier zou je nooit beter worden in die nare atmosfeer en om ringd door die afschuwelijke herinneringen!' „Maar, Betty!.. Juist omdat het hier zoo ellendig voor hen is, kan ik toch niet op staanden voet weggaan?" „Maar hoe kan je er nu blijven? Je kleine Charlie is er niet meer; mr. George Gil christ is stervende; zijn vrouw zal naar een gesticht vervoerd worden. Rorke Gilchrist is er dus binnenkort alleen. Je kunt toch niet in zijn huis blijven wonen? Dat ziet hij heel goed in. Hij zei zelf, dat het 't beste was, hoe je zoo gauw mogelijk hier wegging." „Heeft Rorke dat gezegd?" „Natuurlijk. Iedereen begrijpt dat. Dood jammer, dat je hier ooit gekomen bent!" „Neen, dat moet je niet zeggen. Ik heb 't er niet altijd zoo naar gehad. Ik ben er wel degelijk gelukkig geweest en ik heb ze gelukkig gemaakt ook". Elizabeth liet haar uitsnikken. Zij meende, dat Janie dacht aan den zonneschijn, dien zij gebracht had in het leven van het kleine neefje en die voldoening wilde se haar niet benemen. Intusschen begon zij zelve pracn- tisch aanstalten te maken voor het vertrek. Toen Janie een paar minuten later op keek, zag zij tot haar verrassing, dat haar zuster al druk bezig was, den inhouden van de laden en planken in de kast in haar koffer te pakken. Dit beduidde dus het eind van alles! En Rorke liet haar maar zóó vertrekken; hg meende, dat het ook 't beste was. hoe zij en wel liefst zoo gauw mogelijk het huis verliet. Wat beteekent dit?... Gaf hij dan In het geheel niet om haar? Was het alles een droom geweest dat gesprek in den mane schijn...? Waarom had hij dan geen enkel teeken van leven gegeven, tervtfl zij ziek lag?... Ze had gemeend, dat hg wachtte, tot ze wèl genoeg was geweest, om met haar te praten, want het was toch altijd gemak kelijker, om mondeling dan schriftelijk som mige dingen uit te spreken. Maar nu was het huis vol menschen, die Warrenners met Betty, en die haar wilden meenemen naar een plaats, waar zij heelemaal niet verlangde te zijn. Nu kon zij geen onderhoud meer met hem hebben... Onverbiddelijk werd ze uit zgn leven ge*» voerd en hij... liet haar gaan! Een droefheid, waar al het geledene niets bij was, vervulde haar het hart. Zg was die laatste verschrikkelijke dagen aanmerkelijk ouder geworden; was niet meer, het zorge- looze, onverantwoordelijke jonge ding, zooals ze op „The Grange" gekomen was. Ondanks al zgn fouten was Rorke de man, dien zg lief gekregen had en nu... had hij ineens het hart voor haar gesloten. Hij „vond het maar het beste, dat zij uit zijn huis wegging, en liefst zoo gauw mogelijk!" Het pakken ging meedoogenloos voort; de laatste koffer stond al igna klaar. Janie stelde geenerlei pogingen in het werk, om de behulpzame hand te bieden. Minnie, met een gezicht kis een vraagtee- ken, bracht een blad met eenige ververschin- gen boven, maar Janie kon niets doorkrijgen. Ze zat er zwijgend en wanhopig bij, steeds peinzende, of ze toch geen kans zou zien, om enkele woorden te wisselen met Rorke. Daar hoorde ze een krachtigen tred ln de gang en een oogenblik hoopte ze... Maar hét was slechts Dick Warrener, die was komen kijken, of ze al klaar waren. Hij was heel goedig en vriendelijk en tn stilte begaan met de droevige verandering, die er had plaats gehad in het uiterlijk van het aardige, vroo- lijke meisje, dat hij indertijd aan het hek had zien staan, toen Elizabeth zich bij zijn moeder iiï? Hij llieIp haar n» op broeder- Ike wijze de gang door, naar beneden. Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1938 | | pagina 7