RADIO
r
We zoeken een huis
1!)"
Overkomst van de familie uit Holland
Brieven uit Zuid-Afrika
Worden emigratiekansen
minder 1
XL
Door wijziging in het plan wordt de bouw
van de Town hall in Benoni geheel onver
wachts stopgezet en er gaan ook geruchten,
dat de aannemer niet aan zijn financieele ver
plichtingen kan voldoen.
Hoe het ook zij, wg worden allen voor een
week of 14 dagen naar huis gezonden en be-
aluiten dus maar een andere job te zoeken,
want „time is money". En vooral in dit land.
Wij nemen den trein naar Brakpan, daar
In Benoni niet veel kans voor ons blijkt te
Zijn.
Ik ben gelukkig en krgg werk aan een
groot flatgebouw. Mijn vriend moet nog een
paar dagen wachten, wat hem niet aanstaat,
Hij zegt dan ook: ,ik ga naar Vereeniging,
daar is naar ik hoor goede kans voor langen
tijd". Hier scheiden dus onze wegen na langen
tijd samen te hebben gewerkt, want na mijn
idee geeft dat steeds verhuizen toch geen
bijzondere voordeelen en hangt alles van het
geluk af, tevens raakt men ook nergens thuis
en bekend.
Den volgenden dag komt mijn vriend uit
Vereeniging terug en vertrekt uit het boar-
dinghouse, want Vereeniging is 60 mijl van
Benoni verwijderd.
Zoo zit ik dan 's avonds geheel alleen op
mijn kamer en dat is niet zoo gezellig, want
de Engelsche boarders die daar zijn zie ik
alleen maar aan tafel en ze begroeten je met
een bescheiden knikje en praten slechts
weinig.
Het zijn meest „mijners" uit de goudmijn
en ze komen ook zeer ongeregeld thuis. Soms
is het nacht- en Zondagsdienst.
Tot mijn groote verbazing ontmoet ik op
Brakpan na een paar dagen een kennis van
mij en na eenig praten zegt hij. ,,ik kom je
wel eens opzoeken per motorfiets, want ik
verblijf nog in Benoni en ga met een weekly
ticket per trein heen en weer."
Wij spreken af, dat als er plaats komt in
ajjn boardinghouse, ik ook daareen zal komen.
Niet lang duurt het of op een avond komt
hij mij halen om kennis te maken in zijn
verblijf en ga ik dus op de duo met hem mee.
Daar ik minstens een week vooruit moet
opzeggen, gaat er nog een week voorbij en
vertrek ik dus weer naar een nieuw tehuis
in Brakpan.
Het is ongeveer zoo'n zelfde plaats als
Benoni, doch niet zoo mooi van beplantingen,
enz. Ik ben nu met drie Hollanders in een
boardinghouse en heb dus weer meer aan
spraak. 's Avonds luisteren wij naar de radio,
waar wij heel goed Holland op krijgen en
wij hooren duidelijk het verslag van Han Hol
lander over de match Oost- en West-Europa.
Nu doe ik echter weer een verbazingwek
kende ontdekking. Zooals altijd krijg ik nu
ook weer 's Maandags een brief van mijn
vrouw en kinderen uit Holland en lees achter
op het couvert: aan boord s.s. „Duilio".
Ik moest het nog eens lezen voor ik mijn
oogen kon gelooven, want zij had nog pas
geschreven, dat er nog te veel moeilijkheden
in den weg stonden om te kunnen vertrekken
en het nog wel wat zou duren.
Nu dan, er stond in, dat zij over 14 dagen
voor mij zou staan en ik dus maar voor
bereidingen moest treffen voor huisvesting,
enz.
De vreugde was natuurlijk niet gering,
maar het kwam zoo onverwachts en hoe zij
zoo vlug alles voor elkaar had gekregen was
mg onbegrijpelijk, vooral het financieele ge
deelte was nog wat zwaar, na mgn kort ver-
h'g'f.
Nu een. huis zoeken in een voor mg nog
vreemde plaats en na beëindiging van de
dagtaakdat valt niet mee.
Het lukt m\j niet erg een huis te krijgen,
want het een is vuil of niet zuiver, het andere
komt over een maand pas leeg, enz.
Zondags ga ik maar naar Benoni naar mijn
oude adres en huur daar twee gemeubileerde
kamers voor 7.10,per maand. We hebben
dus een dak boven het hoofd als zij komen.
Inmiddels spreek ik weer op Brakpan een
Hollander die naar Klerksdorp vertrekt en
deze wil graag, dat ik de huur van hem over
neem, daar hg anders een maand extra moet
betalen.
Na het huis gezien te hebben staat dit mij
best aan en wordt na overleg met den eige
naar het contract overgenomen. Ik schrijf
naar Benoni dat ik er vanaf zie indien dit
mogelijk is en dat lukt.
Ik krijg het nu druk want er moet natuur
lijk in eerste instantie voor slapen, zitplaatsen
en eetgerei gezorgd worden.
Ik besluit slechts het noodzakelijkste aan te
schaffen en de rest moet dan later mijn echt-
genoote zelf maar kiezen.
Een kaffermeid heb ik maar overgenomen
en ik geef haar opdracht het noodige te doen
en oog op de mooie bloementuin en het huis
te houden. Zondag 11 April 1937 krijg ik een
telegram, de 10de in Kaapstad gearriveerd.
Maandag 12 April 6 uur n.m. in Johannes-
burg.
Groote blijdschap natuurlijk en ik zend
gauw bericht, dat ik Maandag niet werk, doch
naar Johannesburg ga om mijn gezin te halen.
In Johannesburg zoek ik op 't station steeds
naar mgn vriend uit Vereeniging, wiens vrouw
ook gelijk komt, doch ontdek hem niet. Ik be
grijp er niets van, doch later is mij gebleken,
dat die trein Vereeniging passeert en het was
voor hem dus veel makkelijker daar te wach
ten en zijn vrouw te verrassen die nog niet
kon weten dat hij daar was.
Eindelijk rolt de trein binnen en zie ik in de
vaart direct al de coupé, waar mijn familie
zich ophoudt, voorbijflitsen Dat was een
vreugdevol wederzien en vragen en antwoor
den niet te kort natuurlijk.
Wij blijven op het perron, want over een
uur vertrekt de trein naar Brakpan en in den
avond nog eerst Joburg in te gaan is niet de
moeite waard, want er moet thuis nog veel
geregeld worden.
Wg hebben het zoo druk met onze gesprek
ken, dat wg even later zonder kaartjes in den
trein zitten, daar ik zelf alleen een retour
heb genomen, doch de conducteur maakt dit
in orde.
Bij aankomst in Brakpan staat de auto
van het boardinghouse gereed en worden wij
genoodigd daar te gaan eten. Nu, dat is een
meevallertje en 't bespaart mijn vrouw werk
en wij kunnen na het eten rustig thuis gaan
zitten.
Mijn vrouw en jongens blijken een prettige
reis te hebben gehad en een zeer mooie boot
van een Italiaansche maatschappij waarmede
zij uit Marseille zijn vertrokken en dus maar
14 dagen zeereis hebben gehad.
Na het eten gaan wij huiswaarts en zullen
wij de nieuwe woning eens gaan bekijken.
Het is een mooi huis en nog nieuw. Het doet
6.10 in de maand. Daarvoor hebben wij:
een diningroom, een bedroom, een keuken
met fornuis, een W.C., bathroom, pentry, een
mooie waranda, warm en koud stroomend
water, een garage en groote tuin rondom het
huis.
Het huis is niet groot van afmeting en één
slaapkamer is wel wat weinig, maar voorloo-
pig kunnen wij ons redden en dat is de
hoofdzaak.
Na lang praten wordt het natuurlijk laat
e<"* wij ons ter ruste begeven en daar ik nog
geen keus in ledikanten heb gemaakt, worden
de matrassen op den grond uitgelegd en hou
den wij ons dus maar laag bij den grond.
Het is natuurlijk ongezellig zoo'n kaal huis
en wij besluiten om zoo spoedig mogelijk de
zaak aan te kleeden.
Toch is alles vreemd voor de Hollandsche
vrouw in huis, geen behang op de muur, wit
gepleisterde muren, welke met koudwater-
verf een kleurtje krijgen onder de schilde-
rijenlijst, welke op de hoogte der deurkozijnen
rond de muur zijn getimmerd en waarlangs
men met haakjes de schilderijen kan ophan
gen, vloeren kaal en in de was gewreven,
nergens geen dorpels onder de deuren, zoo
dat men het vuil en stof zoo door alle kamers
naar buien kan vegen. Het plaveisel op de
waranda's is meestal in gekleurd cement in
tegelvorm gemaakt en wordt ook glimmend
IHOI*
MET VASTE HAND IN DEN WINDI
in de was gehouden evenals de raamdorpels.
Men zal zeggen, dit is nogal veel en zwaar
werk voor de huisvrouw, doch dit is altijd
het werk van een kafferme'd, die voor weinig
geld zulke baantjes allemaal waarnemen.
Den volgenden dag ga ik weer naar mijn
werk en hoor 's avonds al de belevenissen
van mijn vrouw, de melkboy verstaat zij niet
en hij haar niet en in de winkel wgst zij de
artikelen die zij wil hebben, maar aan, want
van verstaan of begrijpen is weinig kans.
Zoo kan men ook nagaan, dat al kan men
een weinig Engelsch het den eersten tijd voor
een man op het werk ook lang niet meevalt
als men een opdracht krijgt het een of ander
te maken of dergelijke.
Zaterdagsmiddags gaan wij samen inkoo-
pen doen, daar na werktijd in de week de
winkels om 6 uur dicht zijn. Nu gaat het wel
beter, doch mijn vrouw wenscht ook een
vuilnisblik te koopen en hiervan weet ik ge
heel geen naam te geven. Als je het niet met
woorden kunt zeggen moet je het maar met
gebaren en demonstreeren doen en aanvullen
met woorden.
Ik buk mij dus naar de vloer en zeg: I
want een tin for to take the dust from the
floor you see and take it with the brush from
the floor on the tin.
PROGRAMMA
ZONDAG 7 AUGUSTUS 1938.
Hilversum I, 1875 en 415.5 m.
8.55 VARA. 12.00 AVRO. 5.00 VARA.
6.30 VPRO. 8.00—12.00 AVRO.
8.55 Gramofoonmuziek.
9.00 Berichten.
9.05 Tuinbouwpraatje.
9.30 Gramofoonmuziek.
10.00 Filmuitzending.
10.39 Berichten.
10.40 Declamatie. In de pauze; Gramofoon
muziek.
11.00 Esmaralda-Septet.
11.30 Arbeiderszanver. „Morgenrood" en
Gramofoonmuziek.
12.00 Het woord van de week.
12,05 Gramofoonmuziek.
12.15 Het Kovacs Lajos orkest.
12.45 Orgelspel.
1.05 Kovacs Lajos orkest.
1.30 Causerie „Wat Indië leest".
1.50 Gramofoonmuziek.
2.00 Boekbespreking.
2.30 Pianovoordracht.
Doch zij begrijpen ons niet en den volgen
den dag heb ik er zelf maar een gemaakt
van een leeg benzineblik. Later lees ik vóór
een winkelraam op een vuilnisblik, dustpan
als benaming en zoo leert men iederen dag
wat.
Langzaam aan wordt het nu beter en met
de meubelen ging het zelfs veel beter; dit
was makkelijker aan te wijzen en kende ik al
verscheidene benamingen, alhoewel wg later
gezien wel wat duur betaald hebben door on
bekendheid met deze prijzen.
Na al deze moeilijkheden te hebben over
wonnen zaten wij dan den volgenden week in
een gemeubeld huis en kwam er dus meer
gezelligheid en aanzien in huis.
Volgende brief zal ik dan schrijven hoe het
verder gaat met werk zoeken voor mijn oud
sten zoon en een school voor mijn jongste.
Dit kan ik nog melden, dat op het oogen-
blik, al gaat het ons nog goed, de kansen voor
emigranten sterk aan het verminderen zijn en
de werkgelegenheid niet zoo gunstig is als
voorheen. De couranten voorspellen evenwel
weer een spoedige opleving.
J. v. W.
3.00 Residentie-orkest en soliste. In de pauze:
Gramofoonmuziek.
4.30 Sportreportage.
5.00 Gramofoonmuziek.
6.00 Sportpraatje.
6.15 Berichten ANP., Gramofoonmuziek.
6.30 Nederduitsch Hervormde Kerkdienst.
7.30 Gramofoonmuziek.
7.40 Causerie „Vrucht dragen".
8.00 Berichten ANP., mededeelingen.
8.15 Residentie-orkest en soliste.
9.30 AVRO-Musette-ensemble en solist.
10.00 Radiotooneel.
11.00 Berichten ANP. Hierna tot 12.00 uur
Dansmuziek (Gr.pl.).
Hilversum II. 301.5 m.
8.30 NCRV. 9.30 KRO. 5.00 NCRV.
7.45—11.00 KRO.
8.30 Morgenwijding.
9.30 Gramfooonmuziek.
10.00 H. Mis.
12.15 KRO-orkest (Opn.). (Van 1.00—1.20
Boekbespreking)
2.00 Reportage.
2.15 KRO-Melodisten en solist (Opn.).
3.25 Gramofoonmuziek.
4,00 Lof.
4.555.00 Gramofoonmuziek.
5.05 Gereformeerde Kerkdienst. Hierna tot
7.45 Gewgde muziek (Gr.pl.).
7.50 Causerie „Bestrijding der jeugdwerkloos
heid' in 1937".
8.10 Berichten ANP. Mededeelingen.
8.25 Gramofoonmuziek.
8.30 Koninklijke Militaire Kapel,
9.00 Radiotooneel.
9.15 Vervolg concert.
9.45 Gramofoonmuziek.
10.30 Berichten ANP.
10.4011.00 Epiloog.
MAANDAG 8 AUGUSTUS 1938.
Hilversum I, 1875 en 415.5 m, 4:..vv,
AVRO.
Is een
s loi
[t sfati
Algemeen Programma, verzorgd door dfijand
Jt,l. T.
8.00 Gramofoonmuziek. (Om 8.30 Ber.)'.
10.00 Morgenwijding.
10.15 Gramofoonmuziek.
10.30 Aeolian-orkest (opn.)'.
11.15 Orgel en viool.
12.00 „The Romancers". Om 12.15 Berichte» et Ja
(Van 12.451 Gramofoonplaten).
2.00 Zang en Piano.
2.30 Kovacs Lajos orkest, v"
3.15 Reportage.
3.40 Ensemble Jettyy Cantor.
4.30 Causerie „Music-Hall" (met gr.pl.)'.
5.30 Orgelspel.
5.45 Ensemble Jetty Cantor.
6.30 Gramofoonplaten. (Met inleiding)'*
7.00 Imre Magyari's orkest.
7.30 Declamatie.
8.00 Berichten ANP. Mededeelingen.
8.15 Gramofoonmuziek.
9.00 Zang en piano.
9.20 Het Kovacs Lajos orkest en solisten,
10.40 Sportreportage.
11.00 Berichten ANP.
11.05 Todose Uiescu's orkest.
11.3012.00 Alfredo ySpezialietti's orkest.
NCRV-U i tzendi n g.
Hilversum II, 301.5 m.
Ird. T'
lid. E<
ferm t
ie, da
6 At
ks hei
Ie zc
ond
et Ri
Gelui.
Li t\
;het
troi
Jet g
w,gi
m\e
te d
ke
ivjetU
8.00 Schriftlezing, meditatie.
8.15 Gramofoonmuziek. (9.309.45
wenschen). __.m .y,
10.30 Morgendienst. Jj
11.00 Christelijke lectuur. ye s
11.30 Gramofoonmuziek. (12.00—12.15 Ber.Jflir,
12.50 Reportage. ij rf
1.20 Orgelconcert.
2.20 Gramofoonmuziek.
2.25 Zang en piano.
3.25 Gramofoonmuziek.
3.45 Bijbellezing.
4.45 Gramofoonmuziek.
5.15 Kinderuur.
6.15 Gramofoonmuziek.
6.30 Vragenuur. (7.007.15 Ber.)'.
7.458.00 Reportage, event. gramofoonpl,
805 Berichten ANP. Herhaling SOS-Ber4
8.15 Reportage (opn.).
8.40 Arnhemsche orkestvereeniging.
9.00 Causerie „Hoe leven jonge mensch(
alleen in Amerika?"
9.30 Vervolg concert. (10.00—10.05 Berichte)
ANP).
10.30 Gramofoonmuziek, ca. 11.5012.00
Schriftlezing.
p h
icon
i] h(
kin,
c j(
vat
tg
terug. Maar de baby was al drie maandefcgde
oud, toen ze voor het eerst weer op haar voe
ten kon staan en een kleine wandeliii| let
maakte in den Juni zonneschijn.
Haar schoonmoeder begon alle geduld mdjhei
haar te verliezen en nam haar eens onder
handen.
„Je doet je plicht niet; je probeert het
eens," klonk haar verwijt. „Als je maar
wild had, was je al lang geleden weer h<
maal beter geweest. Een jonge vrouw
jouw leeftijd!"
Van haar leeftijd! Haar eenentwintig,
verjaardag kwam en ze kreeg van Ivor pajjj,
reis, zooals ze vroeger nooit gedroomd had tift'
zullen bezitten. Ze glimlachte en bedanktflL])
hem, maar in haar hart huiverde ze; de
reis schenen haar den prijs toe voor hi
zelf.
Een stijve nurse was de zorg opgedrat,
voor Ivor's stamhouder en de trouwe R(
waakte nog steeds over Rollo en diens e.'
pades. Voor Molly bleef niets te doen bei-
halve den plicht, waarover Ivor's moedejüri
haar onderhouden had.
En langzamerhand werd ze weer gezoni
genoeg om die plicht te vervullen en zooQf
gaarne had ze dit nog willen uitstellen. Z«ö
had het huis Aubreystone een stamhouder!
gegeven. Hij werd beschouwd als iets zoo
kostbaar, dat ze hem nauwelijks durfde bev
'schouwen als haar eigen kind. Maar één zoor.
was niet geftoeg. Iederen dag zooals Ladr®cl
Aubreystone herhaaldelijk zei stierven Ensr..
gelsche mannen op de slagvelden. Ook kleiffC J
kinderen stierven zelfs de gezondste erf
best verzorgde. En het zou wel eens kunnffj
zijn dat dit kind Vivian. zooals hij
noemd was, naar wijlen Lord Aubreystone -ff''
niet lang genoeg leefde om voor een nage»!c
slacht te zorgen. Zijzelf had vier zonen hb44J
leven geschonken en een er van was nu noq
maar in leven. En zoo trachtte de oude dar
er haar maar steeds weer van te overtuige
dat ze zich uit pure zelfzucht achter lichai
lijke zwakheid verborg.
(Wordt vervolgd.)
T E U I L L E T O N.
ETHEl M. DELL
Ze was dankbaar, dat men haar toestond
zooveel tijd door te brengen in gezelschap
van haar vroolgken jongen en ze had er zoo'n
vermoeden van dat dit kon gebeuren omdat
haai- man er bij zijn moeder en zuster op had
aangedrongen. Hij wilde dat ze zich gelukkig
zou voelen, vooral nu daar zooveel van afhing
Misschien had de dokter, die hem van de op
handen zijnde gebeurtenis op de hoogte had
gebracht, hem in die richting een wenk ge
geven. Men moest haar zooveel mogelijk spa
ren; geen zorgen mochten haar drukken. De
tijden waren angstig voor iedereen, maar men
moest zooveel mogelijk trachten haar af te
leiden, opdat ze zich niet te veel in alle ellen
de rondom zou verdiepen.
Haar schoonmoeder vond dat ze zich ge
lukkig mocht achten dat haar man in Enge
land was en, hoewel hij steeds in Londen ver
toefde, eiken Zaterdag en Zondag bij haar
kon komen. Maar dit maakte weinig indruk
op Molly; ze voelde zich verre van goed en
was zeer terneer gedrukt. Ze zag verschrik
kelijk op tegen de komst van dit kind. Hoe
geheel anders was alles geweest toen ze Rollo
verwachtte! Hij was gekomen als een troost
en een steun temidden van haar smart hij
was haar eerstgeborene Roy's eigen kind.
Maar nu had ze het gevoel, dat dit kindje,
dat in haar groeide, heelemaal niet bij haar
behoorde. En ze werd zich al pijnlijker bewust
dat ze het niet wenschte. Alleen Rollo wilde
ze.
Dit tweede huwelijk voelde ze als een smet
op haar leven. Toen ze nog alleen was, was
het denken aan Ronald haar zoo dierbaar ge
worden; nu kwam het haar voor, dat ze zijn
nagedachtenis bezoedeld had. Ze had den tem
pel ontheiligd, binnen welks muren ze eens
zoo gaarne toefde en waarvan de poorten nu
voorgoed voor haar gesloten waren. Het me
daillon had ze weggeborgen; ze kon het niet
langer verdragen er naar te kijken. Maar
steeds oplettend speurde ze in Rollo naar ge
lijkenissen met zijn vader. Ze wilde dat haar
kind zou zijn als hij. En ze vroeg zich af wat
de toekomst wel voor hem verborgen hield en
met een huivering bedacht ze, dat zij dat mis
schien niet meer weten zou
Want Molly had een gevoel dat ze heel ziek
zou worden misschien zou ze wel nooit
meer beter worden. Mogelijk zou ze met haar
leven moeten boeten voor het feit, dat ze met
een man getrouwd was. dien ze niet beminde.
Maar ze wilde nog niet sterven om Rollo
niet! Dan zou ze hem moeten achterlaten bij
vreemden, die niets om hem gaven. Ivor zou
zijn woord gestand doen en hem een goede
opvoeding geven, maar haar kind zou niet
omringd zijn van liefderijke zorgen. Ze res-
specteerde Ivor. Hij was eerlijk en recht
vaardig eri steejls vriendelijk voor haar. Op
zijn weinig demonstratieve wijze hield hij van
haar en zoo vaak hij maar kon legde hij be
slag op haar te vaak soms. Hij was blij
met het vooruitzicht op een erfgenaam en ze
voelde hoe haar waarde hierdoor steeg. Hij
gaf haar geschenken en deed wat hij maar
kon om haar de lange maanden van wachten
zoo aangenaam mogelijk te maken. Hij was
steeds vol zorg en trachtte haar te overtui
gen van het groote geluk, dat haar te wach
ten stond.
Ze was hem dankbaar voor dit alles en
toonde dit ook. Maar ze kon onmogelijk een
liefde of genegenheid voor hem veinzen, die
ze niet bezat en het eenige wat ze kon doen
was het voor hem te verbergen hoe zijn aan
wezigheid haar drukte en hoe groot het ge
voel van verlichting was als hij weer naar
Londen terug ging.
Eindelijk, in het laatst van den winter en
veel vroeger dan ze verwacht had, werd ze
uit haar indolentie opgeschrikt en begon voor
haar een hel van pijnen en een wanhopigen
strijd om haar leven.
Die strijd scheen eindeloos te duren da
gen en nachten achtereen was ze ten prooi
aan de heftigste folteringen. Toen Rollo ter
wereld kwam, was alles heel anders geweest,
maar nu hadden de ellende en de tweestrijd
van den laatsten tijd haar volkomen uitge
put en ze leed ondragelijk. Vaak riep ze in
die uren van doodsnood om Ronald, haar ge
liefde en ze smeekte hem haar te vergeven.
Maar nooit kwam er een antwoord; de poor
ten waren voorgoed voor haar gesloten.
Er scheen geen einde aan te komen; uren
achtereen leed ze de ondragelijkste pijnen.
Eindelijk sloot zich barmhartig een dichte
duisternis over haar en verzonk ze in een
diepe bewusteloosheid.
Toen ze eindelijk ontwaakte, staarde ze
verbaasd om zich heen. De pijn was weg.
maar ze voelde zich zoo uitgeput, dat ze zich
ternauwernood kon bewegen.
Iemand boog zich over haar heen en na
eenige moeite herkende ze Ivor, die haar
vriendelijk toelachte. Ze keek hem vragend
aan. Het was alsof ze van een lange, lange
reis teruggekeerd was. Waarom lachte hij te
gen haai Voor zoover ze zich kon herinne
ren deed hij zooals nooit zonder reden. Hij
scheen werkelijk zeer verheugd met haar en
toch wist ze niets anders dan dat ze wan
hopig zwak was. Hij zei iets tegen haar, maar
het suisde zoo in haar ooren. dat ze hem niet
kon verstaan. En vaag wenschte ze dat hij
maar heen zou gaan.
En toen, na een poos, ontdekte ze dat er
nog iemand aan haar bed stond.
De harde stem van haar schoonmoeder
klonk tot haar door.
„Zoo, dat is beter. Eindelijk ben je weer
tot bewustzijn teruggekeerd. Je behoeft niet
bang meer te zijn, alles is nu in orde. Mijn
lieve, ik wensch je geluk met de geboorte van
je zoon."
Haar zoon! Molly's lippen bewogen zich;
ze trachtte te spreken. Maar de oude Lady
Aubreystone. die op haar ietwat grimmige
manier ook al tegen haar lachte, vervolgde:
„Je zoon, mijn beste! Ja. het is eindelijk ge
lukt. Ik ben er van harte blij om. Zuster,
breng de baby eens hier!"
Na een oogenblik boog de oude dame zich
naar Molly over, een klein bundeltje in haar
armen.
„Alleen maar even kijken, meer niet! En
vooral heel stil blijven liggen. Goeie hemel!
Ik heb er nooit zooveel drukte van gemaakt.
Maar de vrouwen van tegenwoordig zgn niets
meer waard. Nu, bekijk hem maar eens goed.
Hij is wel erg klein, maar gezond! Nog eens.
ik wensch je geluk en ik hoop dat hij de
eerste van velen zal zijn."
Molly staarde verschrikt naar het kind.
Was dat haar zoon? Van haar en Ivor? Ze
wendde haar blik af van het rimpelige ge
zichtje en ze kreunde:
„Oh, nee nee nooit weer! Dat niet
nog eens! Neem hem weg! Ik wil alleen mijn
kleine Rollo hebben!"
„Wie heeft er ooit zooiets gehoord!" riep
Lady Aubreystone uit in groote verbazing.
Dat waren de laatste woorden, die tot
Molly doordrongen. Want opnieuw verzonk
ze in die diepe, diepe duisternis, vanwaar
noch haar jonggeborene, noch haar dierbare
Rollo haar kon terugroepen. En in die duis
ternis lag ze voor heel langen tijd.
HOOFDSTUK IX.
De tweede Gebeurtenis.
Die kreet Oh, nee nooit meer!" was
nog vele malen op Molly's lippen gedurende
deze tweede periode, dat ze buiten kennis
was.
Maar toen ten langen leste haar jeugd zege
vierde en ze weer tot bewustzijn kwam, sprak
ze deze woorden niet meer uit. Waartoe dien
de het, zich tegen het noodlot te verzetten.
En ze keerde tot het leven terug, een
oude, gebroken vrouw met het lichaam van
een jong meisje. De strijd was voorbij en ze
was overwonnen. Als men haar geluk wensch
te, glimlachte ze. Als ze de kleine Aubreys
tone aan haar borst hield, voedde ze hem
plichtmatig. Als Ivor kwam. haar in zijn ar
men nam en haar een gelukkige toekomst
schilderde, sprak ze niet tegen.
Heel, heel langzaam keerden haar krachten