De hoedenspeld weer in eere
Bont
weelde
Bloempotjes en kaasbolletjes
op ons hoofd
I
Wie krijgt altijd gelijk
de Modiste!
Koude dagen en
toch sla
Zaterdag 1 October 1938Vierde blad
Het elegante hoedje
past uitstekend bij de
even elegante cape van
persianer. Een heerlijk
MET ZOO'N RAGEBOL
HEB JE NIETS AAN EEN MO
DERNEN HOED! WANT DEZE
LAAT HET KAPSEL VRIJ EN
IIET IS DUS ZAAK, HET HAAR
KEURIG TE VERZORGEN. OOK
IIET GELAAT WORDT TEGEN
WOORDIG NIET MEER VERBOR
GEN ONDER EEN BREEDEN
IIOEDRAND. DUS HET GEZICHT
KRIJGT, VóóR DE MIDDAGWAN
DELING, EEN ÉXTRA BEURT!
Als Moeders haarknoedeltje
MOOIUIT EEN DOOSJE
ER was zonder twijfel een zekere ongerustheid in den toon,
waarop den modistes in deze weken zeer uiteenloopende vra
gen gedaan werden:
Zijn uw nieuwe hoeden op hoog-opgemaakte kapsels berekend?
Ik draag mijn haren bijna plat en ik ben niet van plan daarin veran
dering te brengen.
Zijn uw nieuwe hoeden vooral voor „lage" kapsels geschikt? Ik'
was juist van plan mijn haar dezen herfst wat „hooger" te dragen en
ik ben niet van zins van mijn voornemen afstand te doen.
Waarop de modistes de machtige vrouwen, die een ongebrei-
dQlde verbeelding, feeënvingers en dictatoriale neigingen bezitten
zich gehaast hebben aan alle ongerustheid een einde te maken.
komst. Zijn die er? Zeer zeker. Er is, ook
in de hoedenmode van dezen herfst, een
bepaalde tendenz, een algemecne lijn, die
door alle modistes met kleinere of grootere
afwijkingen gevolgd wordt. Karakteristiek
voor de nieuwe hoeden is dat ze bijna alle
een groot deel van den schedel vrijlaten. Er
blijft dus flink wat haar onbedekt en het
wordt derhalve zaak aan het kapsel de noo-
dige aandacht te wijden. Omdat slechts een
klein deel van den hoed met het hoofd in
aanraking komt, zijn bijna alle hoofddek
sels van een „anker" voorzien. Dat anker
bestaat uit een lint of een elastiek, dat den
hoed belet bij den minsten windstoot liet
hazenpad te kiezen en dat dus onmogelijk
gemist worden kan.
De hoeden, die overdag gedragen worden
voor sport, wandeling, reis, hebben een
„stijging" ondergaan; ze zijn wel een hand
lengte hoog. Prachtig voor kleine vrouw
tjes, maar minder aangenaam voor haar,
die tot de familie van de steltloopers bchoo-
ren. De laatsten moeten maar modellen kie
zen, die er minder onbeschaamd-lioog uit
zien.
Tal van modellen.
De vormen zijn even veelvuldig als
die van de schelpen aan de zeekust.
Daar is de bloempot-hoed met om
gekrulde breede randen, de fez, de
hoed, die op staanden voet aan het
„kaasbolletje" van uw echtvriend
deiikcn doet, de hoed,, die een zwak-
_ke imitatie van den Mexicaanschen
„sombrero" is, de baret van vilt en
fluweel, de hoeden, die op trom
mels, op ineengeschoven driehoeken
en op suikerbrooden lijken.
Talrijke hoeden ontblooten het gcheelc
voorhoofd;' wie zorgenrimpels in de voor-
hoofdsvlakte trekt mag zich er wel op toe
leggen vroolijke luchtige zonnige gedach
ten te kweeken; anders moet zij al die hoe
den onaangeraakt laten en dat zou waar
lijk jammer zijn.
Verplaatsbare garneering.
De meeste hoeden zijn overvloedig gegar
neerd. Bloemen, veeren, geheele vogels,
voiles en sluiertjes, lederen incrustaties en
bontversieringen zijn te kust en te keur ge
bruikt. Sommige hoeden zijn van koordor-
namenten voorzien, andere van'insignes, die
al of niet een symbolische beteekenis be
zitten. In dit opzicht is elke fantasie geoor
loofd. De draagster is zelfs vrij de versie
ringen van haar hoed te verhuizen. Kleine
kleurige vogeltjes bij voorbeeld kunnen on
der de beweeglijke ornamenten gerang
schikt worden; zij kunnen links en rechts
en boven op den hoed worden vastgeprikt;
ze zijn niet aan één plaats gebonden.
De hoedenspeld, die sinds jaren
veroordeeld is, komt ook weer om
Iets nieuns is, dat men dit
seizoen bont jasjes garneert
met mantelstof.
Kraag, manchetten èn
ceintuur van nevenstaande
schepping in zilvervos bewij
zen ditg «w,»
Een spottende glimlach
vorken de kropjes wat open en legt in elk
kropje een balletje gehakt, dat men van te
voren gebraden heeft en bijna gaar gemaakt.
Per persoon rekent men ongeveer een krop
sla en een ons gehakt.
De jus van het gehakt, die men bij voor
keur zoo vet mogelijk houdt en waar men
dus geen water meer aan toevoegt, wordt
bij de slakropjes in den vuurvasten scho
tel gegoten. Zou men de jus op de gewone
manier met water afgemaakt hebben, dan
zou ze door het vocht, wat nog uit de sla
trekt, te veel verdund worden.
Het geheel wordt nu met wat paneermeel
bestrooid en midden in een warmen oven
gezet, zoodat de sla nog wat kan stoven en
cr bovendien een bruin korstje op komt.
Tenslotte nog een overgang naar de
stamppotten, n.1. stamppot met rauwe sla.
Voor vier personen heeft men noodig:
1 Kg. aardappelen, 1 krop sla (dus zeer
weinig,) 2 ons vet rookspek, 2 ons" ham,
iets azijn en peper.
De aardappelen worden gaar gekookt, en
vermengd met de dobbelsteentjes uitgebak
ken spek, de fijngesneden ham, het spekvet
en het laatst met de goed schoongemaakte
en fijngesneden sla. Ten slotte maakt men
den stampot op smaak af met wat azijn
en peper.
De rauwe sla wordt pas vlak voor het
opdienen toegevoegd, daar ze bij lang staan
in de warme massa spoedig gaar zou wor
den.
Een fHmsterretje straalt
Men ziet hier het film-wonder
kind Virginia Weidler in actie in
de film „Mother Carexfs Chickens
„Maakt U niet bezorgd, dames",
hebben de modistes de vrouwen,
die ongerust waren of haar coiffu
re wel bij de nieuwe herfstmode
passen zou, geantwoord. „Wij heb
ben hoeden, die bij tedere haar
dracht passen. De meeste vrouwen
hoogen het haar wel-is-waar op,
maar er zijn er nog zóóveel, die bij
een plat kapsel zweren, dat wij ook
met haar smaak in ruime mate
rekening zijn blijven houden."
En daarop hebben zij haar hoeden gede-
lonstrcerd. Ik wil allerminst beweren dat
nieuwe en nieuwste modellen aan haar,
e ze zagen, alleen kreten van verrukking
bewondering ontlokt hebben. Meer dan
elegante vrouw heb ik spottend zien
[mlaclien, meer dan èèn heb ik de schali
js zien ophalen, een gebaar, dat in dit
val zeggen wilde: Voor ik zóó iets op zet
ioet er toch nog heel wat water door de
pine stroomen. Wat denkt men wel? Dat
als een biggetje in een vivisectie-
sboratorium, aan iedere proefneming ge-
illig onderwerpen zal? Dat ik mijn eigen
maak geheel ter zijde zal stellen en dien
au een ander aanvaarden, een smaak, dien
met den besten wil niet waardccren kan,
i die producten geschapen heeft, die ook
een krankzinnigengesticht ontworpen
onden zijn?
Voet bij stuk.
Maar de modistes hebben zich niet uit
iel veld laten slaan. Zij houden, als altijd,
oet hij stuk. O, zij weten wel wat zij doen!
et is niet voor de eerste maal, dat haar
achtmcrrie-scheppingcn een storm van
itick hebben te doorstaan.
Zij rekenen er en zeer terecht
op, dat de critiek weldra verstom
men zal, dat binnen weinige weken
de meest aangevochten hoeden op
vele hoofden zvdlen prijken, en dat
het slot zal zijn, dat iedereen mooi
vinden gaat, wat de meesten nu af
schuwelijk en zelfs afgrijselijk noe
men. Dat is maar een kwestie van
wennen zegt Madame Suzy. En
zij heeft op dit gebied een ervaring
.van cenige decenniën.
Aandacht voor het kapsel!
De nieuwe Hoeden beschrijven? Moeilijke
lak! Op het eerste gezicht lijkt geen en-
el herfsthoofddeksel op het andere, zoo-.
iin als een muis op een leeuw lijkt, al
ebben beide dieren ook vier pooten en
Én kop. Over de verschillen, die de hoe-
en verloonen, kan ik het dan ook moeilijk
ebben, wél over de punten van ovcreen-
warm persianer vest
vervolmaakt dit rijke
herfst- en wintertoilet.
.als ze omvangrijk zijn, langs het hoofd tot
in den hals. Wie in den schouwburg achter
zoo'n beveerde dame te zitten komt, behoeft
zich dus niet ongerust te maken; van wat
er op het tooneel voorvalt, zal hem niets
ontgaan. De avondhoeden zelf zijn, van hun
versieringen afgezien, alle zeer klein en
sluiten vast om het hoofd.
Ziedaar dan enkele bijzonderheden over
de najaarshoeden. Ze zijn zonderling, zeker,
maar toch niet onaanvaardbaar. Op het
oogenblik kunnen de mcesten van ons er
nog niet toe komen ze mooi te noemen,
maar naarmate de weken verstrijken zullen
we aan de nieuwe modellen méér en meer
wennen. En het zal er wel mee eindigen
dat we „aanbiddelijk" gaan vinden wat we
eerst „afschuwelijk" en „bespottelijk" noem
den. De modistes krijgen op den duur al
tijd gelijk.
GERTRUDE.
door onze Kook- en Huishoudspecialiste.)
Sla, dat is wel een gerecht, dat
ons met de herfstachtige, koude da
gen, zeker niet in de gedachten
komt. En toch is deze groente in
gekookte of warme toestand mins
tens even smakelijk als rauw of
koud opgediend.
B Gezellige hoofddeksels m
een hoekje kijken; nu niet als nut
tig en gevaarlijk instrument,
maar meer als siermotief. Gevaar
voor de oogen van anderen is aan
liet dragen van zulke lioedcnspelden
niet verbonden.
Wat de kleuren aangaat zijn er veel hoe
den, waarvan de hoofdtint blauw of zwart
is, maar ook levendiger kleuren ontbreken
niet. Cyclamen, framboos, roest, violet, hel-
der-groen, robijn, granaat, bordeaux zie
daar alle tinten, die min of meer in de mo
de zijn.
De voiles zijn ook dit seizoen weer van
moesjes of van kleine rupsen voorzien, of
en deze voiles zullen vermoedelijk veel
gedragen worden met fluweelen vierkant
jes en driehoekjes bezaaid.
Avondhoeden.
De avondhoeden zijn bijna alle met vee-
ren, vooral met struisveeren gegarneerd. De
ze veeren vormen geen helm, maar .vallen,
Heel eenvoudig kan stoofsla klaargemaakt
worden, juist ais andijvie. Voor stoofsla
kiest men gewoonlijk wat kleinere en min
der mooie kropjes. Bij het schoonmaken
hoeft men ook slechts de buitenste leelijke
bladeren te verwijderen en niet al de groene
stukken. Is de sla gekookt, dan is ook het
groene gedeelte van het blad malsch ge
noeg. Om dezelfde reden kan men ook de
nerven in do bladeren laten zitten.
De stoofsla wordt nu in iets breeder reep
jes dan andijvie gesneden, omdat ze an
ders bij het gaar worden spoedig „pappig"
wordt. De sla wordt zoo droog -mogelijk in
de pan gedaan, daar ze zeer sterk slinkt
en daarbij veel vocht loslaat. Met liet oog
op het slinken, kan men het zout ook be
ter naderhand toevoegen. Is de sla na pl.m.
10 minuten gaar dan kan ze gestoofd worden
of met wat boter, óf met een melksausje en
opgediend, bestrooid met wat noolmuscaat.
Van stoofsla kan men ook een heerlijke
schotel maken met behulp van een oven.
In dit geval worden de kropjes in hun ge
heel gelaten. Om zeker te zijn, dat ze van
binnen toch geheel schoon zijn, doet men
goed ze van te voren in water met zout weg
te zetten en later nog eens heel goed na
te spoelen. De leelijke bladeren worden ver
wijderd en de stronk zoover afgesneden, dat
de krop juist in zijn geheel blijft.
Nu wordt de sla opgezet met ruim ko
kend water. De sla moet onder water staan,
omdat ze anders bruin kleurt en bet water
moet koken, voor men de kroppen er in
doet, omdat de sla anders te veel uit zou
trekken. Men neemt 2 lepels zout per L.
water. Nadat de sla pl.m. 10 minuten ge
kookt beeft en de stronk, die zich onder in
de pan moet bevinden, bijna gaar is, wordt
deze zoo droog mogelijk overgebracht in
een vuurvasten schotel.
Men maakt nu met behulp van twee
spreken kon, zou het zeggen: Hoe
heb ik je verfoeid, hoedenspeld, die
als een stalen reuzenpriem mijn
teer zijig-zacht weefsel doorboorde
m verwarde, zonder pardon een
loopgraaf aanlegde dwa>rs door
mij heen... en me zoo n pijn deed...
Hoe heb ik je verfoeid, hoeden
speld met je leelijk lang lichaam
en je dikken kop. Wat was ik blij,
toen je eindelijk verdween en mij,
weerloos haardolje, met rust liet,
tientallen jaren lang...
Nu is 'f 1938 en ik ben van blond
grijs geworden en jij komt plotse
ling terug... ik schrik, maar ben je
'f eigenlijk wel? Van lang en grof
ben jc kort en fijn geworden, van
ijzergrijs, zilver glanzend!
je bent van glas, van chroom,
van imitatie-diamant, van
zilver, je hebt een aardig
schitterend kopje en onvoel
baar steek je een vederlicht
hoedje op mijn grijze dunne
draden vast. Je bent ook niet
zoo brutaal, om, als je aan
mijn linkerkant naar binnen
komt er aan de rechterkant
weer uit te komen! Daar ben
je te kort, te grappig klein
voor, hoedeyispeld! Alleen je
sierlijk hoofdje pronkt als
een glinsterend sieraad op
het hoedje, waarmee mijn
eigenares, duizend andere
vrouwen de oogen uitsteekt...
Welkom, practisch, pittig mo
dern hoedenspeldje