jeestelijk Leven
N
n
ABDIJSIROOP
Lte^
Tweede blad
40
6
ROPAGANDA
EEN SCHOEN
MET
RUIMTE
fa. HERM. DE RAAT
Langestraat 80 Alkmaar
Uit den tijd van
Jacob Hollander.
terdag 19 November 1938
Dor
ASTOR
e( woord propaganda is een vorm van
jatijnsche werkwoord propagare,
verbreiden be toekent. Wanneer wij dus
|An van propaganda, bedoelen wij daar-
*Kle alles wat dienstig- is om bepaalde moe
ren, voorstellingen, principes enz. on-
'dé'menschen te brengen. Ook wordt het
rd gebruikt voor het streven om aanhan-
te winnen voor een partij, een genoot-
een Kerk, waarbij dan wel veronder-
wordt, dat deze instellingen de draag-
zijn van een levensbeschouwing en
[vertegenwoordigers van een levcnshou-
v, maar waarbij 't dan toch in hoofdzaak
leen is om het aantal, om de vermeerde-
van bet ledental.
borasche kerk heeft reeds vroeg de
(nis der propaganda begrepen. Zij
een „Congregatio cardinalium de
da fide" (congregatie genoot-
an kardinalen ter verbreiding van
>f.) Deze congregatie werd een van
[chtigste instellingen van de kerk,
fej eeuwen aaneen door de beruchte
jlie gepoogd had haar schaapkens bij-
[ie houden en te bewaken voor de rond-
|mde wolven, die als ketters oneenig-
fijreigden te brengen in de trouwe, ge-
fee kudde.
Hel was paus Gregorius XIII, die in het
ir 1572 aan drie kardinalen opdroeg
ïrdinalen zijn de geestelijken, die in de
imsche kerk in rang op den paus volgen)
zich in 't bijzonder bezig te houden met
zorg voor verbreiding en instandhouding
i het katholieke kerkgeloof,
on latere paus, n.1. Gregorius XV, was
«lichter van dc bestaande congregatio
finalium de propaganda fide. Dit ge-
rdc in 't jaar 1621.
11027 werd door een anderen paus, Ur-
us VIII, een seminarium (een opleidings
ooi) gesticht, waar de propagandisten
i liet geloof (de missionarissen) werden
nog altijd worden opgeleid,
heb min of meer uitvoerig als inlci-
iets verteld over de propaganda der
rnsche kerk, opdat men iets zou begrijpen
I dc groote beteekenis, welke men in die
rlitige organisatie daaraan toekent. En
geschiedenis beeft bewezen, dat zij dit
wlit heeft gedaan. Met buitengewoon in-
it en met scherp psychologisch begrip
lt de kerk daardoor de mogelijkheid gc-
zich binnen betrekkelijk korten tijd
•nagenoeg heel de wereld uit te brei
en nog altijd gaat zij daarmede voort,
et ligt niet in mijn bedoeling hier na-
op in te gaan, noch een goedkeuring
afkeuring over de propagandamethoden
irk uit Ie spreken.
I bedoeling met dit artikel is slechts
in en ander te zeggen over het recht
:opaganda en over haar gevaren en
rlngen.
II is dit doe, is volkomen verklaarbaar,
wij bedenken welk een buitengewone
irde tegenwoordig aan de propaganda
irdt gehecht. Zóó zelfs dat b.v. in Duitsch
(d zij is geworden tot regeeringszaak en
in dat ongelukkige land een ministe-
van propaganda heeft ingesteld, aan
hoofd waarvan Joseph Goebbels staat,
man dien ik maar niet nader zal trach-
aan te duiden omdat ik bevreesd ben
mijn woorden die mijn afschuw tegen
m zouden moeten uitdrukken, niet voor
iblicatie geschikt zouden zijn.
Ik stel in de eerste plaats aan de orde de
aa^: bestaat er recht om propaganda te
icren? Dit wil dus zeggen: recht om voor
paalde meeningen te strijden en pogingen
doen om deze te verbreiden.
Ik neem hierbij het woord recht in den
liveren en ideëelen zin van het woord en
fok daarbij niet aan staatsrecht! Als ik
is vraag: is er een propagandarecht, dan
ceft dit dc beteekenis van: is het zedelijk
irloofd om eigen meeningen aan andc-
le brengen en voor anderen aannemelijk
laken?
dan antwoord ik zonder de minste
ding bevestigend. Iedereen heeft het
it om niet alleen zijn meening uit te
'eken, maar ook om haar op redelijke
iden te verdedigen. Ik denk dat er wel
land zal zijn, die dit recht betwist. Het
Die
Hoest
Kind/ \J^\
hem dan slechts
'slVere/ds beste
Hoestsiroop
Zoo noemt men de bekende AKKER's
Abdijsiroop, die reeds zoovele ma
ten de hevigste hoestbuien overwon,
verlichting bracht en de benauwdhe
den als't ware wegtooverde bij haar
t°nge gebruikers. Daarom als Uw
ind hoest geeft het dan evenals vele
anderen doen een lepel Abdijsiroop
voor het naar schoolgaan Het is een
schild voor hun borst. Abdijsiroop
verwijdert de met ziektekiemen be
zaaide slijm, zuivert en geneest de
ontstoken slijmvliezen en verdrijft
de ziekten derademhalingsorganen.
Terecht zegt men thans dan ook
..'s-Werelds beste Hoestsiroop" is:
AKKER 'S
v&isürrfdbe
tegen hoest, griep, bronchitis, asthma.
Flacon 90 ct., f 1,50.12.40, f 4.20. Alom verkrijgbaar.
lijkt ons, menschen van de twintigste eeuw,
zoo vanzelfsprekend toe. En toch kunnen
wij in diezelfde twintigste eeuw met diepe
droefheid, met ergernis, met bitterheid, met
afgrijzen, al naar gelang van de stemming
waarin wij verkeeren, opmerken dat onze
tijd zich kenmerkt door een streven om aan
dit recht te tornen of zelfs het volkomen te
vernietigen.
Dit laatste is het geval in de dictatoriale
staten; in de landen, waar fascisme of nati-
onaal-socialisme aan de macht zijn gekomen
Daar matigt de regeering zich uitsluitend
het recht van propaganda aan cn deze
propaganda heeft ten doel om één bepaalde
levens- cn wereldbeschouwing te verbrei
den mot uitsluiting en bestrijding van
iedere andere.
Do dictatoriale staat, dit wil ons dus zeg
gen: zij, die in zulk een staat de macht
bezitten en over alle geweldsmiddelen be
schikken schrijven hun levens- en wereldbe
schouwing voor; op de scholen moet van
jongs af het kind, dat het ongeluk heeft
in een dictalorialen staat te zijn geboren, in
die levens- en wereldbeschouwing worden
groot gebracht en opgevoed: als de eersle
levensjeugd voorbij is legt de staat ver
der volledig beslag op den jongen mcnsch,
van vrije studie is geen sprake. Want er
is maar één ware leer n.1. die van het fas
cisme. Zoide niet dr. Ley de vriend van
Adolf Hitier: ik geloof dat het nationaal-
socialismè de alleen-zaligmakende leer is
van het Duitsche Volk?
En deze leer word op allerlei wijzen,
ook de meest stuitende aan het volk opge
drongen door middel van een intensieve pro
pa<?anda.
Dat nationaal-socialistcn of fascisten voor
hun meening strijden is hun recht.
Maar dat zij iedere andere propagan
da met de wreedste manieren belet
ten dat is 'n gemeene ontkenning van
't in den loop der eeuwen verworven
recht der menschheid om zèlt zich
een meening, een overtuiging, een
levensinzicht te verwerven; dat is
een beleediging, een hoon der
menschheid, zóó groot, dat wij ons
zelf afvragen, hoe zoo iets in de
twintigste eeuw nog mogelijk is.
Natuurlijk denken wij nu in de eerste
plaats aan Duitschland. Het ligt vlak naast
ons en wij zijn over dit land goed inge
licht. Sedert het aan de macht komen van
het nat.-socialisme in 1933 is daar ecu stel
selmatige propaganda gevoerd tegen de jo
den. In mijn vorige artikel haalde ik enkele
uitspraken van Goebbels reeds aan. Jk moet
hier noodzakelijk nog den naam noemen van
bet om dezelfde reden als waarom ik Goeb
bels hierboven niet typeerde) niet nader. 1e
qualificeercn type, waaróp ik óók reeds
wees:' Julius Streicher. uitgever van het dooi
en door gemeene blad: der Stürmer. Welk
een verwoestende invloed heeft deze propa
ganda gemaakt! Zij en zij alleen heeft 't
mogelijk gemaakt dat, na den moord op een
jong Duitsch ambtenaar in Parijs, een gru
welijke en onmenschelijke uitbarsting van
razernij in heel het Duitsche land tescn-
over dc joden is losgebroken, zóó erg, dat
overal in het buitenland een kreet van af
grijzen is opgestegen uit het gewonde hart
van millioenen. Ik zal daar verder over
zwijgen; de treurige bijzonderheden zijn u
uit de bladen genoegzaam bekend.
Maar ik vestig uw aandacht op waf de
minister van propaganda, Goebbels, heeft
durven zeggen naar aanleiding van die uit
barsting van razernij.
Hij heeft den euvelen moed gehad te be-"
weren, dat deze een spontane uiting was
van wat er in het volk leefde en dat de re
geering thans met haar maatregelen slechts
den wil des volks voltrekt.
Ik ben er diep van overtuigd, dat hij dit
bewust heeft gelogen.
Want als hij dit niet zou hebben gelogen,
als het dus waar was, dat het Duitsche volk
in zijn geheel verantwoordelijk kon worden
gesteld voor de wandaden tegen de joden,
dan zon zijn uitspraak de beteekenis hebben
van een felle aanklacht tegen dit volk; dan
zou er uit blijken, dat de nat ionaal-socialis
tische anti-semitische propaganda een heel
volk heeft doen dalen tot barbaarschheid.
En ik weiger dit te gelooven; ik kan een
voudig niet aannemen, (lat aLle men schel ij'k-
heid uit 80 millioen menschen zou zijn ver
dwenen. Ik geloof dat er tienduizenden,
neen honderdduizenden zijn in Duitsch
land, die met diepe smart liet vreesclijk ge
beuren van den laatsten tijd hebben waar
genomen. Maar hun stem wordt niet ge
hoord, de angst voor straf, voor concentra
tiekamp en gevangenis houdt hun mond
gesloten. In geen enkele courant kunnen zij
zich uiten.
De plunderingen en verwoestingen zijn
liet werk geweest van de vele, vooral jonge
elementen, die door de gemeene anti-semie-
tische propaganda volkomen zijn vergiftigd
en in wie dientengevolge de laagste driften,
haaf, wraak, vernielingszucht zijn ontke
tend en... de regeering heeft dit met geen
enkel woord afgekeurd. Zij heeft zelfs het
gebeurde in Parijs (de moord op von RatJh)
aangegrepen om feller en gemeen er dan ooit
te voren tegen de joden op te treden. Hier
mede heeft zij zich officieel geplaatst buiten
de beschaving!
Welk een verschil met de houding van
de jodin, die de moeder was van Walther
Rathenau! Laat ik dit met een paar woor
den in uw' herinnering terugroepen. Wal
ther Rathenau een jood was minister
in Duitschland vóór de opkomst van het
nationaal-socialismè. Hij werd beschouwd
als een buitengewoon knap staathuishoud
kundige, die aan het ontredderde land be
langrijke diensten bewees. Deze man werd
door twee jonge nationaal-socialisten op
verraderlijke wijze vermoord. Zij werden op
gespoord en veroordeeld. En wat heeft toen
de moeder van Rathenau gedaan? Zij heeft
een ontróerenden brief vol medelijden ge
schreven aan de moeder van een der moor
denaars!!
Hoe schril steekt daartec&nover af de
houding van Goebbels, #Goering en consorten
i Hoe torenhoog steekt deze joodsche vrouw
Stel U dat eens voor. Een schoen,
waarin U uw teenen vrij cn ge
makkelijk kunt bewegen. Een
schoen, die nergens knelt, noch
aan de zijkant van uw voet, noch
tegen de wreef of tegen de hiel.
U denkt aan een wonderschoon,
maar dat is het niet. Het is slechts
een schoen met een bijzondere
leest, waardoor extra ruimte is
verkregen. Toch is die schoen niet
lomp en breed. Als U veel moet
loopen is zoo'n schoen een weldaad
voor Uw voeten.
U HEEFT HIERIN DE GROOTSTE KEUZE BIJ
Het adres voor: „Moeilijke Voeten".
Vraagt onze Nov.-attraotie Waardebonnen.
uit boven deze niet-joodsche, deze zuiver-
arische mannen.
U bemerkt wel, dat ik dit artikel schrijf,
nog diep onder den indruk van het ge
beuren in Duitschland, toch ligt het niet in
miin voornemen, me daarbij te bepalen.
Het is evenwel voor mij een gereede aan
leiding geweest om iets te zeggen over de
beteekenis, de waarde en het gevaar der
propaganda.
Om met het laatste te beginnen: dit ge
vaar is buitengewoon groot, zooals het
rampzalige Duitschland ons leert.
Daarmede is echter elke propaganda m.i.
niet te verwerpen.
Maar wij dienen ons er zeer sterk van
bewust te worden, dat iedere propaganda
d.i. ieder streven om anderen geestelijk te
beïnvloeden, nooit het karakter van sug
gestie mag hebben. Zij moot altijd prikkelen
tot zèlfdenken, tot vergelijking van eigen
met andcrcr meening en zij boude zich
steeds verre van de eigengereidheid, welke
niet in staat is tot de minste waardeering
van andersdenkenden.
De menschen zijn nu eenimaal verschil
lend van aanleg, van temperament, van in
tellect, van inzicht. Daar is niets aan te
veranderen en dit zal eeuwig zoo blijven.
En omdat dit zoo is, lijkt 't mij een onver
gefelijke dwaasheid te veronderstellen, dat
't ooit mogelijk zóu kunnen zijn, dat alle
menschen één levens- en wereldbeschou
wing zouden hebben. En indien men be
weert, dat dit dan toch maar het geval
is in de dictatoriale landen, waar allen de
rloor de regeering gepropageerde overtui
ging hebben, dan aarzel ik niet om met
allen ernst de vraag te stellen: hoe groot zal
wel het aantal huichelaars in zulke landen
zijn?
Propaganda voor eigen inzichten is der
halve naar mijne meening geoorloofd, mits
men ook iedere andere propaganda toestaat.
Propaganda uitsluitend voor eigen inzich
ten, met verbod van iedere andere propa
ganda is uit den booze cn bewijst bovendien
dat men geen onvoorwaardelijk geloof heeft
in wat men anderen als de waarheid aan
beveelt.
Hier toont zich het nationaal-socialismè
(fascisme) in zijn niet te loochonen zwak
heid. Als de nat-socialistcn diep overtuigd
waren van wat zij verkondigen (ik denk
hierbij vooral aan nationalisme cn rassisme.
aan de dolle- theorie van bloed en bodem),
dan zouden zij kritiek niet vrcczen cn met
de wreedste middelen tegengaan; dan zou
den zij niet bang zijn voor. vrij onderzoek
cn vrije ontwikkeling. En voor kritiek zijn
zij bang als voor den dood, evenals voor
vrijheid van onderzoek. I-Iebben wij niet pas
kort geleden kunnen lezen, dat de Spaanschc
fascist Franco getrouwe nabootser van
Mussolini en Hitier onder de verboden
lectuur voor 't onder zijn heerschappij staan
de Spanje o.a. heeft genoemd de werken
van Goelhe (de eens zoo hoog vereerde Duit
sche denker en dichter), van Ibsen (de groo
te Noorsche schrijver, die de waarde der
menschelijke persoonlijkheid hoven alles
stelde), van Remarque (beroemd geworden
door zijn anti-oorlogsboeken)?
Eenzijdige propaganda echter met uit
schakeling van iedere andere moet voeren
tof geestelijk versterf.
Deze eenzijdige, van bovenaf geleide, ont
wikkeling kennen wij, gelukkig, in ons
land nog niet. Toch is het een bedenkelijk
verschijnsel, dat onze regeering aan den
vrijdenkersradioomroep haar nietigen zend
tijd van 12 simpele uurtjes in het geheclc
jaar heeft ontnomen. Gevoelt het positieve
christendom zich zóó zwak?
Ik moet nog iets verder ingaan op de be
teekenis, de waarde en het recht der pro
paganda. Dat zij gevaarlijk kan zijn, weten
we helaas uit de feiten. Maar een mes kan
óók gevaarlijk zijn in verkeerde handen,
daarmede is echter het mes als zoodanig
niet te veroordeelen. Het kan als gebruiks
voorwerp zelfs heelemaal niet worden ge
mist. Een mes kan smartelijke wronden ver
oorzaken, maar een mes kan eveneens ge
vaarlijke gezwellen uitsnijden.
Welnu, zoo is 't óók met de propaganda.
Zij moet aangewend worden voor een goed
doel en ieder, die van het middel propagan
da gebruik maakt, moet er diep van door
drongen zijn, dat 't hem daarbij te doen is
om niets anders dan om de menschen tot
verheldering van inzicht te brengen, opdat
zij daardoor tot een hooger peil van men
schel ij kheid zich opwerken kunnen.
Misschien zal men hiertegen opmerken,
dat er veel propaganda gemaakt wordt voor
verkeerde meeningen, voor verderfelijke
zelfs. Dit is ongetwijfeld waar. Ik meen
echter, dat wij deze risico moeten durven
aanvaarden in de overtuiging, dat het ge
zond verstand cn het zedelijk bewustzijn der
menschheid er zelf toe zullen leiden, dat
het verkeerde en verderfelijke op den duur
wordt verworpen.
Buitendien rijst dc vraag: wat is verkeerd
cn verderfelijk? Wie zal dat uitmaken? De
regeering?
De kerk? En dan: welke kerk?
Hier komen wij te slaan voor onoverko
melijke moeilijkheden.
Wat mij persoonlijk betreft: ik laat mij
door niemand het onderscheid tusschen goed
en kwaad voorschrijven ;ik wil dit zelf be
palen cn mij daarbij als maatstaf ter beoor
deeling alleen houden aan den eenigen
norm van zedelijkheid, die ik als waér er
ken: de volstrekte onderlinge verantwoor
delijkheid der menschen of m.a.w. de zui
vere menschelijke solidariteit.
Natuurlijk kan ik hierbij dwalen en mis
tasten. Maar daarom is het juist goed en
gcwenscht, dat ik met andere ideeën en
opvattingen in aanraking kom. Zij dwingen
mij immers voortdurend tot de noodige zelf-
herziening.
In 't kort saamgevat, heb ik in dit arti
kel het volgende willen zeggen:
Propaganda, d.i. verbreiding van eigen
inzichten, is geoorloofd cn moet voor iedere
richting worden erkend.
Propaganda van één enkele opvatting met
uitsluiting van andere is onvoorwaardelijk
af te keuren.
De propaganda moet nooit het opdringen
eener meening zijn, maar steeds een poging
om den mcdemcnsch tot zelf denken te
brengen.
En bovenal: elke propaganda moet het
gevolg zijn van een waarachtig verlangen
om de medemenschen op te voeren tot een
geestelijk hooger niveau.
Ik wil aan bovenstaande beschouwing nog
een enkel woord toevoegen, omdat ik zoo
groote deernis gevoel met den jongen man,
een knaap haast nog, die den aanslag in
Parijs heeft gepleegd. Ik betreur, het, dat hij
tot die voor zijn volk zoo noodlottige daad
is gekomen. Maar ik kan deze daad verkla-
re nuit de grenzenlooze smart, die in hem
moest komen door alles wat hij zag, dat
zijn familie, zijn volk werd aangedaan.
Ik hoop ^lat zijn zaak door Fransche rech
ters zal worden behandeld. Mocht hij aan
Duitschland worden uitgeleverd, dan is zijn
lijden niet te overzien. Maar hoe zullen de
Fransche rechters oordeelen???
Op den 25sten Mei 1926 schoot de Jood
Schalom Schwarz den Russischen generaal
Peltjure in Parijs dood. Hij werd gevangen
genomen en gaf als reden voor zijn aanslag
op, dat Peltjura verantwoordelijk was voor
den moord op 60000 joden, bij de pogroms,
die in Rusland plaats hadden in het tijd
perk Dcc. 1918Apr. 1921. Dit werd onder
zocht en bleek waar te zijn. Op grond daar
van werd Schwarz vrijgesproken.
Wat zullen de rechters nu doen, waar een
jongen door verdriet en vernedering tot een
wanhoopsdaad kwam en een Duitscher dood
de, een Duitscher, in wien hij de belicha
ming zag van het nationaal-socialismè,
waardoor zijn volk economisch te gronde
wordt gericht, gehoond, vernietigd, gemar
teld?
Als ik over hem moest richten, dan zou
ik hem vrijspreken.
ASTOR.
Maar dat was nog eens een
kwakzalver!
Weet gij hoe Nccrlands grootste kwak
zalver, Jacob Hollander, boer en burger bij
den neus nam? Misschien niet zoo geraffi
neerd als zijn nazaat, die geleerde brochu
res de wereld in zendt, schermt met weten
schappelijke termen, maar misschien
ook niet zoo gevaarlijk. Een medewerker
van het Maandblad tegen de Kwakzalverij,
een blad dat anders op ongezouten wijze
tegen den kwakzalver optreedt, kan het
soort van Jacob Hollander nog steeds geen
kwaad hart toedragen.
Ik kan bier niet genoeg loskomen van
mijn jeugdherinneringen, vertelt hij. Die
Maandagen, hè? Dan was het markt in de
stad waar ik mijn onnoozele jaren sleet en
die markt met haar biggetjes en kaasstal-
letjcs en manufacturenkraampjes en al
wat tot zoo'n markt hoort, daar waren we
immers niet vandaan te krijgen! Daar kre
gen we onze eersle lessen in de handels
wetenschappen, daar leerden we een duw
en een stomp met een lachend gezicht ver
duren, daar maakten we ons het jargon
van den sigarenkoopman heel wat vlugger
eigen dan de suhjonctif der onregelmatige
werkwoorden en de goudvissehen- en sala
mandersman had in ons een toegewijd
publiek. Maar dat alles hadden we graag
gegeven zoo we Jacob Hollander maar
niet behoefden te missen.
Jacob Hollander verkocht slangenbalsem
Hoe krachteloos en laf is dit gezegd! Hoe
benadert het op geen stukken de voor
stelling, die hij compleet van de affaire
maakte. Zie hem daar staan in zijn zwart
lakensch pak en den hoogen hoed op zijn
dikken bol achter zijn geïmproviseerde ka
theder en hoor hem zijn politiek-economi-
sche beschouwingen ten beste geven met
de noodige schimpscheuten op de rijken en
machtigen der aarde.
Ah, dat sloeg in bij de honderd of twee
honderd mannetjes en vrouwtjes, als hij
vertelde, hoe hij dien minister-president de
les had gelezen of genen burgemeester op
zijn nummer had gezet. Varieeren kon hij
zijn thema tot in het oneindige. Doch het
einde van zijn rede, die kenden wij, habi-
tué's, even goed als hij zelf. Dan gewaagde
DEN HELDER
hij van de bezoeking der eksteroogen, lik
doorns en dergelijke voet-euvelen en nog
even later hield hij met een gebaar als
gold het de Koh-i-noor een spanen doosje
in de hoogte en liet ons het smeerseltje
zien, de slangenbalsem, die het vermogen,
bezat, al die lastige dingen in recordtijd te
elimineeren.
Doet het pijn?
En dan... we hadden ervaring op dat
punt te over, dan, wisten we, kwam de
voorstelling. Jacob's scherpziend oog had on
der het spreken reeds lang een eenvoudige
ziel ontdekt, die zoo eens van het eene
been op het andere ging staan, een dringen
de uitnoodiging volgde en nog even later
zat het slachtoffer op het platform naast
Jacob, die hem eigenhandig de voet ont
schoeide en met zachte hand den slangen
balsem over den likdoorn wreef. O, dat on
zalig leedvermaak, waarmede we zijn hui
chelachtig vragen, of het bijgeval pijn deed,
beluisterden- Want Jacob had vingers, waar
in de kracht van een ordentelijke nijptang
school en niet zoodra had zijn prooi ver
klaard, dat hij niets voelde, of Jacob greep
toe, zijn forsche stem overklonk het angst
geschreeuw van den armen kerel en niet
voordat hij de kern van den eeltknobbel had
uitgerukt liet hij los en toonde met een ze
gevierende grijns zijn trofee. En dan ging
de tasch open en de spanen doosjes vlogen
over de hoofden en werden opgevangen
door grijpende handen, die hem het vol
gend oogenblik zijn halve stuiver vaseline
met een kwartje betaalden...
EEN HAZEWIND WEERSTAAT DE
POLITIE.
De politie van Eastleigh (Hants) besloot
een hazewindhond die was verdwaald en
in het politiebureau was opgesloten, een
wandelingetje buiten het gebouw toe te
staan. Tot driemaal toe probeerde de poli
tie het dier weer te grijpen, maar tot drie
maal toe faalde die poging volkomen, ver
telt de Daily Express.
Het begon met de mededeeling van een
agent, dat de hond in de hoofdstraat
rondliep. Hij greep het dier en bracht het
naar een asyl op 5 mijlen afstand van de
stad gelegen.
Dit asyl is omgeven door een omraste
ring van vijf voet hoogte, maar toen de
politieman nachtdienst deed, vond hij den
hond op z'n stoep zitten. Een half uur la
ter was het dier in het asyl terug en werd
daar aan een ketting gebonden.
Den dag daarop hoorden politiemannen',
die in een wachtlokaal zaten, een gekrab
bel aan de deur en ziet daar stond al
weer de hazewind. Het dier wandelde, hij
het openen van do deur kalm naar binnen
en legde zich behaaglijk voor het vuur in
het wachtlokaal neer.
Toen heeft de politie den hond maar Jre-
houden, want wat men ook had gepro
beerd, het dier was niet weg te kri;,,*eiu