jeestelijk Leven N n ABDIJSIROOP Lte^ Tweede blad 40 6 ROPAGANDA EEN SCHOEN MET RUIMTE fa. HERM. DE RAAT Langestraat 80 Alkmaar Uit den tijd van Jacob Hollander. terdag 19 November 1938 Dor ASTOR e( woord propaganda is een vorm van jatijnsche werkwoord propagare, verbreiden be toekent. Wanneer wij dus |An van propaganda, bedoelen wij daar- *Kle alles wat dienstig- is om bepaalde moe ren, voorstellingen, principes enz. on- 'dé'menschen te brengen. Ook wordt het rd gebruikt voor het streven om aanhan- te winnen voor een partij, een genoot- een Kerk, waarbij dan wel veronder- wordt, dat deze instellingen de draag- zijn van een levensbeschouwing en [vertegenwoordigers van een levcnshou- v, maar waarbij 't dan toch in hoofdzaak leen is om het aantal, om de vermeerde- van bet ledental. borasche kerk heeft reeds vroeg de (nis der propaganda begrepen. Zij een „Congregatio cardinalium de da fide" (congregatie genoot- an kardinalen ter verbreiding van >f.) Deze congregatie werd een van [chtigste instellingen van de kerk, fej eeuwen aaneen door de beruchte jlie gepoogd had haar schaapkens bij- [ie houden en te bewaken voor de rond- |mde wolven, die als ketters oneenig- fijreigden te brengen in de trouwe, ge- fee kudde. Hel was paus Gregorius XIII, die in het ir 1572 aan drie kardinalen opdroeg ïrdinalen zijn de geestelijken, die in de imsche kerk in rang op den paus volgen) zich in 't bijzonder bezig te houden met zorg voor verbreiding en instandhouding i het katholieke kerkgeloof, on latere paus, n.1. Gregorius XV, was «lichter van dc bestaande congregatio finalium de propaganda fide. Dit ge- rdc in 't jaar 1621. 11027 werd door een anderen paus, Ur- us VIII, een seminarium (een opleidings ooi) gesticht, waar de propagandisten i liet geloof (de missionarissen) werden nog altijd worden opgeleid, heb min of meer uitvoerig als inlci- iets verteld over de propaganda der rnsche kerk, opdat men iets zou begrijpen I dc groote beteekenis, welke men in die rlitige organisatie daaraan toekent. En geschiedenis beeft bewezen, dat zij dit wlit heeft gedaan. Met buitengewoon in- it en met scherp psychologisch begrip lt de kerk daardoor de mogelijkheid gc- zich binnen betrekkelijk korten tijd •nagenoeg heel de wereld uit te brei en nog altijd gaat zij daarmede voort, et ligt niet in mijn bedoeling hier na- op in te gaan, noch een goedkeuring afkeuring over de propagandamethoden irk uit Ie spreken. I bedoeling met dit artikel is slechts in en ander te zeggen over het recht :opaganda en over haar gevaren en rlngen. II is dit doe, is volkomen verklaarbaar, wij bedenken welk een buitengewone irde tegenwoordig aan de propaganda irdt gehecht. Zóó zelfs dat b.v. in Duitsch (d zij is geworden tot regeeringszaak en in dat ongelukkige land een ministe- van propaganda heeft ingesteld, aan hoofd waarvan Joseph Goebbels staat, man dien ik maar niet nader zal trach- aan te duiden omdat ik bevreesd ben mijn woorden die mijn afschuw tegen m zouden moeten uitdrukken, niet voor iblicatie geschikt zouden zijn. Ik stel in de eerste plaats aan de orde de aa^: bestaat er recht om propaganda te icren? Dit wil dus zeggen: recht om voor paalde meeningen te strijden en pogingen doen om deze te verbreiden. Ik neem hierbij het woord recht in den liveren en ideëelen zin van het woord en fok daarbij niet aan staatsrecht! Als ik is vraag: is er een propagandarecht, dan ceft dit dc beteekenis van: is het zedelijk irloofd om eigen meeningen aan andc- le brengen en voor anderen aannemelijk laken? dan antwoord ik zonder de minste ding bevestigend. Iedereen heeft het it om niet alleen zijn meening uit te 'eken, maar ook om haar op redelijke iden te verdedigen. Ik denk dat er wel land zal zijn, die dit recht betwist. Het Die Hoest Kind/ \J^\ hem dan slechts 'slVere/ds beste Hoestsiroop Zoo noemt men de bekende AKKER's Abdijsiroop, die reeds zoovele ma ten de hevigste hoestbuien overwon, verlichting bracht en de benauwdhe den als't ware wegtooverde bij haar t°nge gebruikers. Daarom als Uw ind hoest geeft het dan evenals vele anderen doen een lepel Abdijsiroop voor het naar schoolgaan Het is een schild voor hun borst. Abdijsiroop verwijdert de met ziektekiemen be zaaide slijm, zuivert en geneest de ontstoken slijmvliezen en verdrijft de ziekten derademhalingsorganen. Terecht zegt men thans dan ook ..'s-Werelds beste Hoestsiroop" is: AKKER 'S v&isürrfdbe tegen hoest, griep, bronchitis, asthma. Flacon 90 ct., f 1,50.12.40, f 4.20. Alom verkrijgbaar. lijkt ons, menschen van de twintigste eeuw, zoo vanzelfsprekend toe. En toch kunnen wij in diezelfde twintigste eeuw met diepe droefheid, met ergernis, met bitterheid, met afgrijzen, al naar gelang van de stemming waarin wij verkeeren, opmerken dat onze tijd zich kenmerkt door een streven om aan dit recht te tornen of zelfs het volkomen te vernietigen. Dit laatste is het geval in de dictatoriale staten; in de landen, waar fascisme of nati- onaal-socialisme aan de macht zijn gekomen Daar matigt de regeering zich uitsluitend het recht van propaganda aan cn deze propaganda heeft ten doel om één bepaalde levens- cn wereldbeschouwing te verbrei den mot uitsluiting en bestrijding van iedere andere. Do dictatoriale staat, dit wil ons dus zeg gen: zij, die in zulk een staat de macht bezitten en over alle geweldsmiddelen be schikken schrijven hun levens- en wereldbe schouwing voor; op de scholen moet van jongs af het kind, dat het ongeluk heeft in een dictalorialen staat te zijn geboren, in die levens- en wereldbeschouwing worden groot gebracht en opgevoed: als de eersle levensjeugd voorbij is legt de staat ver der volledig beslag op den jongen mcnsch, van vrije studie is geen sprake. Want er is maar één ware leer n.1. die van het fas cisme. Zoide niet dr. Ley de vriend van Adolf Hitier: ik geloof dat het nationaal- socialismè de alleen-zaligmakende leer is van het Duitsche Volk? En deze leer word op allerlei wijzen, ook de meest stuitende aan het volk opge drongen door middel van een intensieve pro pa<?anda. Dat nationaal-socialistcn of fascisten voor hun meening strijden is hun recht. Maar dat zij iedere andere propagan da met de wreedste manieren belet ten dat is 'n gemeene ontkenning van 't in den loop der eeuwen verworven recht der menschheid om zèlt zich een meening, een overtuiging, een levensinzicht te verwerven; dat is een beleediging, een hoon der menschheid, zóó groot, dat wij ons zelf afvragen, hoe zoo iets in de twintigste eeuw nog mogelijk is. Natuurlijk denken wij nu in de eerste plaats aan Duitschland. Het ligt vlak naast ons en wij zijn over dit land goed inge licht. Sedert het aan de macht komen van het nat.-socialisme in 1933 is daar ecu stel selmatige propaganda gevoerd tegen de jo den. In mijn vorige artikel haalde ik enkele uitspraken van Goebbels reeds aan. Jk moet hier noodzakelijk nog den naam noemen van bet om dezelfde reden als waarom ik Goeb bels hierboven niet typeerde) niet nader. 1e qualificeercn type, waaróp ik óók reeds wees:' Julius Streicher. uitgever van het dooi en door gemeene blad: der Stürmer. Welk een verwoestende invloed heeft deze propa ganda gemaakt! Zij en zij alleen heeft 't mogelijk gemaakt dat, na den moord op een jong Duitsch ambtenaar in Parijs, een gru welijke en onmenschelijke uitbarsting van razernij in heel het Duitsche land tescn- over dc joden is losgebroken, zóó erg, dat overal in het buitenland een kreet van af grijzen is opgestegen uit het gewonde hart van millioenen. Ik zal daar verder over zwijgen; de treurige bijzonderheden zijn u uit de bladen genoegzaam bekend. Maar ik vestig uw aandacht op waf de minister van propaganda, Goebbels, heeft durven zeggen naar aanleiding van die uit barsting van razernij. Hij heeft den euvelen moed gehad te be-" weren, dat deze een spontane uiting was van wat er in het volk leefde en dat de re geering thans met haar maatregelen slechts den wil des volks voltrekt. Ik ben er diep van overtuigd, dat hij dit bewust heeft gelogen. Want als hij dit niet zou hebben gelogen, als het dus waar was, dat het Duitsche volk in zijn geheel verantwoordelijk kon worden gesteld voor de wandaden tegen de joden, dan zon zijn uitspraak de beteekenis hebben van een felle aanklacht tegen dit volk; dan zou er uit blijken, dat de nat ionaal-socialis tische anti-semitische propaganda een heel volk heeft doen dalen tot barbaarschheid. En ik weiger dit te gelooven; ik kan een voudig niet aannemen, (lat aLle men schel ij'k- heid uit 80 millioen menschen zou zijn ver dwenen. Ik geloof dat er tienduizenden, neen honderdduizenden zijn in Duitsch land, die met diepe smart liet vreesclijk ge beuren van den laatsten tijd hebben waar genomen. Maar hun stem wordt niet ge hoord, de angst voor straf, voor concentra tiekamp en gevangenis houdt hun mond gesloten. In geen enkele courant kunnen zij zich uiten. De plunderingen en verwoestingen zijn liet werk geweest van de vele, vooral jonge elementen, die door de gemeene anti-semie- tische propaganda volkomen zijn vergiftigd en in wie dientengevolge de laagste driften, haaf, wraak, vernielingszucht zijn ontke tend en... de regeering heeft dit met geen enkel woord afgekeurd. Zij heeft zelfs het gebeurde in Parijs (de moord op von RatJh) aangegrepen om feller en gemeen er dan ooit te voren tegen de joden op te treden. Hier mede heeft zij zich officieel geplaatst buiten de beschaving! Welk een verschil met de houding van de jodin, die de moeder was van Walther Rathenau! Laat ik dit met een paar woor den in uw' herinnering terugroepen. Wal ther Rathenau een jood was minister in Duitschland vóór de opkomst van het nationaal-socialismè. Hij werd beschouwd als een buitengewoon knap staathuishoud kundige, die aan het ontredderde land be langrijke diensten bewees. Deze man werd door twee jonge nationaal-socialisten op verraderlijke wijze vermoord. Zij werden op gespoord en veroordeeld. En wat heeft toen de moeder van Rathenau gedaan? Zij heeft een ontróerenden brief vol medelijden ge schreven aan de moeder van een der moor denaars!! Hoe schril steekt daartec&nover af de houding van Goebbels, #Goering en consorten i Hoe torenhoog steekt deze joodsche vrouw Stel U dat eens voor. Een schoen, waarin U uw teenen vrij cn ge makkelijk kunt bewegen. Een schoen, die nergens knelt, noch aan de zijkant van uw voet, noch tegen de wreef of tegen de hiel. U denkt aan een wonderschoon, maar dat is het niet. Het is slechts een schoen met een bijzondere leest, waardoor extra ruimte is verkregen. Toch is die schoen niet lomp en breed. Als U veel moet loopen is zoo'n schoen een weldaad voor Uw voeten. U HEEFT HIERIN DE GROOTSTE KEUZE BIJ Het adres voor: „Moeilijke Voeten". Vraagt onze Nov.-attraotie Waardebonnen. uit boven deze niet-joodsche, deze zuiver- arische mannen. U bemerkt wel, dat ik dit artikel schrijf, nog diep onder den indruk van het ge beuren in Duitschland, toch ligt het niet in miin voornemen, me daarbij te bepalen. Het is evenwel voor mij een gereede aan leiding geweest om iets te zeggen over de beteekenis, de waarde en het gevaar der propaganda. Om met het laatste te beginnen: dit ge vaar is buitengewoon groot, zooals het rampzalige Duitschland ons leert. Daarmede is echter elke propaganda m.i. niet te verwerpen. Maar wij dienen ons er zeer sterk van bewust te worden, dat iedere propaganda d.i. ieder streven om anderen geestelijk te beïnvloeden, nooit het karakter van sug gestie mag hebben. Zij moot altijd prikkelen tot zèlfdenken, tot vergelijking van eigen met andcrcr meening en zij boude zich steeds verre van de eigengereidheid, welke niet in staat is tot de minste waardeering van andersdenkenden. De menschen zijn nu eenimaal verschil lend van aanleg, van temperament, van in tellect, van inzicht. Daar is niets aan te veranderen en dit zal eeuwig zoo blijven. En omdat dit zoo is, lijkt 't mij een onver gefelijke dwaasheid te veronderstellen, dat 't ooit mogelijk zóu kunnen zijn, dat alle menschen één levens- en wereldbeschou wing zouden hebben. En indien men be weert, dat dit dan toch maar het geval is in de dictatoriale landen, waar allen de rloor de regeering gepropageerde overtui ging hebben, dan aarzel ik niet om met allen ernst de vraag te stellen: hoe groot zal wel het aantal huichelaars in zulke landen zijn? Propaganda voor eigen inzichten is der halve naar mijne meening geoorloofd, mits men ook iedere andere propaganda toestaat. Propaganda uitsluitend voor eigen inzich ten, met verbod van iedere andere propa ganda is uit den booze cn bewijst bovendien dat men geen onvoorwaardelijk geloof heeft in wat men anderen als de waarheid aan beveelt. Hier toont zich het nationaal-socialismè (fascisme) in zijn niet te loochonen zwak heid. Als de nat-socialistcn diep overtuigd waren van wat zij verkondigen (ik denk hierbij vooral aan nationalisme cn rassisme. aan de dolle- theorie van bloed en bodem), dan zouden zij kritiek niet vrcczen cn met de wreedste middelen tegengaan; dan zou den zij niet bang zijn voor. vrij onderzoek cn vrije ontwikkeling. En voor kritiek zijn zij bang als voor den dood, evenals voor vrijheid van onderzoek. I-Iebben wij niet pas kort geleden kunnen lezen, dat de Spaanschc fascist Franco getrouwe nabootser van Mussolini en Hitier onder de verboden lectuur voor 't onder zijn heerschappij staan de Spanje o.a. heeft genoemd de werken van Goelhe (de eens zoo hoog vereerde Duit sche denker en dichter), van Ibsen (de groo te Noorsche schrijver, die de waarde der menschelijke persoonlijkheid hoven alles stelde), van Remarque (beroemd geworden door zijn anti-oorlogsboeken)? Eenzijdige propaganda echter met uit schakeling van iedere andere moet voeren tof geestelijk versterf. Deze eenzijdige, van bovenaf geleide, ont wikkeling kennen wij, gelukkig, in ons land nog niet. Toch is het een bedenkelijk verschijnsel, dat onze regeering aan den vrijdenkersradioomroep haar nietigen zend tijd van 12 simpele uurtjes in het geheclc jaar heeft ontnomen. Gevoelt het positieve christendom zich zóó zwak? Ik moet nog iets verder ingaan op de be teekenis, de waarde en het recht der pro paganda. Dat zij gevaarlijk kan zijn, weten we helaas uit de feiten. Maar een mes kan óók gevaarlijk zijn in verkeerde handen, daarmede is echter het mes als zoodanig niet te veroordeelen. Het kan als gebruiks voorwerp zelfs heelemaal niet worden ge mist. Een mes kan smartelijke wronden ver oorzaken, maar een mes kan eveneens ge vaarlijke gezwellen uitsnijden. Welnu, zoo is 't óók met de propaganda. Zij moet aangewend worden voor een goed doel en ieder, die van het middel propagan da gebruik maakt, moet er diep van door drongen zijn, dat 't hem daarbij te doen is om niets anders dan om de menschen tot verheldering van inzicht te brengen, opdat zij daardoor tot een hooger peil van men schel ij kheid zich opwerken kunnen. Misschien zal men hiertegen opmerken, dat er veel propaganda gemaakt wordt voor verkeerde meeningen, voor verderfelijke zelfs. Dit is ongetwijfeld waar. Ik meen echter, dat wij deze risico moeten durven aanvaarden in de overtuiging, dat het ge zond verstand cn het zedelijk bewustzijn der menschheid er zelf toe zullen leiden, dat het verkeerde en verderfelijke op den duur wordt verworpen. Buitendien rijst dc vraag: wat is verkeerd cn verderfelijk? Wie zal dat uitmaken? De regeering? De kerk? En dan: welke kerk? Hier komen wij te slaan voor onoverko melijke moeilijkheden. Wat mij persoonlijk betreft: ik laat mij door niemand het onderscheid tusschen goed en kwaad voorschrijven ;ik wil dit zelf be palen cn mij daarbij als maatstaf ter beoor deeling alleen houden aan den eenigen norm van zedelijkheid, die ik als waér er ken: de volstrekte onderlinge verantwoor delijkheid der menschen of m.a.w. de zui vere menschelijke solidariteit. Natuurlijk kan ik hierbij dwalen en mis tasten. Maar daarom is het juist goed en gcwenscht, dat ik met andere ideeën en opvattingen in aanraking kom. Zij dwingen mij immers voortdurend tot de noodige zelf- herziening. In 't kort saamgevat, heb ik in dit arti kel het volgende willen zeggen: Propaganda, d.i. verbreiding van eigen inzichten, is geoorloofd cn moet voor iedere richting worden erkend. Propaganda van één enkele opvatting met uitsluiting van andere is onvoorwaardelijk af te keuren. De propaganda moet nooit het opdringen eener meening zijn, maar steeds een poging om den mcdemcnsch tot zelf denken te brengen. En bovenal: elke propaganda moet het gevolg zijn van een waarachtig verlangen om de medemenschen op te voeren tot een geestelijk hooger niveau. Ik wil aan bovenstaande beschouwing nog een enkel woord toevoegen, omdat ik zoo groote deernis gevoel met den jongen man, een knaap haast nog, die den aanslag in Parijs heeft gepleegd. Ik betreur, het, dat hij tot die voor zijn volk zoo noodlottige daad is gekomen. Maar ik kan deze daad verkla- re nuit de grenzenlooze smart, die in hem moest komen door alles wat hij zag, dat zijn familie, zijn volk werd aangedaan. Ik hoop ^lat zijn zaak door Fransche rech ters zal worden behandeld. Mocht hij aan Duitschland worden uitgeleverd, dan is zijn lijden niet te overzien. Maar hoe zullen de Fransche rechters oordeelen??? Op den 25sten Mei 1926 schoot de Jood Schalom Schwarz den Russischen generaal Peltjure in Parijs dood. Hij werd gevangen genomen en gaf als reden voor zijn aanslag op, dat Peltjura verantwoordelijk was voor den moord op 60000 joden, bij de pogroms, die in Rusland plaats hadden in het tijd perk Dcc. 1918Apr. 1921. Dit werd onder zocht en bleek waar te zijn. Op grond daar van werd Schwarz vrijgesproken. Wat zullen de rechters nu doen, waar een jongen door verdriet en vernedering tot een wanhoopsdaad kwam en een Duitscher dood de, een Duitscher, in wien hij de belicha ming zag van het nationaal-socialismè, waardoor zijn volk economisch te gronde wordt gericht, gehoond, vernietigd, gemar teld? Als ik over hem moest richten, dan zou ik hem vrijspreken. ASTOR. Maar dat was nog eens een kwakzalver! Weet gij hoe Nccrlands grootste kwak zalver, Jacob Hollander, boer en burger bij den neus nam? Misschien niet zoo geraffi neerd als zijn nazaat, die geleerde brochu res de wereld in zendt, schermt met weten schappelijke termen, maar misschien ook niet zoo gevaarlijk. Een medewerker van het Maandblad tegen de Kwakzalverij, een blad dat anders op ongezouten wijze tegen den kwakzalver optreedt, kan het soort van Jacob Hollander nog steeds geen kwaad hart toedragen. Ik kan bier niet genoeg loskomen van mijn jeugdherinneringen, vertelt hij. Die Maandagen, hè? Dan was het markt in de stad waar ik mijn onnoozele jaren sleet en die markt met haar biggetjes en kaasstal- letjcs en manufacturenkraampjes en al wat tot zoo'n markt hoort, daar waren we immers niet vandaan te krijgen! Daar kre gen we onze eersle lessen in de handels wetenschappen, daar leerden we een duw en een stomp met een lachend gezicht ver duren, daar maakten we ons het jargon van den sigarenkoopman heel wat vlugger eigen dan de suhjonctif der onregelmatige werkwoorden en de goudvissehen- en sala mandersman had in ons een toegewijd publiek. Maar dat alles hadden we graag gegeven zoo we Jacob Hollander maar niet behoefden te missen. Jacob Hollander verkocht slangenbalsem Hoe krachteloos en laf is dit gezegd! Hoe benadert het op geen stukken de voor stelling, die hij compleet van de affaire maakte. Zie hem daar staan in zijn zwart lakensch pak en den hoogen hoed op zijn dikken bol achter zijn geïmproviseerde ka theder en hoor hem zijn politiek-economi- sche beschouwingen ten beste geven met de noodige schimpscheuten op de rijken en machtigen der aarde. Ah, dat sloeg in bij de honderd of twee honderd mannetjes en vrouwtjes, als hij vertelde, hoe hij dien minister-president de les had gelezen of genen burgemeester op zijn nummer had gezet. Varieeren kon hij zijn thema tot in het oneindige. Doch het einde van zijn rede, die kenden wij, habi- tué's, even goed als hij zelf. Dan gewaagde DEN HELDER hij van de bezoeking der eksteroogen, lik doorns en dergelijke voet-euvelen en nog even later hield hij met een gebaar als gold het de Koh-i-noor een spanen doosje in de hoogte en liet ons het smeerseltje zien, de slangenbalsem, die het vermogen, bezat, al die lastige dingen in recordtijd te elimineeren. Doet het pijn? En dan... we hadden ervaring op dat punt te over, dan, wisten we, kwam de voorstelling. Jacob's scherpziend oog had on der het spreken reeds lang een eenvoudige ziel ontdekt, die zoo eens van het eene been op het andere ging staan, een dringen de uitnoodiging volgde en nog even later zat het slachtoffer op het platform naast Jacob, die hem eigenhandig de voet ont schoeide en met zachte hand den slangen balsem over den likdoorn wreef. O, dat on zalig leedvermaak, waarmede we zijn hui chelachtig vragen, of het bijgeval pijn deed, beluisterden- Want Jacob had vingers, waar in de kracht van een ordentelijke nijptang school en niet zoodra had zijn prooi ver klaard, dat hij niets voelde, of Jacob greep toe, zijn forsche stem overklonk het angst geschreeuw van den armen kerel en niet voordat hij de kern van den eeltknobbel had uitgerukt liet hij los en toonde met een ze gevierende grijns zijn trofee. En dan ging de tasch open en de spanen doosjes vlogen over de hoofden en werden opgevangen door grijpende handen, die hem het vol gend oogenblik zijn halve stuiver vaseline met een kwartje betaalden... EEN HAZEWIND WEERSTAAT DE POLITIE. De politie van Eastleigh (Hants) besloot een hazewindhond die was verdwaald en in het politiebureau was opgesloten, een wandelingetje buiten het gebouw toe te staan. Tot driemaal toe probeerde de poli tie het dier weer te grijpen, maar tot drie maal toe faalde die poging volkomen, ver telt de Daily Express. Het begon met de mededeeling van een agent, dat de hond in de hoofdstraat rondliep. Hij greep het dier en bracht het naar een asyl op 5 mijlen afstand van de stad gelegen. Dit asyl is omgeven door een omraste ring van vijf voet hoogte, maar toen de politieman nachtdienst deed, vond hij den hond op z'n stoep zitten. Een half uur la ter was het dier in het asyl terug en werd daar aan een ketting gebonden. Den dag daarop hoorden politiemannen', die in een wachtlokaal zaten, een gekrab bel aan de deur en ziet daar stond al weer de hazewind. Het dier wandelde, hij het openen van do deur kalm naar binnen en legde zich behaaglijk voor het vuur in het wachtlokaal neer. Toen heeft de politie den hond maar Jre- houden, want wat men ook had gepro beerd, het dier was niet weg te kri;,,*eiu

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1938 | | pagina 5