De avondjurk Kant VETWORMPJES? Blouse met plissés Cursus leerbewerking Zaterdag 26 November 1938 Vierde blad niag nauw zijnmaar óók».* wijd! De moderne vrouw gaat te kust en te keur! Ons uiterlijk buitens- en binnenshuis Spaansche mode "N Er gaat nog steeds een bijzon dere gratie uit van het lange, in wijde plooien neervallend avondgewaad Wij geven hiervan iwce voorbeelden; links een Spaan sche modeschep ping, waarbij wit te kant, zwartfluweel en rok en keursje afwerkt, bo ven een zalmkleurig toilet met breede strooken. Het materiaal is zijde, met handgeborduurde madeliefjes versierd; een satijnen sjerp ligt om de taille. Bit bekoorlijke strookjestoilet wordt gedemonstreerd door'de filmactrice Eleanor Hansen in de nieuufe R.K.O. Radiofilm „The MadMiss Manton." thee. De dames „parient chif- zooals men in het Fransch ;t, dat wil zeggen, ze hebben het lintjes en strikjes, over japon- 'nen en hoeden over de Mode. Toen ik jong was, zegt een lie ve oude dame, waren de mooiste ja ponnen, die een vrouw droeg, wijd, neen maar, wijdDe crinolines waren van glanzende zijde, van vo lants waren ze op kwistige wijze voorzien, bloemen, bij heele boeket ten, werden voor garneering ge bruikt. Maar de corsages, die bij die onwaarschijnlijk-ruime japonnen ge dragen werden, waren kort en nauw sluitend, En het was heel, héél mooi. - Mijn herinneringen gaan nie't zoover, rkt een dame, die men als ze er niet is, tenminste van middelbaren Jeef- zou kunnen noemen, peinzend op. Maar kan mij nog levendig een toilet voor den est brengen, dat ik, als heel joïig meisje, Kiicr vond dan alle, die ik tot dusver ge il had. Dat was een kleed van tabaks- urig satijn, met kleine gouden bloempjes iccrd. De rok was niet wijd, o neen, Jen deel, heel, héél nauw, en de dame, [er zich in gekleed bad, wekte opzien, it nergens een beetje speling gelaten Toen kenden wc nog niet de badcos- die thans iedereen draagt, en menig- vond dat ze zich aan onvergeeflijke lrijving schuldig maakte. 7 Ja, herneemt de oude dame, maar het ijft waar, dat die nauwsluitende, als op lichaam geschilderde japonnen, alleen ior heel slanke vrouwen met succes gedra- o kunnen worden. De anderen zien er tsierlijk in uit, -7 Maar in de wijde plooien van uw cri- ilines gaat iedere vormschoonheid van een ig lichaam hopeloos verloren. Waartoe ent een bekoorlijke lijn, als de mode het op toelegt die zoo goed mogelijk te ver- irgen? Nauw èn wijd! Ik weet. niet of het gesprek, dat met het halen van vergeelde herinneringen zoo 'lijk begon, tenslotte in een mode-twist 'aard is, maar als het zoo is, moet me de merking van het hart, dat voor zulk een ist in 1938 geen enkele reden bestaat, 'ant de beide types avondjaponnen, waar in de dames gewaagden, bestaan op dit ogenblik naast elkaar. Wie een mode-col die ziet kan het met eigen oogen con- ateeren. De modellen „Tweede Keizerrijk", .aarvan de oude dame sprak, komen in me- igle voor, en de andere, de nauwe, zijn tal- Jjk als de zandkorrels op het zeestrand. Zoo is er elk wat wils, en dat heteekent eker een vooruitgang op de tijdperken, waarin cén enkel model een tyrannieken °°n aangaf. Nu kunnen alle vrouwen zich decden zooals dat het best bij haar per soonlijkheid en haar figuur past. De wer- Meng slechts geregeld wat Radox door Uw wasch- water en binnen korten tijd zijn ze verdwenen, bij apothekers en erkende drogisten f0.90 per pak en f 0.15 per klein pakje. RADOX kelijk-slanke vrouw fiet is niet noodig dat zij jong is kan de volle bevalligheid van haar lijn toonen in een avondtoilet, dat als een handschoen om het lichaam sluit. Deze nauwe japonkokers hebben in het algemeen weinig décolleté. De corsages trachten eventueele „zoutvaatjes" netjes te bedekken. In het algemeen kan men zeg gen dat het décolleté zich tot een deel van de schouders beperkt, behalve wanneer de schouderbladen onberispelijk zijn. In dat ge val daalt het wat lager in den rug. De meer gezette vrouw doet in haar eigen belang het best van het dragen van dergelijke japonkokers eens voor al afstand te doen, tenzij zij, om de begeerde slanke lijn te bereiken, zich ontberingen wil opleg gen, die op een modern martelaarschap lij ken. Daar er voor deze vrouwen van „zout vaatjes" geen sprake is, kunnen zij zich aan veel geprononceerder décolleté's wagen. Dat is haar wraak op de overslanken. Rok en lijfje van verschillend materiaal. De lijfjes, die bij deze ruim-ge rokte avond japonnen behooren, sluiten strak en zonder overbodige plooien of versierselen. Zij zijn, en dit is voor deze dracht karakteristiek, van een andere stof dan die van welke de rok vervaardigd is. Zoo past bij een rok van donker fluweel een lijfje van lamé, bij een tulen met pailletten geborduurde robe een lijfje van moiré, bij een rok van witte kant een corsage van fuchsia-kleurige faille, hij een rok van rose moiré een corsage van ro bijnrood fluweel. Deze enkele voorbeelden kunnen natuurlijk met vele andere worden uitgebreid. Er zijn tallooze van goeden smaak getuigende combinaties mogelijk. Ook in huis er aardig uitzien! Daar de uitersten elkaar, ook in een arti kel, behooren te raken, is het niet meer dan natuurlijk, dat ik dit mode-praatje aanvul met enkele opmerkingen over huis- en nachtkleedij. Wat die laatste betreft zijn er in de laatste jaren vele verbeteringen ten goede te constateeren. Niet alleen dat de meeste vrouwen eindelijk als vasten regel aanvaard hebben, dat zij geen enkel klee- dmgstuk, dat zij overdag droegen, ook 's nachts aanhouden, maar de nachtkleeding zelf ziet er steeds aardiger uit. Is dat omdat wij zooveel frivoler geworden zijn? Zeker niet. Het tegendeel lijkt mij waar. De wer kelijk frivole vrouw maakt zich alléén be zorgd over de kleeding, waarmee zij „onder de menschen" verschijnt, maar bekommert zich heel weinig over wat zij in de intimi teit draagt. Dat er in dat opzicht heel wat verandert en verbetert, bewijst juist, dat de moderne vrouw is gaan begrijpen, dat het voor haar huiselijk geluk en voor de toe komst van dat geluk van wezenlijk belang is, er in haar „home" aardig en aantrekke lijk uit te zien. Zij heeft ingezien, dat het misschien heel verdienstelijk is zich voor anderen, voor vreemden, te klecden, maar dat het nog véél verdienstelijker is zich mooi te maken voor haar huisgenooten. De tegenwoordige nachthemden zijn voor al van zijden of katoen-moesseline vervaar digd, stoffen, vaak met noppen of bloem motieven bedrukt. Dat ziet er vroolijk en frisch uit en dat is 's winters nog veel noodiger dan 's zomers. De coupe, waaraan de voorkeur gegeven wordt is bet baby halsje, dat door een paar rijen fronsjes be ëindigd wordt. Deze nachthemden -worden veelal met een ceintuur verkocht, maar het h§eft geen engelen zirt 's nachts de taille Iedere vrouw heeft nog steeds gaarne minstens één blouse in haar garderobe; het is zoon pret tige practische dracht en kan van doodeenvou dig tot zeer chic varieeren. Hiernevens beel den wij een blou se af, waarvan de voornaamste gar neering bestaat uit 'n geplisseerd vestje. Let op den bijzonderen vorm van de ceintuur. (door een deskundigen medewerker.- LES III Stempelwerk te omgorden; iedere belemmering van een volledige ademhaling, ook de geringste be lemmering, is uit den booze. Mouwen heeft dit kleedingstuk niet: die zijn overbodig. Een oude avondjapon doet dienst! Voor nachtkleeding kan voortreffelijk een oude japon van soepele stof gebruikt wor-. den. De garneering, die bultjes en bobbel tjes zou kunnen vormen, wordt verwijderd, en het „geraamte", dat overblijft, is voor nachtjapon vaak heel geschikt. Een avond japon laat zich in een kleedingstuk-voor- overdag meestal niet gemakkelijk transfor- mecren, maar voor den nacht komt het er niet op aan dat stof en coupe extravagant zijn. Wie in een oude avondjapon slaapt heeft daarenboven feestige droomen. Kan het ook anders? Sommige avondjaponnen, die zich voor transformatie in nachtgewaad minder goed leenen, zijn, nadat ze enkele noodzakelijke veranderingen ondergaan hebben, vaak uiterst bruikbaar als „binnenhuis-kleeding", kleedingstukken, die voor ons zijn wat de kamerjapon voor den heer des huizes is. De meest moderne binnenhuis-kleeding voor vrouwen lijkt trouwens meer en meer, en soms bedrieglijk veel, op die van den man. De rok kan gehandhaafd blijven, maar ook door eeii langen pantalon worden vervan gen. Ieder drage wat haar het beste staat en aanstaat. Dat is het eenige criterium, dat voor deze intieme kleedingstukken geldt. GERTRUDE. Het stempelen zelf is een betrekkelijk ge makkelijk werk; alleen eischt het groote nauwkeurigheid. We dienen van te voren de plaats te bepalen, waar we den stempel zullen zetten en dit gebeurt het eenvoudigst met de punt van den lijnentrekker, welken de cursiste waarschijnlijk nu wel in haar bezit zal hebben. Het volgende prente men goed in het ge heugen. „We kunnen stempelen met koude stempels en dan dient het leer van te vo ren vochtiig gemaakt te worden. Wanneer we om een of andere reden het leer droog willen houden, verwarmen we den stempel van te voren in een spiritusvlam. Denkt er om, laat uw stempel niet te heet worden, want dan behoort een geschroeide plek in tig. 1 en krullen schijnen de wintermode te beheerschen! Krullen, welke boven op het hoofd worden aange bracht,kant die tot aan den grond daalt, afgewisseld met ragfijne tuleHet kapsel tooit men daaren bovengaarne met een elegante veer, een opzichtige sierspeld... Er zijn méér typische modesnufjes dezen winter: handschoenen met reuzen-edelsteenen (na tuurlijk imitatie) gegarneerd, kraagjes uit glinste rende metalen figuurtjes vervaardigd, bcspottelijk- breede ceintuurs, waardoor het middel a la wespen- taille wordt ingeregen... Alles een beetje buitenissig en onmiskenbaar naar het ouderwetsclie zweemend, maar tóch (of juist daardoor?) charmant- uw leerwerk niet tot de onmogelijkheden. Plaatst uw stempel, waarvoor ook een hou- dertje in den handel is loodrecht op het leer, waaronder de onderlegger, geeft een tik met den hamer op den stempel en de af druk staat in. uw leer. Van te voren oefenen op uw v. v. schapenleer! Precies hetzelfde gebeurt er met uw verwalmden stempel. Met dit stempelen kunnen bijzonder aardi ge effecten worden verkregen waarvan wij een paar voorbeelden willen geven. De figuren a-, b., c. en d. zijn afbeeldingen van 4 verschillende selva stempels, die op alle mogelijke manieren gecombineerd kun nen worden. Figuur 1 geeft verder het resultaat van stempel d en a., waarbij vier lijnen zijn in- gegrift. Men kan dit herhalen zooveel men wil b.v. bij een rand voor een boekomslag. Voorts zien wij een combinatie van stempel d. en c. met lijn. Goudstempelen. Het eigenlijke stempelen behoort tot het moeilijkste onderdeel. Daarvoor heeft men noodig een stukje goudblad. Aan den eenen kant is een laagje goud opgebracht. Men be gint meestal met een stukje goudblad van een vierkante' c.m. en legt, dit met den ver keerden kant op het leer. Daarna drukt men met den verwarmden lijnentrekker (een in strument, dat heel veel gebruikt wordt) even op het papier en het resultaat is een gouden punt op uw leerwerk. Op die manier wordt een versiering met goudstipjes ver kregen. Op dezelfde manier, handelen we, als we van een der stempels gebruik willen maken. De lijnentrekker. Dit instrumentje, dat reeds terloops is ge noemd, dient, om lijnen in het leer te trek ken. Het bestaat uit een metalen pen, die dicht bij den onderkant iets is gebogen. De ze is bevestigd in een houten handvat. Voor het gebruik van dit instrumentje wordt het leer eerst weer vochtig gemaakt of wil men het leer droog houden, dan dient de lijnen trekker verwarmd te worden. Fig. 2 geeft den stand aan waarin de lijnentrekker gehouden moet worden. Wil men mooie gepolijste lijnen trekken, dan dient de lijnentrekker vlug heen en weer te worden getrokken. De onervaren leerbewer- ster zal wel spoedig bemerken, of zij, haar instrument te rechtop heeft gehouden. Immers, wanneer zij de terugwaartsche be weging maakt, bestaat er alle kans, dat zij met de punt door het leer heenstoot. De lijnen worden het best langs een liniaal ge trokken. Het voeren van ons leerwerk. Ten einde den ruwen kant te verbergen, wordt het leer voorzien van voering, die heel dikwijls zal bestaan uit z.g. skivers, die zeer dun zijn. Men dient er voor te zor gen het voeringleer iets grooter te nemen, dan het bovenleer. Voor het lijmen wordt veelal het z.g. Remyplakmeel gebruikt .een witte poeder, waarop, al roerende water wordt gegoten, net zoo lang, tot een eenigs- zins breiachlige massa ontslaat. Het beste is een jampotje te nemen en daar wat Remy plakmiddel in te doen. „Al doende leert men", geldt ook voor de beginnende leerbe- werker(ster). De lijm wordt nu met een zachten kwast op den ruwen achterkant van het bovenleer gesmeerd en daarop legt men het voeringleer. Met een schoonen doek wordt het voeringleer nu glad gestreken, rimpels of vouwen behooren niet in goed leerwerk te zitten. Het beste is nu uw ge voerd leerwerk goed te laten drogen, liefst verzwaard met een plankje en daarop een paar dikke balken. Het voordeel van dit plakmiddel is, dat het geen vlekken of krin gen nalaat, en daarenboven is het zeer goedkoop, wat ook nog wel een woordje mee- iig.2 spreekt. Voor het hechten van leerhand en het lijmen van kleine voorwerpen zijn tu ben rubberlijm in den handel. Deze lijm droogt snel. Men kan er a.h.w. op wachten wat met het eerste plakmiddel zeer zeker niet het geval is. Binnenkort beginnen wij met het maken van een eenvoudige portemonnaie.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1938 | | pagina 13