Wij lazen voor U Acht inbrekers gevat „Wij moeten doorvechten' Radioprogramma DOOR EDGAR RICL BURROUGHS Atan Thome en Lal Taask, die de opening in de rotsen bereikt hadden en juist besloten, toch het pad opnieuw te bestijgen, omdat zij aan den vader der diamanten dachten, wilden omdraaien om aan dit voornemen gevolg te geven, toen zij zich opeens omringd zagen door een dozijn vreemde blanke krijgers, die uit de spelonken te voorschijn kwamen en hen omsingeldenIntussen voerde Tarzan zijn vrienden aan totdat zij in het gezicht kwamen van de vreselijke Tuen- ?aka. „Daar is het!" riep Magra uit, „de verboden stad ligt in de krater". „Hoe weet je dat?" vroeg Tarzan. „Dat heb ik op de kaart gezien," antwoordde het meisje. Ondanks al de pogingen, die Ma gra in het werk stelde, om Tarzan er van te rug te houden, besloot deze op onderzoek uit te gaan. In zijn avontuurlijk jungle-leven had hij vele vreemde belevenissen gekend en hen alle overwonnen. Maar hij had nooit voor zulke vreemde en verschrikkelijke geheimzin nigheden gestaan, als die hem nu wachtten. Eenmaal over de rivier vervolgde hij zijn weg over rotspunten en kloven. Totdat zijn aan dacht werd getrokken door een brommend en sissend geluid. Vlug keek hij naar beneden en daar zag hij een blanke krijger, die tegen over een cretatuur stond, dat hij nog nooit in zijn leven gezien had. KAREL LOTSY GRIEFDE MR. OUD. De „Avondpost" schrijft: De heer Karei Lotsy, de voetbal-autoriteit wordt in Duitschland geprezen. Immers: hij heeft verklaard het besluit van burge meester Oud te „betreuren", omdat de sport niets met politiek te maken heeft, j Op gromt van dit kletspraatje noemt het Duitsche Nieuwsbureau hem „een fair «portman", j Natuurlijk. Maar wij „betreuren" die uitlating van 'den heer Lotsy, die geen enkele aanleiding had aldus zijn vaderland te bejegenen. De lieer Lotsy, die blijkbaar alleen maar voet- hal ziet, had moeten begrijpen, dat het be sluit van burgemeester Oud niet door poli tiek is ingegeven, al schrijft het Duitsche Nieuwsbureau natuurlijk dat hij handelde onder pressie van Joden en Marxisten. In de beschikking van den burgemeester wordt als ecnig maar afdoend motief genoemd: de handhaving der openbare orde. Dit is duidelijk. De burgemeester staat voor groo- ter verantwoordelijkheden dan de heer Lot sy, en liet lichtvaardige oordeel van dezen voetballeider, als zou de politiek in de sport zijn gehaald, is grievend voor nir. Oud. De heer Lotsy, die graag spreekt, had ditmaal eldus het blad, een wacht voor zijn lip pen moeten zetten. HET HEMD OP HET BINNENHOF. Uit het Handelsblad (lib.) Dit jaar heeft de R.K. parlementaire wind- machine opnieuw haar kracht beproefd op den minister van onderwijs. Na een uiterst zuur gezicht te hebben getrokken hij de schriftelijke voorbereiding van het debat, heet de fractie, tijdens de behandeling in de Kamer, haar diplomatie en staatsmanswijs heid getoond, hoofdzakelijk door te zwijgen. Een handelwijze, welke wij niet van grootc allure kunnen vinden. Wanneer men als mede-controleur van het regeeringsbcleid het met den gang van zaken oneens is, trekt men zich toch niet mokkend in zijn parlementaire temt terug, maar zegt men zijn meening op duidelijke en ondubbelzin nige wijze. De dit jaar door de R.K. fractie tegenover minister Slotemaker de Bruine aangenomen „tactiek" was bovendien ge speend van iedere ridderlijkheid. Deze mi nister doet bij zijn vasthoudendheid in een handhaving van bezuinigingen niets andere dan het uitvoeren van een kahinetspolitiek d.vv.z. van een kabinet dat ook vier R.K. ministers onder zijn leden telt. Maar nu de R.K. fractie den minister van Onderwijs, Kunsten cn Wetenschappen om de een of andere reden als de zwakste schakel in de ïabinetsploeg beschouwt wij meencn, dat tf zwakkere zijn moet blijkbaar juist Uit de Pers van heden deze minister als mikpunt niet alleen van haar kwade humeur worden gekozen. Een gedragslijn, die des te wonderlijker aandoet nu die fractie sindsdien toch weer gedwee voor de door minister Slotemaker verdedig de begrooting heeft gestemd. In een geruchtmakende rede te Franeker had te voren dr. Mol Ier, een der onderwijs- specialisten van de R.K. fractie, in dreigen den vorm mysterieuze orakeltaal gesproken. Hij hulde zich in raadselen, omdat volgens zijn zeggen anders „de boel mislukken zou". Maar ook, deze geheimzinnige poging tot bangmakerij heeft niets opgeleverd. Wie staat er nu eigenlijk op het Binnenhof in zijn parlementaire hemd? DE N.S.B. EN DE „NEDERLANDSCHE BOLSJEWIEKEN". Naar aanleiding van den terugkeer van een groep Nederlandsche vrijwilligers uit Spanje schrijft het Nationaal Dagblad (N. S.B.): Eén honderd vijftien Nederlandsche bolsje wieken, die in het leger van het beulsbe- wind van Valcncia Spanje gestreden heb ben, zijn naar het vaderland teruggekeerd. Hun tocht van de Spaansche grens naar het vaderland was een ware zegetocht. Een regeering der Komintern had niet dieper in den zak kunnen tasten dan de onze, om deze geestverwanten, die met ge balde vuist op hun terugreis voor de inter nationale van Moskou demonstreerden, binnen te halen. Een warme maaltijd op Regeeringskosfen wachtte hen aan de Spaansche grens, waai* zij door den Ncder- landschen consul-generaal te Nice ontvan gen werden. In Parijs haastte Harer Ma- jesteit's Gezant Jhr. Leoudon zich aan het station voor de opluistering van den te rugkeer zorg te dragen met zijn medewer ker Labouchère om bij het uitvoerig ontbijt der bolsjewieken aanwezig te zijn. Het „Plein." waar ons Ministerie van Bui- tenlandsche Zaken zijn zonderlinge werk zaamheid verricht, had het hoe le diploma tieke corps gemobiliseerd, opdat het de hoe ren vooral maar aan niets zou ontbreken. In Brussel kwam dan ook dc logatiesecre- taris den bolsjewieken op het station zijn opwachting maken. Ten slotte zorgde Colijn er voor, dat zij bij het betreden van den vaderlandschen bodem in oen eerste klasse restouratiewagen een goedön maaltijd kregen. Het is waarlijk ontroerend deze ontvangst. Voor Joden cn bolsjewieken heeft de schatkist geld te veel de workloozen mogen hongeren, zoo besluit het N.D.B. Boefje onder de toonbank Winkelier stiet op een voet... De politie te Nijmegen heeft drie jongens tusschen 15 en 16 jaar, leden van een jeugdige dievenbende, aangehouden, die den laatsten tijd Nijmegen en omgeving on veilig maakten met ladelichtingen en win keldiefstallen. Toen een der jongens bij een der laatste diefstallen zich onder de toonbank bij een winkelier te Nijmegen verscholen had, werd hij ontdekt, doordat de winkelier te gen een voet stiet. De jongen verklaarde, dat. hij gewed liad, dat hij gerust onder de toonbank durfde zitten en dat er niets zou gebeuren! De winkelier echter waarschuwde de politie, die den knaap arresteorde. Spoe dig werden ook de twee andere diefjes ge pakt. Vermoedelijk is het drietal lid van een grootcre inisdadigersbende. Auto grijpt vier meisjes Na postbode te hebben aange reden. Gisterochtend is de postbode Kramer, die op de fiets was, aan de Zuidzijde van den Doornschen straatweg te Doorn door een uit Utrecht komende auto aangereden en zwaar gewond. De auto reed veertig kilometer door en kwam aan den overkant van den weg te recht. waar de wagen op een groepje van vier meisjes, afkomstig uit Doorn en op wég naar de huishoudschool, inreed. Het meisje C. werd ernstig gewond; de drie anderen liepen lichte kwetsuren op. Een dokter uit Driebergen, die spoedig ter plaatse was, verleende de eerste hulp. De politie stelt een onderzoek in. Kapite:n en matroos gewond Gehavend Engelsch schip loopt Vlissingsche haven binnen. Op ongeveer twaalf mijl van het Noord- hinder-lichtschip is Dinsdagavond het En- gelsche motorschip „Prowess" aangevaren. Het schip, dat veel schade bekwam, liep gisterochtend op eigen kracht de Vlissing sche haven binnen. De kapitein, de heer A. Seaman, wacht op orders van zijn reedcrij. Hij is aan een der beenen licht gewond. Een matroos is er ernstiger aan toe. Hij heeft eenige ribben gebroken en moest in het ziekenhuis worden opgenomen. Het is niet hekend, met welk schip de „Prowess" in botsing is geweest. Mooi succes van de Haagsche re cherche. De Haagsche politie heeft een drietal in brekers aangehouden, w.o een betonwerker en een chauffeur, die zich Maandag j.1., keurig gekleed, met een groot en koffer op straat vertoonden. Eenige rechercheurs kregen argwaan hielden den mannen aan en weldra bleek, dat het tweetal in samen werking met een jeugdig koopman 'oen klecdingmagazijn voor ongeveer f 500. aan costuums, overhemden en pul lovers had bestolen. Rustig hebben de betonwerker en de chauffeur in den nacht van Zondag op Maandag zich in het magazijn een fraaie collectie uitgezocht en wierpen vanaf het dak de pakken kleeren naar beneden, waar de koopman den buit opving en verder transporteerde naar een logement. Na af loop van den kraak staken de drie dieven zich in nieuwe kleeren en die. rest vond gretige helers, naar wie de politie naarstig speurt. De inbrekers hadden niet lang plezier van hun fijne spullen en zullen zich met tertijd wel met een simpel gevangenispakje tevreden moeten stellen... Sinterklaasverrassing. Op St. Nicolaasavond 'deed de Haagsche politie een inval in een perceel in de Schle- gelstraat. waar zij behalve vier verdach te individuen, een groot aantal sieraden ontdekte; welke afkomstig bleken 'te zijn van diefstal. De vier mannen, een telegrafist, politie- toerder en reiziger, allen nog vrij jong, werden, mèt den buit. naar het hoofdbureau van politie vervoerd. De gearresteerden stonden in relatie met een 41-jarig persoon, die spoedig in ecu café werd gesnapt. De mannen hekenden, de sieraden te heb ben bemachtigd bij een inbraak in een goud smidswinkel in De Meern (gera. Ouden Rijn.) Zoo heeft dus Den Haagsche recherche zichzelf een mooi Sinterklaasgeschenk be reid: acht boosdoeners achter slot en gren del! Aldus de Chineesche gezant te Washington. De Chineesche ambassadeur te Washing ton Hoesjih, heeft het woord gevoerd op een te zijner eere door de advocatencluh aldaar aangeboden noenmaal. Na den val van Hankau en Kanton, aldus Hoesjih, werd eraan gedacht, eiken vrede te aanvaarden; die aangeboden werd, doch er is geen kans op een vrede, die het Chi neesche volk redelijkerwijze kan aanvaar den en daarom moeten wij doorvechten. De tijd en de aardrijkskundige positie zijn echter in ons voordeel, en in een langduri- gen oorlog zal de tijd komen, dat de inter nationale toestand zich te onzen gunste wij zigt. VRIJDAG 9 DECËMBER 1938. Hilversum I, 1875 en 415,5 m. Algemeen Programma, verzorgd door de KRO. 8.009.15 Gramofoonmuziek. (Ca. 8.15 Ber.), 10.00 Gramofoonmuziek. 11.30 Bijbelsche causerie. 12.00 Berichten. 12.15 KRO-Melociisten en solist. (1.001.20 Gramofoonmuziek). 2.003.00 Gramofoonmurik. 3.05 Orgelconcert en gramofoonmuziek. (Ca, 4.00 Berichten). 4.00 KRO-Kamerorkest en solist. 5.00 KRO-Orkest. 6.00 Land- en tuinbouwcauserie. 6.20 Gramofoonmuziek. (Ca. 6.30 Berichten). 7.15 Luchtvaartcauserie. 7.30 Musica Cathoiica. 8.00 Berichten ANP. 8.15 Rotterdamsch Philharmonisch orkest ea solist. 9.15 Programma, gewijd aai Neerlands' Weer macht. 10.30 Berichten ANP. 10.40 Bela Kiss en zijn Hongaarsch orkest. 11.00 KRO-Boys en solist. (11.2011.30 Gramofoonmuziek). 11.5012.00 Gramofoonmuziek. Hilversum II, 301,5 m. 8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 12.00 AVRO. 4.00 VARA. 7.30 VPRO. 9.00 VARA 10.40 VPRO. 11.00—12.00 VARA. •8.00 Gramofoonmuziek. (Om 8.16 Berichten). 10.00 Morgenwijding. 10.20 Viool en piano. 10.50 Declamatie. 11.10—VARA-Orkest. 12.00 De Palladians. (Ca. 12.15 Berichten). 12.45 Gramofoonmuziek. I.15 AVRO-Amusementsorkest. 2.00 Voordracht. 2.25 Aeolian-orkest (opn.). 3.00 Cabaretprogramma. 4.00 Gramofoonmuziek. 5.00 Voor de kinderen. 5.30 Orgelspel. 6.00 „Esmeralda" 6.28 Berichten. 6.35 Literaire causerie. 6.55 Gramofoonmuziek. 7.00 VARA-Kalender. 7.05 Causerie over Goya en Daumier. 7.23 Berichten ANP. 7.30 Causerie „Morgen komt de nieuwe Psal men- en Gezangenbundel van de Neder- duitsch Hervormae Kerk uit." 7.40 Causerie „Wat en hoe gelooven wij 8.00 Zang en piano. 8.30 Berichten. 8.35 Causerie „Advent en Kerstmis in andere landen: I. Zweden". 9.00 De Ramblers en solist. 9.30 „Syivia", 10.00 „Esmeralda" en soliste. 10.30 Berichten ANP. 1T40 Avondw(jding. II.00 Cello en piano. 11.30 Jazzmuziek (gr.pl.). 11.5512.00 Gramofoonmuziek feuille ton MAURICE WALSH „Dat is niet meer dan billijk," zei ze ern stig, „Ik heb,het gevoel, dat je voor mij ver antwoordelijk bent." Hier trilde haar gevoe lige mond. „Ik ik weet niet, wat er van me terecht moet komen, wanneer je de han den van me aftrekt." Hij raakte even haar hand aan en sprak met vaste stem: „Ik ben niet van plan de banden van je af te trekken." DERDE HOOFDSTUK. Het was een sombere Decemberavond, in het Westen hingen de wolken laag en drei gend over Scattery Eiland; Jamesy, even som her als de hemel boven hem, kwam de helling van de pier opgeloopen. Achter hem bonkten en dreunden de groote sloophamers op de sta len scheepsplaten en siste de steekvlam uit de soldeerlampen; voor hem, aan het eind van de groene helling teekenden zich de behakte steenen van de verlaten vestingwerken tegen den hemel af en zijn eigen kampement lag veilig en beschut genesteld tusschen het oude tuighuis en de muren van het plein. ..Rogue McCoy!" riep hij met zijn hooge te- noI".."^Vaar zit R°gue de samenzweerder?" Zijn stem weerkaatste hol van de muren, mEw dat was °°k zÜn eenige antwoord. „Waar voor den drommel zitten julie toch allemaal?" gilde hij. Een zwarte krullebol kwam over den muu van de vesting k\jken. „Heb je daar Rogue bij je, Conroy-vrouw?" „Neen. Hij is na het eten naar de haven gegaan." „Dat heb je mis. Daar ligt een stevige ha mer op hem te wachten terwijl hij er met Daheen en den hond van tusschen gegaan is. Wacht maar eens, als ik hem in handen krijg Door de groote poort in de muren klom hij de helling verder op, tot dat hij bij de stel ling met kanonnen kwam. Ailish Conroy, slank maar krachtig van bouw stond met het hoofd schuin tegen den wind op een der be tegelde platformen uit te kijken over de monding van de Shannon. „Kom hier heen met je lawaai," riep ze hem toe. Hij krabbelde naar haar toe, waarop zij een hand op zijn arm legde. „Kijk nu eens!" riep ze met een wijd gebaar. „Is dat niet prach tig en melancholiek tegelijk?" „Een ding is zeker, morgen zal het stroo men van den regen," zei Jamesy somber. Daar beneden begon de vloed de zandplaat tusschen het eiland en het dorp Tarbert te overstroomen; voorbij het dorp liepen de grauwe wintersche velden in een langzame helling op naar den horizont. Tusschen de ga ten en scheuren in de oude ijzeren romp van een schuit vlak bij de pier flikkerde ver blindend de steekvlam uit de soldeerlamp op. een wonderlijke tegenstelling met den zachten gloed, die door de gordijnen van den herberg op de kade naar buiten drong. Aan hun voe ten strekte zich het twee mijlen breede estua rium van de Shannon uit, waarachter de ronde heuvelkoppen van Clare; de breede boog van de stroomversnelling langs Tarbert eiland tee- kende een zilveren streep over het loodblauwe water van de rivier. De witte vuurtoren op de punt stak schril tegen de wazige kust er achter af; ver in het Westen stapelden zich de regenwolken op boven Scatterv. door één enkele flard oranje onderbroken. Daar ginds, onder die laagha""->nde lucht, zag de zee er "■onderlijk en droefgeestig uit; hier en daar staken de golven witte schuimkoppen op, die in het late licht glinsterend naar het strand joegen, onder een fel opstekenden wind. „Nu krijgen we den winter, Jamesy Coffey," zei Ailish met haar diepe stem „We zijn behoorlijk onder dak. Waar zit iedereen toch?" „Daar sta jij en hier sta ik, Maag Carty is naar het dorp gegaan om te trachten Vader Jerry O'Connor over te halen, missen te lezen voor dien éénen man van haar, die heiden was, Daheen is met Rakker achter de konijn tjes aan, ze hebben Rogue niet bij zich. Julie Brien heb ik niet gezien." „Misschien zijn de twee er samen op uit," zei Jamesey knorrig. „Waarom ook niet. Ze zyn maar -ens jong." „Jij bent ook maar eens Jong!" „Maar ik ben wijs voor twee, vaderlief." „Dat weet ik niet, dat weet ik nog zoo net niet. Hij stuurde je naar ons toe, dien nacht. Wat drommels! Dit kampement hier staat me de laatste maand al niet meer aan. Hier staan er twee te fluisteren en daar staan er twee te fluisteren en voor de rest kwade humeuren en kwade woorden." „En op het oogenblik ben jij in een kwaad humeur, omdat je naar je thee verlangt. Kom maar mee. dan zal ik een keteltje op zetten voor een kopje, vooruit, tegen dien tijd zal Maag wel terug zijn met de saucijsjes." Ailish moest toegeven, dat al wel een maand lang er iets haperde in het kamp. De eerste maand was volmaakt geweest, tot de beroemde markt van Listowel, maar sedert ze naar Tarbert waren gekomen, was er een ze kere spanning merkbaar geworden. Zij voelde zich teleurgesteld, in zekeren zin zelfs gedes illusioneerd. Per slot van rekening was het leven toch overal het zelfde, misschien was het heelemaal niet verstandig van haar ge weest, dat ze getracht had, eens iets heel an ders te doen. Maar daar wou ze nu niet lan ger over tobben. Zij zou dit soort leven een goede kans geven en als -het tegenviel en steeds meer bleef tegenvallen, dan zou zij ten minste met een frisschen kjjk op de dingen weer tot haar normale wereld terugkeeren. Haar normale wereld! Waar was die? Daar wou ze nu ook niet langer bij stilstaan. Ze wilde nu maar bij den dag leven eri de toe komst blauw-blauw laten. Haar naastbijlig- gende plicht was nu een vuurtje te stoken van houtjes en turf en den zwarten ketel aan den kook te maken. Dus wijdde zij zich aan die taak en zij en Jamesy zaten heel gezellig thee te drinken, toen Maag terug kwam, beladen met saucijs jes, wittebrood en zes flesschen stout. Dadelijk daarop kwamen Daheen en zijn hond de hel ling opgestormd uit het bosch, maar de jacht had dien middag niets opgebracht. „Er zitten daar net zooveel holen," legde hij uit, „als er gaten in een honingraat zijn. Rak ker heeft geen enkele kans gehad, hoewel hij er twee opgejaagd heeft .Ik en Rogue zullen morgen nog een paar strikken er bij zetten. Waar is hij nu?" Niemand antwoordde hem. Evenmin vroeg iemand, waar Julie Brien kon zijn. Bij de thee was geen van hen beiden verschenen, en Maag bewaarde ook geen saucijsjes voor hen. Die donkere, geheimzinnige vrouw hulde zich den geheelen avond in een hooghartig zwijgen en ging niet één keer in op al het gemopper en de insinuaties van haar man en dat deed hij, mopperen en insinueeren, verdrietig en wraaklustig en dikwijls op een heel sluwe ma nier. „Naftiurlijk. Zeker iemand was er gauw ge noeg bij om een eind te maken aan het ge fluister en de geheimen, toen Shamus Og van de partij was. Maar Rogue dat is een an der geval. Rogue, die schat! Bij hem is niets te vreezen. Hij met zijn hand op haar schou der en zij met haar rooie haar maar luisteren naar hem en dan samen het strand op. En niemand, die er een woord over zegt. Ze ia geen dochter van mij, maar dat zeg ik je, als ze dat wel was Toen de nacht begon te vallen, liet de vrouw hem eenzaam achter, al rookem' op zijn zeepkist voor het vuur en ging de" -va gen binnen. Weldra begon daar de lamj .net den blikken reflector te schynen tusschen de roode gordijntjes voor de hooge ramen; daar na stak Ailish haar donkere hoofdje over de onderdeur. Z\j keek eens naar Jamesy, die met een somber gezicht ineengedoken bij het vuur zat en naar Daheen, die stil en ernstig naast hem zat op een paar stukken turf. Die arme Daheen hield zich vanavond wel erg koest. Hij zat voorovergebogen met zijn handen tus schen zijn knieën en zijn mooie donkere oogen op de vlammen gericht. „Daheen," fluisterde zjj, „kom eens hier." Daheen schrok overeind en keek op, waar op zij hem met een vinger naar het trapje wenkte. „Wat is er, Ailish?" „Het werk is voor vandaag nog niet afge- loopen, manneke! Kom eens bij me." „Ook al weer goed!" zei hij berustend. Hij klom het gezellige kamertje van den woonwagen binnen, met zijn frissche katoenen gordijntjes, keurige bedden, zijn versieringen op den muur en plafond en het kleine roode lampje, dat dag en nacht bleef branden voor het Heilige Hart. Daar kreeg hij zooals ge woonlijk zyn les. Daheen was heel vlug, ja, nog meer dan dat; hij was zijn vijfde boek al door en begon al iets te begrijpen van den regel van drie. Hij was doodernstig onder het leeren. en Ailish lachte hem vriendelijk toe. „Zullen we vanavond vertellen, Daheen?" „Och. ik ben er eigenlijk niet voor in de stemming." „Al te veel vereering voor een bepaalde persoon is ook niet altijd goed, Daheen, mijn jongen!" „Maar ik vind jorav verhalen heusch ook mooi, Ailish. En dat was zoo. Zij kende prachtige verhalen van Indianen en beren, en cowboys en schietparüjen en galoppeeren- de paarden. Heusch net zoo prachtig als die van Rogue McCoy alleen had ze niet altijd de juiste spanning erin. Maar het waren mooie verhalen en hij zou er een jaar lang naar hebben kunnen luisteren maar vanavond niet. Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1938 | | pagina 7