Wij lazen voor U
Acht inbrekers gevat
„Wij moeten doorvechten'
Radioprogramma
DOOR
EDGAR RICL
BURROUGHS
Atan Thome en Lal Taask, die de opening
in de rotsen bereikt hadden en juist besloten,
toch het pad opnieuw te bestijgen, omdat zij
aan den vader der diamanten dachten, wilden
omdraaien om aan dit voornemen gevolg te
geven, toen zij zich opeens omringd zagen
door een dozijn vreemde blanke krijgers, die
uit de spelonken te voorschijn kwamen en hen
omsingeldenIntussen voerde Tarzan zijn
vrienden aan totdat zij in het gezicht kwamen
van de vreselijke Tuen- ?aka. „Daar is het!"
riep Magra uit, „de verboden stad ligt in de
krater". „Hoe weet je dat?" vroeg Tarzan.
„Dat heb ik op de kaart gezien," antwoordde
het meisje. Ondanks al de pogingen, die Ma
gra in het werk stelde, om Tarzan er van te
rug te houden, besloot deze op onderzoek uit
te gaan. In zijn avontuurlijk jungle-leven had
hij vele vreemde belevenissen gekend en hen
alle overwonnen. Maar hij had nooit voor
zulke vreemde en verschrikkelijke geheimzin
nigheden gestaan, als die hem nu wachtten.
Eenmaal over de rivier vervolgde hij zijn weg
over rotspunten en kloven. Totdat zijn aan
dacht werd getrokken door een brommend en
sissend geluid. Vlug keek hij naar beneden en
daar zag hij een blanke krijger, die tegen
over een cretatuur stond, dat hij nog nooit in
zijn leven gezien had.
KAREL LOTSY GRIEFDE MR. OUD.
De „Avondpost" schrijft:
De heer Karei Lotsy, de voetbal-autoriteit
wordt in Duitschland geprezen.
Immers:
hij heeft verklaard het besluit van burge
meester Oud te „betreuren", omdat de
sport niets met politiek te maken heeft,
j Op gromt van dit kletspraatje noemt het
Duitsche Nieuwsbureau hem „een fair
«portman",
j Natuurlijk.
Maar wij „betreuren" die uitlating van
'den heer Lotsy, die geen enkele aanleiding
had aldus zijn vaderland te bejegenen. De
lieer Lotsy, die blijkbaar alleen maar voet-
hal ziet, had moeten begrijpen, dat het be
sluit van burgemeester Oud niet door poli
tiek is ingegeven, al schrijft het Duitsche
Nieuwsbureau natuurlijk dat hij handelde
onder pressie van Joden en Marxisten. In
de beschikking van den burgemeester wordt
als ecnig maar afdoend motief genoemd:
de handhaving der openbare orde. Dit is
duidelijk. De burgemeester staat voor groo-
ter verantwoordelijkheden dan de heer Lot
sy, en liet lichtvaardige oordeel van dezen
voetballeider, als zou de politiek in de sport
zijn gehaald, is grievend voor nir. Oud. De
heer Lotsy, die graag spreekt, had ditmaal
eldus het blad, een wacht voor zijn lip
pen moeten zetten.
HET HEMD OP HET BINNENHOF.
Uit het Handelsblad (lib.)
Dit jaar heeft de R.K. parlementaire wind-
machine opnieuw haar kracht beproefd op
den minister van onderwijs. Na een uiterst
zuur gezicht te hebben getrokken hij de
schriftelijke voorbereiding van het debat,
heet de fractie, tijdens de behandeling in de
Kamer, haar diplomatie en staatsmanswijs
heid getoond, hoofdzakelijk door te zwijgen.
Een handelwijze, welke wij niet van grootc
allure kunnen vinden. Wanneer men als
mede-controleur van het regeeringsbcleid
het met den gang van zaken oneens is,
trekt men zich toch niet mokkend in zijn
parlementaire temt terug, maar zegt men
zijn meening op duidelijke en ondubbelzin
nige wijze. De dit jaar door de R.K. fractie
tegenover minister Slotemaker de Bruine
aangenomen „tactiek" was bovendien ge
speend van iedere ridderlijkheid. Deze mi
nister doet bij zijn vasthoudendheid in een
handhaving van bezuinigingen niets andere
dan het uitvoeren van een kahinetspolitiek
d.vv.z. van een kabinet dat ook vier R.K.
ministers onder zijn leden telt. Maar nu de
R.K. fractie den minister van Onderwijs,
Kunsten cn Wetenschappen om de een of
andere reden als de zwakste schakel in de
ïabinetsploeg beschouwt wij meencn, dat
tf zwakkere zijn moet blijkbaar juist
Uit de Pers van heden
deze minister als mikpunt niet alleen van
haar kwade humeur worden gekozen. Een
gedragslijn, die des te wonderlijker aandoet
nu die fractie sindsdien toch weer gedwee
voor de door minister Slotemaker verdedig
de begrooting heeft gestemd.
In een geruchtmakende rede te Franeker
had te voren dr. Mol Ier, een der onderwijs-
specialisten van de R.K. fractie, in dreigen
den vorm mysterieuze orakeltaal gesproken.
Hij hulde zich in raadselen, omdat volgens
zijn zeggen anders „de boel mislukken zou".
Maar ook, deze geheimzinnige poging tot
bangmakerij heeft niets opgeleverd. Wie
staat er nu eigenlijk op het Binnenhof in
zijn parlementaire hemd?
DE N.S.B. EN DE „NEDERLANDSCHE
BOLSJEWIEKEN".
Naar aanleiding van den terugkeer van
een groep Nederlandsche vrijwilligers uit
Spanje schrijft het Nationaal Dagblad (N.
S.B.):
Eén honderd vijftien Nederlandsche bolsje
wieken, die in het leger van het beulsbe-
wind van Valcncia Spanje gestreden heb
ben, zijn naar het vaderland teruggekeerd.
Hun tocht van de Spaansche grens naar
het vaderland was een ware zegetocht.
Een regeering der Komintern had niet
dieper in den zak kunnen tasten dan de
onze, om deze geestverwanten, die met ge
balde vuist op hun terugreis voor de inter
nationale van Moskou demonstreerden,
binnen te halen. Een warme maaltijd op
Regeeringskosfen wachtte hen aan de
Spaansche grens, waai* zij door den Ncder-
landschen consul-generaal te Nice ontvan
gen werden. In Parijs haastte Harer Ma-
jesteit's Gezant Jhr. Leoudon zich aan het
station voor de opluistering van den te
rugkeer zorg te dragen met zijn medewer
ker Labouchère om bij het uitvoerig ontbijt
der bolsjewieken aanwezig te zijn.
Het „Plein." waar ons Ministerie van Bui-
tenlandsche Zaken zijn zonderlinge werk
zaamheid verricht, had het hoe le diploma
tieke corps gemobiliseerd, opdat het de hoe
ren vooral maar aan niets zou ontbreken.
In Brussel kwam dan ook dc logatiesecre-
taris den bolsjewieken op het station zijn
opwachting maken.
Ten slotte zorgde Colijn er voor, dat zij
bij het betreden van den vaderlandschen
bodem in oen eerste klasse restouratiewagen
een goedön maaltijd kregen. Het is waarlijk
ontroerend deze ontvangst. Voor Joden cn
bolsjewieken heeft de schatkist geld te veel
de workloozen mogen hongeren, zoo besluit
het N.D.B.
Boefje onder de toonbank
Winkelier stiet op een voet...
De politie te Nijmegen heeft drie jongens
tusschen 15 en 16 jaar, leden van een
jeugdige dievenbende, aangehouden, die
den laatsten tijd Nijmegen en omgeving on
veilig maakten met ladelichtingen en win
keldiefstallen.
Toen een der jongens bij een der laatste
diefstallen zich onder de toonbank bij een
winkelier te Nijmegen verscholen had,
werd hij ontdekt, doordat de winkelier te
gen een voet stiet. De jongen verklaarde,
dat. hij gewed liad, dat hij gerust onder de
toonbank durfde zitten en dat er niets zou
gebeuren!
De winkelier echter waarschuwde de
politie, die den knaap arresteorde. Spoe
dig werden ook de twee andere diefjes ge
pakt.
Vermoedelijk is het drietal lid van een
grootcre inisdadigersbende.
Auto grijpt vier meisjes
Na postbode te hebben aange
reden.
Gisterochtend is de postbode Kramer, die
op de fiets was, aan de Zuidzijde van den
Doornschen straatweg te Doorn door een
uit Utrecht komende auto aangereden en
zwaar gewond.
De auto reed veertig kilometer door en
kwam aan den overkant van den weg te
recht. waar de wagen op een groepje van
vier meisjes, afkomstig uit Doorn en op
wég naar de huishoudschool, inreed.
Het meisje C. werd ernstig gewond; de
drie anderen liepen lichte kwetsuren op.
Een dokter uit Driebergen, die spoedig ter
plaatse was, verleende de eerste hulp.
De politie stelt een onderzoek in.
Kapite:n en matroos gewond
Gehavend Engelsch schip loopt
Vlissingsche haven binnen.
Op ongeveer twaalf mijl van het Noord-
hinder-lichtschip is Dinsdagavond het En-
gelsche motorschip „Prowess" aangevaren.
Het schip, dat veel schade bekwam, liep
gisterochtend op eigen kracht de Vlissing
sche haven binnen.
De kapitein, de heer A. Seaman, wacht
op orders van zijn reedcrij.
Hij is aan een der beenen licht gewond.
Een matroos is er ernstiger aan toe. Hij
heeft eenige ribben gebroken en moest in
het ziekenhuis worden opgenomen.
Het is niet hekend, met welk schip de
„Prowess" in botsing is geweest.
Mooi succes van de Haagsche re
cherche.
De Haagsche politie heeft een drietal in
brekers aangehouden, w.o een betonwerker
en een chauffeur, die zich Maandag j.1.,
keurig gekleed, met een groot en koffer op
straat vertoonden. Eenige rechercheurs
kregen argwaan hielden den mannen aan
en weldra bleek, dat het tweetal in samen
werking met een jeugdig koopman 'oen
klecdingmagazijn voor ongeveer f 500.
aan costuums, overhemden en pul lovers had
bestolen.
Rustig hebben de betonwerker en de
chauffeur in den nacht van Zondag op
Maandag zich in het magazijn een fraaie
collectie uitgezocht en wierpen vanaf het
dak de pakken kleeren naar beneden, waar
de koopman den buit opving en verder
transporteerde naar een logement. Na af
loop van den kraak staken de drie dieven
zich in nieuwe kleeren en die. rest vond
gretige helers, naar wie de politie naarstig
speurt.
De inbrekers hadden niet lang plezier
van hun fijne spullen en zullen zich met
tertijd wel met een simpel gevangenispakje
tevreden moeten stellen...
Sinterklaasverrassing.
Op St. Nicolaasavond 'deed de Haagsche
politie een inval in een perceel in de Schle-
gelstraat. waar zij behalve vier verdach
te individuen, een groot aantal sieraden
ontdekte; welke afkomstig bleken 'te zijn
van diefstal.
De vier mannen, een telegrafist, politie-
toerder en reiziger, allen nog vrij jong,
werden, mèt den buit. naar het hoofdbureau
van politie vervoerd.
De gearresteerden stonden in relatie met
een 41-jarig persoon, die spoedig in ecu
café werd gesnapt.
De mannen hekenden, de sieraden te heb
ben bemachtigd bij een inbraak in een goud
smidswinkel in De Meern (gera. Ouden
Rijn.)
Zoo heeft dus Den Haagsche recherche
zichzelf een mooi Sinterklaasgeschenk be
reid: acht boosdoeners achter slot en gren
del!
Aldus de Chineesche gezant te
Washington.
De Chineesche ambassadeur te Washing
ton Hoesjih, heeft het woord gevoerd op
een te zijner eere door de advocatencluh
aldaar aangeboden noenmaal.
Na den val van Hankau en Kanton, aldus
Hoesjih, werd eraan gedacht, eiken vrede
te aanvaarden; die aangeboden werd, doch
er is geen kans op een vrede, die het Chi
neesche volk redelijkerwijze kan aanvaar
den en daarom moeten wij doorvechten.
De tijd en de aardrijkskundige positie zijn
echter in ons voordeel, en in een langduri-
gen oorlog zal de tijd komen, dat de inter
nationale toestand zich te onzen gunste wij
zigt.
VRIJDAG 9 DECËMBER 1938.
Hilversum I, 1875 en 415,5 m.
Algemeen Programma, verzorgd door de
KRO.
8.009.15 Gramofoonmuziek. (Ca. 8.15 Ber.),
10.00 Gramofoonmuziek.
11.30 Bijbelsche causerie.
12.00 Berichten.
12.15 KRO-Melociisten en solist.
(1.001.20 Gramofoonmuziek).
2.003.00 Gramofoonmurik.
3.05 Orgelconcert en gramofoonmuziek.
(Ca, 4.00 Berichten).
4.00 KRO-Kamerorkest en solist.
5.00 KRO-Orkest.
6.00 Land- en tuinbouwcauserie.
6.20 Gramofoonmuziek.
(Ca. 6.30 Berichten).
7.15 Luchtvaartcauserie.
7.30 Musica Cathoiica.
8.00 Berichten ANP.
8.15 Rotterdamsch Philharmonisch orkest ea
solist.
9.15 Programma, gewijd aai Neerlands' Weer
macht.
10.30 Berichten ANP.
10.40 Bela Kiss en zijn Hongaarsch orkest.
11.00 KRO-Boys en solist.
(11.2011.30 Gramofoonmuziek).
11.5012.00 Gramofoonmuziek.
Hilversum II, 301,5 m.
8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 12.00
AVRO. 4.00 VARA. 7.30 VPRO. 9.00 VARA
10.40 VPRO. 11.00—12.00 VARA.
•8.00 Gramofoonmuziek. (Om 8.16 Berichten).
10.00 Morgenwijding.
10.20 Viool en piano.
10.50 Declamatie.
11.10—VARA-Orkest.
12.00 De Palladians. (Ca. 12.15 Berichten).
12.45 Gramofoonmuziek.
I.15 AVRO-Amusementsorkest.
2.00 Voordracht.
2.25 Aeolian-orkest (opn.).
3.00 Cabaretprogramma.
4.00 Gramofoonmuziek.
5.00 Voor de kinderen.
5.30 Orgelspel.
6.00 „Esmeralda"
6.28 Berichten.
6.35 Literaire causerie.
6.55 Gramofoonmuziek.
7.00 VARA-Kalender.
7.05 Causerie over Goya en Daumier.
7.23 Berichten ANP.
7.30 Causerie „Morgen komt de nieuwe Psal
men- en Gezangenbundel van de Neder-
duitsch Hervormae Kerk uit."
7.40 Causerie „Wat en hoe gelooven wij
8.00 Zang en piano.
8.30 Berichten.
8.35 Causerie „Advent en Kerstmis in andere
landen: I. Zweden".
9.00 De Ramblers en solist.
9.30 „Syivia",
10.00 „Esmeralda" en soliste.
10.30 Berichten ANP.
1T40 Avondw(jding.
II.00 Cello en piano.
11.30 Jazzmuziek (gr.pl.).
11.5512.00 Gramofoonmuziek
feuille ton
MAURICE WALSH
„Dat is niet meer dan billijk," zei ze ern
stig, „Ik heb,het gevoel, dat je voor mij ver
antwoordelijk bent." Hier trilde haar gevoe
lige mond. „Ik ik weet niet, wat er van
me terecht moet komen, wanneer je de han
den van me aftrekt."
Hij raakte even haar hand aan en sprak
met vaste stem: „Ik ben niet van plan de
banden van je af te trekken."
DERDE HOOFDSTUK.
Het was een sombere Decemberavond, in
het Westen hingen de wolken laag en drei
gend over Scattery Eiland; Jamesy, even som
her als de hemel boven hem, kwam de helling
van de pier opgeloopen. Achter hem bonkten
en dreunden de groote sloophamers op de sta
len scheepsplaten en siste de steekvlam uit
de soldeerlampen; voor hem, aan het eind van
de groene helling teekenden zich de behakte
steenen van de verlaten vestingwerken tegen
den hemel af en zijn eigen kampement lag
veilig en beschut genesteld tusschen het oude
tuighuis en de muren van het plein.
..Rogue McCoy!" riep hij met zijn hooge te-
noI".."^Vaar zit R°gue de samenzweerder?"
Zijn stem weerkaatste hol van de muren,
mEw dat was °°k zÜn eenige antwoord.
„Waar voor den drommel zitten julie toch
allemaal?" gilde hij.
Een zwarte krullebol kwam over den muu
van de vesting k\jken.
„Heb je daar Rogue bij je, Conroy-vrouw?"
„Neen. Hij is na het eten naar de haven
gegaan."
„Dat heb je mis. Daar ligt een stevige ha
mer op hem te wachten terwijl hij er met
Daheen en den hond van tusschen gegaan is.
Wacht maar eens, als ik hem in handen
krijg
Door de groote poort in de muren klom hij
de helling verder op, tot dat hij bij de stel
ling met kanonnen kwam. Ailish Conroy,
slank maar krachtig van bouw stond met het
hoofd schuin tegen den wind op een der be
tegelde platformen uit te kijken over de
monding van de Shannon.
„Kom hier heen met je lawaai," riep ze
hem toe.
Hij krabbelde naar haar toe, waarop zij een
hand op zijn arm legde. „Kijk nu eens!" riep
ze met een wijd gebaar. „Is dat niet prach
tig en melancholiek tegelijk?"
„Een ding is zeker, morgen zal het stroo
men van den regen," zei Jamesy somber.
Daar beneden begon de vloed de zandplaat
tusschen het eiland en het dorp Tarbert te
overstroomen; voorbij het dorp liepen de
grauwe wintersche velden in een langzame
helling op naar den horizont. Tusschen de ga
ten en scheuren in de oude ijzeren romp van
een schuit vlak bij de pier flikkerde ver
blindend de steekvlam uit de soldeerlamp op.
een wonderlijke tegenstelling met den zachten
gloed, die door de gordijnen van den herberg
op de kade naar buiten drong. Aan hun voe
ten strekte zich het twee mijlen breede estua
rium van de Shannon uit, waarachter de ronde
heuvelkoppen van Clare; de breede boog van
de stroomversnelling langs Tarbert eiland tee-
kende een zilveren streep over het loodblauwe
water van de rivier. De witte vuurtoren op
de punt stak schril tegen de wazige kust er
achter af; ver in het Westen stapelden zich
de regenwolken op boven Scatterv. door één
enkele flard oranje onderbroken. Daar ginds,
onder die laagha""->nde lucht, zag de zee er
"■onderlijk en droefgeestig uit; hier en daar
staken de golven witte schuimkoppen op, die
in het late licht glinsterend naar het strand
joegen, onder een fel opstekenden wind.
„Nu krijgen we den winter, Jamesy Coffey,"
zei Ailish met haar diepe stem
„We zijn behoorlijk onder dak. Waar zit
iedereen toch?"
„Daar sta jij en hier sta ik, Maag Carty is
naar het dorp gegaan om te trachten Vader
Jerry O'Connor over te halen, missen te lezen
voor dien éénen man van haar, die heiden
was, Daheen is met Rakker achter de konijn
tjes aan, ze hebben Rogue niet bij zich. Julie
Brien heb ik niet gezien."
„Misschien zijn de twee er samen op uit,"
zei Jamesey knorrig.
„Waarom ook niet. Ze zyn maar -ens
jong."
„Jij bent ook maar eens Jong!"
„Maar ik ben wijs voor twee, vaderlief."
„Dat weet ik niet, dat weet ik nog zoo net
niet. Hij stuurde je naar ons toe, dien nacht.
Wat drommels! Dit kampement hier staat me
de laatste maand al niet meer aan. Hier staan
er twee te fluisteren en daar staan er twee te
fluisteren en voor de rest kwade humeuren en
kwade woorden."
„En op het oogenblik ben jij in een kwaad
humeur, omdat je naar je thee verlangt. Kom
maar mee. dan zal ik een keteltje op zetten
voor een kopje, vooruit, tegen dien tijd zal
Maag wel terug zijn met de saucijsjes."
Ailish moest toegeven, dat al wel een
maand lang er iets haperde in het kamp. De
eerste maand was volmaakt geweest, tot de
beroemde markt van Listowel, maar sedert ze
naar Tarbert waren gekomen, was er een ze
kere spanning merkbaar geworden. Zij voelde
zich teleurgesteld, in zekeren zin zelfs gedes
illusioneerd. Per slot van rekening was het
leven toch overal het zelfde, misschien was
het heelemaal niet verstandig van haar ge
weest, dat ze getracht had, eens iets heel an
ders te doen. Maar daar wou ze nu niet lan
ger over tobben. Zij zou dit soort leven een
goede kans geven en als -het tegenviel en
steeds meer bleef tegenvallen, dan zou zij ten
minste met een frisschen kjjk op de dingen
weer tot haar normale wereld terugkeeren.
Haar normale wereld! Waar was die? Daar
wou ze nu ook niet langer bij stilstaan. Ze
wilde nu maar bij den dag leven eri de toe
komst blauw-blauw laten. Haar naastbijlig-
gende plicht was nu een vuurtje te stoken
van houtjes en turf en den zwarten ketel aan
den kook te maken.
Dus wijdde zij zich aan die taak en zij en
Jamesy zaten heel gezellig thee te drinken,
toen Maag terug kwam, beladen met saucijs
jes, wittebrood en zes flesschen stout. Dadelijk
daarop kwamen Daheen en zijn hond de hel
ling opgestormd uit het bosch, maar de jacht
had dien middag niets opgebracht.
„Er zitten daar net zooveel holen," legde hij
uit, „als er gaten in een honingraat zijn. Rak
ker heeft geen enkele kans gehad, hoewel hij
er twee opgejaagd heeft .Ik en Rogue zullen
morgen nog een paar strikken er bij zetten.
Waar is hij nu?"
Niemand antwoordde hem. Evenmin vroeg
iemand, waar Julie Brien kon zijn. Bij de thee
was geen van hen beiden verschenen, en Maag
bewaarde ook geen saucijsjes voor hen. Die
donkere, geheimzinnige vrouw hulde zich den
geheelen avond in een hooghartig zwijgen en
ging niet één keer in op al het gemopper en
de insinuaties van haar man en dat deed
hij, mopperen en insinueeren, verdrietig en
wraaklustig en dikwijls op een heel sluwe ma
nier.
„Naftiurlijk. Zeker iemand was er gauw ge
noeg bij om een eind te maken aan het ge
fluister en de geheimen, toen Shamus Og van
de partij was. Maar Rogue dat is een an
der geval. Rogue, die schat! Bij hem is niets
te vreezen. Hij met zijn hand op haar schou
der en zij met haar rooie haar maar luisteren
naar hem en dan samen het strand op. En
niemand, die er een woord over zegt. Ze ia
geen dochter van mij, maar dat zeg ik je, als
ze dat wel was
Toen de nacht begon te vallen, liet de
vrouw hem eenzaam achter, al rookem' op
zijn zeepkist voor het vuur en ging de" -va
gen binnen. Weldra begon daar de lamj .net
den blikken reflector te schynen tusschen de
roode gordijntjes voor de hooge ramen; daar
na stak Ailish haar donkere hoofdje over de
onderdeur. Z\j keek eens naar Jamesy, die met
een somber gezicht ineengedoken bij het vuur
zat en naar Daheen, die stil en ernstig naast
hem zat op een paar stukken turf. Die arme
Daheen hield zich vanavond wel erg koest.
Hij zat voorovergebogen met zijn handen tus
schen zijn knieën en zijn mooie donkere oogen
op de vlammen gericht.
„Daheen," fluisterde zjj, „kom eens hier."
Daheen schrok overeind en keek op, waar
op zij hem met een vinger naar het trapje
wenkte.
„Wat is er, Ailish?"
„Het werk is voor vandaag nog niet afge-
loopen, manneke! Kom eens bij me."
„Ook al weer goed!" zei hij berustend.
Hij klom het gezellige kamertje van den
woonwagen binnen, met zijn frissche katoenen
gordijntjes, keurige bedden, zijn versieringen
op den muur en plafond en het kleine roode
lampje, dat dag en nacht bleef branden voor
het Heilige Hart. Daar kreeg hij zooals ge
woonlijk zyn les. Daheen was heel vlug, ja,
nog meer dan dat; hij was zijn vijfde boek al
door en begon al iets te begrijpen van den
regel van drie. Hij was doodernstig onder het
leeren. en Ailish lachte hem vriendelijk toe.
„Zullen we vanavond vertellen, Daheen?"
„Och. ik ben er eigenlijk niet voor in de
stemming."
„Al te veel vereering voor een bepaalde
persoon is ook niet altijd goed, Daheen, mijn
jongen!"
„Maar ik vind jorav verhalen heusch ook
mooi, Ailish. En dat was zoo. Zij kende
prachtige verhalen van Indianen en beren,
en cowboys en schietparüjen en galoppeeren-
de paarden. Heusch net zoo prachtig als die
van Rogue McCoy alleen had ze niet altijd
de juiste spanning erin. Maar het waren mooie
verhalen en hij zou er een jaar lang naar
hebben kunnen luisteren maar vanavond
niet.
Wordt vervolgd.)